Politiek Overzicht.
het kraikzinnigengestieht ▼oorburg
alhier overgebracht worden naar
het gesticht Meerenberg bij Sant
poort, dat, aanzienlijk vergroot, nu
ruimte genoeg aanbiedt om deze
patiënten, allen Noordhollanders, en
op Voorburg slechts tijdelijk opge
nomen, zelf te huisvesten.
Een eigenaardige reebtsple-
ging. Laatstleden Zondag spoedden
zieh te Leende jong en oud, mannen,
vrouwen en kinderen na de Hoogmis naar
het plein voor de kerk en hielden stand
rondom den zoogesaamden wPost", waarop
de veldwachter plaats neemt. Zou er iets
belangrijks af te kondigen zijn P Zie do
nieuwsgierige blikken der menigteDoch
de ambtenaar heeft niets gewichtigs mede
te deelenhy laat slechts zijne gewone
afkondigingen over den nog altijd aan-
groeienden volkshoop klinken. Doch wat
gebeurt
Nauwelijks toch heeft de veldwachter
zijn post verlaten of een ander zal zijne
plaats innemen.
Ziehier de aanleidende oorzaak
Een zekere D. B. uit die gemeente had
zich niet ontzien op eene ergerlijke wijze
aan de eer te knagen van de echtelieden
v. W. Vrouwlief, hierover niet ten on
rechte zeer verontwaardigd, zou hem ten
aanhoore van al de dorpelingen zijne las
terende woorden doen herroepen.
Ja, daar staat hij nu, de lasteraar, naast
hem zijn reohter, met zijn zoozeer belee-
digde vronw, terwijl eene ontzaggelijke
menigte volks hen omringt.
Spreek 1 zoo roept hem de verontwaar
digde vrouw toe ea met sidderende
stem begint de beschuldigde zijn lasterende
woorden te herroepen als volgt
#Ik heb gezegd, dat gij ge
stolen hebt ik kan hetniet
b e w ij z e n 1*
Je spreekt te zacht, zegt de vrouw
en met luider stem vervolgt hij j
i/Ik heb gezegd, dat gij een
ongezond gestel hebt ik kan
het niet bewijzen!"
Daarop treedt de beschuldigde van zijn
//post" en de rechtspleging is geschied.
Iedereen verwijdert zich thans de man
nen om een borrel te gaan koopen, tor-
wijl de vrouwen en meisjes zich naar
huis begeven, doch overal is het hier
verhaalde het onderwerp van het gesprek,
Of bedoelde persoon zich nog wel aan
kwaadsprekerij zal schuld maken, i« te
betwijfelen.
VISSCHERIJ.
Eakhuize», 28 Febr. Heden werd alhier
aangevoerd 42 tal (een tal gel. 200 stuks) ha
ring, prijs aan den afslag f 4 per tal, en 230
wichtjes (11.500 kg.) kleine schol, vrelka op
risico werd verzonden.
Gedurende de afeeloopen week werd in het
geheel aangebracht 820 tal haring; de prijzen
varieerden van f3.75 tot 4.50 per tal.
Nieuwediep. 28 Febr. 7 korders brachten
beden 12 mandjes kl. schol aan, die tegen f 6
per tal werden afgeslagen.
T e s s e 1, 24 Febr. De verzending van mosse
len naar de engelsche markten was ook in de
afgeloopen week niet ruim. Alikruiken golden
t 2.50 per H.L. Er werden mooie hoeveelheden
naar België verscheept. Met de palingvangst ging
het slecht; de paling gold 20 a 50 et. per l/j
KG. De prijs van hot was 2 b. 4 ct. per stak.
