BUITENLAND. durende de zomermaanden sommige per- ceelen op de Heeren- en Keizersgrachten onbewoond zijn, om hunnen slag te slaan. In een huis aan de Keizersgracht tegen over de Westermarkt, bewoond door de familie T., heeft men den onderingang van het perceel door uitzaging van het paneel verbroken. Nadat de verbreking weer tijdelijk onzichtbaar was gemaakt, zijn de binuengeslopenen merkbaar rustig hunnen gang gegaan. Alles wat gemakke lijk vervoerbaar en goed bruikbaar was, heeft men medegenomeneen gedeelte van een heeren- en dames garderobe, lijfgoe deren, eene pendule, een stel candelabres, enz. Zeer waarschijnlijk moeten de dieven hun bezoek aan het huis eenige keeren herhaald hebben, want hetgeen vermist wordt, was te veel om in eenmaal te ver voeren. Dat het mannen van het vak zijn ge weest, blijkt hieruit, dat zij niet vergeten hebben van het dak van het bedoelde perceel, en het daar naast staande dat onver- huurd is, het lood te stelen. De heer T. zond in het laatst der vorige week iemand naar ziju woonhuis om daar eenige reparatien te doen, die bij zijne komst alles overhoop vond en vau het voorgevallene onmiddellijk kennis gaf. Ware het besluit tot het doen der repa ratien eenige dagen later genomen, dan hadden hoogst waarschijnlijk de dieven hun werk nog rustig voortgezet. De po litie doet onderzoek. Men schrijft uit Edam, dat de werkzaamheden tot aanleg van de tramlijn van Amsterdam naar Edam thans zoover gevorderd zijn, dat men de opening van de lijn in November tegemoet kan zien. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag jl. werden aan de kust van Scheveningen belangrijke proe ven genomen (landwaarts) met de horizontale kust-mist-signalen (ge luiden in streekrichting), waarvan de resultaten tot op 6 en 7 kilo meter goed hebben voldaan. De brand in het klooster te Venraai ie ontstaan in de bak kerij en deelde zich snel mede aan het groote nieuwe gedeelte, dat tot pensionaat diende. Dit is dan ook geheel vernield, terwijl door de be moeiingen van de brandweer het oude gedeelte is gespaard gebleven. Omtrent den kloosterbrand te Ven raai wordt nog gemeld De pen8ionaires pl. m. 200 en de zusters pl. m. 90, (eerst was het getal verkeerd opgegeven) liepen bij het uitbreken van den brand han denwringend en jammerend door elkander, terwijl de bevolking niet zeer genegen was hulp te verleenen. Te 4 uur in den namiddag kwam de burgemeester van zijne reis ter plaatse, en door zijn moedig optre den werd de bevolking gedwongen te helpen, waardoor dan ook nog veel gered is, en de petroleum uit den kelder gehaald werd, die onder het brandende gebouw lag. De meeste bedden met toebehoo- ren, vele kleeren van leerlingen, 14 piano's en meer andere meubelen werden eene prooi van het vernie lend element. Aan de brandweer van Venloo is het te danken, dat de kerk en het oude kloostergebouw gespaard bleven. In het v e 1 d t e D r o u w e n zijn, op de zoogenaamde «Steen hoogte», door een keisteenendelver uit den grond gegraven een tweetal urnen, waarvan ééne nog vrij gaaf en gevuld met asch, alsmede een vrij gaven metalen beitel. Te Swalmen werd Maan- dag bij den herbergier J. diefstal gepleegd. Men kreeg vermoeden op een persoon, die 's morgens in het dorp op verschillende plaateen ge zien was. Deze werd weldra door de maréchaussée aangehouden, met de ontvreemde voorwerpen, waar-" onder eene flesch cognac. De dief is een belgisch landlooper en slechts 18 jaar oud. Hij is gevankelijk naar Roermond gebracht. De wijk St. Anna ter Mui- den onder Sluis, was dezer dagen in rep en roer. Eene hoogbejaarde, half hlinde vrouw werd nl. op last der diaconie door den