BINDEN L A S I). De onderdrukking der Slavernij in Turkije. POLITIEK OVERZICHT. V1S S C U R 9J. jgen' jonstateeren dan dat ban-| eheel in orde waren, ar de explicatie zou wor- ie zouden hooren en zien, i werk ging! Lacy! We anders, dan dat Ckambly is en als zoodanig die i. H ij zelf verklaarde, dat tisme. spiritisme of' andere k' kon wezen. Goochel - Of liever on- De gewone audiëntie van den minister van Justitie zal op Dins dag 7 Jan. niet plaats hebben. De minister van Buitenland- sche Zaken, jhr. Hartsen, zal aanstaan den Woensdag aan de vreemde gezanten een gastmaal aanbieden. jgedeeld hoe het jerland geschiedt. zeide Ckambly, onbewuste bewe- die Cumberland iet bekende zoeken speld. De zenuwach- den persoon, die den ndleidt, maakt dat hij het ware zelf naar de ir hij do speld heeft ver- o is .het met den tafeldans, onwillekeurig oefenen zij afel zitten, een drukking /elke de tafel gemakkelijk in •ngt. nbly verder liet zien op zoo- mu anti-spiritistisch gebied, was g minder verrassend dan zijne toe- in het kabinet. Hg pakte een onbe- nreven lei in een stuk papier ea liet j op tafel liggen, liet toen eeuige per- ■nen een naam van een stad opschrijven i uit een dier (gesloten) briefjes een ezen. Daarop liet hij op dezelfde wijze Mge getallen door het publiek gedacht, )tellen* deed eene dame uit het publiek Vaart trekken, bracht daarop de lei 1 vorschij r a liet zien dat er op stond ^en 25621 en klaveren heer. Dat opte perfect en men klapte dan ook. gaf hij een der aanwezigen een eld couvert, liet door een ander aboek l ezen uit een viertal. Het was sine's Buck der Lieder. Hij sloeg het -en en verzocht een der aanwezigen zich vers op dio pagina te denken en van vers een regel. Zoo geschiedde. De - op net vierde vers, vierde re ide ndetfSksser Mond, dein Licht er. iiet bij het openen van het e couvert, dat steeds in handen even van den persoon uit het 9chr ;ver dezes) vond men daarin volgens -schillende toege- papier de woorden: Heine's Lieder, Seite 182, vier te vers, i loud, dein Licht her- lambly leerde de aanwezigen verder, men "zich kan laten binden zóo dat n altijd los komen kan; ook gaf hg toer van Miss Fay, het met de vlakke nd oplichten van een tafeltje en deed i zien dat hij daarbij een klein haakje ruikte, dat hij in dc tafel drukte. Een water gevulde kom hief hij evenzoo met behulp van een stukje zuigleer, jals de jongens gebruiken om steenen "it de straat te trekken. Onze plaatsruimte verbiedt, om verder ver deze séance uit te weiden trouwens iet voornaamste is reeds gerelateerd, 'ooveel is zeker, dat Chambly, al heeft ij dan ook niet voldaan aan zijn belofte m Miss Fsy voor het publiek te ont- 'uieren (ocd is zijn broodwinning!) nwezigen kostelijk heeft geamuseerd. INFLUENZA. Met ingang van Maandag a. s. zijr te Amsterdam, wegens de vele ziekte gevallen onder het personeel, drie bij kantoren van de rijkstelegraaf tijdelijk gesloten. Op het oogenblik zijn aldaai 70 amb tenaren en 31 bestellers ziek. Uit Utrecht meldt men: De influenza heerscht thans ook onder het spoorwegpersoneel Tal van bureau ambtenaren, conducteurs, machinisten, stokers en arbeiders zijn aan die ziekte lijdende. Vrijdag zijn te Parijs 422 personen gestorven. Diea dag hebben 378 gar- diens de la paix (politie-agenten) aan het appél ontbroken. Uit Munchen komen treurige berich ten omtrent de influenza, die aldaar op Kerstmis eensklaps is uitgebroken. Er liggen 70,000 personen ziek, waar onder velen niet slechts zwaar ziek, maar zelfs levensgevaarlijk. De negentigjarige beroemde geleerde op kerkelijk gebied, prof. Döllinger. ligt ook ziek. Te Göttingen is de bekende germanist prof. Wilhelm Müller overleden. hersteld, zoodat Vrijdag de fabriek we der gereed was om in werking te treden. Zaterdagnacht