BUITENLAND.
durende de zomermaanden sommige per-
ceelen op de Heeren- en Keizersgrachten
onbewoond zijn, om hunnen slag te slaan.
In een huis aan de Keizersgracht tegen
over de Westermarkt, bewoond door de
familie T., heeft men den onderingang
van het perceel door uitzaging van het
paneel verbroken. Nadat de verbreking
weer tijdelijk onzichtbaar was gemaakt,
zijn de binuengeslopenen merkbaar rustig
hunnen gang gegaan. Alles wat gemakke
lijk vervoerbaar en goed bruikbaar was,
heeft men medegenomeneen gedeelte van
een heeren- en dames garderobe, lijfgoe
deren, eene pendule, een stel candelabres,
enz. Zeer waarschijnlijk moeten de dieven
hun bezoek aan het huis eenige keeren
herhaald hebben, want hetgeen vermist
wordt, was te veel om in eenmaal te ver
voeren.
Dat het mannen van het vak zijn ge
weest, blijkt hieruit, dat zij niet vergeten
hebben van het dak van het bedoelde
perceel, en het daar naast staande dat onver-
huurd is, het lood te stelen.
De heer T. zond in het laatst der vorige
week iemand naar ziju woonhuis om daar
eenige reparatien te doen, die bij zijne
komst alles overhoop vond en vau het
voorgevallene onmiddellijk kennis gaf.
Ware het besluit tot het doen der repa
ratien eenige dagen later genomen, dan
hadden hoogst waarschijnlijk de dieven
hun werk nog rustig voortgezet. De po
litie doet onderzoek.
Men schrijft uit Edam,
dat de werkzaamheden tot aanleg
van de tramlijn van Amsterdam
naar Edam thans zoover gevorderd
zijn, dat men de opening van de
lijn in November tegemoet kan zien.
In den nacht van Vrijdag
op Zaterdag jl. werden aan de kust
van Scheveningen belangrijke proe
ven genomen (landwaarts) met de
horizontale kust-mist-signalen (ge
luiden in streekrichting), waarvan
de resultaten tot op 6 en 7 kilo
meter goed hebben voldaan.
De brand in het klooster
te Venraai ie ontstaan in de bak
kerij en deelde zich snel mede aan
het groote nieuwe gedeelte, dat tot
pensionaat diende. Dit is dan ook
geheel vernield, terwijl door de be
moeiingen van de brandweer het
oude gedeelte is gespaard gebleven.
Omtrent den kloosterbrand te Ven
raai wordt nog gemeld
De pen8ionaires pl. m. 200 en de
zusters pl. m. 90, (eerst was het
getal verkeerd opgegeven) liepen bij
het uitbreken van den brand han
denwringend en jammerend door
elkander, terwijl de bevolking niet
zeer genegen was hulp te verleenen.
Te 4 uur in den namiddag kwam
de burgemeester van zijne reis ter
plaatse, en door zijn moedig optre
den werd de bevolking gedwongen
te helpen, waardoor dan ook nog
veel gered is, en de petroleum uit
den kelder gehaald werd, die onder
het brandende gebouw lag.
De meeste bedden met toebehoo-
ren, vele kleeren van leerlingen, 14
piano's en meer andere meubelen
werden eene prooi van het vernie
lend element. Aan de brandweer
van Venloo is het te danken, dat
de kerk en het oude kloostergebouw
gespaard bleven.
In het v e 1 d t e D r o u w e n
zijn, op de zoogenaamde «Steen
hoogte», door een keisteenendelver
uit den grond gegraven een tweetal
urnen, waarvan ééne nog vrij gaaf
en gevuld met asch, alsmede een
vrij gaven metalen beitel.
Te Swalmen werd Maan-
dag bij den herbergier J. diefstal
gepleegd. Men kreeg vermoeden op
een persoon, die 's morgens in het
dorp op verschillende plaateen ge
zien was. Deze werd weldra door
de maréchaussée aangehouden, met
de ontvreemde voorwerpen, waar-"
onder eene flesch cognac. De dief
is een belgisch landlooper en slechts
18 jaar oud. Hij is gevankelijk naar
Roermond gebracht.