deurwaarder op straat gezet. Naar het schijnt, moet het niet al te voorbeeldige gedrag der dochter van de ongeluk kige hieraan niet vreemd zijn. De bewoners der wijk kozen echter partij voor de oude, en waren zeer gebeten op den predikant. Vóór diens deur werd in allerijl eene tent op geslagen, waarin de vrouw haren intrek nam. De politie was onmid dellijk ter plaatse om baldadigheden te voorkomen, en nog altijd blijft zij in de nabijheid van de tent, daar de gemoederen nog al aan het gisten waren. Uit lerseke wordt ge meld Maandagavond, gedurende het transport naar de gevangenis, heeft de van moord verdachte be kend en alles omslachtig verteld. Hij had de vrouw naar den koe stal gelokt, haar op het hoofd ge slagen en daarna met een mestvork vele steken toegebracht. Hij heeft ook het verborgen geld en hoofd sieraad aangewezen, welke voor werpen ook werkelijk zijn gevonden. WETGEVENDE MACHT. Hel bij koninklijke boodschap van 9 Februari 1888 aau de Tweede Kamer der Staten-Generanl ter overweging aangeboden ontwerp van wet tot aanwijzing van de rijkswerking Veenhuizen no. 1 voor rijks werkinrichting voor mannen en vesti ging van de rijkswerkinrichting voor vrouwen in de gemeente Oegstgeest, dat in de vorige zitting onafgedaan bleef, is nu opnieuw geheel onveranderd aange boden. De tegenwoordige minister van Justitie deelt daarbij nog mede, dat de noodzake lijkheid om het in aanbouw zijnde ge sticht Veenhuizen no. 1 voor mannen te bestemmen, niet kan worden betwijfeld. Op 1 Aug. jl., dus midden in den zomer, werden in de rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen, Hoorn en Ommerschans te zamen niet minder dan 3780 mannen verpleegd. RECHTSZAKEN. Een allerpijnlijksten iüdrulc bracht de straf zaak teweeg, die Dinsdag voor de arrondissements rechtbank te 's-Hagc behandeld werd. De hoofdpersoon was een kleuter van 10 jaar, die zijne moeder, een fatsoenlijke weduwe nit de residentie, verplicht had over te gaan tot het uiterste, namelijk hem aan te klagen hij de po litie wegens herhaalden diefstal te haren nadeele. Niet om de waarde der voorwerpen was de arme vrouw er toe overgegaan, doch wegeas den aan leg tot volslagen bedorvenheid dien haar kind reeds, ja 't klinkt ongelooflijk, in zijn 3e levens jaar betoonde. Toen reeds kaapte hij weg al wat in zijn he reik kwam, en straf maakte op hem niet den minsten indruk. In latere jaren bleef hij gedu rig, zonder voorkennis, van school weg, dob belde met centen, die hij ontvreemd had en was in één woord een slecht voorbeeld voor de zeven overige oppassende kinderen der weduwe. On langs stal hij eenen ring, eene gouden broche en eenig huisraad, alles zijne moeder toebohoorende, verkocht of beleende die voorwerpen, en ver snoepte het geld. Als een bewijs met hoeveel geslepenheid dit 10-jarige kind handelde, moge dienen, dat toen de winkelier bezwaar maakte van don kleinen jongen eenen ring te koopen, de knaap eenige oogenblikken later terugkwam met een briefje, quasi» van zijne moeder, waarin den winkelier verzocht werd het voorwerp te waardeeren en vervolgens te koopen, al was het maar voor een gulden. De naamteekening was geheel gefingeerd. Substituut-officier van justitie, mr. baron De V03 van Steenwijk, was van oordeel dat bet kind zonder oordeel des onderscheids gehandeld had. Was de rechtbank dal met hem eens, dan kon zij in deze zaak, jammer voor den knaap, zijne opzending naar een rijksopvoedingsgesticht niet gelasten, op grond van art. 39 wetboek van strafrecht. ZEA. hoopte dat de behandeling dezer zaak in openbare terechtzitting een voldoenden ndruk op den knaap mocht gemaakt hebben, om hem voor het