NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
6e Jaargang.
Zaterdag 22 December 1888.
No. 1680.
ABOIHÏXKÏTSPEUS:
ADVERTEBFT1ËN:
Zaterdagmiddag (22
Dec.) 4 uur zal de afgifte
van de Scheurkalenders
aan ons bureau gesloten
zijn.
Zij, die nog ie 't bezit
zijn van Bons, worden
daarop attent gemaakt.
S T A D S N I E 11 W S.
SARAH BLONDEL.
E AARLEWS DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maanden 1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. 'ïelefoonnnnimier 1SS.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 een
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden^aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers.
Blrecteuren-UStgevers J. C. PEEKEBOWI1 J. B. AVI».
Roof dagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publieite Etrangère 0. L. BAVBE Sr Co., JOB. F. JONES, Suer., Farigs, 31bis Faubourg Montmartrs.
Haarlem, 21 December.
Men deelt ons mede, dat de ten
toonstelling van bloeiende bol-, knol-
en wortelgewassen, die de algemeene
vereeniging' voor bloembollen-cul
tuur zich voorstelde te houden op 24,
25 en 26 December e. k. wegens
geringe deelneming niet zal door
gaan. Het besluit in deze is door
het hoofdbestuur genomen in overleg
met de regelings-commissie der ten
toonstelling.
Degenen, die inzendingen hebben
aangemeld, zijn echter verzocht om
die op den dag der algemeene ver
gadering zijnde 24 December e. k.,
in een der bovenzalen der sociëteit
«Yereeniging», alleen voor de leden
der algemeene vereeniging voor
bloembollen- cultuur tentoontestellen,
tusschen 2 en 4 uur des namiddags.
Door wijlen mej. C. M. A. J. de
Kuijper is aan de Yereeniging van
den H. Vincentius van Paulo te
Haarlem, gelegateerd eene som van
f500, vrij van successierecht.
Donderdag gaf de letterlievende Yereeni
ging «J. J. Cremer" eene tooneelvoorstel-
ling in den Schouwburg alhier.
Het programma bestond uit het drama
„Keizerin en Moeder" van H. Th. Boelen
en „Zonder Bruidschat," vaudeville in één
bedrijf naar het frausch.
Het was een zeer moeilijk werk, dat
de Vereeniging „Cremer" ondernomen heeft
met eerstgenoemd stuk ten tooneele te
brengen. De stijl, waarin het geschreven
is, de hartstochtelijke tooueelen die er in
voorkomen, zijn groote zwarigheden voor
een dilettanten-vereeniging en het is geen
geringe loftuiting wanneer wij zeggen, dat
de uitvoering zeer geslaagd mag worden
noemd.
Margaretha van Henegouwen, de hoofd
persoon, heeft zeker wel een der moei
lijkste rollen. Zij had als in éenen adem
verschillende hartstochten uit te drukken,
verschillende gevoelens onder woorden te
brengen en een goed denkbeeld te geven
van den voortdurenden strijd in haar tus
schen de keizerin en de moeder. Dit heeft
zij uitstekend gedaan, al vonden wij hier
en daar de opvatting waar de moeder
op den voorgrond treedt, wat al te ernstig.
Graaf Jan van Beaumont, hoewel niet
zoo op den voorgrond tredend, had even
eens gelegenheid genoeg van zijne goede
dispositie voor het tooneel blijk te geven.
Vooral waar hij, verontwaardigd over de
hem aangedane vernedering, den strijd
wil aanbinden en zich slechts noode door
den priester laat weerhouden, het onkruid
van den burgeroorlog te zaaien, was hij
zeer juist in de vertolking van zijn smart
en toorn.
Niet minder zwaar dan die van de dame
die de titelrol vervulde, was de taak van
Willem van Beieren, zoon van Margaretha.
Bijna voortdurend is hij op het tooneel,
zonder ophouden is hij ten prooi aan de
meest verschillende aandoeningen van haat,
liefde, wraak en toorn en vooral in het
slottooneel komen al deze hartstochten
beurtelings boven. De heer E., die deze
rol vervulde, is een der beste leden der
Vereeniging: hij zegt goed en is in zijne
gestes gewoonlijk zeer juist.
Een woord van lof mag niet onthouden
worden aan Anna, dochter van Beaumont,
en Jan van Egmond, een der edelen.
Het samenspel was over het geheel
goed. Dat er iets mats was in het tooneel,
waar Willem met zijne edelen zit te drin
ken, mag worden toegeschreven aan het
feit, dat zulk een tooneel altijd meer of
minder stijf is, zelfs bij acteurs vau beroep.
