Politiek Overzicht.
wusteloozen toestand verkeerende
mannen bij te brengen. Doordien
de heer Reiss alles had bijeenge
bracht wat tot opwekking van dren
kelingen noodig is, gelukte dit vrij
spoedig, zoodat de patiënten hunne
spraak herwonnen en eenige bizon-
derheden konden mededeelen.
De man die het eerst was gered
heet Eugine Guerre, de tweede
Francois Personique, afkomstig van
Quiberron nabij Lorient, departe
ment Morbihan. Deze verhaalde aan
den hoofdcommissaris van politie,
den heer van Schermbeek, die spoe
dig te Scheveningen aanwezig was,
dat het schip reeds tien dagen in
gevaarvollen toestand verkeerde, dat
het sedert Dinsdagochtend 8 uur een
lek had bekomen, en de bemanning
van dien tijd af den geheelen nacht
door had gepompt, zonder ander
resultaat dan dat men hier voorde
kust kwam. Toen was men het schip
niet meer meester, en hield men
volle zeilen op om zoo mogelijk den
wal te bereiken totdat men vast
raakte, en de bemanning het schip
aan geluk of ongeluk overliet. Men
zag de pogingen, die van het strand
tot redding werden aangewend. De
twee geredden, die niet zwemmen
konden, hadden zich in zee gewor
pen, De kapitein, die met de papie
ren in de ra zat, viel overboord bij
het kappen van den midden-mast.
De kapitein was genaamd Louis
Grouelle. Het schip, dat 26 jaren
oud is, was geladen met kolen, kwam
van Grimsby en was voor fransche
rekening in Engeland gekocht. Het
was bestemd naar Bueuos-Ayres.
De beide geredde personen zijn 32
en 26 jaren oud. Nadat de beide
drenkelingen in het Kurhaus waren
gebracht en daar in eene der logeer
kamers te bed waren gelegd, werden
zij metde meesteinspanning verpleegd
en dr. De Niet en dr. v. d. Mandele
meenden geruststellende verzekerin
gen te kunnen geven voor het behoud
van het leven. Van het schip is niets
overgebleven. Van het Kurhaus af tot
het artilleriepark is Woensdagavond
alles aangespoeld, terwijl het wrak
zelf voor dit park ligt. Meerdere
lijken zijn niet aangespoeld.
De heer Vorkotter, kape-
laau te Delft, deelt thans in De
lijd mede, dat de geestelijke zusters
Clementine en Innocentia, van welke
dezer dagen sprake was, werkelijk
behooren tot het Genootschap der
Docht-rs van de Goddelijke Liefde,
onder bescherming van kardinaal
Ganglbauer, te Weenen; dat zij ge
vestigd zijn te Serajewo in Bosnië,
en door hare oversten zijn gezonden
naar Nederland en Duitechland om
aalmoezen in te zamelen voor de
stichting van een weeshuis en er
dus van bedriegerij, zooals in de
Avondpost werd gemeldgeen
sprake is.
Uit Dordrecht wordt ge
meld:
Door den geduchten hoogen vloed
zijn Woensdagnacht de meeste bui
tenpolders in den omtrek dezer stad
overstroomd.
Woensdagvoormiddag
omstreeks half twaalf had er in de
Kalkhaven te Dordrecht eene ern
stige aanvaring plaats. Het ame-
rikaaneche stoomschip Littie, door
eene sleepboot getrokken, de haven
verlatende, werd door een hevigen
rukwind in de zijde gegrepen, zoo
dat het schip niet meer naar het
roer luisterde en met volle kracht
tegen het in de haven liggend aak-
schip Emdragtschipper VaaTuyl,
aanliep, met dat gevolg, dat het
aakschip nabij de roet dwars door
midden werd gesneden en onmid
dellijk zonk. Schipper en knecht
konden zich nog bij tijds redden en
eenig beddegoed en de zeilen in
veiligheid brengen. Voor in het schip
bevond zich nog 75 kar steenkolen.
Alles was verzekerd. Ten gerieve
der vaart is het wrak in een hoek
der haven gesleept. Het stoomschip
heeft geen noemenswaardige schade
bekomen.
