De Toestand des Konings.
Politiek Overzicht.
Dt Jomg) en Birth* (mej. Lorjf) komt
een woord van bizondere waardeering toe
door hun friech, los en elegant spel. Het
kenmerkend fransche der figuren door
mej. Poolman en mevr. Schwab voor te stel
len, had sterker op den voorgrond kunnen
treden. Niet alzoo het spraakgebrek van
de Kerbriand (de heer Tourniaire), dat
zoo nu en dan tot voordeel der goede
stemming van 't publiek, maar tot nadeel
van 't spel zelve een weinig overdreven
werd.Maar goedkoop succes is ook succes en
de heer Tourniaire wist deze bijfiguur sym
pathiek te maken, een even groote deugd
in hem als in mevr. De Vries, dat zij
door de hardheid en hoogheid van haar spel
de douairière in de hoogste mate onsym
pathiek deed worden. Over 't algemeen
gaf de voorstelling blijk van studie. De
verschillende rollen werden met liefde ver
vuld. En het publiek liet zich iu zijn
applaus niet onbetuigd voor het genoegen
een goed en geestig stuk, geestig en goed
te zien opgevoerd.
LETTEREN EN XUHST.
De heer Daniël de Lange te Amsterdam heeft
ontslag genomen als directeur der "Caecilia«-
coneerten aldaar.
Te Noordwijk is Zondag, op 67j*rigen leeftijd,
overleden de heer J. J. van der Horat, achter
eenvolgens pastoor do Veere, te Wormerveer ea
te Zaandam, en als letterkundige bekend onder
den naam van Jozef van Haarlem Van zijne
hand is o. a. verschenen een bundel wNederland-
sche Verhalen" (1854) en vele opstellen van
geschiedkundigen aard in «De Katholiek", waar
van hij gedurende twee jaren redacteur was, de
«Katholieke Ned. Stemmen», «Het Dompertje
van den Ouden Valentijn* enz.
BINNENLAND.
Naar wijvernemeiiiede
heer mr. A. J. H. van Baar, lid
van de Tweede kamer, overleden.
De heer Van Baar leed sedert een
tiental dagen aan eene ernstige in
gewandsziekte, v aart. gen te ver
geefs alle middelen werden beproefd.
Hij was sinds 1873 lid der Tweede
Kamer en sinds 1850 lid der Pro
vinciale Staten van Noord Brabant.
Voorts was hij kantonrechter te
Oorschot, militie-commissaris, enz.
27 Januari.
Blijkens het officieuse bulletin
mag de toestand van Z. M. den
Koning voor het oogenblik bevre
digend genoemd worden. In de
laatste 24 uren heeft de ziekte een
rust'g verloop gehad.
Het hedenmorgen op het Loo uit
gegeven bulletin luidt:
«De Koning bracht een goeden
dag en een rustigen nacht door. De
toestand van Zijne Majesteit blijft
bevredigend.»
Voorloopig zullen geene bulletins
meer worden uitgegeven.
De beer Willink Ketjen
geeft in de Familiebode een lang
verhaal van zijn wedervaren bij den
minister Keuchenius en zijne pogin
gen om bij de nieuw opgetreden
Excellentie herstel van grieven en
teruggave van zijn stukken te ver
krijgen. Eenïgen tijd geleden deed,
zooals men zich herinneren zal, een
bericht in de dagbladen de ronde,
dat de heer W. IC. bij den minister
ontboden was, en dat de bedoelde
stukkeu uit Indië waren aangeko
men. D,t is minder juist. Da heer
W. K. heeft zich wel herhaalde
malen bij ZEx. op audiëntie bege
ven, doch was niet ontboden. De
staat van zaken is nog evenals
vroegeralleen vermeldt de heer
W. K. als eene bijzonderhe d, dat
nu, een half jaar na het vonnis der
haagsche rechtbank, waarbij hij
wegens beleediging van den heer
Sprenger van Eyk veroordeeld was
tot 125 boete, dit vonnis nog niet
ten uitvoer is gelegd. Overigens
bleven ook nu zijn bezoeken aan
den minister, zijne requesten enz.
vruchteloos. Het indische legerbe
stuur en de goev.-generaal v. Kees,
heette bet, maakten bezwaar tegen
de teruggave der stukken.
