Politiek Overzicht GEHEMD NIEUWS Door de regeering zal dezer dagen bij de Staten Generaal een wetsontwerp worden ingediend, waarbij wordt goedgekeurd het tractaat met Frankrijk, om de ge schillen met Frankrijk over de grens scheiding tusschen nederlandsch en fransch Guyana aan een scheidsge recht te onderwerpen. Dit wetsont werp wenscht de regeering nog vóór het recès door de Kamer be handeld te zien. Bij het departement van Oorlog zijn, naar wij vernemen, verscheidene wetsontwerpen in ge reedheid gebracht in verband met eene nieuwe organisatie der strijd krachten, zoodat spoedig na het eindverslag der staatscommissie de indiening van de noodige voorstellen kan verwacht worden. Uit Amsterdam wordt ge meld In eene vergadering, door de Amsterdamsche afdeelingen van de Maatschappij ter bevordering van nijverheid en van de Vereeniging van fabrieks- en handwerksnij ver- gezamenlijk te houden Woensdag e. k., zal mr. Goeman Borgesius het ontwerp van wet tegen overmatigen arbeid bespreken. De vergadering ia alléén voor leden en hunne geïu- troduceerden toegankelijk. Met 2 2 van de 38 b t e m- men is tot lid der Zaanl. Kamer van kooph. en fabr. te Zaandam gekozen de heer H. Blans Kz. al hier, lid der firma Klaas Blans, stoomrijstpellers. Men schrijft ons uit Wor- merveer: Vrijdagavond sprak yqpr de leden van het Nutsdepartemeu-. te Wor- merveer de heer Van Hille van Zaandam over den onlangs overle den dichter Jan van Beers. Uit de eerste gedichten toonde spr. aan, dat Van Beer's groote fout wassentimentaliteit. Gelukkig ech ter had zich uit den sentimenteelen dichter een dichter met gezond sen timent gevormd, hetgeen o. a. dui- lijk gemaakt werd uit de onder scheidene schildering der vrouw. Als typen dienden den spr. Livarda, Martha, Begga. Ten slotte werd Van Beers nog geschetst als vriend des volks, met name van de minst bedeel den. Niet het volk opzetten tegen de rijken, maar medelijden wekken voor die lijdenden was 's dichters doel. In t e g e n w o o r digheid van het hoofdbestuur der Noord- en Zuid- hollandsche Redding-maatschappij, van de scheveningsche afdeeling en van een der bestuursleden van Loos- duinen, had Vrijdag nabij het «Oranjehotel» te Scheveningen eene proefneming plaats met vuurpijlen van de pyrotechnische school te Delft, vervaardigd naar het plan van den luitenant der artille rie Van Vuuren. De pijlen hadden een hoogeren druk dan die welke verleden jaar beproefd werden van 20 atmosferen. Nadat vier pijlen waren afgestoken werd de proef neming gestaakt, wijl het bleek dat de koppen der pijlen niet ge construeerd waren in verhouding tot den hoogeren druk, waardoor zij van de ijzeren huls afspron gen en uiteenspatten. Een pijl die slaagde bereikte een afstand van 295 meter. Ook eene andere wijze om den stok aan den pijl te beves tigen bleek niet proefhoudend, daar het ijzerdraad, dat ter vervanging van het gebruikelijke koord door den stok loopt, niet zwaar genoeg was en afknapte, waardoor de pijl zonder de reddingslijn wegvloog. Poëzie en, Proza. Naar aanleiding van de adressen om subsidie voor opera en tooneel, tot den raad der gemeente Rotterdam gericht, heeft de slagersvereeniging aldaar den raad herinnerd, dat, als er f 25.000 beschikbaar is, in de eerste plaats vergoeding moet wor den verleend aan de eigenaars van particuliere slachthuizen, die inder tijd zonder vergoeding zijn opge ruimd. Donderdagmiddag was C. V., klein landbouwer, wonende te Maldeghem, met paard en rijtuig op weg. Nabij Aardenburg schrikte zijn paard voor de stoomtram, die in volle vaart kwam aangereden. V. wilde het bij den teugel grijpen, maar kwam daardoor in aanraking met de machine en werd achterover geworpen. Hij werd zoo hevig aan het hoofd en inwendig gewond, dat hij weinige uren daarna aan de gevolgen overleed, zonder tot be wustzijn te zijn gekomen. Hij