Haarlem's Dagblad
BIJVOEGSEL
BEHOOBENDE BIJ
VAN
VRIJDAG II JANUARI 1889.
GEMEENTERAAD.
Zitting yin Woensdag 9 Jannari.
Aanvang 1 uur. Gesloten te 5 ure.
Afwezig de leden Cnoop Koopmans, de Haan,
Figóe, Kist, Berkhout, van de Poll, van Weel.
De notulen der vorige zitting worden gelezen
en goedgekeurd.
De Voorzitter brengt den gelukwsnsch met
den aanvang van het nieuwe jaar.
De Voorz. deelt mede, dat de inspecteur de
nieuwe school aan de Leidsche Vaart heeft be
zichtigd en vol lof is over do inrichting, waar
voor den heer Jacs. Leyh hulde toekomt.
De Kanter. Ik hoop dat de ondervinding
zal leeren, dat de aanvankelijk gunstige indruk
zal blijven en blijken de juiste te zijn.
Ingekomen zijn de navolgende stukken
Beschikking rsn Ged. Staten, op eer. bezwaar
schrift van A. J. van Log hem Slaterus, tegen
zijn aanslag in de pi. dir. bel., afgewezen omdat
iiij niet vooraf bij den Raad had gereclameerd.
Getal leerlingen op de herhalingsscholen, toege
laten op school B 22, op de Tussohenschool 12
en op school C voor aanstaande militieplichtïgen
5. Benoeming van C. P. W. Kriens, tot kapel
meester hij het gemeentelijk muziekkorps
deze heeft de benoeming aangenomen. Voorstel
van B. en W. over een rekest van N. van Taack
Trakranen tot het in gebruik behouden van
grond aan de Spanjaardslaan, in handen van do
comm. v. tin. Rekest van J. J. Matthysen, om
teruggaaf van betaalde pl. hel. door B. en W.
afgedaan; id. van W. Warmerdam tot het in
huur hekomen van grond aan de Leidsche vaart,
in handen van B. c:, W.; id. van J. A. Wens-
veen, houdende klachten over het vullen van
sproeiwagens in de nabijheid van zijn perceel
in de Kenaustraat, in handen van B. en W.;
voorstel van 3. en W. tot openbare verhuring
van het weiland aan de oude Brouwerskolk, ge
steld in handen der comm v. fin.; id. met staat
tot betaling van gelden uit do post van onvoor
ziene uitgaven in handen der eimra. v. fin.; rekest
van Znithof en G&ykoma mot aanbieding van
grond voor straten aau den Heereusingol. in
handen van B. en W.; rekost van L. Zuuren-
donk over den tol aan de Klovorlaan, in haudon
van B. en W.; «Staatsblad no. 172", onteige
ning perceelen Barrevoattesteef, in Httvoeriag by
B. en W.; aanvrage van jhr. P. Quarles va*
Ufford tot aankoop van grond in 't Florapark,
met gunstig gevolg beslist ia Pee. jl.; 4 banken
in ie Vleeschhal verhuurd voor 9 maanden h
f82,50; dankbetuiging ran den eervol ontslagen
kapelmeester H. M. Müller, voor de verleende
grat:ficatiegoedkeuring Ged. Staten rekening
over 1887, begrooting over 1889, id. verharing
banken Vleeschhal, id. id, 8e euppL begrooting,
id. id besl. verhuring van grond aan G. C. C,
Reeser, id. id. verordening schoolgeld Herhalings
school en 2e suppl. kohier.
Voorstel van B. en W. betreffende de H. B. S.
met 5-jarigen cursus, luidende als volgt:
lo. na te gaan op welke wijze bedoelde
voorzieningen het beat zijn te treffen, de
comm. van toezicht op de seholen van
middelbaar onderwijs en den directeur der
H. B. S. met vijfjarigen «ursua gehoord;
daarbij als leiddraad aannemende
a. dat aan een leeraar in den regel niet
meer dan 25 le«uren per week aan de
school behooren te zijn toebedeeld
b. dat de eerste, tweede en derde klasse
kunnen worden gesplitst, zoodra het aan
tal der in ééae dier klassen geplaatste
leerlingen meer bedraagt dan 30, terwijl
tot eene splitsing in drie afdeelingen kan
worden overgegaan, zoodra het aantal leer
lingen meer dan 65 bedraagt;
c. dat eene splitsing der 4e en 5e klasse
kan plaats vinden, voor enkele of alle
vakkeu, zoodra het aantal leerlingen in
eene dier klassen 25 bedraagt;
2o. nu te guau of wellicht het tegen
woordig aantal lesuren van sommige leeraars,
voor wier vakken thans iu de vierde klasse
eene splitsing is toegepast, in verhouding
met dat, hetwelk zij vroeger vervulden,
ook aanleiding geeft om hun in billijkheid
voor dezen cursus eene gratificatio toe te
leggen eu zoo ja, tot welk bedrag?
