Politiek Overzicht.
at da hofarts, dr. Ylaanderen, da
laatste drie nachten niet meer, zoo
als te voren, op het paleis heeft
doorgebracht.
De jongste berichten omtrent
'sKonings toestand luiden gunstig.
Sedert geruimen tijd gevoelde Z. M.
zich niet zoo wel, als in de laats-
verloopen dagen.
Zondagavond was dr. Vinkhuijzen
van zijn jl. Zaterdag aan Z. M.
gebracht bezoek weder te 's-Hage
terug.
De inspecteurs en ad-
junct-inepecteurs van het genees
kundig staatstoezicht zullen, naar
wij vernemen, in den loop dezer
maand te 's Hage bijeenkomen, om
eene herziening der wet op de be
smettelijke ziekten voor te bereiden.
(N. R. C.)
Uit Amsterdam wordt
gemeld
Naar men verneemt, wenscht de
burgemeester dezer gemeente, de
heer mr. G. van Tienhoven, bij de
periodieke aftreding als lid van den
gemeenteraad, in Juni e. k., niet
voor eene herkiezing in aanmer
king te komen.
Ook de heer J. Coninck Westen
berg, wethouder van publieke wer
ken, moet het voornemen koesteren,
die betrekking neder te leggen, die
hij indertijd niet dan na lang aar
zelen, en dan nog maar tijdelijk,
heeft aanvaard.
Verder zegt men, dat de heer C.
V. Gerritsen voor het lidmaatschap
van den Raad zal bedanken, om
aan een lang gekoesterd plan ge
volg te geven, en eene reis door
onze oost-indische bezittingen te
ondernemen, ten einde zich door
persoonlijk onderzoek omtrent veler
lei koloniale aangelegenheden op
de hoogte te stellen.
Het hoofdbestuur der
Hollandsche Maatschappij van Land
bouw heeft besloten, een adres aan
de regeering te richten om aan te
dringen, ook naar aanleiding van
het besluit der algemeene vergade
ring in 1876, dat het verbod van
arbeid van kinderen beneden da 12
jaren ook worde uitgebreid tot den
veldarbeid.
De redenen die tot het uitspreken
van dien wensch hebben geleid,
vinden hun grond zoowel in den
overmatigen arbeid zeiven, als in
het schoolverzuim dat daarvan het
gevolg is. Ook richt het hoofdbe
stuur zich tot de regeering met het
verzoek, dat ook de landbouwarbeid
aan beperkende bepalingen worde
onderworpen, hetzij door dien te be-
erken tot den tijd der vacantiën,
etzij door dien te verbieden gedu
rende den tijd, waarop het onderwijs
in de scholen wordt gegeven.
Wedstrijden.
De „Amsterdamiche Sportclub* heeft
aan alle nederlandsche schaatsenrijders
twee uitdagingen gericht, nl.
lo. Algemeen wordt in Friesland vol
gehouden, dat een goede hardrijder eene
baan van 160 meter in 11 seconden kan
afrijden.
De Sportclub looft eene premie van
f 260 uit voor den eersten rijder, die dit
op hare baan, zonder wind of hoogstens
met zijdewind, ten uitvoer brengt.
2o. Algemeen wordt in Friesland vol
gehouden, dat de friesche beroepsrijders
ook op de lange baan harder rijden dsn
de amateurs.
De Sportclub daagt dientengevolge de
beste beroeptrjjdera uit ep kan baai te
gen de amateurs ia een match over een
afstand van 9 Eng. mijlen (3918 meter)
te rijden.
Velgeis de internationale bepalingen
kunnen amateurs ei beroepsrijders wel
tegen elkaar kampen, indien het alleen
om de eer gaat en er hoegenaamd geen
prijs, noch geld, noeh medaille, noch
eenig getuigschrift is uitgeloofd. Willen
de beroepsrijders niet zonder geldelijken
steun rijden, dan zullen toch wel Friezen
genoeg gevonden worden, die het weinige
geld bij elkaar brengen om bijv. Kingma
en Wijbe de Vries naar Amsterdam te
senden, zoodra er ijs is.
De Sportclub zal deze twee wedstrijden
op denzelfden dag laten doorgaan, zoodra
het ijs dik genoeg is om 2 of 3 perso
nen te dragen. Het publiek wordt dan
niet op het ijs toegelaten en de abounds
hebben er geen nadeel bij, daar de baan
voor hen allen dan toch niet geopend
konde worden. 3ij de eerste vorBt zal de
dag zeer spoedig bepaald zijn, en worden
eventueele mededeelingen dringend ver
zocht, zich nu reeds op te geven, ten
einde onmiddellijk per telegraaf verwit
tigd te kunnen worden.