laat in kommervolle omstandigheden eene weduwe met 6 jonge kinderen achter. In den vooravond van den 12 December brandde in den polder, onder Uequert, eene groote boerderij af, behoorende aan den heer S. Bouwman. Een groot aantal runderen, varkens en paarden kwa men in de vlammen om, ook veel koren ging daarbij verloren. Tijdens het ontstaan van het onheil was de eigenaar, naar men verneemt, af wezig. De woning, het voorste deel van het gebouw, is bewaard ge bleven. De boerderijen hebben in den regel een brandgevel. Iemand uit Barradeel, in Friesland, verkocht eene gewone duif aan een handelaar in Harlin- gen, die het beest naar Londen af zond, waar het behouden en wel aankwam. Daar weder losgelaten, gevoelde de duif zich blijkbaar niet op haar gemak, althans de eigenaar in Barradeel vond haar Vrijdag in het hok terug, na eene reis over Noord- en Zuiderzee.; JËS LETTERE EN KOMST. Inhoud Sempervirens No. 50: Cypripedium, als voorbeeld van wat de mode vermag. De vroege Abrikoos «Précoce de Boul- bon«, met eeu afbeelding. Vaccinium macro- carpura (Grootbloemige Veenbes). Koelreuteria bipinnata. Chrysanthemum-stekken. -De heer H. Kleinstarink, te Leiden. Krulsbevrnch- ting. Iets over afgesneden bloemen. Ben merkwaardig rechtsgeding. Een nieuwe indi- sche industrie. Hot schoonmaken van Uien. Tuinlieden-Vereeniging W. i. 1.1. e., te Gro ningen. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Afdeeling's Gravenhage en Omstre ken. Verschillende meded. Vraagbord. Advertentiën. WETGEVENDE MACHT. Iu de Vrijdag gekoudeM zitting der Eerste Kamer werd de begrooting van de kolonie Suriname aangenomen. De minister Keuchenius]verklaar de dat de nieuwe goeverneur niets zal nalaten om de belangen dezer kolonie onpartijdig te behartigen. Op de vraag van den heer Wert- h e i m wat de minister noodig achtte om de kolonie in plaats van een lastpost tot eeu steun van de schatkist te maken, ver klaarde de minister, dat er sprake van is een groote westindische maatschappij tot stand te brengen ten einde de verval len cultuur te doen herleven en die maat schappij zou zijn steun genieten. De begrootingen der Landsdrukkerij en van het domeinfonds werden goedgekeurd. De Eerste Kamer is tot 27 December Uiteengegaan. Alsdan zal da indische be grooting in behandeling komen. In de zitting der Tweede Kamer van Donderdag werd bij de behandeling van hoofdstuk Binnenl. Zaken door den heer E a b i u s een levendig debat uitgelokt over de al of niet wenschelijkheid van af schaffing van den vaccinedwang door zijn vraag, of de min. die spoedig zou voor stellen. Verwees de min. hem eerst naar de op dit punt toegezegde wetsherziening, later, toen da het ren Heemskerk, L o h m a n en ook de heer Van Hou ten, ieder op verschillende gronden, waaronder ook die, dat tegenwoordig de dwang zich uitstrekt tot de kinderen der bewaarscholen, den minister van hun steun voor een eventueele opheffing der bezwaren tegen de verplichte inenting verzekerden, liet de minister zich meer positief uit. Den heer De Beaufort, die wenschte, dat de minister met de medici zou te rade gaan, alvorens te beslissen, toch, deed hij opmerken, dat hij de zaak niet uitsluitend uit eeu medisch oogpunt be schouwde, doch ook wel degelijk daarbij rekening hield met het feit, dat de vac cinedwang vele kinderen belet de school te bezoeken. Alleen de heer Schreinemacher betoogde het nut van inenting ook van kleine kinderen tegenover de bezwaren van het met-deskundig lid Heemskerk. Verder kwamen de gewone zaken bij d^ze afdeeling te berde. Voor verplaatsbare ontsmettingovens brak de heer Z a a ij e r een lans, terwijl over de plaatsing van de door hem gewenschte cholerabarak onder handeld wordt met Amsterdam. Over de bijdragen der leerlingen aan de rijksvee artsenijschool sprak de heer S e r e t, over de beteugeling der varkensziekte