NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD.
SARAH BLONDEL.
6e Jaargang.
Maandag 3 December 1888.
No. 1663.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIES:
Dit Immer Instaat uit drie Malen
HAARLEMMER HALLETJES.
Ben Zaterdagavondpraatje.
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummer»- 0.03.
Bit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. 'JVIernonniimstier 1X2.
▼an 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
.nee agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en eonrantlers.
Mreeteuren-Ultgevers J- C. PEEREBMH ess j. B. AVI».
Hoo fdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publieite Etrangère G. L. DAUBB if Co., JOH. F. JONESAw er., Parijt, Slèis Faubourg JUontmartre.
EERSTE BLAD.
LIL
Het was 28 November geworden en
nóg hoorde ik mnsr niets. Ik wachtte en
wachtte: zou het nu nog niet komen En
jawel,Donderdagmiddag kwam mijn geliefde
ega heel vriendelijk naar mij toe, tikte
mij op den schouder en zeide//Man, we
moesten vanavond de stad eens rondgaan,
om de winkels te bezien l"
Als een waardig en liefhebbend echtge
noot, antwoordde ik: //Vrouw, we gaanl
En neem Sophie maar mee en Marie ook
en Willem behoeft ook niet thuis te blijven.
Maar dit zeg ik jullie, ik zal een som
gelds bij mij steken, die strekken moet.
Op de pof koopen is me een grouwel
Klokke zeven daar gingen we in slag
orde. Mijn vrouw en ik gearmd, alsof we
pas verloofd waren en mijn geliefd kroost
achter ods aan. //Waarom heb je een over
jas aan, Willem?" vroeg ik aan mijn zoon,
//gewoonlijk heb je er zoo'n hekel aan."
z/Hml" zei de jongen, want hij wou
niet beken ue.i dat hij het gedaan had om
meer zakken te hebben, ten einde den
buit te bergen.
//Waarheen eerst, pa?" riep Sophie.
//Naar vara Zijl in de Korte Veer-
straat!" antwoordde ik. //Daar vind je
een keuze van luxepost, waarnaar al je
lange-brieven-schrijvende vriendinnen zou
den watertanden en een verscheidenheid
van keurige galanterieën en luxe-artikelen
van f2 het stuk!"
8chuin daarover bekeken we den winkel
van Karei van Teen. ,/Dat lijkt wel
zand met goud," zeide Willem op een
paar vazen wijzende. //Dat is eugelsch ge
zand majolica," antwoordde ik, „en zie
eens wat mooi gekleurd glas met goud I"
//Een tijgerkop, pa!" riep mijn jongste
dochter uit, terwijl zij wees op den winkel
van J- Slager in de Anegang. «O, wat
prachtige opgezette dieren liggen daar.
Ziet u die molfen, ma? Kijk, die kost 8
gulden en die 60 gulden. Zoo'n pelsjas
zou n wel goed 3taan, pa 1"
We gingen niet gauw voor dezen winkel
vandaan, maar eindelijk gebeurde het toch
en voortgaande, ging, zooals dat heet, mijn
neus te gast. Ik ruik, ik ruik...."
z/Menschenvleesch?" viel Sophie in?
«Neen, parfumerieün." //Dat geloof ik wel,"
antwoordde ze, //dit is de winkel van
Tan Dijk. Heerlijke zeepen en odeurs
verkoopt hij, pa. Toe geef u me zoo'n
fleschje Mikado-odeur, dat is wat nieuws
Nu dat geschiedde. Toen we er uit
kwamen, zei Willem: //Ik zie bij Hassfnb
niets. Verleden jaar had hij Sneeuwwitje
in de kast, heel mooi.
//Zaterdagavond komt Asschepoetster er
in," antwoordde ik. //Het zal een groote
hut zijn va»» binnen blauw betegeld. Bij
den ouderwetschen haard zit Asschepoet
ster en in de deur komt de toovergodin
te voorschijn, leunende op haar kruk. Dat
zal een prachtig effect maken, lel er maar
eens op!"
Voor het magazijn van de firma P. M.
Geyer stond mijn vrouw als een paal.