Ook de botvangsl leverde weinie op. Door de
garnalenvloot werden in het geheel slechts 264
manden garnalen gevangen. De prijs was f 4 of
f4.50 per mand. De verzending had plaats naar
Hall, Londen, Parijs en Brussel.
fa Nocri-, Oost- «a Westkust bleef allee
zoowat bij het oude, zoodat Segli aog
nu en dun beschoten werd; botaiagen
tusschen verschillende hoofden hadden
niet plaats. Het volk van Toekoe Oemar
moet groot gebrek lijden, danr zijne prau
wen met proviand en munitie geen zee
durven kiezen uit vrees voor hooge zee
en voor onze schepen. Zware regens ver
oorzaakten overstrooming van de Atjehri-
vier, doch te Kola-Radja hielden de dijken
het water tegen. De algemeene gezond
heidstoestand bleef slechtvan 82 zieken,
dagelijks in het hospitaal opgenomen,
leden 7 aan beri-beri, wat iets beter is
dan vroeger.
De stoomer //Macassar" heeft wederom
ondervonden, dat men uiterst voorzichtig
moet wezen in het gebied van onze sobata
baik (goede vrienden).
Gedurende haren observatietocht langs
do west, werd, bij wijze van gezondheids
maatregel, eene kleine militaire wande
ling door de landingsdivisie gedaan bij
Troemon.
Bij Ban ka wang komende, werd die
kleine macht beschoten door het volk van
onzen ^vriend" Toekoe Dja Abas onder
aanvoering van Toekoe Joesoef.
De landingsdivisie schoot flink terug,
en toen daarma omtrent het verraad van
onzen sobat onderzoek werd gedaan, gaf
hij op, dat het eene bloote vergissing
was; sobat wist zoo mooi sijne zaak te
bepleiten, dat hij 15 beaumontgeweren heeft
cadeau gekregen.
De goeverneur van Atjeh, generaal
van Teyn, heeft te Buitenzorg reeds eenige
conferenties met den goeverneur-generaal
en den adsistent-resident Van Assen ge
houden.
Zaterdagavond zijn de bataviasche
bladen van 17 en 18 Januari jl. ontvan
gen. Zij bevatten geen ander nieuws dan
dkt de generaal Van Tejn, goeverneur van
Atjeh, met zijne echtgeDoote en dochter,
den 16en Jan. te Weltevreden aangeko
men en met de aan zijnen rang verschul
digde eerbewijzen ontvangen is.
Omtrent den moord te Sandakan op!
den heer Tom, onzen landgenoot, gepleegd,
bericht de #Br. North Borneo Herald,"
dat een aantal Chineesche koelies op den
ongelukkigen opziener aanvielen, nadat hij
met een hunner eene woordenwisseling had
gehad. Het lijk trachtten zij te verbergen,
doch voordat zij daarin slaagden, werd het
gevonden door den heer Goudriaan van de
Borneo Tabak-maatschappij Samarang, die
een koelie wist over te halen de schuldigen
aan te wijzen. De vermoorde was bekend
om zijn goedaardig karakter, en zijn dood
heeft te Sandakan veel verslagenheid ver
oorzaakt, terwijl men er innige deelneming
heeft betuigd met het verlies door de
familiebetrekkingen van den heer Tom
KOLONIËN.
(Vit de bataviascke bladen van 19 tot 26 Jan.)
BATAVIA. 26 Januari.
Het Atjeh-verslag in de //Javasche cou
rant," dat van 24 December 1888 loopt
tot 7 Januari jl., zegt dat het op Groot-
Atjeh in dien tijd vrij rustig wasnu
en dan werden op enkele posten schoten
gelost, waardoor een europeesch fuselier
te Lamdjamoe een schampschot kreeg, er
werd telephoondraad geroofd en te Kota
Pohama eene prauw gestolen, het laatste
met dit ongelukkig gevolg voor de dieven
dat zij bij het vluchten niet alleen de
gestjlen prauw, maar ook hunne wapens
in den steek moesten laten. Op Nieuw
jaarsdag begroetten de atjehsche hoofden
van binnen de linie den goeverneur. Op
Den 2''en dezer behandelde de Baad
van justitie te Batavia de zaak van den
beklaagde F. H. G., van beroep onder
commies 2e klasse bij de Staatsspoorwegen,
woonachtig te Tjigombong (Buitenzorg),
Aan beklaagde wordt ten laste gelegd
op Dinsdag 20 November 1888, omstreeks
7 uur des avonds, op de varkensjacht
zijnde en zich bevindende op een met padie
beplant sawah-veld te Buitenzorg, op eeni
gen afstand beweging ziende van een donker
voorwerp, in die richting met zijn met
een kogel gelsden geweer een schot te
hebben gelost, niettegenstaande de inlander
Kaimin Bapa Oersie hem gewaarschuwd
had nog niet te schieten, doch eerst het
voorwerp te onderzoeken waarop hij wilde
schieten, zoodat door beklaagde's even be
doelde onvoorzichtige handeling de inlander
Oestain, die daar op bovenbedoeld sawah-
veld liep, werd doorschoten en onmiddellijk
overleed.