de heer Z a a ij e r. Het Hooger Onderwijs lokte eeuig debat uit. De heer L o h m a n wilde aau de Vrije Universiteit het recht toekennen gra den te verleenen, een wensch dien de heer De Beaufort bestreed, terwijl de heer Vermeulen zijne denkbeelden, uiteengezet in zijne nota, nader ontwikkelde en aan drong op beperking der faculteiten aan de Universiteiten. De minister Mackay scheen het denkbeeld van den heer L o h- m a n niet te zijn toegedaan, al was hij bereid belemmeringen voor het vrije onder wijs wegtenemen. Uit een antwoord aan den heer R o ij a a r d s bleek, dat de minister bereid was den bouw van een nieuw Universi teitsgebouw te Utrecht te bevorderen. In de Zitting van Vrijdag leidde de heer Vermeulen het debat over middel baar onderwijs in met het inroepen van de bescherming van den minister v. Binnenl. Zaken voor de jongelieden op de R. H. B. scholen tegen vergiftige stoffen, die in de boekenkasten dier in richtingen aanwezig waren in den vorm van boekwerken, die z. i. niet strekken om het zedekundig en godsdienstig gevoel de leerlingen te ontwikkelen, ja schendend waren voor het neutraliteitsbegrip dat ook op die scholen moest worden geëerbiedigd. De heer Z a a ij e r noemde dit niets anders dan ongegronde beschuldigingen en meende dit wegens zijne ervaring te kun nen zeggen, maar uit het antwoord van den minister bleek, dat hij meer waarde aan des heeren Vermeulens mede- deelingen hechtte, dan de heer Z a a ij e r wellicht verwacht had, daar de heer Mackay geenszins de geschiktheid van alle lectuur aan de rijksinrichtingen, aange schaft door leeraren of directeuren, ver dedigde en integendeel eenig toezioht op het neutraal karakter dier uitspannings- lectuur voor de leerlingen, niet overbo dig vond. De heeren Heldt en Lieftinck konden den minister niet overhalen, de eerBte tot een wettelijke regeling van het ambachts- en taekenonderwijs; de andere tot een regeling, eveneens bij de wet, van het zeevaartkundig onderwijs in het be lang van onze handelsvloot en de toe komst onzer jongelingschap. De minis ter wil eerst nog de resultaten van de bemoeiingen van particulieren of gemeen ten met ambachtscholen afwachten en iedere zeevaartschool, gesteund door rijks subsidie haar eigen weg laten gaan. Intusschen verklaarde hij zich niet be paald tegen inwilliging van hun wensch tot kostelooze plaatsing van on- en min vermogenden op rijksinrichtingen voor middelbaar onderwijs en tot invoering van een verplicht examen voor stuurlie den en gezagvoerders. Bij de bespreking van het Lager On derwijs keurde de heer M e ij i e r de be zuiniging af, door de Regeering toegepast, daar waar zij de groote normaallessen wil inkrimpen en de kleine, de slechtste, wil laten bestaan of uitbreiden, verder heeft hij bezwaar tegen het opheffen van beur zen aan rijkskweekscholen, dat zal leiden tot groote vermindering van personeel. De opheffing van kweekscholen en het onttrekken van subsidiën aan kweekscho len voor onderwijzeressen ried hij den minister af, op grond van het nut dier instellingen, dat hij uitvoerig en met cij fers betoogde. Spreker drong ook aau op meerdere uitkeering aan gemeenten op grond van art. 49 van de onderwijswet. De heer Sanders betoogde de wenschelijkheid om het middelbaar en het lager onderwijs te zamen te regelen en wees den minister op een zuivere regeling van het 1. o. op paedagogische gronden en regeling van het schoolbezoek enz. Hij zeide nooit voor stander van normaalleasen te zijn geweest, waarvan in Friesland zoovele leerlingen zijn gezakt. Hij i& voor kweekscholen maar wenscht die ook op het platteland. Spr. zou gaarne daar jongelieden zien, die geene beurs noodig hebben, wanneer spr. de lagere onderwijzers „grosso modo^ be schouwt, komt hij tot de conclusie, dat jongelieden uit de betere standen aan de kweekscholen te zien