De heer W. K. heeft o. a. den
heer Keuchenius nog gewezen op
diens woorden in November 1887
bij de behandeling zijner zaak in
de Tweede Kamer, toen de heer
Keuchenius als Kamerlid van oor
deel bleek, dat de teruggave ver
plicht was. Dan moet er nog een
onderzoek te Batavia zijn ingesteld
naar zijne zaak door drie generaals,
dat een voor W. K. gunstigen uit
slag gehad moet hebben, doch de
heer Keuchenius heeft verklaard
niets van zulk een onderzoek te
weten, terwijl de heer v. Rees des
gevraagd er zich eerst er wel iets
van herinnerde, doch dit later schrif
telijk weder terugnam.
Door de commissie inge
steld bij koninklijk besluit van B Maart
1888, tot herziening der middelen voor
het verleenen van hulp bij spoorwegonge
lukken, is aan de regeering geadviseerd,
de volgende zaken op alle stations der
groote spoorwegen steeds voorhaudeo te
doen houden:
I. Een draagbaar van het bestaande
model, welke echter bij vernieuwing zal
dienen vervangen to worden door het mo
del, bij het leger voor het voetvolk in
gebruik
Iï. Eene verbandkist met den volgen
den inhoud:
1 doosje met 10 sublimaat-keukenzout-
pastilles volgens prof. Angerer, voor rei
niging en ontsmetting der handen;
handdoeken, l stuk zeep met nagel
borstel
1 stevige schaar, bij voorkeur die van
Esmarch
2 elaslieke slangen van Esmarch;
1 blikken trommel, waarin
6 kromme naalden, 1 brief spelden, 1
doosje veiligheidsspelden, 20 insectenspel-
den, 2 klossen zijden sublimaatdraad (no.
1 en 2) in een doosje, 6 slagaderp ncet-
ten (bij voorkeur volgens Péan), 1 slag
adernaald. 2 wondbaken, 1 bistuurischeer-
mes, 1 sterke chirurgische schaar, bij voor
keur tevens vijl (Purter);
1 goed sluitende blikken koker met
salicyl-kleefpleister
1 jodoformstronier, inhoudende 100 gram
jodoform
1 kgr. geperste sublimaatwatten
10 meter jodoformgms;
10 sublimaatwiudsels, lang 6 M., breed
0,05 M.;
2 vierkante sublimaatdoeken
Vs Kg. sublimaat-müll
10 driekante sublimaatdoeken;
3 draadspalken
1 stukje band
1 streng bindtouw
1 kurketrekker
een Oescbje met 50 gram ammonia, be
sloten in een houten koker
een houten koker, waarin 2 onderhuids-
iDjectiespuitjes met 2 fieichjes, een met
20 gram aether en een met 20 gram 5 pet.
oplossing van Cocaïne, Vis gram sublimaat;
benevens eene kruik brandewijn.
Daarenboven een stel rottiugverband en
2 kruiken voor drinkwater.
De kist moet zijn volgens het model,
voorhanden aan het departement van Wa
terstaat, Hal del en Nijverheid.
Sedert Maandagochtend
jl. wordt uit zijn garnizoen te Am
sterdam vermist een sergeant der
mariniers en met hem f 150 uit de
kantine.
Een tramkoetsier en een
78jarige hoefsmid, beiden in dienst
van de Amsterdamsche Omnibus
maatschappijhebben ieder een
twintigste deel van den prijs van
honderdduizend golden Indetteatt-
loterij getrokken.
De vogels »ehijnen zich
door het zachte weer van de laatste
dagen te laten foppen. Men heeft
althans zoo meldt men ons
dezer dagen in den Eierlandschen
Polder op Tessel bij de hofstede
«Buitenzorg» een nestje met twee
kneu-eitjes gevonden. En dat in de
maand Januari!
Nader vernemen w ij om
trent de Donderdag in deEierland-
sche gronden, nabij de «Slufter»
gestrande groote engelsche stoom
boot, de Pembrocke, dat deze met
katoen geladen, van Amerika naar
Hamburg was bestemd. Ondanks de
pogingen van de sleepboot Hercules
uit Nieuwediep ter assistentie gezon
den, is het schip nog niet afgebracht.
Cocksdorper visschers hebben een
deel der lading overgenomen en
naar Nieuwediep gebracht.
De haagsche Tramway-
Maatschappij is voornemens een
fonds voor hare beambten op te
richten.
Tot heden z ij n ruim 120
ekwipages voor de schevemngsche
vloot aangemonsterd.
Naar het zich laat aanzien, zullen
ook dit jaar weder minstens een
vijftigtal schuiten blijven staan tot
begin der haringvisscherijeen vier
honderd zeelieden zijn daardoor tot
den zomer zonder middel van be
staan.