In deze zaak werden 4 getuigen gedag
vaard.
In de Bengamandjero, een strook
laag laud van ongeveer 30,000 bouws in
het noorden van tsoerabaia, wordt gebrek
geleden, omdat de jaarlijksche overstroo
ming zoo laat intreedt, en dus niet met
de vischvangst kan begonnen worden, het
misgewas van de rijst, andere jaren door
slechte irrigatie toch al groot, thans door
de lange droogte nog veel erger is, de
oogst der tweede gewassen sleeht is uit
gevallen, en het werken in de aangren
zende suikeraf leelingen weinig of niets
oplevert. Tegen het «iade vanTLtTlaïr
heeft de bevolking ket dear toek altijd
«enigszins zwaar te verantwoorden, maar
thans moet ket zeer erg zijn, volgens de
^Locomotief'.
Een inlander uit de binnenlanden
deelt zonderlinge feiten mede over de wijze,
waarop getracht wordt de waarheid om
trent het gebrek aan rijst te verbloemen.
In de afdeeling Japara moet de nood haar
toppunt bereikt hebben. Men beleeft daar
Bedert December j.l. weder de periode als
waarin de afdeeling verkeerde, toen wijlen
mr. d'Abo daar de rijst tegen factuurs-
waarde, d. i. inkoopsprijs, liet verstrekken.
De man haalt dit aan met de verzuchting
maar kandjeng toean d'Abo is er
niet meer en het transport van rijst van
Bod jot of Maijong tot Japara is zoo
kostbaar.
"Wie met de communicatiemiddelen tus
schen Semarang en Japara bekend is, moet
medelij len hebben met die afdeeling, waar
bijua geene s a w a h 8 zijn die geregeld be
vloeid kunnen worden, dus geheel afhan
gen van de regens.
Veel geld zit er bovendien onder de
bevolking niet, het kanaal(tje) dat Ja
para met Demak en Semarang heet te
verbinden, moet ongeschikt zijn om vaar
tuigen van slechts weinigen diepgang eene
ongestoorde vaart te verleenen en de
koortslijders vermeerderen met den dag.
De regeeriDg kan er wel is waar niets
tegen doen dat de koraalriffen zich met
den dag zoo uitbreiden, maar, zegt de ons
berichtende inlander, wel om van het ka
naaltje een bevaarbaar kanaal te maken.
(wSoer. Ct.")
Te Padang is eene Vereeniging op
gericht, die zich ten doel stelt de stad te
verfraaien door het aanleggen van plant
soen, het in orde houden van de wandel
wegen, het plaatsen van banken op de
meest geschikte puoten en dergelijke din
gen meer. Dit is een goed begin om
langzamerhand door de inwoners der stad
gedaan te laten krijgen, wat in Europa
door de gemeenten geschiedt, en waarvan
hier te lande de bekostiging niet uit
's lands kas mag worden gevergd. Eene
europeesche bevolking toch heeft te dezen
opzichte zooveel meer en hoogere eischen
dan eene inlandsche, dat het niet aangaat
aan de behoeften der eerste uit den zak
der laatste te voldoen.