Uit Amersfoort wordt
gemeld: Neerland's in 1813 her
kregen onathankelijkheid zal den
28en November a. s. in deze ge
meente worden herdacht door eene
uitdeeling van spek aan de armen
en het houden van een historischen
optocht, het vertrek van de fran
schen uit de stad voorstellende. De
optocht, die geopend en gesloten
wordt door een peloton militairen
te paard, is eaamgesteid als volgt
1 Eenige burgers, die vernielde fran-
sche attributen dragen2 de maire
Otto Scheltus van Leusden met 4
raadsleden, de heeren W. van As-
senraad, G. Hondius, J. A. Lein-
weber en J. H. van Ewyck3.
eene afdeeling fransche soldaten
met den kolonel Falba en eenige
andere officieren aan het hoofd 4. de
onderprefect Snouckaert van Schau-
burg en de zoon van den maire,
de heer Isaac Scheltus, laatstge
noemde met dezelfde lantaren in de
hand, die gebezigd werd bij het
uitlaten der Franschen; 5 eenige
deftige burgers, die het volk in
rust gehouden hebben6. een ze
gewagen, door vier of zes paarden
getrokken, met evenveel begeleiders.
Op den zegewagen, versierd o. a.
met familiewapens van Snouckaert
van Scbauburg en Scheltus en de wa
pens der provincie Utrecht en der
gemeente Amersfoort, bevindt zich de
Ifollandsche Maagd, met de speer
en vrijheidshoed, de linkerhand rus
tend op den Nederlandschen Leeuw.
Voorts, geflankeerd door gemeld-
familiewapens, het poitret van Schau-
burg7. eene afdeeling schutterij
voorafgegaan door twee tamboers en
een vaandeldrager. Drie schutters
dragen de vlaggen der voormalige
wijken Bloemendaal, Camp en
Breuloranje, wit en blauw8
eene afdeeling Kozakken, door een
hoofdman aangevoerd; 9. Willem I,
vergezeld van Van Hogendorp, Van
Limburg Stirum en Van der Duyn
van Maasdam, ieder voorafgegaan
door een vaandrig, het vorstelijk
wapen of dat van een der genoemde
staatstlieden dragende. Verder het
koninklijk gevolg, uit eenige hoofd
officieren bestaande. En ten slotte
eenige hollandsche soldaten.
Te Utrecht melden zich
vele jongelieden aan, die wenschen
deel te nemen aan den kozakken-
optocht, a. s. Woensdag 28 dezer
deze optocht belooft alzoo bij gun
stig weder, zeer aardig te zijn, vooral
indien men er in slagen mag, histo
risch juiste kozakken-uniformen te
bekomen.
Voor de rol van de vluchtende
fransche soldaten heeft zich echter
tot dusver niemand willen beschik
baar stellen, zoodat dit gedeelte van
den optocht waarschijnlijk zal moeten
achterwege blijven.
(U.D.)
Te Apeldoorn is de blik-
sem in de woning van B., op «den
Eendracht» geslagen. In een oogen-
blik vu het hui* met den geheelen
inboedel eene prooi der vlammen.
Alle* wa* verzekerd.
In Augustus werdenin
de douane-loods van het spoorweg
station te Arnhem een paar balen
vermist, die petten fournituren be
vatten. Hiervan werd eerst in Sep
tember aangifte gedaan, maar het
onderzoek bleef zonder gevolg. De
afzonder, de heer M. te Emmerik,
onlangs te Nijmegen komende, zag
daar bij een zijner klanten goederen
welke hij herkende, als behoord
hebbende tot die, welke de bedoelde
balen bevatten. Zij waren afkom
stig van een uitdrager, die ver
klaarde ze gekocht te hebben van
personen, die zich voor reizende
kooplieden in manufacturenuitgaven.
Zondag kwamen dezelfde perso
nen bij denzelfden uitdrager, maar
werden nu aangehouden en geboeid
naar Arnhem overgebracht. Bij on
derzoek bleek dat dezen de dieven
waren der in Augustus vermiste
balen, maar deze waren niet te Arn
hem gestolen, maar te Emmerik.
In verband met de douane-formali
teiten, waaraan zij moesten zijn
onderworpen, klinkt dit zonderling.
De schuldigen hebben echter be
kend, zoodat het wel niet betwijfeld
kan worden.
Uit Nijmegen wordt van
20 Nov. gemeld:
Heden avond omstreeks 51/» ure
ontlastte zich boven deze stad een
zoodanig geweldig onweder met
hagel en regenvlagen, als men zich
hier niet herinnert ooit te hebben
bijgewoond. Door een der donder
slagen schudden de huizen op hunne
grondvesten, terwijl in vele huizen
van eenige 6traten der nieuwe bo
venstad in de omgeving der rijks
kweekschool voor onderwijzers de
gaslichten uitdoofden, hetgeen de
onsteltenis en den schrik nog ver
hoogde. Sommige personen wierpen
zich op de knieën en zonden smeek
gebeden hemelwaarts, terwijl kin
deren en zenuwachtigen aan het
schreien gingen.