3o. in afwachting van dit nadere rap
port, aau te houden de voordracht van
B. en W. dd. 18 Juli jl., tot tijdelijke
verhooging der traktementen van de heereu
dr. A. E. ran Roijen en dr. P. M. Heringa.
Het lid mr. R. H. J. Gallandat Huet stelt
voor het voorstel van B. en W. niet aan te no
men, maar het navolgende besluit te nemen;
De Raad der gemeente Haarlem,
Overwegende, dat de groote toevloed
van leerlingen naar de hoogere burger
school met vijfjarigen cursus bisoudere
voorzieningen eischt, ten einde te zorgen
dat het peil van ket onderwijs aan die
school niet dale;
Overwegende, dat het wenschelijk is,
dat de leeraren in de gelegenheid gesteld
werden zioh onverdeeld aan hunne taak
te wijden;
Besluit
Aan B. en W. op te dragen, de com
missie van toezicht op de Boholea vhr
middelbaar onderwijs en den directeur der
hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus
gehoord, eeno nieuwe, vaste regeling der
jaarwedden van de leeraren te ontwerpen.
De leden Waller, Cnoop Koopmans en Rethaan
Macarc stellen voor de volgende amendementen
op het ontwerp-besluit vaH B. en W.
lo. a. te leze* als volgt: »a. dat aan een
leeraar, wien meer dan een bepaald aantal lesuren
per week aan de se hooi wordt opgedragen, voor
elk lesuur daarboven, eene zekere som boven
zijne gewone jaarwedde worde toegekend."
2o. te lezen als volgt: «na te gaan, in hoe
ver het tegenwoordig aantal lesuren van sommige
leeraars, in verhouding met dat, hetwelk zij in
vorige jaren vervulden, ook aanleiding geeft om
hun in billijkheid voor dezen cursus eene grati
ficatie toe te leggen, en, zoo ja, tot welk bedrag?"
Bij aanneming van het eerste dezer twee amen
dementen, zullen moeten vervallen de laatste
twaalf woordeu van den coasideraus vun het ont
werpbesluit. De vraag of niet bij aanneming van
het geamendeerde voorstel gezorgd moet worden
dat de leeraren niet met werkzaamhoden overla
den worden (b. v. door eene bepaling, dat de
leeraren zonder vergunning van den Raad geen
onderwys aan andore inrichtingen mogen geven),
die vraag komt, naar de oudergeteekenden mee-
nen, eerBt aan de orde, waaneer het voorstel van
B. en W. aau de goedkeuring van den Raad
wordt onderworpen, dat naar aanleiding van het
te neraon besluit door uwen Raad mig worden
tegemoet gezien. He'zelfda geldt van de cijfers
dor vast tc stellen jaarwedden en lesureu, die do
eerstondergoteekende in de laatst gehouden raads
zitting alleen als toelichting van zijne bedoeling
aanvaardde, maar die op het beginsel, in het eer
ste van bovenstaande amendementen nedergelegd,
niet van invloed zijn.
Voort. L). ze zaak heeft lau^ geloopcn. Den
18en Juli hebben B. on W. een voorstel gedaan,
om twee der leeraren verhooging van jaarwedde
te geven voor zoolang de splitsing duurde van
de 4e klasse, die men toen noodzakelij k achtte.