Wanneer het verlangen naar een ge
meentewezen in Indië zoo groot is als wel
eens is beweerd, en dus ook de lust be
staat tot het opbrengen van meer belas
ting, wat bij het invoeren van gemeenten
onvermijdelijk zou wezen, dan zullen ook
zeker de meesten gaarne willen meedoen
aan eene Vereeniging, die op allerlei ge
bied zou kunnen doen, wat anders de
taak zou zijn van een gemeentebestuur,
en wat door de regeering zonder onrecht
vaardigheid niet mag geschieden. Dezelfde
mannen, die eventueel lust en geschikt
heid zouden hebben om in een gemeen
tebestuur zitting te nemeu, zouden zich
aan het hoofd kunnen Btellen van ver-
eenigingen tot verfraaiing en tot veraan
genaming van het maatschappelijk l.ven,
waarbij zij zonder twijfel steun zouden
vinden in de geheele, altijd zoo offervaar
dige europeesche bevolking. Slaagt de
proef, dan ware misschien de kiem gelegd
voor een gemeentewezen. (Javab.)
Uit Magelang schrijft men dat tegen
den hoofdonderwijzer der openbare lagere
school eene klacht is ingediend, omdat
hij zich tegenover zijne leerlingen op niet
zeer waardeere. de wijze over het Huis
van Oranje heeft uitgelaten, en bij de be
handeling der belgische omwenteling de
dapperheid der hollanders in twijfel heeft
getrokken.
De |/Celebe8-Ct." is sedert 1 Jan.
met de drukkerij van den heer Eekhout
in andere handen overgegaan; de heer
Ph. Weijergang voert er de administratie
over. De redactie vraagt aan hare lezers
haar telegrammen en weinig bekende tijd
schriften en couranten af te staan, ten
einde daaruit te kunnen putten.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleendeen tweej. verlof naar Europa
wegens ziekte, aan den architect le kl. bij -len
waterstaat A. Eissea; wegens twaalfj. onafgebro
ken dienst in Ned.-Indië aan den contr. le kl.
O. van Cattenburcb en een tweej verlof naar
Europa, wegens ziekte, a'n den ass.-res. van
Bodjonegoro (Rembang B. H. H. Ravenswaija.
UI LIT AI* DEPARTEMENT.
Verleend-, een tweej. verlof naar Europa, we
gens ziekte aan den lo luit. der art. M. de Haan;
aan den le luit. der inf. S. T. Valette en aa»
den le luit. der inf. C. D. J. Star; wegens twaalf
jaren onafgebr. dienst in NecL-Indië, aan den
len luit. der inf. M. Boon.
Tro«te-, Geboorte- en Doodberichten.
(Uit do indischo bladen van 19 tot 26 dan.)
Gehuwd.- 3. H. van Vloten en jkv. C. C. van
Haeften, Soerabaja. - J. B. Zon en S. J. S. Klein
(bij volmacht) Solo, Samarang. - 3. B.Neumann
en L. Boon, Padan
Geboorten: Sanders-Wünder, d., Meester-
Cornoli». - Van Schelle, z., Muntok. - M. C. A.
Hendriksz-Vau Delden, 2 z., Patjet. - A. G.
Lambach-Scha'lig, d., Batavia. - C. C. Verniers
van der Loeff-W olff, z., Batavia. - C. Brooshooft-
Einthoven, z., (levenloos). - C. Hnygen de Raat-
d. Spek, d., Semarang. - H. Powell-Booth, d.,
Soerabaja. - M. Schiff-van Amstei, d., Djember.
- H. M. J. Vetter-Swaab, d., Batavia. - J. C.
Provoost-Grünewnld, d., Solo. - a. Gransberg-
Bae'de, z., Medun. - Mevr. Semster-Eekhout, d,,
Djokja. -Ch. W. Debosaere-Zeelenberg, z.r Djokja.
- C. Hofland-Monteban, z., Sitoebonde. - F. A-
Oostenbroek-Osterloh, d.. Demak. - H. de Ville.
neuve-von Staedel, d,, Soerabaja. - Mevr. Ph.
Moyer, z., Soerabaja. - A. D. S. van Rees-Gout,
z., Solo. - F. C. E. Honnings-De Bruijn, d.,
Woltevreden. - N. Kwakoe-Ambrosu, d., Batavia.
- Anthonysz-Hsnsen, d., Batavia. - C. E. Wil-
derink-Von Liebenstein, z., Magelang.
overledbn: Wed. G. C. Baalde-Claus, 81 j.,
Batavia. - E. M. Sibenius Trip-Salverda van do
Lande, Batavia. - M. C. H. G. Coenen, Sidoardjo.