De costumes waren keurig, het tooneel
was als vervuld met de schittering van
helmen, borstplaten en zwaarden.
Tot slot gaf men het kluchtspel dat wij
hierboven noemden. Het werd zeer vlug
en vermakelijk afgespeeld en de speciale
komiek van «Cremer", de heer J., toonde
zijne gave op allerkoddigste wijze.
Het publiek was in zeer grooten getale
opgekomen, het was prop-prop-propvol.
Yoor een volgende keer houdt zich onze
verslaggever bij het Bestuur aanbevolen
voor e«n besproken plaats.
Donderdagavond hield dr. H. de
Yries, van Amsterdam, voor de le
den van de Haarlemsche Afdeeling
van de Yereeniging «De Dageraad»
alhier eene voordracht. Da heer de
Yries behandelde de zedelijke posi
tie van de vrouw, als echtgenoote
en moeder, welke hare verplichtin
gen zijn en welke die van den man
tegenover haar. Uit de zeer uitvoe
rige rede van den heer de Vries,
opgehelderd door voorbeelden uit
het dagelijksch leven bleek, ons, dat
hij van de zedelijke volmaking van
man en vrouw de opheffing ver
wachtte van de wanverhoudingen,
welke somtijds het gevolg zijn van
de verouderde begrippen, die aan
den man rechten toekennen boven
de vrouw, waarvan hij het onbe
staanbare en onbillijke in den breede
betoogde. Een dertigtal dames en
heeren woonde deze vergadering bij.
Hedenmorgen omstreeks HVi ure
heeft een begin van brand plaats
gehad op de bovenwoning van per
ceel No. 41 in de De Witstraat, be
woond door het huisgezin van W.
B., los werkman. De brand is ont
staan door onvoorzichtigheid der
kinderen, die een stuk papier aan de
kachel hadden aangestoken, tijdens
de ouders afwezig waren. Een kind,
dat in een tafelstoel zat, liep groot
gevaar te verbranden, daar die stoei
reeds vuur had gevat. Door de buren
is de brand gebluscht. Niets is ver
zekerd.
Alweder is de bierhuishouder
v. E. in de van Marumstraat door
de politie bekeurd wegens het ver-
koopen van sterken drank in het
klein zonder de daartoe vereischte
vergunning.
Arrondissements-Rechtbunk
TE HAARLEM,
Zitting van 20 Deoember 1888,
Bij een predikant te Edam, ds. van H.,
werden sedert eenigen tijd allerlei zaken
vermist, zonder dat men vermoeden kon
wie de dief was. De diefstallen werden
altijd gepleegd op Zondag, wanneer de heer
des huizes naar de kerk was en ook de
huishoudster zich daar bevond.
Om tot klaarheid te komen werd op
een Zaterdagavond de rijksveldwachter den
Beider van Heemstede in huis gelaten in
politiek, om te trachten den volgenden
morgen den schuldige te betrappen.
Toen nu den volgenden morgen de do-
miné en zijn huishoudster naar de kerk
waren, hoorde de veldwaohter al spoedig
iemand in het huis loopen. Hij wachtte
echter nog om den dief op heeterdaad te
kunnen betrappen, maar deze, begrijpende
door het bladen van het hondje, dat er
iemand in huis was, nam de vlucht. Toen
de veldwachter dit bespeurde achtervolgde
hij hem, de dief vluchtte in het privaat
en hield de deur vast, terwijl den Beider
aan de andere zijde de deur trachtte open
te rukken. Toen hij hierin niet dadelijk
slaagde, dreigde hij hem een kogel door
den kop te jagen als hij niet losliet en
toen gaf de inbreker zich over.
Hij bleek te zijn J. B., zoon van den
tuinman aldaar, die vaak in den tuin van
den predikant werkte. Hij klom volgens
zijn eigen bekentenis altijd door het raampje
van het privaat naar binnen en kaapte
dan alles weg wat hij krijgen kon, van
kaas en vleesch af tot postzegels toe. Hij
was echter slim genoeg, om niets mede
te nemen, dat hem zou kunnen verraden.
De beweegreden was zijn lust tot kroeg-
loopen en tot biljarten. Driemaal bekende
hij aldus diefstallen te hebben gepleegd,
deu vierden keer werd hij op de bovenbe
schreven manier gesnapt.
De subs. off. van just, requireert ver
oordeeling van beki. tot gevangenisstraf
van een jaar.