vervolg een betexen weg te dom bewandelen, en vorderde ontslag van rechta- vervolging. Uitspraak a. 8. Vrijdag. België. De koning is Dinsdag uit Engeland teruggekeerd. Kardinaal Lavigerie is Maandag weder naar Parijs vertrokken. De lord-mayor van Londeüs De Keyser, bracht een bezoek aan zijn ge boortestad Termonde, waar hij feestelijk ontvangen, een buste van hem in het raad huis onthuld en een historische optocht ter zijner eere gehouden werd. Engeland. Volgens don ,/Times"- correspondent te Rome, is men in Italië beducht voor het losbarsten van een on weer. Men gelooft dat Frankrijk twist zoekt. Volgens den correspondent van hetzelfde blad te Weenen, zouden de kabinetten van Berlijn en Weenen besloten zijn de ge beurtenissen af te wachten, zonder er, in welken zin ook, eenigen invloed op uitte oefenen. De vrienden van den vrede kun nen niet hopen dat Crispi een conflict zal uitlokken maar het is zeker dat men hem ernstig heeft aangeraden zijn gedrag te wijzigen. Volgens den berlijnsehen corres pondent van de //Standard" verwondert men zich in Duitschlands hoofdstad over de onrust in Frankrijk. Men gelooft niet dat Italië de bedoeling heeft de kwestie betreffende de Middellandsche Zee te her openen, daar dit voor dat land niet weinig gevaren zou opleveren. Aan den anderen kant hebben de door Frankrijk aangewende pogingen, om Tur kije van de mogendheden van het drie voudig verbond te verwijderen, volkomen schipbreuk geleden. Terwijl de berl. corr. van de //Stan dard" gelooft dat de italiaansche vloot, die zoo spoedig is saamgetrokken, geen ander doel heeft dan het overbrengen van troepen naar Massowah, ziet de Daily Telegraph" in de mobilisatie van de fran- sche vloot slechts een zuiver technische operatie, waarvan de uitslag zoodanig is, dat men er Frankrijk geluk mede kan wenschen. Dr. Mackenzie zal nu gevolg geven aan zijn voornemen om te antwoorden op de berlijnsche brochure //De ziekte van Keizer Frederik III." Ziju antwoord zal onder den titel //Frederik de Edele en zijne artsen" tegen half September wor den uitgegeven door de firma Ad. Spaar- mann te Oberhausen, die tot de duitsclie uitgave van het geschrift speciaal gemach tigd is. Naar hetgeen van daar wordt ge schreven, geeft Makkenzie in het eerste gedeelte eene omschrijving en rechtvaardi ging van zijne zienswijze, een overzicht van zijn dagelijksoh verkeer met keizer Frede rik, eene schets van diens karakter, een en ander toegelicht met facsimiles van eigenhandige aanteekeningen des keizers; aanteekeningen, zoo voegt de bericht gever er bij, van sensatiewekkendeu aard. Het tweede gedeelte is gewijd aan pole miek; daarin behandelt Mackenzie de tegen hem gerichte beweringen der duit- sche artsen. In het derde gedeelte geeft hij een statistisch overzicht der uiterst on gunstige resultaten van operatiëu aan het strottenhoofd en daarmede gepaard gaande gevaren. Het geschrift zal tegelijkertijd ook in het engelach verschijnen, terwijl de engelsche en duitsche uitgever zich op zware boete jegens elkaar hebben verbon den, te zorgen dat er vóór een bepaalden termijn verder niets uit het geschrift wordt openbaar gemaakt. Te Torbay beeft zicb eene commissie gevormd, die zich ten doel stelt gelden in te zamelen tot het oprichten van een standbeeld voor Willem III, koning van Engeland. Het zal namelijk op 5 Novem ber e. k. 200 jaar geleden zijn, dat prins Willem van Oranje te Torbay aan wal stapte om de engelsche kroon te aanvaar den. In de circulaire, door de commissie rondgezonden, wordt o. a. het volgende gezegd z/Het voornemen bestaat om de 200e verjaring der landing van prins Willem van Oranje te