Op 19 Mei a. s. zullen de noord-
hollandsche wielrijdersclubs, voor zoover
zij toegetreden zjjn tot den bond, een
wegwedstrijd houden tusschen Amersfoort
en Eede, zijnde een der mooiste straat
wegen des lands. De afstand zal juist 60
KM. bedragen, om gelegenheid te geven
tot het maken van een record. Ook leden
van de afd. Noord-Holland, niet tot eene
toegetreden club behoorende, kunnen aan
dezen wedstrijd deelnemen.
Toen de politie te Amers
foort Vrijdag op de botermarkt een
onderzoek instelde naar het gewicht
van de boter, ontdekte zij dat een
drietal boeren kluiten voorhanden
hadden van 8 i 9 hectogram, die
zij voor een kilo aan den man
trachtten te brengen. Het gevolg
was, dat de boter in beslag geno
men en tegen de betrokkenen pro
ces-verbaal werd opgemaakt. Ter
wijl de politie met het onderzoek
bezig was, verlieten opmerkelijk
genoeg 1 op vier na, al de aan
voerders van boter de marktplaats.
Men meldt uit Osch van
3 Februari aan de N. R. C.
Heden ochtend te zes uren brak
hier een hevige brand uit in een
pand, bewoond door vijf gezinnen;
het geheele perceel was in korten
tijd uitgebrand, zoodat van de in
boedels, die slechts gedeeltelijk ver
zekerd waren, niets kon gered wor
den. De bewoner van dat gedeelte
waar de brand ontstond, is door de
politie gearresteerd.
Het mag niet onvermeld blijven,
dat ook nu de brandweer niet op
haren post waseerst anderhalf
uur na het uitbreken van den
brand kon de spuit water geve->,
ofschoon de afstand van het brand-
spuitenhuis zeer klein was. Het
materieel is goed in orde en brand
putten zijn er genoeg, maar de re
geling is zóó slecht, dat men zich
terecht ongerust maakt.
Er zijn 53 sollicitanten
naar de betrekking van kapelmees
ter bij het stedelijk muziekkorps te
's-Bosch.
LETTEREN EN KUNST.
Inhoud Nieuwe Gid» 4e jg. 8e afl.:
Glaukon of over de Moeite (dialoog), dr. Ch. M.
van Deventer Mei, Herman Gorter Son
netten, H J. Boeken en Hélène Swarth
Menschen en Bergen (fragmenten), L. van Deys-
sel Nederlandsche Politiek, dr. D. G. Jel-
gerama Boeddha (een dialoog), dr. F. van
Eeden Kanat (Derkinderen9 processie), J. Stap
horst Varium (over de Gocourt», F. H.
KILINlEN.
BATAVIA, 9 Januari.
Naar aanleiding va» de in de
padaDgiche nieuwsbladen voorko
mende berichten omtrent de gevan
genneming van vier verdachte goe-
roe's in Padang Pandjang, deelt de
goeverneur van Sumatra's Westkust,
onder dagteekening van 25 Decem
ber, mede, dat de adsistent-resident
van Batipoe en X Kota inderdaad
vier geestelijken heeft doen gevan
gen nemen naar aanleiding van een
compromitteerend geschrift, dat bij
onderzoek evenwel valsch bleek te
zijn. Het onderzoek wordt voort
gezet.
Den 26en December is te Soe-
rabaja zeer onverwachts overleden
de heer F. Rogier, dirigeerend offi
cier van gezondheid aldaar.
De resident van Batavia heeft
in antwoord op een door den adsis
tent-resident namens de ter recep
tie verschenen ambtenaren uitge-
braebten gelukwensch, o. a. gezegd
dat het zijn voornemen is nog in
den loop van dit jaar het bestuur
over de residentie Batavia neer te
leggen en naar Nederland te ver
trekken, hoofdzakelijk omdat hij in
vele bestuurszaken niet naar wensch
is geslaagd doch met allerlei tegen
spoeden heeft te worstelen.
Voor het loopende jaar zullen
door de regeering alhier aan die in
Nederland 12 rechterlijke ambtena
ren worden aangevraagd.
Voor de betrekking van vice-
president van het hooggerechtshof
is voorgedragen de president van
den raad van justitie te Semarang
mr. W. A. Engelbrecht.