G. J, de Haas, 2 j., suikerfabriek Ketegan. -
A. D. Vonk-Robbers, 24 j., Semarang. - F. de
Leuo, 51]3 j Gawok. - J. H. Boa°ché, 61 j.,
Djokja. - dochtertje (N.) van 3. WaddeÜ, 2 j.,
Sawaiin. - E. A. Reisig, 43 j., Solo. - Jongste
kind (E. A.) van M. Ehrencron, 7 m., Blitar. -
Mevr. P. Tawarts, Soemenep. - S. C. Groenewont-
Ross, 85 j., Semarang. - E. G. Joakim, 22 j.,
Soerabaja. - II. Trip, 27 j., Assem Bagoes (Sitoe-
bondo). H. M. E. Brandon, 19 j., Padang.
LETTEREN EN KUNST.
Inhoud tfSempervirens" No. 8:
Marcotteeren. De vroege Appel. «Yellow
Transparant,» met een afbeelding. Het zaaien
der Gloxinia's. Luonlia gratissima. Sw. Een
fraaie koudekas-heester. Lobelia littoralis.
Reusachtige planten. Do Fourcreya'». Ranun
culus anemonoides. Een Kerkhof te Berlyn.
Nederl. Maatschappij voor Tuinb. en Planlk.
Afdeeling Leiden en Omstreken. Algemeene
Vereeniging voor Bloembollencultuur te Haarlem.
Een prysvraag en een prijsuitloving van be-
teekenis. Kamer van den Brusselschen Hof-
bouwhandel of Chambie du Commerce horticole
Bruxellois. Verschillende mededeelinEen.
Vraagbord. Ontvangen Prijs-Couranten.
Correspondentie.
Tegenover de krachtige taal van den
engehohen minister van Oorlog, Smith, die
op versterkiug der vloot en verbetering
der weerbaarheid aandrong, verhief 3rad-
laugh Zaterdag in het Lagerhuis zijne
stem en meende dat de flaaucieele belan
gen des lands op 't oogenblik nog voor
die der defensie gingen. De heer Gorst
wees nogmaals met bijna dezelfde woorden
die Smith voor zijne argumenten had ge
bezigd op de noodzakelijkheid van die
uitgaven, die zoewel in Engeland als elders
de nachtmerrie der volkeren en meestal
het stokpaardje der regeering zijn.
In het laugdurige en ingewikkelde Par-
nell-proces wordt thans weder eenige af
wisseling gebracht door een feit dat de
tegenpartij der Parnellisten doet verstom
men en aas de zaak een geheel aBdere
wending belooft te geven. In de zitting
der rechtbank, welke haar in handen heeft,
werd, zooal» dat voor de rechtbanken in
Engeland is toegestaan, de heer Pigott,
voormalig dagblad uitgever en de man die
de //Times" de brieven heeft geleverd, die
van Parnell afkomstig heeten te zijn, aan
een kruisverhoor onderworpen van de ad-
vokaten der Parnellisten. Ia 't nauw ge
bracht moet hij hebben laten doorsche
meren dat bij in de vorige zittingen val
sche getuigenissen heeft afgelegd en dat
hij in den geheelen loop van het geding
zich systematisch aan chantage heeft
schuldig gemaakt.
Deze omstandigheid heeft het publieke
oordeel terstond ten gunste van de Par
nellisten doen overhellen. Waarschijnlijk
zal dus de enquête ongunstig voor de
//Times" iifl.jopen.
De president der enquête-commissie
heeft bevel gegeven Pigott van nabij door
de olitie te doen bewaken, ten einde hem I gemoeid,
te beletten, het land to verlaten, boven-l Goedkooper
dien gelooft men dat zijne arrestatie u
zijn verhoor zal plaats hebben.
