geboden huldebewijs HD. dank be
tuigd.
De Arnh. Ct. verneemt,
dat de hooge tweewieler bij de ma
noeuvres nog bet best voldaan heeft,
vooral op de nachtelijke tochten
over de dijken. Elk der heeren had
drie velocipèies in het hoofdkwar
tier. Esn der amsterdamsche heeren
•was er op bedacht geweest, dat hij
soms door een tamelijk breed water
zou kunnen worden belet aan de
hem gegeven opdracht te voldoen.
Hij had een gutta-percha zak bij
zich, die, opgeblazen, in staat was
het rijwiel drijvende te houden.
Wanneer het nu gebeurde, dat hij
voor een breede wetering kwam,
zwom hij met zijn drijvend rijwiel
over.
Na de samen van 22tijdscürif-
ten te hebben opgenoemd, die in 't vo-
lapük verschijnen, zegt Zifa in de „Arn-
hemscke Ct."
Na deze lijst zal ik mij ditmaal ont
houden, daaraan nog eene andere lijst toe
te voegen van boeken en brochures, thans
reeds in vp. verschenen.
Voor één boek wil ik echter eene uit
zondering maken, daar er uit blijken kan,
dat men zelfs niet meer vreest, vrij uit
gebreide werken in volapük uit te geven.
Bij Lybecker en Meyer te Kopenhagen
is nl. onlangs verschenen
/Koniet konedas e kolinaa se lans va-
lik, pelovepolBl in volapük», verzameld
door W. Hansen, plofed vpa. te Kopen
hagen. Dit boek bevat, zooals de titel aan
geeft, eene verzameling van langere en
kortere verhalen uit alle landen, vertaald
in volapük, enz. Het is uitgegeven in groot
octavo formaat, en heeft 206 bladzijden.
Het bevat 62 langere en kortere opstellen
(tot van 23 en 24 bladzijden), door 42
medewerkers geleverd. Er komen verta
lingen in voor uit het duitsch, fransch,
engelschnederlandschitaliaansch,
spaansch russisch deeasch zweedsch,
hongaarsch,en is niettemin voor
alle volapükans volkomen verstaanbaar.
Uit het nederlandsoh komen er verta
lingen in voor onder de titels: Abinos
vono man. (Er was eens een man), Stona-
cöpel yapanik (De japansche steenhouwer
uit Max Havelaar), Bepenam blefik lifa de
van Speijk (korte beschrijving van het le
ven van Van Speijk), Tiks telegafela (Ge
dachten van een telegrafist) en Pesevel
vönik sembal (Een oude kennis, uit de
Camera Obscura.)
Aan een wisselkantoor
in de nabijheid van den Dam te
Amsterdam vervoegde zich dezer
dagen een vreemdeling, om een
bankbiljet van f1000 te wisselen.
Aan zijn verzoek werd voldaan.
Toen de man een oogenblik later
zijn geld nazag, ontdekte hij, maar
f990 ontvangen te hebben. Hij dacht
aan eene vergissing en spoedde zich
terug, maar vernam nu.... dat voor
het wisselen 1 pet. courtage was
berekend.
«Geef mij dan mijn bankbiljet
maar terugi, zei hij verontwaardigd.
Ook daarop scheen de houder van
het wisselkantoor echter voorbereid
te zijn althans hij antwoordde leuk-
weg
«Met pleizier, als u dan bij de
f 990 nog maar f 20 voegt, want
dat is weer «wisselen», en kost op
nieuw 1 pet.
De vreemdeling kon met zijn f 990
heengaan.
(Avp.)
Hedenmorgen vond men
te Hilversum op den overweg van
de spoorbaan naar Utrecht, het ver
minkte lijk van zekeren de B. De
ongelukkige is hoogstwaarschijnlijk
dezen nacht door een passeerenden
goederentrein overreden.