De wijk St. Anna ter Mui-
den onder Sluis, was dezer dagen
in rep en roer. Eene hoogbejaarde,
half hlinde vrouw werd nl. op last
der diaconie door den deurwaarder
op straat gezet. Naar het schijnt,
moet het niet al te voorbeeldige
gedrag der dochter van de ongeluk
kige hieraan niet vreemd zijn. De
bewoners der wijk kozen echter
partij voor de oude, en waren zeer
gebeten op den predikant. Vóór diens
deur werd in allerijl eene tent op
geslagen, waarin de vrouw haren
intrek nam. De politie was onmid
dellijk ter plaatse om baldadigheden
te voorkomen, en nog altijd blijft
zij in de nabijheid van de tent, daar
de gemoederen nog al aan het gisten
waren.
Uit lerseke wordt ge
meld Maandagavond, gedurende
het transport naar de gevangenis,
heeft de van moord verdachte be
kend en alles omslachtig verteld.
Hij had de vrouw naar den koe
stal gelokt, haar op het hoofd ge
slagen en daarna met een mestvork
vele steken toegebracht. Hij heeft
ook het verborgen geld en hoofd
sieraad aangewezen, welke voor
werpen ook werkelijk zijn gevonden.
WETGEVENDE MACHT.
Hel bij koninklijke boodschap van 9
Februari 1888 aau de Tweede Kamer der
Staten-Generanl ter overweging aangeboden
ontwerp van wet tot aanwijzing van de
rijkswerking Veenhuizen no. 1 voor rijks
werkinrichting voor mannen en vesti
ging van de rijkswerkinrichting voor
vrouwen in de gemeente Oegstgeest, dat
in de vorige zitting onafgedaan bleef, is
nu opnieuw geheel onveranderd aange
boden.
De tegenwoordige minister van Justitie
deelt daarbij nog mede, dat de noodzake
lijkheid om het in aanbouw zijnde ge
sticht Veenhuizen no. 1 voor mannen te
bestemmen, niet kan worden betwijfeld.
Op 1 Aug. jl., dus midden in den zomer,
werden in de rijkswerkinrichtingen te
Veenhuizen, Hoorn en Ommerschans te
zamen niet minder dan 3780 mannen
verpleegd.
RECHTSZAKEN.
Een allerpijnlijksten iüdrulc bracht de straf
zaak teweeg, die Dinsdag voor de arrondissements
rechtbank te 's-Hagc behandeld werd.
De hoofdpersoon was een kleuter van 10 jaar,
die zijne moeder, een fatsoenlijke weduwe nit de
residentie, verplicht had over te gaan tot het
uiterste, namelijk hem aan te klagen hij de po
litie wegens herhaalden diefstal te haren nadeele.
Niet om de waarde der voorwerpen was de arme
vrouw er toe overgegaan, doch wegeas den aan
leg tot volslagen bedorvenheid dien haar kind
reeds, ja 't klinkt ongelooflijk, in zijn 3e levens
jaar betoonde.
Toen reeds kaapte hij weg al wat in zijn he
reik kwam, en straf maakte op hem niet den
minsten indruk. In latere jaren bleef hij gedu
rig, zonder voorkennis, van school weg, dob
belde met centen, die hij ontvreemd had en was
in één woord een slecht voorbeeld voor de zeven
overige oppassende kinderen der weduwe. On
langs stal hij eenen ring, eene gouden broche en
eenig huisraad, alles zijne moeder toebohoorende,
verkocht of beleende die voorwerpen, en ver
snoepte het geld.
Als een bewijs met hoeveel geslepenheid dit
10-jarige kind handelde, moge dienen, dat toen
de winkelier bezwaar maakte van don kleinen
jongen eenen ring te koopen, de knaap eenige
oogenblikken later terugkwam met een briefje,
quasi» van zijne moeder, waarin den winkelier
verzocht werd het voorwerp te waardeeren en
vervolgens te koopen, al was het maar voor een
gulden. De naamteekening was geheel gefingeerd.
Substituut-officier van justitie, mr. baron De
V03 van Steenwijk, was van oordeel dat bet kind
zonder oordeel des onderscheids gehandeld had.
Was de rechtbank dal met hem eens, dan kon
zij in deze zaak, jammer voor den knaap, zijne
opzending naar een rijksopvoedingsgesticht niet
gelasten, op grond van art. 39 wetboek van
strafrecht. ZEA. hoopte dat de behandeling dezer
zaak in openbare terechtzitting een voldoenden
ndruk op den knaap mocht gemaakt hebben,
om hem voor het vervolg een betexen weg te
dom bewandelen, en vorderde ontslag van rechta-
vervolging.