wel eene illusie zal zijn. Toen spr. het voornemen zag dat de Reg. heeft met de kweekschool te Haarlem, is hem dat van dezen minister tegengevallen. De besturen van die inrichtingen zul len in groote moeilijkheid komen bij zoo groote finantiëele onzekerheid. Spreker zegt, laat u aan óéa jaar niet kennen. Hebt gij het volgend jaar een vast stelsel van sub- sidieering, dan zullen er deze scholen in passen. Neem ze dus nu niet het subsidie af. Geeft ge niets meer, dan is het het volgend jaar toch gedaan. LEGER EN VLOOT. Men meldt ons uit Halfweg Bij de Donderdag gehouden proefnemingen met olectrisch licht aan de inachietplaats voor viach- torpedo's aan zijkanaal F. is de verste afatand waarop de booten van elkander konden worden waargenomen 1085 M. De geheele beschaafde wereld en een deel van de onbeschaafde wereld in cluis wordt in spanning gehouden door de zaken in Oost-Afrika; de staatslieden, de tijd schriften, de kranten, de societeitsbezoekers zijn er vol van. En zou de duitsche Rijks dag, wien de zaak wel in de eerste plaats aangaat, er over gezwegen hebben P Zij heeft er niet minder dan eene geheele zit ting aan besteed. Het publiek en de af gevaardigden waren in groote getale op gekomen. Windthorst opende het debat door zijn bekend voorstel betreffende de internationale bestrijding van den sla venhandel te verdedigen. Duitschland als groote mogendheid moet zich ook groot be- toonen, waar het geldt ondernemingen, die der menschheid ten goede komen te steu nen. Zijn partij is tevreden met wat de regeering tot dusver in dien zin gedaan heeft en zal haar steunen bij alles wat zij in dezelfde uiting mocht gaan ondernemen. Na eenige minder belangrijke redevoe ringen van Helldorf en Woermann, die de aandacht vestigden op het voordeel dat de onderdrukking van den slavenhandel voor den handel afxou werpen en op het onvoldoen de eener bewaking van de kust alleen, kwam Herbert tob Bismarck aan het woord. Omtrent zijn met spanning tegemoetgeziene en met aandacht aangehoorde rede wordt gemeld, dat hij het uitzieht bood op eenige voorstellen, die van regeeringswege binnen eenige weken zullen worden gedaan tot regeling der zaken in Oost-Afrika. Vooraf moet de regeering nog verschillende des kundigen, als reizigers, handelaars en on derzoekers hooren. Ook moet afgewacht worden of de //Oost-Afrika vereeniging" niet met behulp van ruimere financieele middelen in staat zal zijn eene politiemacht tot bescherming der kust op te richten. De regeering verkeert met het kabinet te Londen in de beste overeenstemming, even als met Portugal en de andere regeerin gen. Ook Frankrijk is tot de maatregelen ter bestrijding der slavernij thans toege treden, in zooverre alleen de voorwaarde gesteld is dat slavenschepen, voorzien van behoorlijke fransche papieren, zoodra mo gelijk naar de naastbijzijn de fransche au toriteit (consul of oorlogsschip) verwezen moeten worden. De regeering zal er naar streven, den steun ook van andere zeevarende naties te verwerven. Met den Kongostaat, die op zeer te waardeeren wijze ons blijken van welwillende tegemoetkoming gegeven heeft, is zij in onderhandeling getreden. Evenzoo heeft zij onderhandelingen aangeknoopt met Nederland, hetwelk wel is waar zelf geen grondbezit in Afrika heeft, maar aan welks kooplieden, inzonderheid te Rot terdam, aldaar vele factorijen toebehooren. Van de Westkust gaat een verkeersweg den Kongo opwaarts en loopt geheimzin nig verder. Voorbij het Nyassa-meer lig gen stations, waarop de regeering evenals op de eindpunten der karavanen-wegen, al hare aandacht vestigen moet." Het luide applaus, dat op deze, half onverstaanbare rede volgde, leidde de aan neming van Windthorst's voorstel tegen den negerslavenhandel in. De afgevaar digde, die in zijn toespraak het vertrou wen had uitgesproken, dat alle partijen het