Brixham, Torbay, op den 6n November 1688, passend te vieren. Bovenstaand comité wenscht die gebeurte nis te herdenken met een voegzaam hul debetoon op dien dag te Brixham, door de oprichting van een nationaal gedenk- teeken in den vorm van een beeld van koning Willem III te plaatsen zoo dicht mogelijk bij de plek waar hij landde en op allo andere wijze als het comité oorbaar achten zal. Met het oog op het onmiskenbaar gewicht dezer gebeurtenis, als eene der meest belangrijke in de ge schiedenis der engelsche natie, acht het comité zich gerechtigd voor zijne onderne ming den steun te vragen niet alleen van bewoners van het Yereenigd Koninkrijk, maar vsd alle engelsch sprekenden in de britsche koloniën en de Yereenigde Staten vaa Amerika." De bedoelde commissie staat onder de bescherming van den Lord-luitenant van Devonshire, Lord Clinton, en telt onder hare leden Lord Chruston als voorzitter, den hertog von Portland (het hoofd der familie Bentinck), de parlementsleden Seale, Hayne, Richard Mallock, Mildway, Pitt Lewis en verscheidene andere mannen van aanziou en invloed. De Thibetanen hebben hunnen aan val op de britoche verdedigingswerken te Sikkim uitgesteldintusschen hebben de engelsche versterkingen Gnatony bereikt. Het trekt te Londen de aandacht, dat de Rassen een zoogenaamd ^wetenschappe lijke expeditie naar Thibet op touw zetten. Velen gelooven met betrekking daarmede aan kuiperijen van Rusland. Duitschland. Volgens de //Post" zal de Keizer den 26n September naar het Zuiden op reis gaan en dan eerst den koning van Wurtemberg, vervolgens den groothertog van Baden en den prins-re gent van Beieren bezoeken, om daarna over den Brenner-spoorweg naar Rome en Napels te reizen. Het verblijf in Italië zal 10 a 12 dagen duren. Op de terugreis zal hij Venetië bezoeken en van daar naar Weenen gaan. Na zijn bezoek bij den kei zer van Oostenrijk te Weenen en Schön- bruun zal hij nog eenige dagen met hem aan de jachtpartijen in Stiermarken deel nemen en tegen den verjaardag zijner ge malin (22 October) te Berlijn terug zijn. De //Reichsanzeiger" bevat een op het eervol ontslag van Moltke betrekking hebbend stuk. Moltke verzocht op 3 dezer zijn ontslag, daar hij wegens zijnen hoogen ouderdom niet meer te paard stijgen kan. Hierop antwoordde op den 9den de kei zer, dat de gedachte, den maarschalk niet langer op den post te zien, op welken hij zoo roemrijke overwinningen had behaald, voor hem en het leger zeer smartelijk was. Niettemin moest hij, hoezeer ook met een bezwaard hart, des maarschalks wensch vervullen. Om echter Moltke nog steeds voor het welzijn des vaderlands werkzaam te zien, verzocht hij hem den keizer, het vaderland en het leger ter wille het ambt van voorzitter der landsverdedi- gingscommissie te aanvaarden, hetwelk sedert den dood van keizer Friedrich on vervuld gebleven was. Frankrijk. Het gerucht loopt, dat Boulanger te Nyon iu het geheim een be zoek heeft gebracht aan prins Napoleon. Prins Victor Napoleon zal na het huwelijk van zijne zuster met deu broeder van koning Humbert van Italië aan het fransche volk een manifest richten. De stad Rouaan heeft 40.000 frs. beschikbaar gesteld voor de feestelijke ont vangst van president Carnot. Boulanger vertrok heden naar Zwe den en Noorwegen. Men zegt dat hij een maand zal wegblijven. Volgens de //Figaro" sloot het bud get van Tonkin voor 1887 met een deficit van 10 millioen en zal dat tekort voor 1888 nog grooter zijn. Het //Journal des Débats" maakt melding van het bestaan van een verbond tusschen Engeland en Italië. Italië zou 60,000 man ter beschikking van Enge land stellen, indien er eene gewapende tusschenkomst noodig mocht zijn in Klein- Azië. Van zijnen kant zou Engeland de italiaansche kusten beschermen in geval van eenen oorlog met Frankrijk. 