//Wat fijne artikelenriep ze uit, //kijk
dat goudbrocaat eens hoe keurig. Mevrouw
Jansen heeft hier allerlei artikelen van
geschilderd koper gekocht, dat er uitziet
als mandewerk.
«Wil je binnengaan P" vroeg ik, royaler
dan gewoonlijk, omdat ik vind dat met
St, Nicolaas ieder zijn geld moet laten
rollen, //dan ga ik inmiddels even terug
om sigaren te koopen bij A.J. v«n
Es. Want, jullie weet het, gral ons wen-
schen is maar rook, rook is dus mijn
wenschen ook!"
//U kan ze ook goed krijgen bij
Koolhoven in de Groote Houtstraat,"
zeide Willem. «En bij de Lieme in de
Barteljorisstraat," voegde Sophie erbij
//Ik heb nog meer noodig," antwoordde
ik. //Men moet in deze dagen bij ieder
wat besteden!
Bij Frenay zagen we een massa speel
goed, om een heel weeshuiB voor jaren te
voorzien. Poppen vooral, met poppenka-
mers, een Dorado voor meisjes. Deze firma
heeft ook veel artikelen die in Holland
zelf zijn gemaakt. We schaterden van
lachen om Hans Gilpin's rit, een aller-
vermakelijkst otuk speelgoed.
"Kijk pa, de Matador heeft een
arondster." We keken naar de overzijde
en zagen in de spiegels van dit welbe
kende kleedermagazijn een groote ster met
een massa flikkerende en fonkelende pun
tjes. uWat zijn dat voor blinkende pun
tjes P" vroeg ik verbaasd, //hoe verkrijgt
men zoo'n effect P" Willem die naderbij
gekomen was, antwoorddeNeen, wat hij
antwoordde zeg ik niet, de lezer moet het
zelf maar gaan kijken.
Daar verrees in de winkelkast van de
firma Sanders Ce., in de Groote
Houtstraat het wapen van Haarlem, rood
en wit, in zeep. De fraaie etalage-kast was
gevuld met fijne odeurs, zeepen en par-
fumeriën, terwijl de flesohjes schitterden
in hei; helle gaslicht. //Het nieuwe be
hangsel- en tapijtmagazijn van de Wilde
in de Damstraat heet ook Rood en Wit,"
zeide Sophie, //daar staat St. Nicolaas met
zijn knecht in de winkelkast."
//Bij le Br rara hier vlak bij, moet ik
een nieuwe lamp hebben man," zeide mijn
vrouw, toen we voortgingen en bij de
Jong die voorbij de Oudegracht woont,
een petroleumtoestel". //Denk aan je budget
vrouw 1" waarschuwde ik. „Kom, ko.
het geld is rond om te rollen, vooral op
St. Nicolaas," antwoordde mij* wederhelft.
„Daar heb je gelijk in!" zeide ik.
De firma de Lange en van Ek
was als altijd keurig voorzien van de
nieuwste snufjes. Bloemtafels in nikkel,
brons en hout, eene prachtige eolleetie
vuurschermen en in de ruime lokale* ee*
ongeloofelijke voorraad van allerlei arti
kelen, klein en groot. Iets nieuws is een
amerikaansche kinderstoel, die in tweeën
geslagen uitstekend als wagen op vier wie
len dienstdoet.
Van uit de drukke Houtstraat gingen
wij de stillere Gierstraat in. In den win
kel van Rietfort, firma Sanders en in
de Tydgeest vonden wij tal va* voor
cadeaux geschikte artikelen in het manu-
factuurvak. Bij al die bezoeken ging het
mij ala Esopus in de bekende fabel, mijn
zak werd lichter en die van mijn kroost
werden zwaarder. Op de Botermarkt ge
komen sloegen we nog even linksaf om by de
firma Schoolmeester een paar koopjes
te halen in dekens en kleinere artikelen.
„Als ik zoo'n vleeschwinkel zie/' zeide
mijn vrouw, toen we voor den winkel van
Koeleivijn in de Koningstraat stonden,
«dan weet ik niet hoe er vegetariërs kunnen
wezen. Die worsten, men zou er direct in
wille* happen 1 Op den Jansweg Sb bij
C. Kuykera is een piramide gemaakt
van rookvleesch, bankethaminetjesen rook
worsten, om iemand te doeD watertanden!"