is echter weder door bal- dadigen in die fabriek schade aangericht, zoodat zij opnieuw tot stilstand gedwon gen is. Het schijnt dat men thans van een valschen sleutel heeft gebruik gemaakt om toegang tot de fabriek te verkrijgen, daar er geen sporen van inbraak aan wezig zijn. Tengevolge van de werksta- kingen in België en de daardoor ver oorzaakte schaarschte van steenkolen is men in de aardewerkfabriek der firma P. Regout Co. te Maastricht begonnen met ongeveer 2000 werklieden slechts driekwart dag te laten arbeiden. ziet niemand, van den koning tot dem den veroordeeld en in geval van recidive bedelaar wordt er door aangetast en reeds i tot het dubbele daarvan. De slaven die Te Maastricht is op ver moeden van verduistering gearresteerd jhr. J. G., geldwisselaar. Zijne failliet verklaring is tevens uitgesproken. Op het punt van het huisvan bewaring te Winschoten binnengebracht te worden, wist een gevangene, ofschoon geboeid, te ontkomen. Het zoeken naar den vrijneidlievenden man is tot nu toe vruchteloos. alt heeren hebben eenen geregel- jusdienst georganiseerd van naar Amsterdam. .e rit had heden plaats. r de betrekking van hoofd der te Zandvoort is opgemaakt de 'le voordracht Blankert, te Bolsward2. a Gravenbage 3. C. van Haarlem. Uit Enkhuizen meldt men aan de N. R. O. De Zuiderzee is vol drijfijs. De stoom bootdiensten zijn gestaakt, met uitzon dering van den veerdienst tusschen Enk huizen en Stavoren. De Holland heeft den geheelen dag (Zaterdag) gevaren; de Qroningen moest het na den middag opgeven, zoodat de aansluiting van 5 uur 11 min. te Kok huizen, en die van 8 uur 34 min. te Stavoren werden gemist. Een aantal stoombooten van Amster dam, Rotterdam en Middelburg, naar Leeuwarden bestemd, zijn genoodzaakt hun weg langs het Groot Noordholland- sche kanaal en over Nieuwediep te nemen, Vrijdag strandde te Sche- veningen een pijl-inktvisch, die door den Haagschen Dierentuin werd gekocht, en thans voor de leden te bezichtigen is. Het exemplaar is nog grooter dan het geen in Februari 1888 tentoongesteld werd. Men verneemt uit Loos" drecht, dat Donderdag aldaar een man netje te water is geraakt, die zich wel door 't leven zal heenslaan. Z.Ed. een zevenjarig zoontje van den heer v. G. ging in een bijt kopje onder en kroop blaffende als een hond ,,om de meisjes bang te maken, want ze zouden hem anders uitlachen en daar had hij erg 't land aan'', uit het water en stapte naar huis. Blijkens te Dordrecht ont vangen bericht van Ternate, dd. 6 No vember, is Zr. Ms. stoomschip Java, met 1000 man hulptroepen van den sultan van Tidor, van daar vertrokken naar Nieuw-Guinea, ten einde de Papoe's te bestrijden, die den oorlog verklaard heb ben aan ons goevernement. {D. C.) Nadat in den nacht van den len op den 2en Kerstdag in den stoom- meelfabriek van den heer P. Jacobs to Zevenbergen door baldadigeo groote schade aan de machinerieën was toege bracht, werd spoedig daarop deze schade Te Nieuwe Dorp, op een h uur afstand van Bergen-op-Zoom, is in den naeht van Donderdag op Vrijdag j.l weder eene brutale inbraak met diefstal gepleegd, bij Van Be veren, winkelier aldaar. De dieven hebben aan twee zijden van het huis de ruiten uitgenomen en zijn alzoo door de ramen naar binnen ge klommen. Ontvreemd werd eene overjas, rollen bukskin en baai, benevens eenige kruidenierswaren. De daders zijn onbekend. De politie is er in geslaag den persoon op te sporen, die in den nacht van 26 op 27 December jl. te Bathmen (O.) getracht heeft een huisin brand te steken, gelegen in het midden van het dorp. Niet alleen heeft hij dit feit bekend, maar ook dat hij dienzelfdon nacht de schuur van M. Janzen op Grooten Traast heeft in brand gestoken, en ook den brand veroorzaakt heeft, waar door het huis van de wed. Krans