'Te Amiens is eene algeheele werk staking uitgebroken in de spinnerij van David. In een brief aan de parijsche bladen verzekert Thiébaut dat hij niet naar Pran- gin8 is gegaan om aan prins Jéröme ver slag te doen van de handelingen van gene raal Boulanger. Italië. De koning is Woensdag van Milaan naar de Romagna vertrokken. Volgens de bladen is de nota van Go- biet in zeer verzoenende termen gesteld, waaruit men afleidt, dat het bekende in cident als geëindigd kan worden beschouwd. De italiaansche ontdekkingsreiziger Antonelli i9 van Choa te Rome aangeko men. Hij heeft brieven van koning Mene- lik medegebracht. Het leger van Menelik zou uit 180.000 man bestaan waarvan er 30.000 met achler- laadgeweren zijn gewapend. Antonelli gelooft dat indien de vredes onderhandelingen aan Menelik waren op gedragen geworden, zij beter zouden zijn geslaagd dan nu men er eene engelsche missie mede heeft belast. Het italiaansche eskader is Maandag avond de straat van Messina gepasseerd op weg naar Agosta, waar de //Dandolo" en de //Staffetta" reeds zijn binnengeloopen. Volgens gerucht zou de heer Crispi van plan zijn, de portefeuille van Buiten- landsche Zakon af te staan aan Nigra. Hij zou dan uitsluitend minister-president blijven. Rusland. Omtrent den oogst wor den tegenstrijdige opgaven gedaan. De berichtgever van de „Standard" te Odessa seint, dat de cogst zoo overvloe dig is, dat de mijnwerkers de kolenmijnen verlaten om in het veld te gaan arbeiden, zoodat de arbeid in de mijnen dientenge volge bijna stilstaat. I)e invoer van engelsche steenkolen neemt toehet heet, dat het inkomende recht daarop weder ingetrokken zal wor den. Daarentegen wordt aan de „Daily News" uit Odessa gemeld, dat door hevige stor men zulke groote schade aan den oogst is toegebracht, dat deze veel minder bedragen zal dan men verwachtte. Servië. Den len September begint het echtseheidingsproces van koning Milan en koningin Nathalie. 30 Aug. zal het antwoord der koningin aan het consisto rie worden ter hand gesteld. Oostenrijk-Hongarije. De hoe veelheid tarwe en meel, voor den uitvoer bestemd, wordt, afgescheiden van den ou den voorraad, op vier a vijf millioen cen tenaars geschatde hoeveelheid gerst op twee a twee en een half millioen. Rogge en haver zullen niet uitgevoerd kunnen worden. Algiers. De werkstaking der spoor wegarbeiders te Chita duurt voort. 500 man loopen de omstreken af. De soldaten hebben moeite om de orde te bewaren, maar tot dusverre gebeurden er nog geene ernstige ongeregeldheden. Marokko. De sultan heeft om den onlangs gepleegden moord op zijn neef Prins Muley te wreken, het grondgebied der rebellen doen brandschatten en plun deren. Vrouwen en kinderen werden op gruwelijke wijze ter dood gebracht of als slaven medegevoerd, evenals de grijsaards. De sultan heeft de opstandelingen zoo lang achtervolgd dat hij ten slotte met zijne troepen te midden van vijandelijke stammen geraakte, die hem op zijne beurt omringd hebben en belegerd. Hongersnood heerscht in den lande en troepen roovers houden op vreeselijke wijze huis. Een te Tanger verschijnend blad geeft den mogendheden den raad schepen te zenden tot bescherming der christenen en israëlieten in de kustplaatsen. elke dienst, hem bewezen, zou hun veel kwaad berokkend hebben. Mr. Villars, de blinde en eerbiedwaardige grijsaard, bad genoeg invloed op de bevolking, dacht Penn, om zijn huis gezin, zelfs met hem daarbij, te beschutten. Dus kwam hij hierheen, maar hoe ongaarne, kan iedereen, die