Uit Vianen wordt ge
meld
De strijd tegen de bedelarij wordt
ook hier gelukkig aangevangen, en
wel onder bescherming van het da-
gelijkech bestuur, dat de ingezete
nen dringend heeft aanbevolen, geen
aalmoezen meer aan bedelaars uit
te reiken. Wie wat geven wil, geve
het aan de armTerzorgers. Ook te
gen de vermomde bedelarij door
neringdoenden in lucifers, papier en
dergelijke, waarschuwen B. en W.
de ingezetenen.
In kleine gemeenten en vooral
op het platteland klaagt men erg
over de bedelaars. Men vergeet dat
men het in zijne hand heeft, daar
een einde aan te maken. Als er
geen gevers meer zijn, zullen er
weldra ook geen vragers meer ge
vonden worden.
Door de politie te Har-
derwijk is aangehouden zekere Ni-
colaas Hildebrandt, die gesignaleerd
was, omdat hij straf wegens dief
stal moest ondergaan. Bij het onder
zoek bleek, dat bij een valscben
naam had opgegeven en eigenlijk
genaamd is Nicolaas Smeilink. Hij
wilde zoodoende voorkomen dat ont
dekt zoude worden, dat hij in 1886
uit een der bedelaarsgtstichten ont
vlucht was.
Uit Rozendaal wordt
gemeld
Dezer dagen is aan het douanen-
station alhier, een volle waggonla-
ding goederen, bestemd voor Am
sterdam, aangehouden en door een
paar particulieren alhier voor spot
prijs van de douanen gekocht, (men
zegt voor f 500). Deze verkoopen de
goederen nu met groot succes in
het klein. Dagelijks ziet men eene
groote menigte in het nieuwe ma
gazijn hunne koopjes doen, daar de
mas a artikelen veroazend goedkoop
van de hand worden gedaan. Voor
slechts 10 cents koopt men o. a. een
dozijn borden, 10 koppen met scho
teltjes enz. Niettegenstaande de lage
prijzen, maken de ondernemers toch
nog goede zaken.
Vrij dag avond had in eene
der brouwerijen te Stratum bij Eind
hoven een ongeluk plaats.De mees
terknecht van den heer K. viel in
een brouwketel, waardoor hij zoo
danige brandwonden bekwam, dat
hij Zaterdag aan de gevolgen over
leed.
Door de maréchaussée
is Zaterdag te Clinge, prov. Zee
land, gearresteerd en naar Middel
burg overgebracht, ten einde ter
beschikking van den officier van
justitie te worden gesteld, een per
soon, genaamd De Kat, vroeger
wonende in België, wiens uitlevering
door de belgische regeering was
gevraagd, om in dat land eene ge
vangenisstraf van twee jaren, we
gens heling, te ondergaan.
Zaterdagmorgen is naar
het huis van bewaring te Middel
burg overgebracht J. C. T., koop
man in sinaasappelen en konijnen.
Bedoelde persoon werd verdacht goud
en zilver, door diefstal verkregen,
ten verkoop te hebben aangeboden
in de stoomtram VlisBingenMid
delburg. Dit kwam de vlissingsche
politie ter oore en deze gaf hiervan
aan den commissaris van politie te
Middelburg kennis, die onmiddellijk
naar de politie te Ter Neuzen seinde,
werwaarts T. zich had begeven. Hij
werd bij zijne aanhouding aldaar
in het bezit van verschillende gou
den en zilveren voorwerpen gevon
den, alle van den diefstal afkomstig,
en welke voorwerpen hij volgenB
zijn zeggen van een zeeman had
gekocht. De politie te Vlissmgen is
Vrijdagavond door inbeslagneming
in bet bezit gekomen van een gou
den ketting, geheel overeenkomstig
met den gestolen ketting bij den
heer L. te Middelburg. Deze was
dus reeds vermoedelijk te gelde ge
maakt.
Uit Maastricht wordt
aan de N. R. C. gemeld
Deze week herdachten Jan de
Beef en Johanna Gunther het feit,
dat zij, de eerste vóór 55 eD de
tweede vóór 50 jaren, in dienst
traden bij de fabrieken van de hee-
ren Regout alhier, waar zij gedu
rende al dien tijd onafgebroken
werkzaam zijn geweest. De jubila
rissen kregen van hunne medear
beiders ieder een bloemruiker met
een toepasselijk gedicht in lijst, en
van de firma ieder een geschenk
van 50 francs.
Terwijl eenige verwaar
loosde jongens te Leeuwarden zich
gedurig schuldig maken aan straat-
uieverijen, waarbij vooral kattenen
konijnen van hunne gading zijn, ie
het de politie gelukt de opkoopere
te ondekken of liever te ontmaske
ren, daar uit het onderzoek is ge
bleken, dat deze de jongens let
terlijk tot diefstal aanzetten en zich
zelf» niet ontzien, hen reeds te voren
eenig handgeld op voorschot te
geven.