en een zaadberg van W. Iiulleman zijn afgebrand. Hij is ter beschikking van de justitie gesteld. Vr ij dagochtend is op de machinale vlasspinnerij te Groningen eene werkstaking uitgebroken, die plot seling aan al het geratel en gesnor, dat daar altgd gehoord wordt, een einde maakte. Een troepje joelende en zingende werksters trok later door de straten, zonder echter ergens de orde te ver storen. kostte zij aan meaigen knappen kop het leven. Ook de hoogbejaarde keizerin weduwe Auguste is ernstig aan influenza lijdende. Een wonderlijk bericht wordt uit New-York gemeld; daar toch zouden verscheidene lijders aan griep door zelf moord een einde aan hun leven hebben gemaakt. Alsof er thans nog niet genoeg ellende was komt Daily-Neics weder met slecht nieuws uit Creta aandragen. De Turken en de Christenen moeten daar weder hevig hebben gevochten. Het aan tal dooden dat daarbij te betreu ren valt is onbekend, maar zeker is het dat de Turken ernstig klop gehad heb ben, want zestien hunner zijn gewond te Canea binnengebracht. De chineesche regeering heeft nog her haaldelijk te strijden tegen een aantal harer rooflustige onderdanen. Zoo wordt thans uit Shanghai aan de Standard ge meld, dat naar aanleiding van de her haalde rooftochten, door de bewoners van het eiland Formosa gepleegd, de chinee sche landvoogd eene aanzienlijke gewa pende macht naar het gebergte op dat eiland heeft gezonden, waar de roevers hunne schuilhoeken hadden. In verschei dene ernstige gevechten bekwamen de troepen ongeveer honderd, de Formosanen, naar het heet, vierhonderd dooden. Uit Brussel wordt bericht dat de ko ningin door de gebeurtenis der laatste dagen, den noodlottigen brand van het kasteel „Loaken", ernstig zóó zelfs dat zij bedlegerig is. Rechtszaken. Naar men verneemt, zal de deurwaar der bij de rechtbank te Amsterdam L. Yastenhoudt, die steeds belast was met den dienst bij de terechtzittingen strafzaken, zich voor de 5e kamer dier rechtbank hebben te verantwoorden, ter zake eener hem ten laste gelegde ver duistering van een bedrag van ƒ2000. De zaak wordt behandeld op 15 Ja nuari e. k. De gebeurtenissen op politiek gebied worden thans bijna geheel verdrongen door de influenza berichten. Deze epide mie, die zich thans bijna over de geheele wereld heeft verspreid, heeft op vele Zooals men weet heeft de Sultan den 30en December j.l. de wet doen uitvaar digen ter onderdrukking van den handel in negers in het geheele ottomaangche rgk. Ziehier deze wet in haar geheel: Art. 1. De handel, inbreng en door voer van zwarte slaven in hetottomaan- sche rijk en onderhoorigheden zijn ver boden. Art. 2. Van dit verbod zijn uitgezon den de zwarte slaven, die zich in kwali teit van bediende, met hunne meesters en meesteressen naar het buitenland be geven, benevens die welke als matrozen op koopvaardijschepen dienst doen. De meesters of meesteressen van zwarte dienstboden zullen evenwel altijd moeten kunnen vertoonen een certificaat, waarop de leeftijd en het signalement is opge geven en de kwaliteit waarin de neger of negerin hen vergezelt. De leeftijd, kwaliteit en signalement van hen die op koopvaardijschepen als matrozen fungee- ren, moeten in de scheepsrol worden vermeld. Art. 3. Bij ontbreken van zulke cer tificaten of inschrijvingen zullen de zwarte als vrijen worden beschouwd. De recht bank of, bg ontstentenis daarvan, de plaatselijke autoriteit, zal hun een vrij heidscertificaat geven, en hunne goederon zullen, wanneer het tegendeel niet wordt bewezen, als hun eigendom worden aan gemerkt. Art. 4. De vrijgeworden slaven zul len, wanneer zij zich uit het ottomaan- sche rijk naar den vreemde begeven, een paspoort ontvangen, dat hen vrij ver klaart. Alleen zullen in de officieele do cumenten, afgegeven wordende voor