fierheid en teergevoeligheid bezit, beoordeelen. Penn vreesde het meest van alles de reine oogen van Ver- ginia, zooals ik reeds gezegd heb. Mr. Villars kon hem niet zieD, op Salina lette hij niet, vreemd genoeg, want zij alleen had een scherp en spottend humeur. Hij wenschte stil naar de keukendeur te sluipen, Carl naar buiten te roepen, als deze er was, of in het geheim zijn toestand aan Toby be kend te maken, en op deze wijze zich toegang tot het huis te kunnen verschaffen, en tegelijk eene schuilplaats en hulp te vinden, zonder Virginia en haar vader zijne tegenwoor digheid bekend te maken. Hoe zijne eerlijke wensch verhinderd werd, hebben wij gezien. Toen da deur voor den eersten keer geopend werd, was hij gevlucht. Maar dat was lafhartig; dus keerde hij terug, klopte aan, en riep den neger bij name, om hem gerust te stellen. En de deur werd weer geopend, en Ver- ginia zag hem, herkende hem, en begreep oogenblikkelijk, welk eeue beestachtige daad verricht was, en bedekte uit instinct hare oogen, om dit afschuwelijke schouwspel te vermijden. Maar het was geen tijd, om aan teergevoeligheid of aan valsche echaamte, zoo zij die gevoelde, toe te geven. Het was geen tijd, om ót weekhartig, óf dwaas, óf verschrikt, óf beschaamd te zijn. Het is Penn, riep zij uit met verontwaardiging en diepe smart. Toby 1 Tobyjou uilskuiken, waar kijk je toch naar Haal hem binnen, waarom doet je het niet O vaderEn zij wierp zich aan aan de borst van den ouden man en verborg haar geiaat. Wat is er gebeurd met Penn? vroeg de oude man. Ik ben geteerd en met veeren bestrooid, antwoordde Penn, terwijl hij binnentrad en de deur achter zich sloot. Eu ik ben uit het huis van mr. Sprowl gejaagd. Dit is mijne verontschuldiging, dat ik hier kom. Ik moet toch ergens heengaan, niet waar? En waar anders dan hierheen antwoordde de oude man. Hij had eene uitbarsting van medelijden onderdrukt, en stond daar nu kalm, vol medelijden en terwijl hij zijne armen uitstrekte, zij stok was op den grond gevallen. Ik vreesde dat het zoover zou komenWij beleven vreeselijke tijden, en gij zijt slechts een der eersten, die moet lijden. Gij hebt goed gedaan, met hier te komen. Hebt gij u bezeerd Ik weet het nauwelijks, hernam Penn. Ik verzoek u niet angstig of ongerust te zijn, en hoop dat u mij zult verontschuldigenik weet dat ik vreeselijk hen om aan te zieu, en ik was niet van plan mij te laten zien. Hij stond daar met het omhulsel van het bed over zich heen, en zijne kleederen voor zich, om zijn afschuwelijk voorkomen zoo min mogelijk te laten zien, terwijl hij op dat oogenblik oneindig leed. Was er ooit een romanheld in zulk een ellendigen toestand. Een romanschrijver zou zeker zijn held niet zulk een belachelijk en beschamend voorkomen durven laten aannemen. Maar dit is volstrekt geen roman, en ik moet de feiten vertellen, zooals zij ge beurd zijn. Laat het u niet bedroeven, dat ik u gezien heb, zeide Virginia, terwijl zij haar gelaat weer ophief, dat nat van tranen was. Ik zie in die schandelijke vermomming slechts de schande van hen, die u zoo wreed behandeld hebbent Toby zal u helpen. En daar is Carl eindelijkI Zij verliet de kamer door een der deuren, toen Carl en Stackridge door de andere binnenkwamen. Arme mant die vriendelijke en huiverende Penn I het was pijnlijk genoeg voor hem om juist die oogen te ontmoeten, ofschoon zij zoo vriendelijk waren. Er was een schok aan zijne beginselen toegebracht, en nu zijue kracht eu vast beradenheid hem begaven, draaide alle om hem heen, en hij viel neer in de armen van den pachter. Wordt vervilyd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 2