B N K I. A X I). B rj beschikking van den m i- niater van Waterstaat is thans eene commissie ingesteld tot het ontwerpen van eene regeling betreflende de brand weer voor do rijksgebouwen. Zij is 8aamgesteld uit de heerenjhr. mr. V. de Stuers, referendaris bij het departement van Binnenl. Zaken, voor zitterA. Borsboom, hoofdcommies bij het ministerie van WaterstaatG. J. Zwierzma, idem idem Financiën; G. F. Gravelotte, commies bij het ministerie van Marine; A. Moerel, idem idem OorlogG. de Wijs, kommandant der liaagsche brandweer, C. H. Peters, jhr. J. P. E. Hoeufft, rijksbouwmeesters, en K. G. van der Mandele, le luit. bij bet reg. grenadiers en jagers, belast met het toezicht op de brandweer in de kazerne, leden. Als secretaris is aan de commissie toegevoegd de heer J. K. M. Lindhout, tijdelijk ambtenaar aan het departement van Waterstaat. De min. van Kol. brengt ter kennis van belangh., dat in 1890 voor twee jongelingen gelegenheid bestaat om te werden aangenomen, ten einde onder het genot van eene subs, van 5100 te worden opgeleid tot mil. apoth. by het Ned.-Ind. leger, ovcreenk. de bepalingen van het reglement, vastgesteld bij Zr. Ms. besl. van 15 Mei 1883 en gew. bij dat van 16 Dec. 1889, van welk gew. reglement bij het dep. van Koloniën kosteloos afdrukken zijn te verkrijgen. De aanvrage om toe', moet (bij gez. request), vóór den len Juli e. k. bij het dep. van Koloniën zijn ontvangen. De Minister van Buiten- landsche Zaken i3, na zijn ongesteldheid, Maandag weer voor het eerst aan zijn departement werkzaam geweest. De vice-admiraal De Jos- selin de Jong, directeur en commandant der Marine te Willemsoord, zal met 1 Mei a. s. op non-activiteit worden wegens het vele, dat hij in het belang van den Bond heeft verricht, werd in zijne plaats tot voorzitter gekozen Uit Suriname wordt gemeld dat de heer mr. Kalff, lid van het hoi van justitie, op last van den Goever neur naar Nederland is vertrokken, om de regeering in te lichten omtrent het tusschen den Goeverneur en de Koloniale Staten gerezen geschil. Na nauwgezette overwe ging zijn B. en W.van 's-Hage met de commissie voor de plaatselijke werken en eigendommen van oordeel, dat in de betrekking, opengevallen door het over lijden van den heer B. Reinders, op anderen voet moet worden voorzien, dan tot dusver het geval was. Zij achten het noodzakelijk, haar te doen innemen door een ingenieur of dergelijk wetenschappe lijk ontwikkeld man, en hebben voor gesteld aan het hoofd der openbare wer ken aan te stellen een directeur der Gemeente-werken, op een jaarwedde van 5000 a f6000 en een adjunct-directeur der Gemeentewerken op een jaarwedde van ƒ2500. Zaterdagavond zijn doo den hevigen storm van de kap van het Centraalstation te Amsterdam eenige glazen naar beneden geslagen en op het tweede perron terecht gekomen. De slag was allerhevigst. Het ongeval liep echter zonder ongelukken af. Circa 10 meters op het perron en langs de trappen, die naar den tunnel voeren, zijn met dui zenden stukken glas, ter dikte van on geveer een centimeter, bedekt. De Commissaris des Konings in Zuid-Holland heeft aan de burge meesters van de gemeenten, waar de loting voor de militie plaats heeft, ver zocht tot het houden der loting zoo mogelijk een lokaal aan te wijzen, zoo ver mogelijk verwijderd van lierbergei en andere plaatsen waar sterke drank te verkrijgen is, en wijders om al de hun ten dienste staando middelen aan te wenden ter voorkoming van dron kenschap bij gelegenheid der loting. Zondag is te Amsterdam d< jaarl. algem. vergadering