De heer L. G. Vernée, com-
missaris van politie te Scheveningen, her
dacht Maandag onder zeer veel blijken
van belangstelling zijn 121/ -jarig ambts-
feest. En daar was bizondere reden toe,
als men bedenkt hoeveel de gemeente aan
dezen politiedienaar verplicht is. Men her-
innere zich slechts zijn moedig optreden
in 1883, bij en na het vergaan van het
met dynamiet geladen schip op de kust
onder genoemde gemeente. Uit alle deelen
des lands werden hem gelukwenschen toe
gezonden langs nllerlei wegen en in onder
scheidene vormen, in dichtmaat, in proza,
in bloemtuilen, enz. Van vele ministers
en oud-ministers, leden van de Kamer,
Provinciale Staten en gemeenteraden ont
ving hij bewijzen van deelneming. De sche-
veningsche bevolking bleef allerminst ach
terwege. "Ruim 400 personen van allerlei
stand en rang bezoehten hem persoonlijk,
en daaronder deputation uit alle bedrijven
van de visscherij en reederij. De politie te
's-Hage gaf hartelijke bewijzen van belang
stelling. Van den president van de Kamer
van koophandel en fabrieken te 's-Hage
ontving de heer Vernée een telegram van
gelukwensching. Ook de scheveningsche
geestelijkheid verscheeu op het feest van
den heer Vernée en treffend waren de
gelukwenschen van den predikant der ned,
herv. gemeente en den pastoor der r. k.
gemeente.
Nog verdient vermelding de smaakvolle
wijze, waarop het personeel van den heer
Vernée zijne kamer had versierd. Keur
van levende bloemen en groen was om
vlaggen geslingerd langs de wanden en
vereenigdo zich in een schild als midden
stuk, dat in stroobloemen de volgende in
scriptie bevatte: Hulde aau den Commis
saris L. G. Vernée
17/3 1876
17/9 1888.
Zijn dankbaar personeel.
Door de politie te Dor-
dreclit is Maandagnamiddag aange
houden en ter beschikking gesteld
van de bevoegde autoriteit te Rot
terdam, zekere J. A. G., voorheen
matroos der Kon. Ned. marine, thans
als zoodanig varende op het duit-
sche brikschip Wolfgang, die onge
veer 2 jaren geleden te New-York
gedeserteerd was van Zr. Ms. stoom
schip Koningin Emma der Neder
landen, en die zich gedurende dien
tijd onder een valschen naam op
verschillende schepen als matroos
had doen aanmonsteren.
Op de Groen van Prinste-
rer-scbool te Doetinchem, directeur
de heer Mora, zijn thans zes trans-
vaalsche jongelieden, om er hun
opvoeding te voltooien, terwijl bin
nenkort nog vier jongelieden van
daar verwacht worden.
Zondag is aandegevol-
gen van brandwonden in het St.
Elisabeth's ziekenhuis te Amersfoort
overleden de 18-jarige dienstbode,
die in den vroegen nacht van 23
op 24 Aug. jl. zich met moeite heeft
gered uit de in brand staande boe
renhofstede genaamd «Het Lazarus
huis», nabij Amersfoort, aan den
Hoevelaker straatweg, welke brand
is ontstaan door het omvallen van
een petroleumlampje in de kamer
dezer dienstbode!
Te Waspik heeft eene
vermoedelijke poging tot vergifti
ging sedert eenige dagen de gemoe
deren bezig gehouden. Verleden
week Zondag overleed zekere S.,
die, zooals uit een onderzoek, door
de politie gedaan, blijkt, steeds zijne
echtgenoote wantrouwde eH nopens
zijn uiteinde meermalen vrees had
gekoesterd. Nadat het gerucht de
ronde had gedaan, werd vanwege
de justitie de begrafenis, die jl. Woens
dag zou plaats hebben, uitgesteld en
door den officier van justitie, ver
gezeld van den rechter-commissarie
en twee geneesheeren, eene lijk
schouwing gehouden, die tot het
vermoeden van vergiftiging leidde.
Een scheikundig onderzoek zal dit
nog nader moeten uitmaken. De
geneesheer, die den doodschouw ge
voerd heeft, schijnt er niets van ge
merkt te hebben.
Vier werklieden der bre-
dasche machinefabriek van de hee
ren Backer en Rueb mochten Za
terdag den dag herdenken, waarop
zij 25 jaren onafgebroken aan die
fabriek waren werkzaam geweest.