De zaak is in handen der justitie.
RECHTSZAKEN.
Uit Utrecht meldt men ons:
Door den wegens valschheid in geschrif
ten tot 5 maanden gevangenisstraf veroor
deelden baron Thoe Sch. en H. is een
verzoek om gratie aan Z. M. den Koning
gericht. (N. K. C.)
Door de arrondissements-rechtbauk
te 's-Hertogenbosch werd Zaterdag behan
deld de zaak tegen J. H-, oud 32 jaren
ea I\ v. D., oud 38 jaren, beiden arbei
ders, wonende te Werkendam, beschuldigd
van diefstal met braak, door den 21sten
December 1888 aldaar ten nadetle van
D. H. te hebben weggenomen uit eene
gMloten kist se» bedrag van omitrMh
f 788.
Het O. M., waargenomsa door mr. Pleijtt
achtte ondanks de ontkeatenis vsn beids
beklaagden het feit bun ten laste gelegd
wettig en overtuigend bewezen, en eischts
voor ieder der beklaagden eene gevange.
nisstraf van zes jaren.
De verdediger van beklaagden, mr. Hol.
leman, achtte ben niet schuldig aan he|
feit hun ten laste gelegd, en requireerde
vrijspraak.
Uitspraak over 8 dagen.
In den duitschen rijksdag is het be
langrijke wetsontwerp betreffende de
subsidie voor de oost-afrikaansche aan.
gelegenheden in behandeling gekomen,
Bismarck heeft door zijn voorstel om de
zitting vóór den middag te doen houden,
terwijl zij meestal met het oog op zijn
laat opstaan, na den middag wordt ge-
opend, zoowel als door zijn vurige ver
dediging van het subsidieplan, dat naar
ieders meening met groote meerderheid
zou worden aangenomen, door woord
en daad bewezen, van hoe dringenden
en spoedeischenden aard hij de zaak
beschouwt.
Herbert von Bismarck opende het
debat met meerdere ophelderingen van
Wissmann in uitzicht te stellen en wees
er op, hoe de verhoudingen in Zanzibar
door de vermoording der zendelingen
nog dringender geworden zijn. De zee
macht alleen kan het beoogde doel niet
bereiken, koloniale troepen moeten me
dewerken. Door de benoeming van
Wissmann tot rijkscommissaris wordt
bewezen, dat men hiertoe voornemens is,
Wissmann zelf nam daarop het woord
en lichtte zijne plannen nader toe. Hjj
betoogde, dat de nadruk moet worden
gelegd op de bestrijding van den slaven
handel op de oostkustverder moe!
invoer van wapenen en munitie er belet
worden. De kusten moeten opnieuw
veroverd worden. Met goedheid valt er
niets uit te richten. Hij heeft een plan
ontworpen dat hij ontvouwen zal.
Zoodra de opstand gedempt is, moet
geregeld toegezien worden op het verbod
om wapens in te voeren. De kuststaten
zijn zeer voordeelig. Dit weet men in
Engeland zeer goed. Wat de
slechte gezondheidstoestand aangaat,
daarin zal de practijk wel spoedig ver
betering brengen. Hij is vast overtuigd,
dat Duitschl- nd interest ontvangen zal
voor hetgeen het er aan te kosten legt,
De tegenwoordige toestand was sedert lang
te verwachtenhij is niet door de Det
achers ontstaan, slechts door hen verhaast,
Nadat het meerendeel der afgevaar
digden door luide toejuichingen hunne
instemming met het gesprokene te kennen
had gegeven, begon de oppositie bij
monde van het lid der vrijzinnige partij,
Bamberger, die met het oog op de slechte
resultaten, welke de duitsche koloniale
staatkunde tot dusverre gehad heeft, de
vraag opperde of het inderdaad wen-
schelijk is koloniën te bezitten. Waar
men in Frankrijk's wedervaren in Ton
kin en Italie's tegenspoeden in Massowali
zulke afschrikwekkende voorbeelden heeft,
mocht deze vraag nog wel eens nader
overwogen worden, vooral met het oog
op de verwikkelingen met vreemde vol
ken, die tr onvermijdelijk uit deze poli
tiek zullen voortvloeien.
W ssmann noemde de aangehaalde
voorbeelden omtrent mislukte kolonisatio
ondoeltreffend en laakte des sprekers on-
beslotenheid en vreesachtigheid.