De rede met welke het nieuwe franschj
ministerie zijn taak heeft aanvaard ademt
een zeer pacifieken geest. In de aerate
plaats erkent men te staan voor groote f
moeilijkheden, die echter met den steun i
van den President zijn te overwinnen. Zij I
die van goeden wille zijn heet het
daar en vervuld met het voornemen
de taak te vervullen die de toestand hen
oplegt, rekenen niet te vergeefs op uwen I
bijstand. Twee groote zaken zijn voor de i
tegenwoordige wetgeving af te doen voor
haar mandaat, dat nog enkele maanden
duurt, ophoudt. In de eerste plaats de I
vaststelling van het budget voor 1890 en
door een breedopgevatte, verdraagzame en
wijze politiek het slagen der aanstaande
wereldtentoonstelling te verzekeren, welke
laatste aan het arbeidzame en vredelie-
vecde Frankrijk de wonderen der kunst
en der industrie van alle volkeren i
toonen. Gewichtige wetten, waarop reeds I
lang werd gewacht, zooals de militaire,
zijn in onderzoek en wij hopen dat gij dit
tot een goed einde moogt leiden.
Wij hopen evenzeer dat gij alle Fran
sehen zult bereiden een toekomst van
orde, rust en vrijheid, een terrein van ge- I
zamonlijke aotie, kracht en beslistheid voor
de verdediging en bevestiging van het
stelsel van vrede, rechtvaardigheid en voor
spoed, dat heeft voorgezeten bij de vesti
ging der Republiek.
Getrouw aan den geest onzer vrije instel
lingen zullen al onze krachten zijn gewijd
aan het volle behoud des lauds in deze I
rustige periode van bevrediging en over
eenstemming. Aan dit noodzakelijke werk dej
vredes arbeiden wij in 't hoogste belang dea
lands en de uitslag dier politiek hangt slechts
af van onze vastheid en waakzaamheid.
Daarop kunt gij bouwen. Ambtenaren
die zich ijverig van hun taak kwijten,
dekken wij met onze verantwoordelijkheid,
maar streng zullen wij rechten over nala
tigheden en tekortkomingen. Onze waak
zaamheid zal zich doen kennen in het
beslist nemen van maatregelen tot hand- I
having der wettelijke orde en van het gezag
der Republiek verschuldigd. Oproerige on
dernemingen zullen met kracht worden
tegengegaan.
Men ziet het, de voornemen zijn hier
duidelijk en wel iu omschreven, het komt
nu nog maar op de uitvoering aan.
Met dat al blijft het in Parijs woelig.
Zondagmiddag zou een demonstratie der
syndikale kamers worden gehouden, maar
de politie was op haar qui vive eu de
leiders hadden de afdeelingen der partij
die in verschillende stadswijken bijeenkomen
verzocht om kalm te blijven. Werkelijk
was op het plein voor het Stadhuis, waar
men bijeen zou komen, op het afgesproken
uur weinig belangrijks te zien. Slechts een
twintigtal aardwerkers kwamen om kwart
over eenen, maar gingen op verzoek der
politie huns weegs. De pers was door een
groot getal reporiers vertegenwoordigd en
dan bemerkte men er den beruchten ita-
liaanschen socialist Cipriani met zijn lan
gen bruinen baard en lange zwarte haren,
omgeven door een *toet van een tiental
aanhangers. Een ancbr bekend socialist,
Chincholle, was in cruk gesprek met i
pers-mannen.
De minister van Xinnenlandsche Zaken,
dien men wenschte le gaan spreken, had
den avond te voren door tusschenkomst
van den prefect vai politie doen weten
dat hij niemand kon te woord staan.
Ook deze kennisgeving was kalm ont
vangen.
In de verschillend) koloniën en in den
boezem der koloniserende regeeringen is
het lang niet pluis. Crispi, de man van
MaBsowah, beeft in <e italiaansche Kamer
weder al zyne oratolische zeggingskracht
moeten aanwenden cm zijne afrikaanschö
onderneming te verdidigen. Hij verklaarde
op eene vraag van de bfegrootiogs-commissie,
dat noch Sa&ti noch1 Massowah ontruimd
en anderen overgelaten mag worden.