De ambtshalve toegevoegde verdediger,
mr. Th. de Haan Hugenholtz, meent, dat
de vierde keer alleen inklimming en niet
poging tot diefstal heeten mag. PI. vestigt
er voorts de aandacht op, dat bekl. zeer
gemakkelijk den diefstal volvoeren kon,
daar hijzelf de tuinpoort kon laten open
staan en het slechts een gymnastische toer
is om door het raampje te klimmen.
Uithoofde van bekl.'s oprecht berouw
roept pl. ten slotte de clementie der
rechtbank in.
Na repliek van den ambtenaar van het
O. M. wordt de uitspraak bepaald op
Donderdag over 14 dagen.
Daarna staat terecht W. K., werkman
alhier, beschuldigd van iu de herberg van
S. een zakje met geld, inhoudende circa
fSO, te hebben ontstolen aan zekeren v.
d. A.
Hoewel bekl., die lang niet nuchter is,
ontkent, zijn de bewijzen tegen hem aan
gevoerd zeer gewichtig. Men heeft hem
zich zien heenbuigen over v. d. Ai, terwijl
zijn rechterhand zich bevond aan den kant
waar v. d. A. het zakje met geld in den
jaszak droeg. Deze was toen zelf niet nuch
ter, zoodat zeer aannemelijk is, dat hij niet
heeft gevoeld dat men hem het geld
ontfutselde.
Toen v. d. A. betalen wilde, miste hij
zijn zakje en zeide dat, waarop K. die
eerst plan had nog een partij te biljarten,
de deur uitging. Een der personen, die in
de herberg waren, volgde hem na eenige
oogenblikken, daar men hem verdacht,
maar hij weigerde terug te keereu. Lang#
de Hooimarkt verwijderde K. zich en de
ander volgde hem, maar verloor hem een
oogenblik uit het eog daar hij zijn schoen
veter, die lossprong, moest vastmaken. Op
de Nieuwe Gracht haalde hij K. echter
weer in en toen deze weigerde mede terug
te gaan naar de herberg om zich te ver
antwoorden, rier hij een voorbijgaanden
politie-agent.die K. in hechtenis nam. In zijn
zak werd het geld teruggevonden, maar
het zakje was er niet meer dit vond
men later terug op het hofje van Noblefc,
waar hij het moet weggeworpen hebben,
juist toen de hem achtervolgende getuige
zijn schoen vastmaakte.
Bekl. ontkent hardnekkig en beweert
het geld met bedelen bij elkaar te hebben
gekregen. Op hoogen toon eischt hij zijn
geld terug en verzekerde, toen de subs,
off. van just, zijne veroordeeling tot 3 jaar
gev. requireerde, onmiddellijk in appèl te
zullen gaan.
Bekl. heeft reeds in 1884 een jaar cel
straf ondergaan.
Yerrder werden behandeld de navol
gende zaken
W. J. K., los werkman, Haarlem, diefst.,
req. 3 m. gev.L. de G., visscher, Huizen,
beleed., req. f 15 boete, subs. 10 d. hecht.
G. J., schipperskn., Edam, mish., req. 14
d. gev.P. B., te lip, verniel, en mish.,
req. 7 d. gev.M. C., Oude-Wetering,
beleed., req. 5 d. gev.J. V., vletterman,
IJmuiden, beleed., en mish., req. 5 d.
gev.K. v. W., visscher, Haarlemmer
meer, beleed, en mish., req. vrijspraak,
tevens uitgesproken A. de R., huisvr. van
den vorige, beleed., req. f 5 boete of 1 d.
hecht.R. P., venter, St. Pancras, mish.,
req. f10 boete of B d. hecht.
Uitspraak werd gedaan in de navol
gende zaken, vermeld in «Haarlem's Dag
blad" van 14 en 15 dezer:
H. B. v. L.,koopm., Amsterdam, verw,,
1 jaar gev.; J. G., werkm., Zaandam, be
leed., 5 d. gev.; C. B., balkenvl., Zaan
dam, mish., f10 boete of 5 d. h.; G.
V., pakhuiskn., Zaandam, beleed, en
mish. f 3 boete of 1 d. h.; J. N., timmerm.,
Oude-Wetering, dronkensch. en weersp.,
1 d. gev.; W. T., karreman, Aalsmeer,
beleed., f 5 boete of 3 d. h.; C. L. en H.
W., tuinders, Heemskerk, strooperij, f 8
boete of 1 d. h.; C. A. en J. v. T., arb.,
Heemskerk, strooperij, de le f 3 boete of
1 d. h. en de 2e f 1 boete of 1 d. h.; J. O.,
Haarlemmermeer, verwond., 14 d. gev.
Op den lOen Januari e. k. zal
voor de arrondissementsrechtbank
alhier worden behandeld de zaak
van Hoogerbeets, de dader van den
moordaanslag in den Hout.