zwar ten, die hunne meesters vergezellen (zie art. 2) hunne eigendommen, leeftijd, sig nalement en kwaliteit worden opgegeven. Art. 5. Personen, die, tegen het ver bod in art. 1, direct of indirect, den sla- venhandel uitoefenen of anderen daarin zich in hunne handen bevindsn, zullen worden verbeurd verklaard en hun vrij heids-certificaten worden uitgereikt, zoo als in art. 3 is bepaald. Art. 6. Wanneer zich onder die sla ven kinderen of jongelieden bevinden, zullen personen die daarin handel ge dreven of hun ledematen gebroken heb ben of zich op andere wijze hebben schuldig gemaakt aan bij de wet verbo den handelingen, behalve de straf bepaald art. 5, ook ondergaan de straffen daartegen bepaald in het Wetboek van Strafrecht. Art. 7. Wanneer zi®h een eenig ge deelte van het Rijk, misdaden voordoen als bedoeld in artikel 6, zullen de civiele plaatselijke ambtenaren, waar de mis daad wordt bedreven in de grens hun ner jurisdicties, de dadors dier misdrijven gevangen nemen, voorloopig onderzoek instellen en daarvan proces-verbaal op maken en die met de gevangenen naar de rechtbank zenden van wier compe tentie dit is. Art. 8. Tengevolge van het verdrag, gesloten tusschen het keizerlijk ottomaan- sche rijk en het engelsehe gouvernement op den llden Rebiul-Akhir 1297, zullen de oorlogsschepen dier beide rijken elk vaartuig dat negerslaven vervoert, aan houden en verbeurd verklaren, onver schillig of dat vaartuig de engelsehe of de turksche vlag voert. Als het engelsehe schepen zijn, zullen zij worden uitgeleverd aan het engelsehe gouvernement, opdat de wettelijke beschikkingen uitgevoerd en de beloofde belooningen worden gegeven. Wanneer daarentegen een turksch schip door een engelsch vaartuig wordt aan gehouden, zal dat aan hot turksche gou vernement worden overgeleverd, in welk geval dat gouvernement de belooningen gevea zal. Art. 9. Wanneer een schip met slaven bevracht, in beslag genomen en aan het turksche gouvernement overgeleverd wordt, zal de eigenaar en, zoo die zich in een ander land bevindt, de kapitein van het sehip langs gerechtelijken weg worden veroordeeld tot betaling van een boete van vijf turksche ponden voor olken slaaf. Deze som zal worden gegeven als btlooning aan de officieren en manschap pen van het vaartuig, die de gevangen neming hebben bewerkstelligd. De ge rechtskosten zullon afzonderlijk van den beklaagde worden geheven. Als de eige naar of de kapitein van het schip weigert deze booten en kosten te betalen, zullen voorwerpen tot het schip behoorende, of desnoodig het schip zelf, publiek verkocht worden. Na aftrek van de proceskosten voor de bolooningen bovengenoemd zal het overschot aan den eigenaar van het schip worden ter hand gesteld. Van deze vonnissen kan men niet komen in hooger beroep. Art. 10. In de processen betreflende den handel in ewarto slaven, zullen de procureurs-generaal zich van de hun bij de wet opgelegde taak kwijten en zal de kapitein van het vaartuig, die het sla- veayervoerend vaartuig zal hebben aan gehouden, als civiele partij opkomen. Gegeven den 22en Rebiul-Akhir 1307. plaatse» een zeer dreigend karakter, ja i behulpzaam zijn, alsmede de kapiteins brengt in sommige landen zelfs het staats- j die slaven vervoeren, zullen de eerste organisme in de war. De epidemie ont-1 maal tot een jaar gevangenisstraf wor-1 met 3200 schelv., Z W 16 met 2400 IJ m u i d e n, 4 Januari. Heden kwa men van de kordvisscherij binnen de Logger V L 116 met besomming van 260, do Smacks IJ M. met besomm. van ƒ80 tot ƒ150. Van de beugvis- scherij de sloepen P R 44 met 240 lev. kabelj., 250 doode kabelj. en 2000 schelv., M D 10 met 4600 schelv., MD 11 met 4600 schelv., M D 32 met 2400 schelv., M D 12 met 3200 schelv., M D 9 met 3000 schelv., M D 8 met 3300 