Uit Tjiandjoer schrijft men,
dat de nieuwe adsis'ent resident zeer
streng te werk gaat met het ver
wijderen van Chineezen, die daar
vroeger op de kina-ondernemingen
als werklieden oogluikend werden
toegelaten. Van circa twaalf kina
ondernemingen die elk een vijftien-
h twintigtal Chineezen in dienst
hadden voor het voornaamste, eenig
oordeel en kennis vereischende werk
dat aan javaansche koelies niet kan
worden toevertrouwd, zijn deze uit
muntende arbeiders thans met de
meeste gestrengheid verwijderd. Dit
strekt zeer tot ongerief der onder
nemers, die steeds van meening wa
ren dat het Chineezen-verbod in de
binnenlanden der Preanger meer be
doelde het niet toelaten tot zelfstan
dige vestiging dan wel het weren
zelf van chineesche koelies.
Met de jongste mail werd te Soe-
rabaja een particuliere brief ontvan
gen, houdende verzoek om inlich
tingen, welke stapel- en andere pro
ducten uit Bodjonegoro, via Babat,
Lamongan en Grissee naar Soerabaja
zouden te vervoeren zijn, in verband
tot plannen om langs die route een
stoom-tramweg aan te leggen. Aan
die exploitatie zouden echter bijna
geen Nederlanders deelnemen; het
zijn vreemden met vreemd kapitaal.
Bij vonnis van den raad van
justitie dd. 13 September jl. werd
de beklaagde E. W. F. Kerns schul
dig verklaard aan het zonder bevel
der gevestigde machten en buiten
de gevallen bij algemeene verorde
ning voorzien in hechtenis nemen
en gevangenhouden van een persoon,
gepaard met lichaamlijke pijniging
en te dier zake veroordeeld tot 15
jaren tuchthuisstraf.
Thans vernemen wij dat bij arrest
van het hoog gerechtshof vanN.-I.
die straf, met aanneming van ver
zachtende omstandigheden, vermin
derd is tot 5 Jaren tuekthuis.
In de zitting der Tweede Ka
mer der Staten-Generaal van 16
November jl. drukt de heer mr.
Levyseohn Norman de meening uit
dat seen Arabier van groote kennis
en invloed te Batavia verblijvend,
tot adviseur moest worden benoemd
voor de moslimsche zaken.s
Bedoelde Arabier is Said Oesman,
woonachtig te Djatie Petamboeran,
die een goed vriend van den heer
K. Holle, van prof. de Goeije uit
Leiden en van den bekenden Mek-
kagaDger dr. Snoeck Hurgronje is.
De regeering wacht op de komst
van dr. Snoeck Hurgronje om in
deze zaak eene beslissing te nemen.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleend een tweej. yerlof naar Nederland,
wegens ziekte, aan den waarnemenden derden
opziener voor het vak van scheepsbouw j. F. j.
van den Berg.
Troute-, Geboorte- en Doodberichten.
(Uit de indisehe bladen van 32 Dee. tot 1 Jan.)
Gehuwd: e. P. P. Elin en A. A. Hardy de
Chatillon, Pinang. - J. W. A. van der Kerk en
H. B. B. P. SGhmeinck, Semarang. - S. van der
Poel en C. W. A. Boode, Semarang. - H. J.
Stephen en S. de Graaff, Soerabaia. - C. W. J.
Franeaux en L. C. E. Brugge, Soerabaia.
Geboorten Hubner—Lonbinger z. Semarang. -
M. Bernard-Schlahmilch z. Semarang. - H. E.
van den Broeke-Kulenbömer d. Banda. - Stein-
van Zee z. Tandjong Poera. - C. Niewenhuyzen-
K;lian z. Batavia. - E. Cramen-Zachariae z. Se
marang. - C. de Roock-Lambert z. Soerabaia. -
Schoutendorp z. Soerabaia. - W. S. Ullmer z.
Soerabaia. - M. M. Bruina-Gryrer z. Soerabaia.-
H. J. Moll-Tadema Wielandt z. Soerabaia. - H.
G. M. de Grave-Beijerinck d. Soerabaia. - M. S.
Kautx-Damwijk d. Soerabaia. - C. Crince le Roy-
Belloni d. Semarang. - L. F. j. Muller-Spilt z.
Semarang.
Overleden.- J. C. A. Tjeenk Willink 11 m.
Ambon. - C. G. Meeng 81 m. Japara. - H. van
Vlodrop-Booy Weltevreden. - F. Rogier Soera
baia. - A. Detri 62 j. Semarang. - Wed. S. C.