Uitspraak a. 8. Vrijdag.
België. De koning is Dinsdag uit
Engeland teruggekeerd.
Kardinaal Lavigerie is Maandag
weder naar Parijs vertrokken.
De lord-mayor van Londeüs De
Keyser, bracht een bezoek aan zijn ge
boortestad Termonde, waar hij feestelijk
ontvangen, een buste van hem in het raad
huis onthuld en een historische optocht
ter zijner eere gehouden werd.
Engeland. Volgens don ,/Times"-
correspondent te Rome, is men in Italië
beducht voor het losbarsten van een on
weer. Men gelooft dat Frankrijk twist
zoekt.
Volgens den correspondent van hetzelfde
blad te Weenen, zouden de kabinetten van
Berlijn en Weenen besloten zijn de ge
beurtenissen af te wachten, zonder er, in
welken zin ook, eenigen invloed op uitte
oefenen. De vrienden van den vrede kun
nen niet hopen dat Crispi een conflict zal
uitlokken maar het is zeker dat men hem
ernstig heeft aangeraden zijn gedrag te
wijzigen. Volgens den berlijnsehen corres
pondent van de //Standard" verwondert
men zich in Duitschlands hoofdstad over
de onrust in Frankrijk. Men gelooft niet
dat Italië de bedoeling heeft de kwestie
betreffende de Middellandsche Zee te her
openen, daar dit voor dat land niet weinig
gevaren zou opleveren.
Aan den anderen kant hebben de door
Frankrijk aangewende pogingen, om Tur
kije van de mogendheden van het drie
voudig verbond te verwijderen, volkomen
schipbreuk geleden.
Terwijl de berl. corr. van de //Stan
dard" gelooft dat de italiaansche vloot,
die zoo spoedig is saamgetrokken, geen
ander doel heeft dan het overbrengen van
troepen naar Massowah, ziet de Daily
Telegraph" in de mobilisatie van de fran-
sche vloot slechts een zuiver technische
operatie, waarvan de uitslag zoodanig is,
dat men er Frankrijk geluk mede kan
wenschen.
Dr. Mackenzie zal nu gevolg geven
aan zijn voornemen om te antwoorden op
de berlijnsche brochure //De ziekte van
Keizer Frederik III." Ziju antwoord zal
onder den titel //Frederik de Edele en
zijne artsen" tegen half September wor
den uitgegeven door de firma Ad. Spaar-
mann te Oberhausen, die tot de duitsclie
uitgave van het geschrift speciaal gemach
tigd is. Naar hetgeen van daar wordt ge
schreven, geeft Makkenzie in het eerste
gedeelte eene omschrijving en rechtvaardi
ging van zijne zienswijze, een overzicht van
zijn dagelijksoh verkeer met keizer Frede
rik, eene schets van diens karakter, een
en ander toegelicht met facsimiles van
eigenhandige aanteekeningen des keizers;
aanteekeningen, zoo voegt de bericht
gever er bij, van sensatiewekkendeu aard.
Het tweede gedeelte is gewijd aan pole
miek; daarin behandelt Mackenzie de
tegen hem gerichte beweringen der duit-
sche artsen. In het derde gedeelte geeft
hij een statistisch overzicht der uiterst on
gunstige resultaten van operatiëu aan het
strottenhoofd en daarmede gepaard gaande
gevaren. Het geschrift zal tegelijkertijd ook
in het engelach verschijnen, terwijl de
engelsche en duitsche uitgever zich op
zware boete jegens elkaar hebben verbon
den, te zorgen dat er vóór een bepaalden
termijn verder niets uit het geschrift wordt
openbaar gemaakt.
Te Torbay beeft zicb eene commissie
gevormd, die zich ten doel stelt gelden in
te zamelen tot het oprichten van een
standbeeld voor Willem III, koning van
Engeland. Het zal namelijk op 5 Novem
ber e. k. 200 jaar geleden zijn, dat prins
Willem van Oranje te Torbay aan wal
stapte om de engelsche kroon te aanvaar
den. In de circulaire, door de commissie
rondgezonden, wordt o. a. het volgende
gezegd
z/Het voornemen bestaat om de 200e
verjaring der landing van prins Willem
van Oranje te Brixham, Torbay, op den
6n November 1688, passend te vieren.