Windthorst verklaarde zich voor
het ontwerp, vooral omdat het uit
zicht bood op onderdrukking der slavernij
en van den slavenhandel. Hij stelde ver
volgens voor het ontwerp der regeering
naar de commissie van onderzoek te ver
zenden.
De Rijkskanselier gaf in zijn ant
woord hierop bij hernieuwing blijk van
den spoed, waarmede hij de zaak zijn
beslag wenschte te geven. Hij berustte
noode in dat commissoriale orderzoek als
in een tijdroovend kwaad. Hij betoogt
vervolgens zelf niet dan na lang aarze
len tot de koloniale politiek besloten te
Jawel, meiieve, klonk het antwoord onderdanig en de
heer des huizes ging snel de gang door zonder Willem
te zien. Deze kon niet nalaten in weerwil van zijn toorn,
even te glimlachen over de manier waarop «het gezond
verstand» als een rekruut werd gekommandeerd en ging
toen naar buiten.
IV.
Den geheelen dag is het druk op den Dam. Tot des
morgens zes uur zijn het alleen de nachtloopers, die hun
waggelende voeten op de harde keien neerzetten en de
schildwacht voor het paleis, die onophoudelijk op en neer
gaat met afgemeten bewegingen als een poppetje met
mechaniek. Tegen den morgen komen de werklieden, die
met haastige schreden naar hun werk gaan met het brood
zakje aan den arm hangende. Daarna te negen uur de
schoolkinderen en kantoorbedienden, te tien uur de talrijke
kooplieden, die hunne zaken in de stad hebben, maar elders
wonen. En verder wordt den ganschen dag de Dam ver
levendigd door een nu wat grooter dan kleiner, maar aDijd
groot getal, voetgangers, trams, rijtuigen, karren, koop
venters.
Veertien dagen na zijn thuiskomst liep Willem des mor- i
geus op den Dam rond. De toestand van Lize was met
veranderd, nog altijd lag ze zwak en bleek op de canapé
en dö dokter gaf dezelfde voorechriften van rust en ver
sterkend voedsel en gaf niet dan ontwijkend antwoord op
Willem8 dringende vragen. Zijn onrust nam toe en vooral
kwelde hem ook de gedachte, dat hij reeds de helft zij Der
vacantia achter den rug had, terwijl bij niet durfde hopen,
dat Lize binnen veertien dagen in zooverre hersteld zou
zijn, dat hij met een gerust hart de reis naar Parijs weer
zou kunnen aanvaarden.
Terwijl hij afgetrokken stond te kijken n»ar een standje
dat door een dronken man werd gemaakt, tikte iemand
hem op den schouder en, zich omkeerende, zag hij Vin-
kenburg, die hem de hand toestak.
Na de begroeting, die van Willems zijde tamelijk stroef
was, vertelde Vinkenburg hem dat hij eene betrekking op
een kantoor te Amsterdam had gekregen en juist dien dag
in functie getreden was. De beide jongelieden gingen samen
verder en Willem vergat weldra den onaangenamen indruk
dien bij bij de ontmoeting in den trein, van zijn vro geren
schoolmakker bad gekregen.
Nu moet ik terug, zeide hij, toen ze een eindweg
waren doorgewandeld, mijn meisje wacht me
Ben je geëngageerd? vroeg Vinkenburg verwon-
I derd, wel, daar wist ik niets van. En hoe is de naam
van je aanstaande?
Van der Horst.
Een dochter vau den inspecteur van politie?
Ja. Ken je de familie?
Neen, maar ik heb van mijn oom, die heu kent een
aanbeveling van hen medegekregen, om een pied k terre
te hebben in Amsterdam, 't Doet me plevier, dat dit nu zou
samenloopt.
Zij maakten afspraak, dat Vinkenburg des avonds, wan
neer Van der Horst zelf tehuis was, zich zou komen voor
stellen en dat Willem zijn bezoek aankondigen zou. Zoo
scheidden zij als goede vrienden.
's Avonds had de kennismaking plaats. Vinkenburg maakte
op de familie een goeden indruk, vooral op de vrouw des
huizes, wier klaagliederen hij met belangstelling aanhoorde,
terwijl hij eenige levendigheid in het gesprek bracht door
eenige aardigheden juist ter snede te debiteeren, een slag
waardoor velen zich een reputatie van geestigheid verwer
ven, terwijl het slechts een certificaat van handigheid moest
zijn. Na zijn vertrek gaf mevrouw Vau der Horst op hare
scherpe wme te kennen, dat zij den nieuwen kennis veel
liever had dan andere jongelui, die altijd zoo stil en somber
waren. Willem voelde den steek, maar zeide niets.
Wordt vervolgd.')