Hierop is gevolgd een voorstel van den heer
Huet met strekking om eea heel nieuwe traklc-
meutsregcling in hot leven te roepen; daarop
volgde een voorstel van B. en W. aan den Raad,
om eeue regeling voor te bereiden, o. a. ook
wat betreft de splitsing der klassen en betref
fende vermeerdering van het inkomen van de
leeraren, als een zekor aantal lesuren overschre
den werd cn zoolang het voorstel van 18 Juli
in advies te houden en die beide heeren eene gra
tificatio toe te staan. Daarop is gevolgd een
amendement van de heeren Waller, Cnoop Koop
mans en Macard, voorstellende eenige wijzigin
gen ia het voorstel vaa B. ea W. Ik kan me-
dodeelen, dat B. en W. die amendementen gaarne
overnemen, maar tevens dat ia de overweging
vervallen de 13 laatste woerdon en dat B. on W.
introkkoM het 8o punt van het besluit omdat
gebloken i» dat de 4e klasse niet gesplitst is,
waardoer dat pant zen kracht heoft verloren.
Wij zullen als de Raad hat gaaweadeerde voor
stel aanneemt m. i. dit resultaat verkrijg#*:
8. ea W. zullen zieh bey veren, om eea veror
dening daarop gebaseerd aan da goedkeuring van
den Raad te onderwerpen.
Waller. Het doet mij genoegen te vernemen
dat B. en W. ons amendement willen overnemen.
Toen den 10 Oct. j.l. de zaak in behandeling
werd genomen heb ik eeu kort woord gesproken,
nadat de heer Huet zijn voorstel toegelicht had
en ik nader gesproken heb in den geest van het
amendement, dat later is ingediend. Ik heb toen
tot mijne voldoening gehoord, dat de heer Huet
zich met mijn idee wel kon vereenigen. Ik heb
daar nu verder niets over te zeggeu, maar zou
een vraag willen doen over andere punten n. 1.
over punt b. en c. Ik zou willen vragen of daarin
de bedoeling ligt, dat men kan splitsen als de
klassen bereikt hebben een zeker cijfer en
of het verboden is als de klassen niet zoo
talrijk zijn. Mocht dat de bedoeling zijn dan ves
tig ik de aandacht op eenige moeilijkheid. De
ondervinding leert, dat splitsing van klassen niet
alleen van het aantal leerlingen afhangt. Hier
is het voorgekomen dat de directeur is overge
gaan tot splitsing eener klasse van 83 jongens.
Er was ook een klasse van 28 jongens. Toen de
cursus aan den gang was heeft men bemerkt
dat die klasse van 28 splitsing noodig had. Men
hoeft toen ongedaan gemaakt de eerste splitsing
waarvan ik sprak en de kleinere klasse van 28
jongens gesplitst. Daarom acht ik het gevaarlijk
in het besluit cijfers te noemen, die zouden Bin
den; wat niet in het belang konjj zijn van de
zaak.
Voorz. Ons idee is geweest een zekeren
maa'staf aan te geven die bond, omdat als de
splitsing afhangt van willekeurige denkbeelden,
men blootstaat aan groote moeilijkheden en groote
kosten. In dit besluit is in het midden gelaten
wio beslist over de splitsing. De wethouders zijn
van oordeel, dat wanneer de heeren dit besluit
hebben aangenomen en de Raad krijgt ter bcoor-
deeling eene verordening daarop gebaseerd, daarin
zal worden opgenomen, dat de Raad alleen het
recht heeft tot splitsing. Ik zou dat niet willen
opdragen aau B. en W., dat moet do Raad zelf
doen. Uw opmerking over bezwaren, meneer
Waller, is gemakkelyk te ondervangen, als wy
inlasschen in de verordening, dat de Raad in
bizondeic gevallen afwijking kan geven.
Krol. Ik heb zooeven eeue redeneering van
den heer Waller gehoord, die aantoont dat split
sing niet altijd afhankelijk is van het aantal leer
lingen. Om dat te heoordetlen, is het erg moei
lijk voor den Raad een oordeel nit te spreken.
Nu is uw bezwaar, dit als de Raad de splitsing
van klassen niet aan z:ch houdt, hij de koorden
dor beurs uit de handen geeft. Maar kan er niet
worden gemaakt eene bepalingdat splitsing
wordt overgelaten aan den directeur der school,
tenzij er mee gemoeid zijn finnncieele kwesiiën.
Het kan zijn, dat de leeraars nog niet het maxi
mum uren hebben bereikt.
Voorz. Ik zou uiet graag diergelyke macht
geven aan dan directeur der school, want deze
zou dan staan boven de comm. v. toez. en het
dagelijkseh bestuur. Ik zon hot niat wenschelijk
vinden.