„Pa, Willem moet een parapluie heb
ben," fluisterde Sophie mij toe, toen we
aan het einde der Koningstraat kwamen.
Die moet u morgen bij Tbiemnn, Ko
ningstraat gaan koopen, van 80 cents af
zijn ze te krijgen." „Toch zeker wel duur
der ookP" vroeg ik schertsend. „Nu ja,
natuurlijk. Maar is het niet gek dat iemand
nog in den regen zo* loopen, als hij zich
daartegen voor zestien stuivers bewaren
kanP'In den bekenden bazar van Karthaaa
was het stampvol, zoo zelfs dat mijn vrouw
een laars op haar voet kreeg, die my
noopte den eigenaar van gezegde laars een
booten blik toe te werpen. Mijn toor* ver
dween echter ras toen ik in de groote lokalen
de verzamelde artikelen zag. Beschilderd
terra cotta, albums op standaard, tafeltjes
van papier maché dongen om den voor
rang met voorwerpen van beschilderd leer
en prachtige uurwerken in allerlei groot
ten, vormen en prijzen.
,En nu gaan we taartjes eten bij Kal-
pers op de Groenmarkt," zeide ik toen
we weer op de Groote Markt waren. //Een
groot ehassiuet, met St. Nicolaas er op,
ijst ons gemakkelijk genoeg den weg."
Bij G. Koling, voorheen Gezusters
Grasveld, het eerste huis van de Groote
Markt, werd mijn vrouw die een das voor
een neefje van ons koopen moest, een col
lectie voorgelegd waarmede alle haar-
lemsche jongelui zich hadden kunnen
tooien. „Hebt u het nog al drukP" vroe
gen we. „Zeker, ik ben best tevreden'
was het antwoord. „Kwam er maar wat
vorst, dan verkocht ik weder volop win
terhandschoenen en wollen ondergoederen
De hoedenwinkel van Frans is bekend
genoeg, en hem zal met dit feest de leve
rantie van menig hoofddeksel worden op
gedragen.
Met een vaart liep Sophie de Barteljo
risstraat in. „Wat scheelt Fie toch?"
zeide mijn vrouw verbaasd. Voor den
winkel van Weill stond ze stil en
nu begrepen wij waarom za zooveel haast
gemaakt had. In de eene winkelkast wa
re* prachtige balcostuums geëtaleerd, die
Sophie's aandacht derwijze boeiden. Mijn
vronw ging naast haar staan en weldra
voerden de twee een gesprek zoo vol be
wondering, dat ik zeggen moest; //Kom
oudje, doe nu geen verkoudheid op. Je
bent nog even verrukt over ee* baljapon
als je dertig jaar vroeger waart."
«Dat begrijpen mannen toch niet!"
antwoordde mijn vrouw even geraakt, zoo
als vrouwen altijd zijn als raen haar op
haar ouderdom wijst. «Je zoudt beter
doen als je mij eens een mooie boa uit
szen winkel kocht of een voetzak of een
lof voor Marie. Er is keus genoeg van
die artikelen 1"
Van bont op nieuw zilver is de sprong
nogal groot, maar een St. Nicolaaskijker
is voor een sproDgetje niet bang. Fijn en
keurig ziet de étalage van nieuw zilver
van Hordijk in de Barteljorisstraat er
uit. Bracelets en fruitschalen, dessertmes
sen en theelepeltjes, alles schittert en fon
kelt in het helle gaslicht, scherp afstekend
tegen het rood fluweel waarop het ligt.
We zagen daar een nieuwigheid en wel
een sauslepel, waarmee men vette en ma
gere jus scheideu kan.
In den winkel van Anton Bosse,
Barteljorisstraat, kochten we eenige schrijf-
benoodigdheden en een aantal in prijs ver
minderde fotografiën.
„We hebben de Zijlstraat nog vergeten,
pal" riep Marie uit „en ik moest bij
Werder op no. 57 nog speculaas halenl"
„En ik moest een prachtige fotografie bij
üpoon koopen," voegde Sophie er bij.