Zij ontvingen van hunne chefs ieder
eene zilveren tabaksdoos met in
scriptie, met nog een stoffelijk be
wijs van waardeering, terwijl het
overige personeel hun mede een
geschenk aanbood. Voorafgegaan
door een muziekkorps en gevolgd
door de meeste werklieden der fa
briek, reden de jubilarissen in een
open rijtuig naar den Zandberg,
waar ten huize van den koffiehuis
houder Knibbeler feest werd gevierd.
Te Meppel weigerde Za
terdag avond, juist toen het tijd was
de lichten te ontsteken, de gasfa
briek plotseling haren dienst. Of
schoon het gebrek, dat niemand kon
voorzien of voorkomen, spoedig ge
vonden en verholpen was, had men
toch nog gelegenheid, eenige vroo-
lijke tooneeltjes te beleven; zoo werd
o. a. op het stadhuis een huwelijk
bij kaarslicht gesloten.
Maandagvoormiddagont-
stond te Beesd een twist tusschen
de zwagers F. van D. en J. K. Toen
de laatste den eerste een klap gaf,
trok deze, die in kennelijken staat
verkeerde, zijn mes en bracht daar
mede J. K. zulk eene wonde in de
linkerborst toe, dat men voor diens
leven vreest. De dader, ven ruw
mensch, die zich vaak bedrinkt, heeft
reeds 18 maanden gevangenisstraf
ondergaan wegens het toebrengen
van slagen aan een oud man.
Na de misdaad 'begaf hij zich on
middellijk in arrest.
Zondag viel van het ne-
derlandsche schoenerschip Conjlance
te Harlingen een matroos te water.
In de nabijheid lag het noorsche
schip Stanley van Porsgrund. Een
der matrozen van dien bodem, of
schoon niet kunnende zwemmen,
springt in zijne zondagsche plunje
dadelijk te water, grijpt den dren
keling en wist hem boven te hou
den, tot er hulp kwam, waarna
beiden werden geholpen. Toen daarna
de Nederlander den helper een gul
den aanbood, antwoordde deze in
het noorsch«Neen, wat ik deed,
deed ik uit kameraadschap, maar
niet om iets te verdienen.»
Maandag werd uit den
Rijn te Lobit het lijk van een man
opgehaald, hetwelk naar de kleeding
te oordeelen een stoker was van
eene te Dusseldorf thuis behoorende
stoomboot, die vóór eenige dagen
aldaar was overboord geslagen. Het
lijk werd te Lobit begraven.
In het dorp Stamprooi
(Limb.) hebben Maandag nacht on
geregeldheden op de kermis plaats
gehad. De politie trad handelend
op, en een persoon werd door een
karabijn-kogel van een maréchaus-
sée gedood.
Nadere bijzonderheden ontbreken.
VISSCHERIJ.
Nieuwediep, 17 September. Dertig kor-
der8 brachten heden 15 tot 130 groote-30 tot
160 kl. tongen, 40 roggen, 1 tarbot, 1 tot 8
manden schar en 2 tot 4 mandjes kl. schollen
ten afslag; gr. tong gold 85 a 40 cent, kleine id.
10 h 20 cent, rog 76 cent, per stuk; tarbot
f 10.50, schar f 1 per mand en kl. schol 50
cent per mandje.
Teasel, 16 September. Het rogvisschen
binnengaats leverde m de afgeloopen week niet
veel op. Slechts 9 manden rog konden naar de
belgische markt worden opgezonden. De rog
gold hier van 60 tot 65 cent per stuk. De
Noordzeevisschers besomden van f 30 tot f 75
per schuit.
Door de palingvisschers, die langs de kust in
zee vachten, werd bizonder weinig gevangen.
De vangst van paling in de binnenwateren was
iets ruimer. De paling gold van 20 tot 50 cent
per Ys K. G.
Voor de rookerijen werden flinke partijen
scharren en poonen en pietermannen aange
voerd. Scharren golden f 1.50 a f 3, poonen en
pietermannen fl a f 1.50 per mand.
KOLONIËN.
Uit de Javasche bladen van li en 18 Aug.)
BATAVIA, 18 Augustus.