van het Ned. Gymnastiekverbond gehouden, voor de laatste maal onder leiding van mr. D. Josepkus Jitta, die als voorzitter had bedankt. Nadat hem hulde was gebracht de heer mr. W. Bakker. Aan de orde was de vraag, opgeworpen door de afdeel mg Rotterdam, of gewestelijke besturen het recht hebben om wedstrijden uit te schrijven. De vergadering besliste prin cipieel ten gunste van de gewestelijke besturen. Maandagochtend keerden alle militaire telegrafisten, die gedurende de heerschende influenza onder het rijks- telegraafpersoneel, op het rijkstelegraaf- kantoor te Amsterdam werkzaam waren tot het verleenen van hulp, bij het korps genietroepen terug. Nader meldt men uit Cal- lantsoog van 26 Januari over de aldaar plaats gehad hebbende schipbreuk: Hedennacht te ongeveer twee uren ge raakte op het strand het ijzeren 2500 tons viermast schip Loek Moidartvan Glasgow, komende van Pisaguai ir Chili en bestemd naar Hamburg, gela den met salpeter. De vloed, de storm, de vreeselijk hooge zeeën en de branding maakten het de bemanning der reddingbooten van Callantsoog en Petten onmogelijk, den tocht naar het schip te wagen, hoe hartverscheurend ook de opvaren den in het want om hulp schreeuwden. Ook de stoomboot Serïntles, van Nieuwediep, welke spoedig op de plaats des onheils was, kon niets tot redding aanwenden. De vuurpijlen, die werden afgeschoten, misten allen hun doel. Slechts één kwam er over het 6chip, doch ongelukkig was juist van die eene de lijn gebroken. De pijlen van het sta tion Petten werden toen gerequireerd, doch juist vóór deze ter bestemder plaatse waren, sloeg het schip uit elkan der, en vond de bemanning, 30 perso nen in getal, haren dood in de golven. Slechts twee van de equipage zijn door een eigen boot behouden. Vijf personen hadden zich daarin gewaagd, doch al spoe dig sloeg zij om, zoodat slechts twee het leven redden, een jongen van omstreeks 17 jaar en een bejaarde man. Dat de zee te slecht was om den tocht met de reddingboot te wagen, werd algemeen door de toegestroomde kustbewoners van Petten tot Helder er kend, doch dat alle vuurpijlen haar doel misten, bracht groote teleurstelling en dgemeene verslagenheid teweeg. Uit Tessel wordt gemeld: De stormvloed, die Zondag woedde en de zeeweringen geducht beukte, bereikte eene hoogte van 1.2 M. boven A. P. Alle kaden stonden gedeeltelijk onder water. Noch aan de zeeweringen, noch aan de de haven gemeerde vaartuigen werd schade aangericht. De persoon te Oosterend op Teasel, die, aan vallende ziekte lijdende, in eene sloot geraakte en gered werd, is de gevolgen van het ongeval be zweken. Den volgenden dag reeds was hij dood. De deelneming aan den wedstrijd voor handwerkslieden en leer lingen te Leiden en omliggende ge meenten, welke in de maand April a. s. in de Buiten-Societeit „Amicitia" te Leiden gehouden zal worden, overtreft verre de verwachting. Het aantal inzen ders in de verschillende vakken bedraagt nu reeds 225. Zondagavond word door de politie te Delft aangehouden J. P. v. d. S., wonende te Rijswijk, die in den loop dezer maand onder opgave van eenen valschen naam tweemaal den hou der van een kleed in gmagazijn eene win terjas had afhandig gemaakt, en welke manoeuvre hij dien avond voor de derde maal wilde herhalen. Moge de volkstelling aan ling aldaar was de z. g. blinde vraag 12 beantwoord met de weder vraag: wziende blind en hoorende doof? Soms ja; geen onderwijs genoten". A 1 see ne bizonderheidwordt gemeld, dat sedert 24 dezer bij den boom- kweeker en fruithandelaar