Huet. Ds hoer Waller heeft mij straks eene
door mij afgelegde verklaring ia den mond ge
legd. Die Terklaring is juist, taaar ik acht my
verplicht die uog eenigsz'as tea te lichten. Ik
heb gezegd dat ik wel kon meegaan met het
amendement, maar dat ik den voorkeur gaf aan
het voorstel van mij Ik heb gezegd dat ik wel
kon meegaan, omdat ik dit amendement een stap
vond in de goede richting. Evenals de heeren
Walle en Krol heb ik bezwaar tegen de bepa
lingen sub. b en c. Het komt mij voor dat dit
niet aangaat. De eerste fout daarin is in mijn
oog deze, dat de bepaling niet is een bindend
voorschrift. Men heeft hij de gymnasia van
hoogerhand een bindend voorschrift gegeven. Hier
staat het niet zoo. Nu doet zich voor het be
zwaar, door de heeren aangewezen. liet is wer
kelijk moeilijk, eene splitsing van klassen alleen
te laten afhangen van het aantal leerlingen. Ver
schillende andere zaken kunnen op splitsing in
vloed hebben. Als men nagaat hoe tot dusver
dit behandeld is aan de school met 5-j. cursus,
ziet men dat het altijd vanzelf tot oplossing is
gekomen. Tot dusverre heeft de directeur-zelf de
noodige maatregelen genomen en dat heeft nooit
aanleiding gegeven tot moeilijkheden. Als het
niet kon zonder vermeerdering van personeel,
vroeg hij nieuwe leeraren; ik geloof dat het
denkbeeld van den heer Krol het goede is en
dat de zaak vanzelf tot eene goede oplossing
komt; ik zou dat denkbeeld dus gaarne onder
steunen en splitsing aan den directeur overlaten,
als die splitsing geen invloed heeft op de kosten
der school. Dan zouden natuurlijk moeten ver
vallen lctt. b. en c. en vervangen moeten wor
den door eene clausule van bovenbedoelden inboud.
Von Reeken. Tic zou ten ernstigste opko
men tegen een dergelijk besluit. Dit geldt hier
geen klein belang. Geldt het voor den Sjarigen
cursus dan moet bet ook relden *nnr den 3'nr'ge-n
eu voor de II. B. 6. voor meisjes. Nu hebben
wy onlangs een voorstel gehad ten aanzien der
meisjesschool, om de hoogste klasse van 15 meis
jes te splitsen en B. en W. hebben gemeend dat
niet te kannen toestaan. Op scholen elders zijn
bepalingen gemaakt, die hier ook zou-lcn kunnen
toegepast worden. In een der documenten komt
voor, dat de directeur het wenschelijk zon ach
ten, om als eeu klasse meer dan 60 leerlingen
telt die te splitsen in drie parallelklassen. Dan
zou meu splitsing krijgeu hij een 20lal leerlin
gen, wat aanleiding geven zou tot groote kosten.
Ik moet denken dat hij de opgaven over den
toestand te Amsterdam een abuis heeft plaats
gehad, want het maximum van iedere klasse daar
is 30 leerlingen. Dit acht ik werkelijk zeer wen
schelijk. Bij de wet op het hooger onderwys is
bepaald, dat klassen grooter dan 25 leerlingen
gesplitst moeien worden. Als wij dit geheel over
laten aau den directeur wordt dat moeilijk en
is het bovendien voor hem ook bezwaarlijk en
zal ook zijn personeel weldra een dubbel aantal
lesuren moeten geven. Dan zal do Raad toch
moeten overgaan tot een dubbel stel leeraren
aan te stellen. Het komt mij voor dat het goed
is bepalingen te maken als oldors is gebeurd.
M. i. behoort de macht tot splitsing geheel bij
don Raad thuis. Meent de direeteur dat splitsing
noodig is Toor eene klasse, zelfs voor eene die
minder dan 30 leerlingen telt, dan kan htf eea
gemotiveerd voorstel doen aan den Raad.
Waller. Do kwestie is hel-ngrijk, maar moet
uitgevochten worden bij de behandeling der ver
ordening, die van dit besluit het geiolgzal zijn.
Wanneer ik samenvat wat er gesproken is, zou
het dan een bezwaar zyn om een amendement