„Nu, goed kinderen, daar gaan we dan
later naar toe," antwoordde ik. „Eerst
moeten we de Kruisstraat in om eens te
zien of Pander wat nieuws heeft in
gordijnen en tapijtstoffen."
In die* winkel ontmoetten we mijn
vriend Jaaaen en zijn vrouw, die ook een
reis langs de winkels ondernamen. Dade
lijk deden de dames elkaar wederzijdsche
confidentiën over hare iHkoopen. „Ik heb
ean prachtigen kachel gekocht bij Heenk
Damstraat 6," zeide mevrouw Jansen. „Dat
nieuwe magazijn ziet er keurig netjes uit
en men vindt er in kachels, haarden, man
gels, baden en dergelijke artikelen een
keus, waarvan men verbaasd staat. Een
naaimachine heb ik ook gekocht, in het
depot van de Singer Manufacturing
in de Barteljorisstraat. -ukkel jij nog al
tijd met je oude voort?"
Mijn vrouw knikte, met een verwijten
den blik op mij, maar ik wisselde een
blik met Sophie, want dienzelfden dag
hadden wy er samen voor haar een ge
kocht bij Brandt in de Schachel-
sfcraat.
„Heb jelui ook zoo'n laDgen tocht ge
maakt?" vroeg mevrouw Jansen. „Wij heb
ben al ontzaggelijk veel gezien. Je moet
eens gaan kijken bij Boekman op de
Riviervischmarkt, je weet wel die groote
glaswinkel. Daar staat een beer met een
berenleider in de kast. Juffrouw Svraans-
wijk in de Jacobijnestraat heeft weer een
mooie collectie mandewerk en als je fraaie
platen voor eene schilderij noodig hebt,
kijk dan eens bij Fetter in de Kruis
straat No. 48 of bij zijn overbuurman Mul.
„Me dunkt," zei ik mijn vriend Jansen
nauwkeurig opnemend, „er is iets vreemds
aan je. Jawel, nu zie, ik het, je hebt een
nieuwen hoed op. Wat zoo'n verandering
van hoofddeksel toch dadelijk de aandacht
trekt. Waar heb je hem vandaan?
„Bij Klerop op de Botermarkt", kreeg
ik ten antwoord. „Die heeft zijn winkel
vergroot en een aparten winkel voor hoe
den en pette* ingericht naast zijn oude
magazijn. Ook fijne soortea verkoopt hij
tegenwoordig, deze heeft zes gulden gekost."
„Ik bevind mij altijd heel wel bij
Boeree op de Riviervischmarkt," zeide
mijn vrouw. „Die heeft ook ferme keus
en is niet duur. Maar ik moet een echte
lampe beige hebben voor mijn saloD, weet
je ook waar ik die zou moeten koopen P*
„Wel, bij de Nobel in de Lange Veer-
8traat natuurlijk. Eu als je daar heengaat,
loop dan even bij Buetinck op den
hoek van de Damstraat binnen. Daar vind
je van alles en alles in het vak van ga
lanterieën. Yan manchetknoopen af tot
nickel horloges toe. O ja, ik zou bijna
nog vergeten je opmerkzaam te maken
dat L. Zwartser in de Lange Yeerstraat
een uitverkoop houdt in het perceel, waar
vroeger dat bierhuis Spatenbrau was. Kijk
daar eens voor het raam, mooie tricot goe
deren en voor een prijsje
We bekeken de aangeduide winkels en
niet zonder succes voor de eigenaars daarvan.
Toen zei ik tot mijn vrouw „Hoor eens,
gaan we naar huis. Het is al tien
uur en ik ben vermoeid. Morgen komt er
weer een dag
Bij deze mededeeling verhieven zich
kreten van afkeuring. „Ik heb nog een
pot gember noodig van Fan Eden in
de Damstraat", zeide mijn vrouw „en bo
terletters van Braakman ook uit de
Damstraat. En ja, dat is waar ook, cho
coladeletters van de Waal in de Kleine
FBIÜÏIJIJFITO INT.
Naar het fransch van Louis Gallet.