Verheugen te Wijk-bij-Duurstede de aardbeziën op den koudon grond in bloei staan. Een ingezetene van W o r - kum heeft, zoodra ook aldaar de griep epidemie uitbrakaan tweehonderd arme gezinnen ieder eene wollen deken doen uitreiken. Als een bewijs hoever de lust gaat om Z. M. den Koning schenken te vereereu, kan dienen, dat H. Beuving, te Hoogersmilde, dezer dagen den Koning drie versche eenden eieren ten geschenke aanbood. Het pre sentje werd niet aangenomen en Beu- ving kreeg zijne eitjes terug. Kleine geschenken onderhouden dus niet altijd de vriendschap. {F. Ct B ij den heer E. v. d. M. te Wissenkerke is eene poging tot inbraak beproefd. De dief of dieven, van mee ning dat de bewoner boven sliep, wer den echter ten zeerste teleurgesteld, toen zij met luide stem den bewoner hoorden vragen, /,wat ze hebben moesten." Hier door afgeschrikt, sloegen zij op de vlucht. De politie doet onderzoek. Zondagmiddag had op het station Gronau de klerk D. J. H. B., beambte bij de Maatschappij tot exploi tatie van staatsspoorwegen, het ongeluk, terwyl hij over de rails liep, door een in bewegiDg zijnd rijtuig overreden te worden. Beide beenen werden zeer zwaar gekneusd. Hij is Maandagnacht aan de bekomen verwondingen overleden. Tentoonstelling tot bevordering van veiligheid en tol ii. Groep VI. Beddings- en voorzorgsmaat regelen bij zeerampen en overstroomingen. Voor Nederland, als zeevarende mo gendheid, eene belangrijke groep. Middelen ter voorkoming van zee rampen: kustlichten, vuurtorens, vuur schepen, boeien en bakens. Middelen bij zeerampenreddings booten, reddingsboeien en gordels. Middelen ter verkrijging van commu nicatie met den vasten wal, signalen. Reddingsmiddelen bij overstrooming en ijsgang. Groep Vil. verlceer te land en te water. Spoorweg en rivierverkeer in hoofd zaak, zonder daarom andere verkeers middelen uit te sluiten. Remmen en signaaltoestellenstuur inrichtingen en seinlichten. Voorzorgsmaatregelen tegen aanvarin gen, misthoorns, enz. Groep VIII. bouwvakken. De middelen ter voorkoming van on gelukken bij den bouw en het onderhoud van huizen, fabrieken, schoorsteenen, bruggen, sluizen en bij den aanleg van kunstwerken. Alles wat op het algemeene aannemers bedrijf betrekking heeft. De goede naam welken onze neder- landsche aannemers ook in het buiten land genieten, dient op dit gebied met eere gehandhaafd. Groep IX. Feiligheidsmiddelen bij het mijnwezen. Beveiliging van den mijnwerker bij zijn arbeid; veiligheidslampen, enz. Middelen ter voorkoming van instor tingen, overstroomingen, ontploffingen, enz. Middelen ter ventilatie, verlichting en bijna niemand eene feestelijke stemming waterverzorgin] bezorgd hebben, te Loosdrecht zal toch bij leven en welzijn der betrok kenen een feest uit voortvloeien. Bij de jongste telling is nl. gebleken, dat een echtpaar, hetwelk ten vorigen jare in opgewekte stemming zijn gouden brui loft vierde, dit over een paar jaar nog maals zal kunnen doen, daar alsdan de termijn eerst verstreken is. Middelen betreffende mijnbouwpomp- werktuigen, hijschtoestellen, enz. Groep X. Feiligheidsmiddelen bij het krijgswezen te water en te land. Veiligheidsmiddelen bij het vervaar digen, opleggen en vervoeren van ont plofbare stoffen. Inrichting van dynamietbergplaatsen, kruithuizen, pyrotechnische werkplaatsen. Op een der kaarten voor de volkstel- Middelen ter voorkoming van onge lukken bij het schijfschieten, bediening van het geschut, mineursdienst en lucht scheepvaart. Groep XI. Middelen om de lokalen der fabrieken en