In de rijkskweekschool voor on
derwijzers sloeg de bliksem in en
richtte aan het torentje groote schade
aan, terwijl een schoorsteen ver
pletterd werd. In de keuken van
den concierge van het schoolge
bouw sloeg de bliksem een gat in
den muur onder de kraan der wa
terleiding, vernielde de gasleiding
en verbrijzelde veel keukengereed
schap. De bliksem zocht uit de keu
ken een uitweg door een raam,
waarvan eene glasruit verbrijzeld
werd, en ging rakelings langs het
lichaam der keukenmeid, zonder
haar evenwel te deren. Een koet
sier sloeg door den luchtdruk van
den bok van zijn rijtuig, doch kwam
met den schrik vrij.
Een duur pijpje. Zon
dagavond had de heer heer M. te
Breda het ongeluk met een munt
biljet van f 10 zijn pijp aan te
steken.
Het was een duur pijpje, dat de
heer M. rookte, een pijpje, dat hem
niet eens zoo best smaakte.
Men verneemt, dat een
paar fabrikanten in wollen stoffen
te Tilburg aannemers zijn geworden
voor de levering van 10,000 meter
fijn lakenten behoeve van het
belgische leger.
Uit Vaals meldt men aan
de N. R. C.\
Een vreeselijke moord heeft Za
terdag voormiddag in de naburige
belgiacbe grensgemeente Welken-
raedt plaats gehad. Terwijl de heer
Lamberts' ter kerke was, is een dief
de woning binnengedrongen en heeft
Lamberts zuster, die alleen thuis
was, door middel van slagen en
messteken vermoord. Haar hoofd
bijna letterlijk van den romp
De misdadiger heeft, ofschoon er
eene som van fr. 1300 in huis was,
slechts fr. 110 gevonden en medege
nomen. Op aanwijzing van een
schoolkind, dat een persoon uit L's
woning had zien komen, is Dinsdag
zekere August Hick, spoorwegar
beider, gearresteerd. De bewijzen
tegen hem moeten verpletterend zijn
gebleken. De vermoedelijke moor
denaar was pas sedert 11. Woens
dag gehuwd met een meisje van
Henri-Chapelle en zou zich te Wel-
kenraedt metterwoon vestigen. Hij
is pas 19 jaren oud en te Eynatten
in Pruisen geboren.
De landbouwer G. H., te
Hummeloo, had een 14 dagen ge
leden, ondanks de herhaalde waar
schuwing van den conducteur, de
onvoorzichtigheid van de in vollen
gang zijnde stoomtram te springen,
met het ongelukkig gevolg dat hij,
nadat vóór een paar dagen een
zijner beenen was afgezet geworden,
Dinsdagnacht is overleden.
Uit Zwolle meldt men:
Door den hevigen noordwesten
wind zijn al de landerijen om Zwolle
overstroomd. Te 11 uren Dinsdag
avond moesten de keersluizen wor
den gesloten. Woensdagnacht was
men op de Thorbeckegracht, Bui
tenkant, Waterstraat enz., druk in
de weer met het opbergen van koop
mansgoederen en het maken van
kistdammen. Ook van stadswege
worden de ki»tdammen aangebracht.
Een heer te Noordwolde
had in een hok achter ijzeren tra
lies een paar konijnen opgesloten.
Toen men voor een paar dagen
's morgens kwam om de beestjes te
voederen, zag men geen konijnen,
maar wel een bunsing in het hok.
De beide langooren waren door den
moordenaar onthoofd, terwijl hij er
zooveel van opgepeuzeld had, dat
de weg, waarlangs hij hongerig
was binnengedrongen, te eng bleek
te zijn, nu hij verzadigd wilde ont
vluchten. De dief had zichzelf op
gesloten en ontliep zijn straf niet.
Men schrijft uit Stavo-
ren De Dinsdagmiddag opgestoken
en nog niet tot bedaren gekomen
storm heeft aan het Zuiderhaven
hoofd nogal wat verwoesting aan
gericht. De kop is geheel wegge
slagen. De veerbooten hebben zich
kapitaal gehouden. Toen de laatste
boot Dinsdag aankwam, was het
noodweerdoch de friesland kwam
maar even over den tijd aan, zoo
dat passagiers en goederen nog met
den laatsten trein verder gebracht
konden worden.