Aan het verslag der voornaamste ge
beurtenissen in het goevernement Atjeh
en Onderhoorigheden, loopende van 20
Juli jl. tot en met 2 dezer, wordt het
volgende ontleend:
Gr r oo t-A t j e h. Verscheidene posten in de
linie werden nu en dan licht beschoten;
evenzoo de stoomtram Ier hoogte van
Lamdjamoe en Lamrung. Tengevolge van
die beschietingen werden twee Chineezen
en Lambaroe en een te Lamdjamoe licht
gewond.
Den 27en Juli, des namiddags 3 uur,
ontstond, tengevolge van onvoorzichtig
heid, brand in een blok houten chineesche
woningen te Penajong. Eelle wind, gepaard
met groote droogte, waren oorzaak dat het
geheele blok binnen een half uur tijds in
stortte en geheel afbrandde.
De aangerichte schade wordt op f 5000
a f7000 geraamd.
Onderhoorigheden. Op de West
kust werd de rust niet verstoord. Toekoe
Oemar verliet Groot-Atjeh niet; Toekoe
Hoessien Longbatah hield zich te Telok
Gloempang, Toekoe Njak Ma kam te Ei-
gas op.
Passer en versterking te Melaboeh wer
den niet meer beschoten. Volgens ingeko
men berichten zouden alle vijandige hoof
den zich teruggetrokken hebben, met uit
zondering van Tengkoe Batoe Toengal, een
man uit het volk, met vijftien volgelingen.
Op de Noordkust kwam het op den
18en Juli tusschen Toekoe Bintara Kem-
bangan en Toekoe Bintara Tjoemboek bij
de kampong Boeboe tot een treffen. Laatst
genoemde moet zware verliezen hebben ge
leden en werd op de vlucht gejaagd. De
sultanspartij zal vermoedelij k Biutara Tjoem
boek steunen.
Voor zoover bekend, nam Pedir nog
geeu werkzaam deel aan het plegen van
vijandelijkheden.
Te Samalanga en Passangan bleef he
rustig.
Op de Oostkust bleef de toestand sta-
tionnair.
De weersgesteldheid kenmerkte zich in
den laatsten tijd door groote droogte en
warmte.
In de atjehsche kampongs deden zich
nog sporadisch gevallen van pokziekte voor.
De gezondheidstoestand was minder gun
stig; de stand der berri-berri iets ongun
stiger dan gedurende den verslagtijd, toen
die gunstig werd genoemd. De ziekte- en
sterftecijfers waren beide lager.
Aan een particulieren brief van een
administrateur in desolosche afdeelingjBojo-
lali, grenzende aan het Sragensche, ont-
leenen wij het volgende:
Den 8en dezer werden wij des namid
dags om vijf uur van Salem gewaarschuwd,
dat zich hier slecht volk ophield. Passer-
ganger8 van Saren deelden mede, dat zich
een complot gevormd had, met het doel
om hier het europeesch personeel te ver
moorden. Niettegenstaande ik in de cou
rant had gelezen dat eenige Europeanen
zich reeds van Sragen metterwoon naar
Solo hadden begeven, sloeg ik toch aan
vankelijk weinig geloof aan het gerucht.
Des avonds om half acht kwam iemand
mij mededeelen, dat zich werkelijk gewa
pend volk in onze onmiddellijke nabijheid
ophield. In de alang-alang, nabij ons erf,
waren eenige inlanders met ontbloote wa
penen gezien.
Voor zoover doenlijk, het was toen reeds
acht uur en zeer donker, werden zooveel
opgezetenen in het huis van den admi
nistrateur verzameld als mogelijk was, allen
zoo goed als het kon gewapend, de vrou
wen en kinderen in één kamer bij elkan
der. Over twee geweren en eene revolver
met ammunitie viel te beschikken, terwijl
allen waakten. Om twee uur 's nachts werd
achter het erf van den administrateur, om
het wachtvolk af te leiden, eene woning
in brand gestoken. Geen enkel man der
wacht werd vergund zich te verwijderen,
terwijl met alle macht op den bendeh en
de lessong8 werd geslagen. Geen enkele
opgezetene uit de buurt of van het on
middellijk nabijgelegen Balak kwam even
wel U hulp. Nu die gronden door eene
commiasie van den soesoehoenan zijn over
genomen, schijnt de bevolking daarvan
geen hulp bij ongeval meer te willen ver-
leenen.