werkplaatsen in het algemeen zoovéél mogelijk tot niet ongezonde ver blijfplaatsen te maken. Inrichtingen voor kunstmatige venti latie, verwarming, verkoeling en ver lichting, ventilators, exhausters, lucht- bevochtiging8toe3tellen. Verwerken en schadeloos maken van afval-water van fabriekenfilters, be- zinkiugbassins enz. Middelen tot onschadelijk making van rook. Afvoer van vuil, doelmatige in richtingen van privaten en urinoirs Groep XII. Maatregelen om de nadee lige invloeden van schadelijke dampen en gassen in fabrieken en werkplaatsen tegen te gaan. Voorzorgsmaatregelen bij bewerking van loodkwikzilverkoperzink, phospor, arsenik, enz. Middelen om vergiftiging te voorko men bij beroepen waarin schadelijke scheikundige stoffen worden verwerkt. Inrichtingen voor veilige bewaring en vervoer van vergiftige en bijtende stoffen. Inrichtingen om droge vergiftige stof fen zonder nadeel voor de gezondheid te kunnen mengen. Groep XIII. Middelen ter voorkoming van de verstuiving en inademing van prik kelende stofdeeltjes. Maatregelen en middelen bij de be werking van aardewerk, glas, porselein, cement; in steenhouwerijen, weverijen, tabakskerverijennaalden- en messen fabrieken enz. Respiratoren, beschuttings- brillen, enz. Groep XIV. Maatregelen tegen ver spreiding van ziektekiemen bij de bewerking van besmette voorwerpen. Voorzorgsmaatregelen bij de bewer king van lompen, paardenhaar, wol, bed- veereD, het reinigen van lijflinnen en besmette goederen in waschinrichtingen, ziekeninrichtingen en op ontsmettings stations. Middelen ter voorkoming van besmet ting van de werklieden onderling. Groep XV Middelen tot uitrusting van den werkman bij beroependie bizon- dere voorziening eischen. Kleeding en uitrusting van arbeiders in mijnen en smeltovens, in steengroe ven en riolen. Doelmatige kleeding en uitrusting van drijf werksmeerders en werklieden arbeidsters, die bij werktuigen welke gevaar kunnen veroorzaken werkzaam zijn. Uitrusting van brandweermannen, stokers, duikers; onbrandbare kleeding, enz. Veiligheidsmiddelen bij het leggen van electrïsche geleidingen, en in het algemeen bij de exploitatie van electrisch licht. Voorbehoedmiddelen tegen het gevaar uit de electrische verlichtingstoestellen voor menschenlevens en gebouwen ont staande. Groep XVI. Middelen tot hetverleeneu van eerste hulp bij ongelukken en bij schijndood. Inrichting \an ziekenkamers in fabrie ken. Modellen van fabrieksapotheken, verbandkisten en verbandpakjes. Middelen tot opwekken bij schijn dood. Drenkelingkisten, draagbaren en barakken. Transportmiddelen van zieken en ver wonden. Snel verplaatsbare ambulances bij onheilen. Groep XVII. Maatregelen tot bevorde ring van de gezondheid voor den werkman. Voeding, water verzorging in de fabrie ken, arbeiderswoningen, bad- en zwem inrichtingen. Groep XVIII. Be bibliotheek. Deze zal bevattenboeken, brochures, dagbladen, verslagen, teekeningen, staten, graphische voorstellingen, kaarten en sta tuten plannen betreffende lo. de mechanische industrie. 2o. de nijverheidshygiëne en chemische techniek. 