Het ned. schoenerschip
Vertrouwen moet bij Skagen totaal
verongelukt zijn. De geheele "beman
ning verloor daarbij het leven.
goed verscheidene daden van den
minister, o. a. SoT* benoeming ee
den nieuwen spoorwegaanleg, maar
keurde af het aanranden van het
beginsel der scheiding van kerk en
staat door de verhooging van ver
schillende posten voor bizonder on
derwijs en de circulaire aan de zen
delingen om aan te sporen den
Islam te bestrijden. Ook vond hij
verkeerd 's ministers houding in de
koffiecultuur. Hij sprak van uitspat
tingen van vroomheid bij den mi
nister, betitelde hem als Christen
Hadji. Hiertegen protesteerde de heer
Sclmpman warm en nam 's ministers
politiek in bescherming Ook be
streed hij ontruiming van Atjeh,
vooral met het oog op den Islam. De
heer Sanders drong vooral aan op
matiging der heffing van de bedrijfs
belasting.
De minister van Koloniën betoogde
dat het tijdsbestek te kort was ge
weest voor indiening van meerdere
plannen.
Hij was voor de vaststelling der
begrooting in Indië, doch met be
krachtiging bij de wetgever.
VISSGHERIJ.
Lemmer, 19 November. Gedurende
de twee laatste dagen, na de ingevallen
vorst, dat de haringvisscherij alhier weder
uitgeoefend werd, werd hoegenaamd niets
gevangen. Sedert den len dezer maand
werd alhier geen Zuiderzee-haring aange
voerd.
WETGEVENDE MACHT.
In de zitting van Woensdag van
de Tweede Kamer kwam bij het
voortgezet debat over de indische
begrooting de heer Veegens op tegen
de volkomen losmaking van Indië
van Nederland en de vaststelling der
begrooting buiten de vertegenwoor
diging om. De heer Rutgers keurde
Het wemelt in Europa weer van wel
kome en onwelkome, vorstelijke en onvor
stelijke bezoekers.
Een welkom, vorstelijk bezoek bracht
de russische grootvorst - troonopvolger aan
Berlijn. De keizer verwelkomde hem
Woensdagavond met bizondere hartelijkheid
aan het station en vergezelde 'zijn hoogen
gast tot aan, tot in het hotel van den
russischen gezant, waar hij met prins Hein*
rich bleef soupeeren. Dit alles wijster op,
dat Wilhelm den czaar wil behagen en dit
alles gelijkt sprekend op het bezoek van
Alexander-zelf, die een jaar geleden, voor*
afgegaan door de verontrustende tijdingen
van russische troepenbewegingente
Berlijn zijn oud-oom bezocht, met Bismarok
confereerde en alles wat door diplomaten
bedorven was, door een halfuur openhartig*
heid verhielp.
Een onwelkom, vorstelijk bezoek zal de
russische keizerin van koningin Nathalie
ontvangen. Deze wil een beroep doen op het
hart van de keizerin, dat deze haar bijsta
in hare verlatenheid en haar de verloren
kroon terugschenke. Neemt men in aan
merking, dat de keizerin een grooten invloed
heeft op haar gemaal, dan zal men toegeven,
dat de servische koningin de eer der vrou
wen, geboren diplomaten te zijn, ditmaal
beter dan ooit te voren handhaaft.
Een onwelkom, onvorstelijk bezoek heb-
ben de turksche en albaneesche ben
gebracht aan Servië. De toestanden op het
Balkan-Schiereiland schijnen nog zoo mid*
deneeuwsch te zijn, dat er ongestraft roof
tochten kunnen worden gehouden en het
stelsel der „militaire grenzen" door Oos
tenrijk prijsgegeven, voor Servië van groe
ten dienst zou kunnen zijn. Wel heeft een
sterke troepenmacht de roovers verdreven,
wel heeft de servisohe regeeriug aan de
Porte rapport gemaakt van deze uitspatting
maar dit maakt het gebeurde niet on
gedaan en nieuwe invallen niet onwaar
schijnlijk.
De zanzibarsche zaken worden afgedaan,
„met bekwamen spoed." Duitschland blok
keert,Eugelandblokkeert.Portugalblokkeert.