Naar aanleiding van het voorgevallene,
schrijft de administrateur, gaan wij nu met
den laatsten trein, om vijf uur, naar Solo,
om den volgenden morgen, met den trein
7 u. 15 m. terug te keeren. Het établis
sement wordt gedurende den nacht door
eene dubbele wacht bewaakt.
Aan het bestuur te Solo is van het voor
gevallene kennis gegeven.
Te Salem hebben de Europeanen hunne
woning verlaten, terwijl hedenmorgen, 10
dezer, bericht werd ontvangen, dat zich
te Kali-osso eene bende van 125 hadji's
had verzameld. Aan de politie te Lawang
is hiervan mededeeling gedaan.
Het etablissement Ngrotto is in den
nacht van den lOen dezer door 40 opge
zetenen met de demangs van Platook en
Wonoleloh bewaakt.
Men kan echter met zekerheid aannemen,
'dat bij eene overrompeling het wachtvolk
op de vlucht slaat, en daarom is het niet
raadzaam thans gedurende den nacht op de
onderneming te blijven.
Uit Salem (een spoorweg-halte in
het Sjlosche) schrijft men rechtstreeks het
volgende, dat bovenstaand extract uit een
particulieren brief aanvult en bevestigt:
Terwijl uw blad reeds meldde, dat de
hadji's te Sragen, evenals die van Tjile-
gon, lastig worden, is het ook hier te Sa
lem thans onveilig.
Zoo kwamen Woensdag, den 8en dezer,
des namiddags om 5 uur, 8 gewapende
mannen hier, om naar het aantal hier
woonachtige Europeanen en hunne trakte
menten te informeeren.
Daarna gingen zij regelrecht naar de
onderneming wRotto« en staken om 2 uur
's nachts een der huizen in brand.
De heeren B. en M. van die onderne
ming hebbeu den volgenden morgen met
hun gezin en al hunne goederen onmid
dellijk de vlucht genomen naar Solo.
Alleen 's morgens komen zij van Solo
hier terug, om hunnen dienst naar behoo-
ren te verrichten.
Geuoemde heeren B. en M. hebben
hiervan onmiddellijk zoowel den resident
als den adsistent-resident in kennis gesteld.
Ook de haltechef van de Ned.-Ind.
Spoorwegmij., de heer K., heeft deze zaken
aan zijn onmiddellijken chef medegedeeld.
Daar hij zijn halte niet heeft kunnen
verlaten, sluit hij zich met de familie D.
aan om iederen avond beurtelings de wacht
te houden.
Hedenmorgen heeft de adsistent-resident
van Solo den heer P., den djaksa van
Solo, den penewoe ^an Kali-Osso en den
rongo van Lawang naar Salem gezonden,
en deze hadden het geluk, het hoofd der
bandieten te kunnen arresteeren en naar
Solo te voeren.
Wij hopen dat het der politie moge ge
lukken ook de overige bandieten, die thans
nog steeds hier rondzwerven, op te pakken,
opdat wij, Europeanen, de dagen en nach
ten weder behoorlijk op ons gemak thuis
kunnen doorbrengen.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleend-. Een tweejarig verlof naar Europa
wegens ziekte, aan den controleur le kl. L. D.
J. van Elk, en aan den ambtenaar op wachtgeld
J. L. B. Heijligers.
Trouto-, Geboorteen Doodberichten.
Uit de Indische bladen van 14 tot 18 Aug.)
Gehuwd: A. L. Th. "Welter en M. J. Klop
penburg, Batavia. - A. Jacobs en L. J.
Cornelia, Batavia. - W. J. van Stokkum en Th.
A. Sweekhorst, Batavia.
Geboorten: A. L. Lentze-Edwards, d.,Pang-
kal Pinang. - L. Corsten-Grouw, d., Kotta-Radja. -
Van Maanen, z., Batavia. - Agerbeek z., Batavia. -
A. M. Rikli-Van Varelen, d., Batavia. - Van
Baar van Slangenburgb, d., Batavia.
Overleden: A. E. Brocx, Batavia. - J. J.
Crawfurd-Smulders, 54 j., Batavia. - M. M. van
Beem, 65 j., Batavia. - Van Houten, 11 m.