schelv., M D 28 Kn-de duif vloog naar den linkerkant, maar Marie g even besluiteloos als te voren. Na eene poos sprong bed uit. sloeg haar gezangboek open en ging op bloote naar het venster, om bij het schemerlicht den regel, waarop inger toevallig zou rusten, te ontcijferen. En dóar las ze maar den goeden God laat zorgen." Maar dat durfde it niet. Als ze Hem liet zorgeD, dan zou vrg zeker het k, dat ze verhinderen wilde, toch gebeuren! xon tot geen besluit komen, en weifelend kwam ze beneden, zat in een hoek te huilen, en riep keer op keer: Ik zal mezelve nog een ongeluk aandoen! n de kleintjes stonden schuw en verlegen rondom haar, terwijl loeder hare oudste dochter bestormde met beden, scheldwoorden, «ranen. Doch Marie dacht aan hare zoete verwachtingen, be- leest en bleef naar den grond kijken, zonder j a of - erten werd woedendnijdig slingerde de zij koffiekopjes dat ze rinkelden. Zóó, en wou jij naar de kerk Onze Lieve Heer zal wel bijster ingenomen zijn 'ïeid van iemand, die uit pure gierigheid hare bloed- grond® richt!" ring toch en bad innig dat God haar toch licht 8 mocht geven. De dominé, die haar had aange nomen, en aan wien haar hart met innige vereering hing, zou heden de godsdienstoefening leiden. Zij twijfelde niet, of zij zou in zijno preek wel de eene of andere vingerwijzing ontvangen, die haar op het rechte spoor bracht. De tekst handelde over den uittocht der kinderen Israëls uit Egypteland, en de predikant kwam daarvan op den overgang der wereldschgezinden uit de slaverng des ongeloofs in het beloofde land van onzen Heer en Verlosser. Hij schilderde het Kanahn der kinderen Gods met verlokkende kleuren, en maalde met zwarte en afschuwwekkende tinten het Egypteland der o n geloovigen. Maar ook, of God bevolen zou hebben, dat de eene zuster eene brave en vrome aan de andere, lichtzinnige en diefachtige, de hoop haars levens ten offer moest brengen, daarover gaf zijne preek niet de minste inlichting. Toen Marie uit de kerk thuis kwam, werd zij opnieuw door de moeder /.angevallen. „Gun mij toch wat tgd," zeide ze radeloos. En toen viel haar op eens in, dat menschen, die zich in moeilijkheden bevonden en niet wisten boe zich te redden, wel eens rechtstreeks aan hunnen zielverzo: raagden, vat hun te doen stond; dat wilde zij ook doen. Ze sneed spoedig een maandroosje, dat nog aan den struik in de vensterbank bloeide, af, en deed er een paar myrtentakjes bij, zoodat het een aardig ruikertje werd, want met ledige handen wilde ze niet komen, en ging heen. Een oogenblik aar zelde ze nog voor de deftige, in oud-duitschen stijl gebouwde, pastorie; toen trok ze bemoedigd aan de bel en werd ze binnen gelaten. De dominé had juist zijne toga verwisseld voor een warme, ge voerde chambercloak, op welks breeden fluweelen kras» glanzige, gladgeschoren onderkin welbehagelgk rustte. In de kamer daarnaast zette dominé's juffrouw de koffietafel klaar, met eene fleseh spaanschen wijn, en een kop bouillon er bij, op dat haar heer gemaal zich na zijn verblijf in de kille kerk weer eens goed door en door kon verwarmen. En al verlangde h ok sterk naar al die goeden zaken, toch wilde^hij eerst zijne lieve kleine aannemeling ontvangen, die hij wegea» v1 :>rc en rein gemoed hartelijk toegedaan was. Marie zette kaa n- scherm in den hoek en overhandigde haa; ruikertje eenigszins stijve kniebuiging. Toen moest ze dominé de kano en tegenover hem gaan zitten; hij sprak haar vriendelijk toe; z dat het hem genoegen deed, haar eens weer te zien, en dat hr met innigen dank aan God, die stee da dc ateun der zwakke: en verdrukten is, vornemen had, dat Marie zulk eene trouwe er vlijtige arbeidster was geworden en hare arme moeder zoo flint-: ondersteunde. Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2