Als belegeraars, allen toevoer van buiten
afsluitend, liggen zij om de groote afri-
kaausche vestinghet zal nu blijkeu of
Afrika meer taaiheid heeft dan Europn
geduld. Hoogst karig ziju de berichten, dit
uit de vesting komen eu daarom worden
die van den oostenrijkschen reiziger Otto
linnen zak, evenwel niet omdat hij er zoo bizonder veel
last van had, want zij was geheel ledig.
Wij zouden wél zoo verstandig gedaan hebben, zeide
de eerste, wanneer wij houweel en zak thuis gelaten
hadden. De kreeften schijnen eer in de fabelwereld dan hier
thuis te hooren. En vingen wij dan ten minste maar een
krab, bij gebrek aan beter
De beste krabben vindt je bij den toren van Croï,
dat heb ik je al gezegd.
Och, laten we het er voor vandaag maar bij laten
blijven. Ga je mee naar Ambleteuse?
Naar Ambleteuse! Waarom daar zoo op eens heen?
Waarom? Wel, eenvoudig om Wimereux te vermijden
en zoodoende de klaagliederen van Madeleine te ontloopen.
Onze oude zus houdt van preken. Wat mij betreft,
ik laat haar maar praten, wanneer zij steen en been klaagt
over ons leegloopen, wannneer zij ons verwijt de laatste
stuivers van vader Gerbier verbrast en het huis iu de duinen
verhypothekeerd te hebben. Wat raakt het haar toch, dat
wij geen cent op zak hebben, zoolang zij-zelve 't nog goed
heeft?
En gierig zijn kan; dat mag je er gerust bij zeggen,
Matthieu. Van morgen nog heeft ze mij honderd francs
geweigerd.
Zeg eens Jacques, zij wordt het geven moede. Je hebt
dan ook wel een beetje veel van haar goedheid gevergd.
Wsl mogelijk I Maar dat goeie mensch is niet van
't zelfde bloed als wij, dat is de kwestie.
Och, zij lijkt op haar moeder en wij aarden naar de
onze. En die nam het nu eenmaal zoo nauw niet.
Kom, laten wij opstappen naar Ambleteuse.
Jacques stond op, nam zijn houweel op, alsof het een
wandelstok was en maakte aanstalten om verder te gaan.
Matthieu legde de hand op zijn arm
Maar zeg reis, waarom sta je zoo stijf op je stuk om
naar Ambleteuse te gaan? Dat is vast niet alleen om de
standjes van zuster Madeleine te ontloopendie weet je
tóch wel te ontgaan. Ik wil wedden, dat je den een of
anderen dommen streek hebt uitgehaald.
Wat praatje toch van een dommen streek, antwoordde
Jacque3, de schouders ophalend. Kom, laten wij liever
verder gaan, voegde hij er met eenig ongeduld bij.
Je bent gister te Boulogne in het Casino geweest.
Welnu, jal En wat zou dat?....
Wat dat zou Daar moet je mij naar vragenJe
hebt gespeeld....
Jacque fronste de wenkbrauwen en antwoordde op som
heren toon
Welnu, ja, ik heb gespeeld, en ik heb verloren ook.
Een beroerd ding, hè? Honderd francs! En omdatEduard
Snobel, tegen wien ik gespeeld heb, vandaag in Wirmereuj
komt en ik genoodzaakt zou zijn hem te betalen of mijn
geldverlegenheid te bekenDen, wanneer ik hem tegenkwan
zoo ga ik hem uit den weg. Dat laat zich begrijpen,
niet waar?.. Dat vervloekte geldWas er maar wat van
te verdienen
Ja, zeide Matthieu, dat zou heerlijk wezen, maai
dat gaat maar zóo niet. Over 't algemeen moet er, om geld
te verdienen, gewerkt worden.
Geloof je ddt? vroeg Jacques, hem met een koelen
blik aanziend. Vervolgeus wandelde hij in stilte voort, all
opgaand in eenige gedachte. Matthieu volgde hem zwijgend.
Het weer was intusschen nog dreigender geworden. In de
duinen bewoog zich geen halmpje. Tusschen de donkere
en de laaghangende wolken vlogen gansche zwermen zee
meeuwen, een kort en scherp gekrijsch uitstootend.
Luister, zeide Matthieu zich van de spreekwijze
der kustbewoners bedienendhoor je de grijskoppen
hu,len Wij krijgen zwaar weer, daar kun je staat op maken.
Laten wij naar huis gaan!
(Wordt vervolgd.)