Bovenstaand comité wenscht die gebeurte
nis te herdenken met een voegzaam hul
debetoon op dien dag te Brixham, door
de oprichting van een nationaal gedenk-
teeken in den vorm van een beeld van
koning Willem III te plaatsen zoo
dicht mogelijk bij de plek waar hij landde
en op allo andere wijze als het comité
oorbaar achten zal. Met het oog op het
onmiskenbaar gewicht dezer gebeurtenis,
als eene der meest belangrijke in de ge
schiedenis der engelsche natie, acht het
comité zich gerechtigd voor zijne onderne
ming den steun te vragen niet alleen van
bewoners van het Yereenigd Koninkrijk,
maar vsd alle engelsch sprekenden in de
britsche koloniën en de Yereenigde Staten
vaa Amerika."
De bedoelde commissie staat onder de
bescherming van den Lord-luitenant van
Devonshire, Lord Clinton, en telt onder
hare leden Lord Chruston als voorzitter,
den hertog von Portland (het hoofd der
familie Bentinck), de parlementsleden Seale,
Hayne, Richard Mallock, Mildway, Pitt
Lewis en verscheidene andere mannen
van aanziou en invloed.
De Thibetanen hebben hunnen aan
val op de britoche verdedigingswerken te
Sikkim uitgesteldintusschen hebben de
engelsche versterkingen Gnatony bereikt.
Het trekt te Londen de aandacht, dat
de Rassen een zoogenaamd ^wetenschappe
lijke expeditie naar Thibet op touw zetten.
Velen gelooven met betrekking daarmede
aan kuiperijen van Rusland.
Duitschland. Volgens de //Post"
zal de Keizer den 26n September naar het
Zuiden op reis gaan en dan eerst den
koning van Wurtemberg, vervolgens den
groothertog van Baden en den prins-re
gent van Beieren bezoeken, om daarna
over den Brenner-spoorweg naar Rome en
Napels te reizen. Het verblijf in Italië zal
10 a 12 dagen duren. Op de terugreis
zal hij Venetië bezoeken en van daar naar
Weenen gaan. Na zijn bezoek bij den kei
zer van Oostenrijk te Weenen en Schön-
bruun zal hij nog eenige dagen met hem
aan de jachtpartijen in Stiermarken deel
nemen en tegen den verjaardag zijner ge
malin (22 October) te Berlijn terug zijn.
De //Reichsanzeiger" bevat een op
het eervol ontslag van Moltke betrekking
hebbend stuk. Moltke verzocht op 3 dezer
zijn ontslag, daar hij wegens zijnen hoogen
ouderdom niet meer te paard stijgen kan.
Hierop antwoordde op den 9den de kei
zer, dat de gedachte, den maarschalk niet
langer op den post te zien, op welken hij
zoo roemrijke overwinningen had behaald,
voor hem en het leger zeer smartelijk was.
Niettemin moest hij, hoezeer ook met een
bezwaard hart, des maarschalks wensch
vervullen. Om echter Moltke nog steeds
voor het welzijn des vaderlands werkzaam
te zien, verzocht hij hem den keizer,
het vaderland en het leger ter wille
het ambt van voorzitter der landsverdedi-
gingscommissie te aanvaarden, hetwelk
sedert den dood van keizer Friedrich on
vervuld gebleven was.
Frankrijk. Het gerucht loopt, dat
Boulanger te Nyon iu het geheim een be
zoek heeft gebracht aan prins Napoleon.
Prins Victor Napoleon zal na het
huwelijk van zijne zuster met deu broeder
van koning Humbert van Italië aan het
fransche volk een manifest richten.
De stad Rouaan heeft 40.000 frs.
beschikbaar gesteld voor de feestelijke ont
vangst van president Carnot.
Boulanger vertrok heden naar Zwe
den en Noorwegen. Men zegt dat hij een
maand zal wegblijven.
Volgens de //Figaro" sloot het bud
get van Tonkin voor 1887 met een deficit
van 10 millioen en zal dat tekort voor
1888 nog grooter zijn.
Het //Journal des Débats" maakt
melding van het bestaan van een verbond
tusschen Engeland en Italië. Italië zou
60,000 man ter beschikking van Enge
land stellen, indien er eene gewapende
tusschenkomst noodig mocht zijn in Klein-
Azië. Van zijnen kant zou Engeland de
italiaansche kusten beschermen in geval
van eenen oorlog met Frankrijk.