Hij vond in zijn ambtgenoot van Oorlog
een krachtigen steun1,
Het kabinet mag „ooveel bezuinigen als
het wil, maar aan palië's borduursel in
de Roode Zee mag iet niet tornen, want
I Crispi's staan of 'vallen is daarmede
dan Italië, weet Rusland
nauwelijks waarheen ze ging. In stilte had zij steeds ge
hoopt, dat hare verdenking onrechtvaardig waR. Maar de
vrouw die zij gezien had was zonder twijfel Esther Carr
en even zeker was het, dat de man dien zij eenige dagen
geleden des avonds laat de «Rozenvilla» had zien verlaten,
Lionel von Raven was geweest. Feiten geven soms aan
leiding tot gevolgtrekkingen, die geheel onjuist kunnen zijn.
DERTIENDE HOOFDSTUK.
Wat heeft dat te betebkbneh?
Er verliep een week en Dog had Maurits CarÜDgford
zich in het kleine huisje in de Kareletraat niet vertoond.
Natalie werd echter meer en meer beangst voor haar oom
niet zoozeer om datgene wat bij deed als om wat hij
naliet. Hij sprak niet meer over de nieuwe maatschappij,
maar zat uren voor zich uit te staren zonder een
woord te zeggen. Menigmaal knikte hij alsof hij antwoord
gaf op een vraag, dan weer schudde hij het hoofd en be
woog zijne lippen, terwijl hij telkeDs tersluiks naar zijn
nicht keek om te zien of zij hem gadesloeg.
Hij werd daarbij onrust.g en prikkelbaar, maar den
vreemden blik die Natalie zoo beangst had zag zij niet meer.
Zij gaf zich alle moeite om te weten waarover haar oom
zoo onophoudelijk zat na te denken, maar dat gelukte haar
niet. Zoowel hare behendig ingekleede vragen als haar
smeeken om de waarheid te vernemen, hadden allen het
zelfde resultaat dat hij haar antwoordde, dat hem niets bi-
zonders bezighield en dat bij niet begreep wat zij vau hem
verlangde. Als dan het jonge meisje volhield dat hij anders
was dan gewoonlijk, dan werd hij boos en toen zij hem op
zekeren dag ronduit zeide dat de onderneming waarvan hij
haar eenmaal gesproken had, hem zeker nog in het hoofd
zat, nam hij zijn hoed en ging uit.
Hij bleef latg weg, zoo lang dat Natalie ongerust werd.
Maar de gedachte stelde haar gerust, dat de toorn baars
ooms meer geveinsd dan werkelijk was geweest en dat hij
weggeloopen was om haar niet te moeten antwoorden. Zijn
zwijgen zelf was haar een bewijs dat hij zich meer dan
ooit met de speculatie bezighield.
En toen kwamen allerlei pijnlijke gedachten haar geest
met kommer en angst vervullen. Zou hij misschien beproefd
hebben, ergens geld op te nemen? Zij sloeg hem pmerk-
zaam gade, maar kon niets bepaalds ontdekken. Hij ontving
geen brieveü, maar zij ontveinsde zich niet dat hij die el
ders kon laten adresseeren, en zij kon hem onmogelijk
gedurig achtervolgen en dat wist hij zesr goed. Zoo wa«
Natalie tot machteloosheid gedoemd.
Eens had er een voorval plaats, waarop Natalie niet bi-
zoDder veel aandacht vestigde, maar dat haar later vaak
in herinnering komen zou.
Op zekeren dag keerde zij na eene lange afwezigheid
naar huis terug, en daar zij zich gewoonlijk zeer zacht be
woog bemerkte haar oom haar eerst, toen zij de deur der
woonkamer reeds geopend had. Zij zag hem aan de tafel
over schrijfwerk gebukt zitten. Hij schrikte op toen hij haar
zag en, de papieren snel bijeenrapend, etak hij die in den
zak en ging haar met haastigen tred en hoogroode kleur
voorbij, de kamer uit.
Hij bemerkte niet dat er een stuk papier op den grond viel
en toen Natalie alleen was, raapte zij het op. Het was een
brief van Maurits Carlingford, zóó kort dat Natalie dien in
een oogopslag kon overzien. Hij bevatte slechts de aanname
van eene uitnoodiging om te zamen den avond door te
brengen en was gedateerd van drie weken van te voren.
Wordt vervolgd.)