3o. alles wat op de welvaart van den werkman betrekking heeft. Reglementen en voorschriften betref fende de vorige groepen, voor zij niet bij de tentoongestelde voorwerpen behooren. Het uitvoerend comité houdt zich het recht voor, naar omstandigheden deze groepindeeling te wijzigen en in elk geval afzonderlijk te bepalen, welke in zendingen wel en welke niet vallen binnen de grenzen der genoemde groe pen. Ook bestaat het voornemen, de ten toonstelling dienstbnar te maken aan de totstandkoming van een permanent hy giënisch museum, waarvoor reeds de verkrijging van de noodige lokalen in de hoofdstad in uitzicht is gesteld. Vermoedelijk zal tijdens de tentoon- stellieg een congres voor fabriekshygiëne worden gehouden, ook voor buitenlan ders toegankelijk. De voorbereiding daar van is aan eene afzonderlijke commissie opgedragen. Het uitvoerend comité bestaat uit de heeren: dr. W. P. Ruysch, voorzitter, J. H. L. van Deinse, mr. R. J. H. Pa- tijn, secretarissenJ. M. Elias, penning meester; dr„ R. H. Saltet, bibliotheca ris; J. J. F. Beijnes, C. L. van Kestc- ren, W. P. A. Mutsaers en G. D. Nel- lecsteijn. POLITIEK OVERZICHT. Aan fantasie is in het engelsch portu- geesche conflict geen gebrek, evenmin als het by de Portugeezen aan enthousias me ontbreekt om engelsche vlaggen te vertrappen en zoogenaamde vaderlands lievende betooningen te houden. Maar fantaseeren doen zij, die beweren dat allen die bij den handel van Engeland op Portugal betrokken zijn, de relaties met engelsche huizen hebben afgebroken want het is zeker dat vele portugeesche handelaars weigeren aan dat boycotten mede te doen. Inmiddels zal er een zeer geheimzin nige muta'ie van gezanten plaats hebben. De portugeesche gezant te Parijs, de heer Valbon, wordt op zijn verzoek van zijn ambt ontheven. De heer Autas, gezant te Londen, vervangt hem. De reden van deze verandering zal waar schijnlijk daarin te zoeken zijn, dat de EDgelschen den portugeeschen zaakge lastigde in hun midden, het vuur wat te na aan de scheenen hebben gelegd. De onderhandelingen tusschen Enge land en Portugal zijn nog niet afge broken, maa? daaromtrent lekt nog niets uit. Het geeft te denken dat de portu geesche minister van Buitenlandsche Zaken aan Serpa Pinto heeft getelegra feerd niet naar Lissabon te komen, maar zich naar de westkust te begeven om eene zendÏDg te vervallenterecht schijnt de regeering te vreezen, dat de terug keer van Serpa Pinto tot nieuwe demon- stratiën aanleiding zou kunnen geven. De verhalen, voorkomende in spaansche bladen van volksbetoogingen te Lagos, in Algarvie, en dat betreffende een regi ment, dat in opstand gekomen zou wezen, zijn van grond ontbloot. De Freisinnige Zeitunghet blad van Eugen Richter, geeft te verstaan dat er tusschen den Keizer en den rijks kanselier verschil van inzicht zou be staan over de behandeling der socialis tenwet, en dat om die reden in de troonrede met geen woord van die wet gewag is gemaakt. Het heet dat de con servatieven overeenkomstig 's Keizers verlangen tegen het verzachte wetsont werp gestemd hebben. Van eene andere zijde wordt deze bewering echter als eene verkiezingsmanoeuvre gebrand merkt. Uit de hofkringen te Kopenhagen wordt gemeld dat keizer Wilhelm waar schijnlijk in den aanstaanden zomer met Czaar Alexander en de deensche ko ninklijke familie eenige dagen op het deensche lustslot Fredensborg zal ko men doorbrengen. Verder schijnt cr sprake van te zijn dat prins Christiaan, de oudste zoon van den Deenschen kroonprins, met prinses Margaretha van Pruisen, een der zusters van den Keizer, verloofd zal worden. schen geleek, begon ik te twijfelen. Goddank, ik ben niet mede plichtig, het was eene slachting, ja Espérance niets minder ge neraal Lecomte en Clement Thomas zijn beiden vermoordStel n eens voor, een oud man alleen tegenover eene menigte neer gestoken vermoord! O, het was verschrikkelijk! afschuwelijk! Hij zweeg, en eene rilling van afgrijzen ging door al zijne leden, toen hij dat schouwspel in