Ingekomen aanvragen van werk
zoekenden bij de Arbeidsbeurs aan
bet bureau van Haarlem1 s Dagblad:
1 gepensionneerd onderofficier zoekt
bezigheden, 1 smidsjongen.
Ingekomen aanvragen van werk
gevers: 1 boekbinderejongen met
bet vak bekend.
Naar het fransch van Louis Gallet.
XI.
Terwijl zij daar stond met opgeheven hoofde en schit
terende oogen, voelde Jacques zijne onbeschaamdheid niet
tegen hare waardigheid opgewassen. Dit bewustzijn zijner
onmacht maakte hem woedend. En zichzelven vergetende,
hief hij de hand op
Sarah begreep deze beweging. Met een sprong was zij
buiten zijn bereik en bleef bleek en hijgend bij een der vensters
staan.
Jacques hield zich met geweld in en haar aanziende
hervatte hij
Komaan, Sarah, dat zijn maar kinderachtigheden niet
waar? Ge hebt mij op een al te zware proef gesteld. Ik
smeek je, speel niet langer met mij. Het is te veel, het is
al te veel zeg ik je!
Zonder antwoord te geven, wierp zij zich een doek om
de schouders, die zij bij het binnentreden had afgeworpen.
Wat ga je doen? riep hij uit.
Ik ga heen.
Sarah zag hem met koelen blik aan en wendde zich met
vasten gang naar de deur.
Jacques versperde haar den weg.
Je wilt heengaan? Je denkt dus, dat je maar zoo ge
makkelijk een eind kunt maken aan wat ik met zooveel
moeite heb voorbereid. Neen Sarah, je bent de mijne en de
mijne zult ge blijven? Hier ie je plaats voor nu en voor
altijd.
Zij bleef heen en weer loopen, zonder naar het scheen
acht op zijne woorden te slaan.
Nog eene, Sarah, ik waarschuw je; nog eens, Sarah,
ik smeek je....
Zij zag hem vol verachting aan.
Moordenaar, herhaalde zij op kouden toon.
Het bloed steeg Jacques naar het hoofd. Hij dacht niet
meer, hij zag niet meer. Zijn woede had hem overmeesterd.
Met een wilden sprong schoot hij op haar toe... Een door
dringende gil weerklonk. Sarah stortte achterover op het
tapijt.
Jacques bleef een oogenblik onbewegelijk staan. Daarna
maakte zich een onbeschrijfelijke angst van hem meester.
Hij trad wankelend op haar toe, hief haar met zijn krach
tige armen op en legde haar op een ledikant.
Op dit oogenblik trad de kamenier binnen, opgeschrikt
door den kreet, dien zij vernomen had.
Jacques was bang op dit oogenblik.
Mevrouw is niet wel, zeide hij op onvaeten toon.
Blijf bij haar waken. Zorg goed voor haar. Ik ga een
dokter halen.
En als een dolle zette hij het op een loopen naar de
Champs Eljsées.
Na eenigen tijd door de stille straten gedraafd te hebben
zette hij zich in de nachtelijke koude op een bank neer.
Wat moest hij beginnen? Hij vreesde niets van Matthieu'g
openbaringen, maar alles van Sarah's afkeer.
Wat dien nacht was voorgevallen, hij gevoelde het duide
lijk, was het begin van een lange worsteling tusschen hem
en haar. En in dien strijd moest hij, het kostte wat het
wilde, overwinnaar blijven. Sarah te overtuigen, daarop
vertrouwde hij niet meer. Haar te onderwerpen, daarop
hoopte hij nog.
Het slot zijner overpeinzingen was, dat zoo de liefde hem
op slot van zaken ontgaan mocht, het fortuin voor goed
in zijne macht was.
Eu met trots en innige voldoening dacht hij eraan dat
hij door list en geduld en wilskracht zich een plaats ver
overd had, die geen mensch op aarde hem kon betwisten.
Langzamerhand kleurden zich de grauwe wolken boven
hem met de eerst matte glansen der schemering.
Kalm nadenkend en vastbesloten keerde Jacques terug
naar de avenue Montaigne.
Toen hij Sarah's kamer binnentrad vond hij deze verlaten.
De dag werd langzamerhand helderder en de eerste zon
nestralen drongen als lichtpijlen door het boomloof der
avenue. In de kamer lag een baljapon over het tapijt. Er
hing nog een lichte geur van reukwerken in de lucht
als een vluchtige herinnering aan haar, die dit vertrek ver
laten had om het nooit weer te betreden.