Roggers-Vodegel 56 j. Semarang. - J. Jansen
78 j. Semarang. - Ch. P. Beemer 19 m. Sema
rang. - P. G. F. Lambrechts 82 j. Semarang. -
E. C. Bastenhof 6 j. Semarang. - J. Ullmer 10
d. Semarang. - C. F. Simon 67 j. Semarang -
M de Waaij 44 j. Semarang. - H. de Vries 25 j.
Semarang.
Verkiezingscampagnes gaan te
sneller voorbij en worden te lichter
vergeten, naarmate men ze meer een
onnatuurlijk air van gewicht gegeven
heeftkolonisatie veldtochtjes heb
ben hun voor- en tegenspoeden en
kosten eenigen zwarten een blanken
het leven en misschien en paar ge
zanten en consuls hun postont
dekkingsexpedities kennen perioden
van licht en duisternis, maar hebben
een eindeeen oostersche kwestie,
die 't Balkanschiereiland, een wes-
tereche, die Frankrijk bedreigt, schij
nen maanden lang niet aangeroerd
te worden en zullen en moetan bin
nen eenige jaren hunne oplossing
vinden het iersche vraagstuk daar
entegen biedt telkens nieuwe ver
wikkelingen en wijkt niet uit de
gedachten der staatslieden en schijnt
voorbestemd te zijn de eeuwige
nachtmerie te worden van het over
machtige zustereiland. Met eento-
nigen regelmaat volgen de berichten
omtrent bloedige woelingen in Ier
land elkander op. Nu weer verne
men wij van een moord op een in
specteur van politie op het oogen-
blik, dat hij een priester, Mac Fad-
den wilde in hechtenis nemen. Mac
Fadden werd beschuldigd de boeren
te hebben opgestookt hun pacht niet
te betalen. Nauw kwam dit het
bestuur ter oore of er werd een be
vel tot inhechtenisneming tegen
hem uitgevaardigd. De commissa
ris van politie, Martin, begeeft
zich Zondag met een detachement
politieagenten op weg en omsingelt
de kerk te Gweedore (graaf-
sehap Donegal) waarin Mac Fadden
de mis bediende. In den loop van
zijn sermoen, noodigt de priester,
zonder rechtstreeks een zinspeling
te maken op het gevaar, dat hem
dreigt, zijn toehoorders tot kalmte
aan, welken loop de zaken ook
mochten nemen. De mis eindigt,
de priester en zijn gehoor begeven
zich naar buiten. De inspecteur van
politie nadert Mac Fadden en wil
hem arrestearen. Maar het volk
omringt zijn geestelijke, beschermt
hem en geleidt hem tot zijn wo
ning. Het gelukt Martin evenwel
den priester te naderen op 't oogen-
blik, dat deze zijn stoep oploopt. De
verwoede menigte bestookt hem met
steenen. Herhaalde malen ge
troffen zinkt de commissaris einde
lijk neer. Twee uur later gaf hij
den geest. De prieBter werd eenige
oogenblikken daarna ondanks den hef
tigen tegenstand des volks in ver
zekerde bewaring gebracht. Der
gelijke botsingen hebben zoo dik
wijls plaats gehad, dat men er zich
over verwonderen moet, hoe volgens
d« berichten, de geheele streek over
dit voorval in agitatie is. In een
land waar het oproer chronisch is,
verwondert men zich niet over een
vechtpartij.
De vrijheid van Turkijes sultan
schijnt evenzeer bedreigd te zijn ge
worden. Er is een samenzwering
ontdekt te Constantinopel, die aan
leiding gegeven heeft tot een ver
hoor van eenige hooggeplaatste per
sonen, van wie sommige den drem
pel van des sultans paleis wel voor
't laatst zullen hebben betreden. In
hooggeplaatste kringen hecht men
weinig gewicht aan de zaak. Een
samenzwering tegen den sultan is
dan ook een even gewone zaak als
een arrestatie in Ierland.
En als de kuiperijen van Osmann-
Digma. Hij scbijot bet spel der mis
leiding, dat bij tegen de engelscben
verloor, ondanks de beste troeven
die hij uitspeelde, opnieuw tegen
zijn landgenooten in practijk te bren
gen. Den sheiks, waarmede hij lange
conferenties houdt, maakt hij wijs,
dat de Mahdi overal zegeviert, dat
de ongeloovigen in Soedan voort
durend terrein verliezen en dat het
dus zaak is zijne zijde te kiezen.
Zoo zal het misschien weldra zijn
en Soeakim zal weder omsingeld
worden en de Engelschen zullen we
der komen en de Soedaneezen ver
jagen en weer heengaan enmen
zal weer even ver heen zijn als nu,
men zal in dezen kringloop,tot het ge
wone punt van uitgang zijn terug
gekeerd.