'Te Amiens is eene algeheele werk
staking uitgebroken in de spinnerij van
David.
In een brief aan de parijsche bladen
verzekert Thiébaut dat hij niet naar Pran-
gin8 is gegaan om aan prins Jéröme ver
slag te doen van de handelingen van gene
raal Boulanger.
Italië. De koning is Woensdag van
Milaan naar de Romagna vertrokken.
Volgens de bladen is de nota van Go-
biet in zeer verzoenende termen gesteld,
waaruit men afleidt, dat het bekende in
cident als geëindigd kan worden beschouwd.
De italiaansche ontdekkingsreiziger
Antonelli i9 van Choa te Rome aangeko
men. Hij heeft brieven van koning Mene-
lik medegebracht.
Het leger van Menelik zou uit 180.000
man bestaan waarvan er 30.000 met achler-
laadgeweren zijn gewapend.
Antonelli gelooft dat indien de vredes
onderhandelingen aan Menelik waren op
gedragen geworden, zij beter zouden zijn
geslaagd dan nu men er eene engelsche
missie mede heeft belast.
Het italiaansche eskader is Maandag
avond de straat van Messina gepasseerd
op weg naar Agosta, waar de //Dandolo"
en de //Staffetta" reeds zijn binnengeloopen.
Volgens gerucht zou de heer Crispi
van plan zijn, de portefeuille van Buiten-
landsche Zakon af te staan aan Nigra. Hij
zou dan uitsluitend minister-president
blijven.
Rusland. Omtrent den oogst wor
den tegenstrijdige opgaven gedaan.
De berichtgever van de „Standard" te
Odessa seint, dat de cogst zoo overvloe
dig is, dat de mijnwerkers de kolenmijnen
verlaten om in het veld te gaan arbeiden,
zoodat de arbeid in de mijnen dientenge
volge bijna stilstaat.
I)e invoer van engelsche steenkolen
neemt toehet heet, dat het inkomende
recht daarop weder ingetrokken zal wor
den.
Daarentegen wordt aan de „Daily News"
uit Odessa gemeld, dat door hevige stor
men zulke groote schade aan den oogst is
toegebracht, dat deze veel minder bedragen
zal dan men verwachtte.
Servië. Den len September begint
het echtseheidingsproces van koning Milan
en koningin Nathalie. 30 Aug. zal het
antwoord der koningin aan het consisto
rie worden ter hand gesteld.
Oostenrijk-Hongarije. De hoe
veelheid tarwe en meel, voor den uitvoer
bestemd, wordt, afgescheiden van den ou
den voorraad, op vier a vijf millioen cen
tenaars geschatde hoeveelheid gerst op
twee a twee en een half millioen. Rogge
en haver zullen niet uitgevoerd kunnen
worden.
Algiers. De werkstaking der spoor
wegarbeiders te Chita duurt voort. 500
man loopen de omstreken af. De soldaten
hebben moeite om de orde te bewaren,
maar tot dusverre gebeurden er nog geene
ernstige ongeregeldheden.
Marokko. De sultan heeft om den
onlangs gepleegden moord op zijn neef
Prins Muley te wreken, het grondgebied
der rebellen doen brandschatten en plun
deren. Vrouwen en kinderen werden op
gruwelijke wijze ter dood gebracht of als
slaven medegevoerd, evenals de grijsaards.
De sultan heeft de opstandelingen zoo
lang achtervolgd dat hij ten slotte met
zijne troepen te midden van vijandelijke
stammen geraakte, die hem op zijne beurt
omringd hebben en belegerd.
Hongersnood heerscht in den lande en
troepen roovers houden op vreeselijke
wijze huis.
Een te Tanger verschijnend blad geeft
den mogendheden den raad schepen te
zenden tot bescherming der christenen en
israëlieten in de kustplaatsen.
elke dienst, hem bewezen, zou hun veel kwaad berokkend
hebben.
Mr. Villars, de blinde en eerbiedwaardige grijsaard, bad
genoeg invloed op de bevolking, dacht Penn, om zijn huis
gezin, zelfs met hem daarbij, te beschutten. Dus kwam hij
hierheen, maar hoe ongaarne, kan iedereen, die fierheid en
teergevoeligheid bezit, beoordeelen.