menschlievende doel, dat hij verde digde, zouden steunen, rekende hier bui ten de socialisten sn vrijzinnigen, welke op 8lot van zaken tegen stemden. Herbert von Bismarck, nogmaals aan 't woord gekomen, stelde nu in 't licht, dat men er aan moest denken koloniale troepen te werven, ter sterkt® van duizend man onge veer, daar het niet aanging de marine langer van haar blokkadewerk af te houden. Het schijnt de hoogste tijd, dat men de koe bij de horeus pakt. De brief, die Osman-Digna aan kolonel Grenfell heeft geschreven, was geen nood maar een vreugdeschot. Volgens hem zou de Mahdi (de opvolger van den befaamden Mahomet Achmet, die te Karthoem over Gordon triomfeerde) zijn bedreiging om tegen Emir Pacha op te trekken en zich meester te maken van dit grondgebied, dat de afrikaansche meren omgeeft, ten uitvoer hebben gelegd. Emir-Pacha zou zich tot het uiterste verdedigd hebben, maar zijn muitende troepen moeten hem en een blanken reiziger te Lado aan den vijand uitgeleverd hebben. Wie mag deze blanke zijn P is nu de vraag. Van tijd tot tijd brachten sommige karavanen het onderweg opgevangen nieuws mede, dat er in 't binnenland een blanke was gezien, nu hier dan daar. Er zijn omtrent het wezen van dit raadselachtige blanke verschijnsel de zonderlingste on derstellingen gemaaktnog voor een week werd er verondersteld, dat het Gordon kon zijn, wiens dood te Karthoem alleen op mededeelingen van dikwijls onbetrouw baar gebleken derden berust. Osman-Digna komt de onfortuinige zoekers te hulp door een kopie, waarvan hij zijn jobsnaare ver gezeld deed gaan, een kopie van den blanke afkomstig en inhoudende een schrijven van den egyptischen Khedive Tewfik-Pacha aan Emin-Pacha, dat aan Stanley, die in Febr. 1887 zich te Kairo bevond en de laatste hand legde aan zijn toebereidselen voor de groote reis, in bewaring en ter bezorging gegeven werd. Een andere kopie, die bij Osman-Digna's brief is ingesloten, is genomen van een brief,dien de dervischen te Lado richtten aan den Mahdi om hem in keunis te stellen van het welslagen der onderneming. Men merkt, dat de stukken in orde zijn en dat Osman-Digna niet enkel ver stand van vechten maar ook van admi nistratie heeft. De engelsche regeering heeft nu op de vraag van den afgevaardigde Law- son goed praten gehad, toen zij beweerde, dat de betrouwbaarheid van het nieuws niet kan onderzocht worden. Wanneer dat kon was al het kwaad van de lucht, maar ongelukkig zal het wel even onmogelijk zijn in Lado polshoogte te gaan nemen als de onbetrouwbaarheid van de ontvangen berichten te staven. Zij hebben alle waarschijnlijkheid voor zich en zijn slechts de bevestiging van wat men had kunnen verwachten. In het begin dezes jaar3 toch is van Emin-Pacha een brief ontvangen, waarin hij melding maakt van onderhandelaars die hem van wege den Mahdi verzochten zich over te geven, onder bedreiging dat het vijande lijke leger anders weldra het land zou be zetten. Emin-Pacha geloofde toen aan grootspraak. Maar zoo goed als Gordon te Karthoem door zijn troepen verraden werd, zooveel kans bestaat er ook, dat Emin- Pacha te Lado zijn ondergang aan het muiten zijner volgelingen te wijten heeft. Het is waar, dat een man als Osman- Digna, die gedurende vier jaren met goed geluk het hoofd biedt aan engelschen en Egyptenaren, die overal betrekkingen met de inboorlingen onderhoudt en die meer malen blijken van buitengewone sluwheid heeft gegeven een mooi verhaal kan hebben verdicht en valsehe stukken kan hebben geschreven. De donkere beschou wing, die de //Standard" vastknoopt aan het nieuws dat zij 't eerst openbaar maakte zal vooreerst meer indruk maken, dan deze luchthartige opvatting. //Wanneer het waar blijkt", zegt het blad //dat Emin-Pacha zich heeft overgegeven dan verliest Europa den laatsten grond slag waarop het de beschaving van Mid- den-Afrika