In de Samoa-kwestie komt men
ook niet veel verder. Ook hier schijnt
men nog maar altijd bezig toebe
reidselen te maken. Amerika maakt
toebereidselen om de dollars, die het
zich voorneemt zijn kanonsmonden
uit te drijven, weder binnen te halen
door een steenkolenhandel op Samoa,
waar het een havenplaats in bezit
heeft gekregen. Engeland maakt
toebereidselen onder den drang der
anti-duitsche fractiën in Groot Brit-
tanië en der australische bezittingen,
die in de nadering der duitsche
macht een gevaar zien voor hun
veiligheid. En het kalme gedrag
der duitsche pers zal niemand mis
leiden omtrent de voorzorgen die
Duitschland neemt. Volgens de
«Norddeutsche Algemeine» staat het
in zijn diplomatieke betrekkingen
sedert eenige maanden met de Ver-
eenigde Staten op zeer gespannen
voet. Het blad deelt mede dat de
Is bij een knap man
Ja, de Ravens moeten alle zeer knap zijn geweest.
Hebt gij allen dan gekend vroeg de vreemdeling
schertsend.
Neen, maar hunne portretten ken ik.
Is de baron nu op bet slot?
Ja, hij ia de vorige week met een groot gezelschap
hier gekomen.
De vreemdeling keerde zich plotseling om naar het hier
voor reeds beschreven huisje, dat aan den oever der rivier
atond.
Aan wien behoort dat huisje? vroeg hij.
Wel, natuurlijk ook aan den baron.
Eu wie woont er in?
Een oude heer met zijn nichtje, maar niemand weet
veel van hen. Zij zijn zeer arm naar ik gehoord heb, maar
voorname lieden, buitenlanders naar het Bchijnt, want zij
spreken samen een vreemde taal.
Zoo, is zij mooi?
Ja, zeer schoon, maar men zegt dat zij trotsch is.
Ik dank u zeer voor uw inlichtingen, ik heb u mis
schien al te laDg opgehouden I
Ik had geen haast, meneer. Goeden avond.
Goeden avond, lief kind. De vreemdeling nam den
hoed af en een donkere blos kleurde de wangen van het
meisje toen zij zijn bewondering in zijn oogen las. Ze sloeg
de oogen neer en snelde vlug weg, maar wierp nu en dan
een koketten blik achterom als om te zien oi zij nageke
ken werd.
Een buitengewoon lief meisje, zeide de vreemde
ling maar ijdel als een pauw. Nu de boerderij waar zij
woont zal wel niet moeilijk uit te vinden zijn. Ik zal mij
eerst in het dorp met een glas bier verkwikken voor ik
weer naar Haycroft terugga.
Het meisje was in het bosch verdwenen en de man, dien
het toeval hierheen bracht, begaf zich met rasse schreden
naar het dorp.
TWEEDE HOOFDSTUK.
Nataub.
Ja, mijnheer Melleville het doet mij leed. Ik begrijp
dat het voor een man die in voorname kringen heeft ver
keerd zooals u zeer pijnlijk moet zijn in zulk een toestand
te verkeeren. Maar in weerwil daarvan moet ik mijn plicht
doen en ben bovendien toch al zeer toegefelijk voor u
gewsest. Gij zijt nu reed» twee maanden hier en hebt nog
maar eene week huur betaald, ofschoon die toch waarlijk
niet zoo hoog is.
Nadat de heer Anton Luseom deze woorden geuit had,
richtte hij zich op en schraapte zijn keel met het gezicht
van iemand, die zich bewust is een pijnlijken plicht met
de grootste fijngevoeligheid te hebben vervuld.
Misschien deelde de man tot wien hij deze woorden
richtte zijn meening niet, in ieder geval sprak hij het niet
uit. Hij steuude het hoofd met de hand en kreunde alsof
de zaak te wanhopig was om ze te kunnen weerleggen.
Melleville had het huisje gehuurd zooals het was, slordig
en verwaarloosd, een paar boeken, eenige bloemen en klei
nigheden dienden de kamer tot versiering, terwijl in een
hoek een guitaar hing aan een blauw lint. In de nabijheid
daarvan lag op een tafeltje wat oude muziek.
Luscom keek dat alles rond en richtte toen den blik
weer op den ouden man voor hem die thans het hoofd op
geheven had en naar buiten staarde in den verwaarloosden
tuin.
Hij was voor den tijd oud geworden.
{Wordt vervolgd.}