zijne verbeelding weer voor zich zag. Hij had maanden lang bijna iederen dag de afgrijselijke tooneelen van het beleg voor oogen gehad en was er aan gewend geraakt, maar al zijne edele gevoelens waren in opstand gekomen bij het schouwspel, dat hij dien dag had gezien. Zijn gansche ziel had zich verzet tegen de barbaarschheid van zulk een moord, en de gedachte dat hij zich den vorigen dag bij die menschen had willen aansluiten, deed hem huiveren. Espérance deed haar best, om de herinneringen aan dien vree- selijken dag uit zijne gedachten te verbannen. Zij knielde naast hem neer en deed al het mogelijke om zijn geest afleiding te be zorgen. Hij staarde haar aan en poogde te glimlachen, maar er lag iets in hare trekken, dat hem deed ontroeren. Met een snik wendde hij zijn gelaat van haar af. „Trouwelooze schurk, die ik benom mijne belofte te vergeten, en slechts aan die rampzalige Commune te denken. Espérance, wij zullen Parijs spoedig verlaten, ik wil u hier geen dag langer laten blijven. Gij zyt ziek, dat weet ik, ofschoon gij er mij niets van verteld hebt, en mijn zondig verzuim heeft u doen lijden. Vraag aan mevrouw Lemercier of zij u bij uwe toebereidselen wil helpen, en ik ga ook dadelijk aan het werk. Morgen moeten wij vertrekken." Hij ijlde weg, terwijl hij Espérance in eene opgewonden stem ming achterliet; het vooruitzicht om Parijs spoedig te kunnen verlaten, maakte haar gelukkig, maar toch bekroop haar de vree3, dat zij wellicht in Engeland niet alles zoo zou vinden, als zij het zich had voorgesteld. Mevrouw Lemercier was zeer bedroefd, toen Espérance haar hun onverwacht vertrek mededeelde; zij had Espérance werkelijk lief gekregen, en om haar nu te moeten verliezen, nu zij wel be greep, dat zij haar echtgenoot in den eersten tijd weinig zou zien, was dubbel treurig. Zij toonde echter hare liefde door de grootste vriendelijkheid aan den dag te leggen, en zij was den halven nacht Espérance behulpzaam bij het inpakken van hun goed. Zij zouden den volgenden morgen vroegtijdig vertrekken. Ga3pard had zich paspoorten weten te verschaffen, en had zooveel mogelijk zijne uitstaande schulden betaald, maar door den oorlog en het beleg was er zooveel verwarring ontstaan, dat hij onmogelijk allen kon betalen; zoodot hij verplicht was, om het voldoen van de nog overblijvende schulden aan Lemercier over te laten. Hij keerde huiswaarts, in somber gepeins verzonken, want hij wist nu maar al te goed, dat hetgeen de familie de Mabillon nog aan aardsche goederen bezat, spoedig zou zijn verdwenen. Zij waren den volgenden morgen juist op het punt van te ver trekken, toen Lemercier terugkwam, vermoeid van den arbeid, maar triomfantelijk over het welslagen hunner onderneming; hij verwonderde zich zeer, toen hij een rijtuig voor de deur zag staan, en koffers naar beneden zag dragen, maar zijne verwonde ring steeg, toen hij de kamer binnentredende, Gaspard en Espé rance in reiskostuum zag. z/De Mabillon! Ik heb den ganschen dag naar u gezocht! Wat beteekent dit! Gij zult Parijs toch niet verlaten, juist nu, dat de zaken zulk een goeden loop hebben genomen?" Gaspard antwoordde op ernstigen toon z/Ik ben het niet met u eens; ons vadorland heeft zich cmteerd door dien afschuwelijken moord van gisteren. Nooit zal de Cum- mune een goeden uitslag opleveren, nu zij met zulk eene laagheid en wreedheid is begonnen!" Er lag een pijnlijke trek op het gelaat van Lemercier, dat wel verwondering, maar geen schaamte te kennen gaf. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2