had kunnen voortbouwen. Emin's positie was van onberekenbaar ge wicht en den eersten tijd zal het onmo gelijk blijken, 't zij door geld of door ge weld, zich een weg naar Uganda te banen. Evenals in het geval met Gordon, mag men nu het //te laat" uitspreken over alle plannen, die het bijstaan van Emin- Pacha beoogden. Zijn overgave heeft het beschavingswerk oneindig verzwaard. Zij zal prikkelen tot wanorde en oproer. Zelfs al ware Stanley niet gevangen genomen, zijn onderneming zou geen doel meer hebben. En bevindt hij zich in de macht zijner vijanden, dan hebben deze reden te over moed te scheppen uit hunnen voor spoed en overmoed om het europeesche element, wier hoofden in hun macht zijn, geheel van 't afrikaansche vastland te verdrijven." RECHTSZAKEN. Op Maandag 24 dezer wordt voor de rechtbank te VHage behandeld de zaak tegen Lehman de Vries, woonachtig te Amsterdam, die zich te ver antwoorden heeft wegens het schrijven van twee artikelen in het blad Argus, welke eene belee- diging inhouden voor den commissaris van po lite te VHage, den heer Van Schermbeek. Reuter seint uit Par ij s De Lesseps en de raad van be stuur der Panama-maatschappij heb ben hun ontslag genomen. De recht bank heeft op hun verzoek drie gerechtelijke liquidateuren benoemd. De londensche politie heeft dezer dagen een inbreker in hechtenis genomen, die afkomstig was uit Berlijn en in wiens bezit men een brief vond, gericht aan een bankier te Londen en van den volgenden inhoud «Mijnheer I Mijne langdurige werkzaamheden als dief en inbreker in Duitschland, en vooral in Berlijn, geeft de zekerheid, dat ik in staat ben, ook uit uwe kal groote sommen te ontvreemden. Mocht gij er evenwel de voorkeur aan geven, mij langs vertrouwba ren weg een som van 100 pd. st. aan bijgaand adres te zenden, dan kunt ge verzekerd zijn, dat ge on gedeerd blijft. De omstandigheid, dat het bij achttien inbraken slechts tweemaal aan de politie gelukte, mij te vangen, zal het het u raadzaam doen voorkomen, mijn voorstel aan te nemen. Mocht ge soms willen trach ten mij in hechtenis te doen ne men, dan zal ik u bij mijne vele collega's met warmte aanbevelen. Met achting, Goliath». In d e a r t i 11 e r i e-k a z e r n e te Antwerpen hebben zich Zondag bij een 80-tal manschappen dezelfde ziekteverschijnselen voorgedaan,wel ke blijkbaar aan vergiftiging moeten worden toegeschreven. Zaterdag avond heeft het maal bestaan uit aardappelen met ainerikaansch spek, en zoowel deze spijs als de kook- ketels zijn aan een deskundig on derzoek onderworpen. De «Opinions beklaagt zich over de geheimzinnig heid der militaire overheid met be trekking tot deze ernstige zaak. Acht dagen geleden heeft het gerechtskut te Duuai een twintigtal boosdoeners, die maanden lang de om streken onveilig hadden gemaakt en onder den naam van de bende van Vanderzande bekend waren, tot dwangarbeid veroordeeld. Voorloopig had men hen in de gevan genis te Douai bij elkander opgesloten en de booswichten beiaamden een plan om te ontvluchten. Zij vormden het navolgende plan Een afdeeling van vijf man moest zich meester maken van den surveilleerenden cipier, vijf anderen van een schoonmaker die op dien morgen dienst had in de gangen der ge vangenis, terwijl de derde en vierde afdee ling tot reserve dienen en ondersteunen zou wie hulp behoefde. De namen der ver schillende leden van die afdeelingen waren zorgvuldig op een stuk papier gescheven. Dit plan werd naar de letter uitgevoerd. Zekere Dubois naderde den cipier toen deze hun gevangenis binnenging, en wiorp hem van achteren een wollen deken over het hoofd, waarna hij hem met behulp der anderen bond en een prop in dea mond duwde. De schoonmaker werd in een oogwenk op dezelfde wijze onschadelijk gemaakt. Beiden werden toen in een kolenhok op-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 2