Penn vreesde het meest van alles de reine oogen van Ver-
ginia, zooals ik reeds gezegd heb. Mr. Villars kon hem niet
zieD, op Salina lette hij niet, vreemd genoeg, want zij alleen
had een scherp en spottend humeur. Hij wenschte stil naar
de keukendeur te sluipen, Carl naar buiten te roepen, als
deze er was, of in het geheim zijn toestand aan Toby be
kend te maken, en op deze wijze zich toegang tot het huis
te kunnen verschaffen, en tegelijk eene schuilplaats en hulp
te vinden, zonder Virginia en haar vader zijne tegenwoor
digheid bekend te maken.
Hoe zijne eerlijke wensch verhinderd werd, hebben wij
gezien. Toen da deur voor den eersten keer geopend werd,
was hij gevlucht. Maar dat was lafhartig; dus keerde hij
terug, klopte aan, en riep den neger bij name, om hem
gerust te stellen. En de deur werd weer geopend, en Ver-
ginia zag hem, herkende hem, en begreep oogenblikkelijk,
welk eeue beestachtige daad verricht was, en bedekte uit
instinct hare oogen, om dit afschuwelijke schouwspel te
vermijden. Maar het was geen tijd, om aan teergevoeligheid
of aan valsche echaamte, zoo zij die gevoelde, toe te geven.
Het was geen tijd, om ót weekhartig, óf dwaas, óf verschrikt,
óf beschaamd te zijn.
Het is Penn, riep zij uit met verontwaardiging en
diepe smart. Toby 1 Tobyjou uilskuiken, waar kijk je
toch naar Haal hem binnen, waarom doet je het niet
O vaderEn zij wierp zich aan aan de borst van den
ouden man en verborg haar geiaat.
Wat is er gebeurd met Penn? vroeg de oude man.
Ik ben geteerd en met veeren bestrooid, antwoordde
Penn, terwijl hij binnentrad en de deur achter zich sloot.
Eu ik ben uit het huis van mr. Sprowl gejaagd. Dit is mijne
verontschuldiging, dat ik hier kom. Ik moet toch ergens
heengaan, niet waar?
En waar anders dan hierheen antwoordde de oude
man. Hij had eene uitbarsting van medelijden onderdrukt,
en stond daar nu kalm, vol medelijden en terwijl hij zijne
armen uitstrekte, zij stok was op den grond gevallen. Ik
vreesde dat het zoover zou komenWij beleven vreeselijke
tijden, en gij zijt slechts een der eersten, die moet lijden. Gij
hebt goed gedaan, met hier te komen. Hebt gij u bezeerd
Ik weet het nauwelijks, hernam Penn. Ik verzoek
u niet angstig of ongerust te zijn, en hoop dat u mij zult
verontschuldigenik weet dat ik vreeselijk hen om aan te
zieu, en ik was niet van plan mij te laten zien.
Hij stond daar met het omhulsel van het bed over zich
heen, en zijne kleederen voor zich, om zijn afschuwelijk
voorkomen zoo min mogelijk te laten zien, terwijl hij op
dat oogenblik oneindig leed. Was er ooit een romanheld
in zulk een ellendigen toestand. Een romanschrijver zou
zeker zijn held niet zulk een belachelijk en beschamend
voorkomen durven laten aannemen. Maar dit is volstrekt
geen roman, en ik moet de feiten vertellen, zooals zij ge
beurd zijn.
Laat het u niet bedroeven, dat ik u gezien heb,
zeide Virginia, terwijl zij haar gelaat weer ophief, dat nat
van tranen was. Ik zie in die schandelijke vermomming
slechts de schande van hen, die u zoo wreed behandeld
hebbent Toby zal u helpen. En daar is Carl eindelijkI
Zij verliet de kamer door een der deuren, toen Carl en
Stackridge door de andere binnenkwamen.
Arme mant die vriendelijke en huiverende Penn I het was
pijnlijk genoeg voor hem om juist die oogen te ontmoeten,
ofschoon zij zoo vriendelijk waren. Er was een schok aan
zijne beginselen toegebracht, en nu zijue kracht eu vast
beradenheid hem begaven, draaide alle om hem heen, en
hij viel neer in de armen van den pachter.
Wordt vervilyd.)