IV.
Gewoon aan een onbezorgd en weelderig bestaan, viel het
hun in den eersten tijd zeer moeilijk zich te schikken in de
bekrompen levenswijze, die zij in het ouderlijk huis volgen
moesten. Madeleine ontving hen, zonder hun iets te vragen;
maar zij was niet in staat hen op andere wijze voort te
helpen. Wanneer zij geld noodig hadden, moesten zij het
maar verdienen, daar de veertienduizend francs van zuster
Knorrepot pas voldoende waren om in de dagelijksehe be
hoeften te voorzien.
Matthieu maakte al dadelijk gebruik van de hem aan
geboden gastvrijheid; Jacques evenwel, die ondernemender
was, beproefde zich eenige hulpbronnen te openen met den
handel. Hij had de stoutmoedigheid van zijn vader geërfd;
ongelukkig genoeg bracht zij hem niet zooveel op. Hij vond
weinig te verdienen. Om geld te krijgen overreedde hij
Matthieu een hypotheek te nemen op het huis in de duinen.
Zoodra zij evenwel weer geld in hun bezit hadden, be
gonnen zij het oude leven op nieuw. Het middel reikte dit
maal zes maanden toe. Matthieu trok zich daarna op het
huis terug, waar hij geduldig de vernederingen van Ma
deleine onderging en zijn tijd zocht klein te krijgen met
langs de kust heen en weer te loopen en krabben of gar
nalen te visschen als in zijn kinderjaren.
Jacques daarentegen, die kennissen, zoo geen vrienden
te Boulogne had, bezocht er druk de kringen en vooral het
Casino, waar hij zijn geluk met het spel beproefde.
De kans was hem evenwel gedurende eemgen tijd tegen.
Den dag vóór het vergaan van de Albany had hij zijn
zuster nog om geld verzocht; zij zou het hem zonder twijfel
gegeven hebben, wanneer het niet reeds voor de tiende maal
was geweest, dat hij in die maand met dat verzoek tot haar
kwam. Zij weigerde.
Jacques was genaderd tot dien tweesprong op den levens
weg, waar men, ten einde raad, zich voorgoed opheft of
zedelijk te gronde gaat. Alles hangt af van de omstan
digheden, waarvoor men geplaatst wordt.
In dit geval waren zij noodlottig geweest: zij hadden
van Jacques Gerbier een dief en een moordenaar gemaakt.
V.
Gedurende de eerste uren, die op zijn misdaad volgden,
trachtte Jacques zijn geweten tot zwijgen te brengen. Hij zeide
en herhaalde tot zichzelven, dat zijn hand toegeslagen had,
niet ten gevolge eener overweging, maar bij instinkt. Eens,
op de jacht, had hij met de kolf van zijn geweer een dier
verminkt, dat hij voor dood hield en dat opgesprongen was,
toen hij de hand uitstrekte om het te grijpen.
Hij putte zich uit in bewijsvoeringen, dat het eene geval
gelijk was aan het andere, over het hoofd ziende, dat een
diefstal den moord voorafgegaan en noodzakelijk ge
maakt had.
Dienzelfden dag namen zijne gedachten evsnwel een ge
heel anderen keer.
De reden, waarom Madeleine getroffen kon zijn door
zijne zachtheid voor Sarah, na zich eerst over zijne ruw
heid boos te hebben moeten maken, lag in bet feit, dat
Jacques in de papieren van Francis Blondel dingen had
ontdekt, die hij in staat rekende van machtigen invloed te
zijn op zijn verderen levensloop.
Deze papieren, die hij eerst met minachting ter zijde ge
worpen had en die hij later verklaarde, te hebben verbrand,
deze papieren waren eenvoudig de geboorteactes van
Blondel, Sarah en vele hunner familieleden. Zij vormden
samen zulk een goed geheel, dat men er een familiestam
boom uit had kunnen maken.
De ontdekking van een nummer van den Moniteur, des
tijds een officieel blad, waarin een passage met rood krijt
was aangestreept.deed Jacques zulk eene groote waarde hech
ten aan deze schijnbaar onbeteekenende papieren.
{Wordt vervolgd