Batavia.
was, dat de afgescheidenen op den ouden predikant ver
bitterd waren.
Toen dacht Penn aan Stackridge. Langs een omweg be
reikte hij het huis. Daar brandde ook nog licht, ofschoon
het reeds middernacht was. Toen Penn dichterbij kwam,
hoorde hij stemmen van menschen, die zich bij het huis van
den landbouwer ophielden en twiet schenen te hebben. Het
was das voor hem niet Taadzaam om dichterbij te komen.
Hij sloop even stil weg als hij gekomen was. Eindelijk
hield hij een oogenblik rast, terwijl hij zich afvroeg, wat
hij zou doen.
De academie was in de nabijheid Hij herinnerde zich, dat
hij daar onder anderen een zakbijbeltje, een geschenk van
zijne zuster, had achtergelaten, dat hij dus gaarne wilde
bewaren. Misschien was het er nog, en kon hij het er nu
vandaan halen. Hij had in alle gevallen tijd genoeg, en
kon dus de poging wagen. Hij hoorde de gewapende pa
trouille voorbijgaan, en wachtte tot het geluid der voetstap
pen was weggestorven, toen begaf hij zich voorzichtig naar
de sombere school. Hij twijfelde er niet aan, of de deur zou
gesloten zijn, want hij had den sleutel nog bij zich, dien
hij voor den laatsten keer in het slot had omgekeerd, toen
hij de school had verlaten, uit vrees voor de lynchers; hij
wilde haar niet ontsluiten, maar besloot om van achteren
het gebouw, zoo mogelijk door een venster binnen te drin
gen. Het venster was los, en het was sedert de gedenk
waardige gelegenheid, toen Penn met Carl in gesprek was
steeds los gebleven. Hij schoof het raam open, en kroop
zachtjes naar binnen. Hij schopte echter met den voet tegen
een voorwerp op den lessenaar, zoodat het viel.
Het was een geweer, de eigenaar daarvan sprong dade
lijk op en greep Penn bij de beeoen. De school was ver
anderd in een kazerne voor rekruten, en de voormalige
meester was tusschen een troep geconfedereerde soldaten
gevallen. Er werden lichten aangestoken, en toen de sla
perige schildwachten hunne oogen opendenherkenden
zij den ongelukkigen jongen kwaker, die met een hunner
metgezellen worstelde.
Ik wist dat hij het was, ik wist dat hij het was,
riep degene die hem gevangen had genomen, en niemand
anders was dan Gad, de edele vriend van Silas Ropes.
Ik hoorde hem onder het venster, maar ik hield mij stil
totdat hij mijn geweer deed vallen, toen greep ik hem. Hij
ie een verrader, en zal nu het lot van een verrader ondergaan.
Vrienden, zeide Penn, toen het eerste oogenblik van
opschudding en verwondering voorbij was, ik hen in
uwe macht. Het is misschieo het beste wat mij kon over
komen, want ik heb geen misdaad begaan, en ik twijfel er
niet aan, of men zal mij rechtvaardig behandelen. Gij behoeft
mij niet te bindenik zal geen poging tot ontsnapping wagen.
Zij die hem hadden gevangen genomen, en onder welke
hij eenige zijner lynchers herkende, drongen er op aan hem
op een ba:.k vast te binden, zoodat hij eene zeer ongemak
kelijke houding aan moest nemen; het overige van den
nacht werd hij door een soldaat bewaakt.
XVIIIe HOOFDSTUK.
IEE DOOD VEBOORDEELD.
Den volgenden morgen luisterde Virginia Villars naar
het gesprek der soldaten, die voor het huis stonden. Het
noemen van een naam maakte haar opmerkzaam. Zij luis
terde. Hetgeen zij zeiden deed haar ontstellen. Penn Hap-
good was dien nacht gevangen genomen en werd op dat
oogenblik door den krijgsraad gevonnisd.
Mr. Pepperill, riep zij zacht fluisterend, en terwijl
hij rondkeek zag Daniël haar ontsteld gelaat achter het
venster. Daniël was een van de soldaten, die het huis
moesten bewaken. Hij was zeer tegen zijn wil daartoe
aangewezen.
Wordt vervolgd.)