POUim OVERZICHT v i s c H E 8 !J. INGEZONDEN. En nu zullen, zoo dacht ik verder, Helder, Alkmaar en Schagen, dankbaar voor de bevrediging hunner wenschen. wel in ruime mate toonen, dat ia eene lang bestaande behoefte is voorzien. Och, waarde lezer, behalve uw on derdanige dienaar stapten te Den Helder in 3 personen, te Schagen waren 6 reizi gers en te Alkmaar 5. Was het wonder, dat ik plotseling de gave der profetie kreeg en voorspeldeNog voor het einde van den zomerdienst heeft de H. IJ. S. M. haar besluit ingetrokken, omdat de zaak niet rendeert. Maar nog meer verrassingen waren voor mij weggelegd, 't Was eensklaps weer winter geworden en als ik, aan het station Schagen gekomen, mijn ge laat meer punten van aanraking gaf met de ijskoude luchtmassa in den ledigen 3e klassenwaggon en het halfbevroren raampje uitkeek, las ik op een reusach tig reclamebord in even reusachtige let ters: //De nieuwe controle geeft de beste influenza!" Ik wreef de oogen eens uit, las kec nog eens en nog eens, maar de beteekeDis van die woorden was en bleef duister voor mij. Peinzend over de oplossing van het raadsel, dook ik we der weg in den kraag van mijn jas; de trein rolde voort: elk station gaf mij telkens weer te zien; //De nieuwe con trole geeft de beste influenza!" en: //Am sterdam, allen uitstappen!" klonk het reeds toen ik nog geenszins tot de op lossing was gekomen. Maar toen ik ach ter een dichten drom van reizigers, die even te voren met een anderen trein waren aangekomen, minuten lang in de tunnel moest wachten, totdat mijn kaartje was gecontroleerd, toen er plotseling een koude rilling mij langs den rug voer, toen begreep ik dat de nieuwe controle een uitstekend middel is om influenza te kweeken. En toen ik dacht aan al die beambten te Alkmaar, te Uitgeest en aan de zaansche stations in tochtige ijs koude corridors, te Amsterdam, 's liage Delft en Schiedam, in tunnels als reus achtige blaasbalgen gedoemd den ge- heelen dag te staan, toen beaamde ik het volkomen: //De nieuwe controle geeft de beste influenza ,/Maar het nu zoo rijke ondersteunings fonds keert aan die beklagenswaardige beambten een drievoudig salaris uit in geval van ziekte 1" klonk het als een bazuingeschal mij in de ooren en ik schrikte wakker en voor mijn bed stond mijne vrouw met een' eierlepel vol van mijn achtste drankje: //Manlief! inne men, 't is tijd H. C. WARDER. somming der 16 schuiten 46132, dus ge middeld per schuit 2883.25in het vorige jaar besomden de 14 schuiten te zamen ƒ32300 d. i. gemiddeld per schuit 2307.14. De besommingen der verschillende schui ten waren als volgt: Z.V. 11 stuurman Jc. Keesman, besom ming ƒ3000, Z.V, 9 8tuuirm. C. Koper,bes. ƒ2700,Z.V. 5 stuurm. H, v. Koningsbrug- gen, bes. 2500, Z.V. 2 stuurm. Jb. Koper, bes. ƒ2450, Z.V. 1 stuurm. A. Paap, bes. ƒ2350, Z.V. 16 stuurm. W. Paap, bes. ƒ2350, Z.V. 3 stuurm. D.v. Duijn, bes. ƒ2300, Z.V. 15 stuurm. E. Paap, bes. ƒ2200, Z.V. 13 stuurm. P. Paap, bes. ƒ2200, Z.V. 14 stuurm. S. Paap, bes. ƒ2200, Z.V. 8 stuurm. M. Keesman, bes. ƒ2100, Z.V. 10 stuurm. A. Koper, bes. 2050, Z.V. 12 stuurm. T. Zwem mer, bes. 2000, Z.V. 4 stuurman A. Paap, bes. ƒ1900. De gemiddelde prijzen der visch waren tarbot van 250 ƒ11, kabelj. van ƒ1 ƒ1.20, schelv. van 15 ct. 95 ct., groote of kooktongen van 80 ct. 1.30, baktoögen van 10 ct. 40 ct gr. schol van 40 ct. ƒ2.50, rog van 25 ct. 80 ct., alles per stuk, braat (kl. schol) van ƒ1 1.30 per snees, bakschol van 80 ct. 6.50, scharen van 70 ct. ƒ7, vijfvoeten of zeester ren 40 ct. 90 ct., alles per mand. De aanvoer van schelv. en kabelj. was zeer gering. Thans telt de vloot slechts 13 schuiten. Het is te wenschen dat de besommin gen in 1890 gunstiger mogen zijn dan in 1889. Lettoren en Kunst. Inhoud Ned. III. (uitgave van Ditmar, Utrecht). Geïllustreerd Nieuws v. d. Dag no. 6Een woelige zitting der fransche Kamer (met illustratie). Amadeus, Hertog van Aosta (met por tret). Dwaze wijheid en wijze dwaas heid. Pol-de Mont, door T. Pluim (met portret). De Influenza (met illustratie). Rijk 1door S. T. Klein bentink (met vier illustraties). L'hom- me collis. (met illustratie). In een oorlog tusschen Duitschland en Frank rijk. Do reuk. Rijke meisjes en vrouwen. Een avontuur, door G. A. G. (met vier illustraties). De moderne fee. Humor en Satyre (met illustra ties}. Schaakrubriek. Correspon dentie. Inhoud Sempervirens no. 5Tus schen vier muren (kleine tuinen). Arnebia cornnta, met een afbeelding. Een paar Voorloopers. Kalanchoe carnea. Rozensnoei. Een prakti sche instelling. De markt van Covent Garden te Londen. Vroeg voorjaar. Nederl. Maatschappij voor Tuinb. en Plantk. Afdeeling Gron. en Omstre ken. Verschillende mededeelingen. Ontvangen Prijscouranten. Bladvul ling. Correspondentie. De nieuwe minister van koophandel Pruisen is 47 jaren oud. Door zyne vroegere studiëu betreffende de siiezische kolenmijnen is hij van de aangelegenhe den van het mijnwerkersbedrijf goed op de hoogte. Hij is de schoonzoon van een der rijkste en grootste eigenaars van mynen in Silezië. De gewezen minister Putkamer is Vrijdag in verband met de verkiezingen, opgetreden in het pommersche kiesdis trict Stolp, waar hij candidaat is in plaats van den hoofdredacteur der Kreuz- zeitung baron von Hammerstein, die tot dusver voor dat district zitting had. Naar aanleiding van de door zijne tegen standers gemaakte opmerking dat hij als //echte duisterling" slechts in een reac tionair district uls Stolp eene candidatuur had kunnen vinden, begon Putkamer met te verklaren, dat hij lang genoeg minister was geweest om door zulke aanvallen niet gedeerd te worden. Hij beschouwt den naam //reactionair" als een eeretitel. Zijn program uiteenzettende verklaarde hij dat men bij de algemeene volksontwikkeling niet verder behoort te gaan dan het gezond verstand en de behoeften noodig maken. De godsdienst moet in de school hoofdzaak blijven. Van verantwoordelijke rijksministeriën wil hij niets weten. Op zich zelf reeds acht hij een rijksministerie een eisch van unitaristischen aard, strijdig met het foederatieve stelsel, aan het duitsche rijk ten grondslag liggende. Ten aanzien van de socialistenwet was spreker zeer uitvoerig. Het vaderschap van die wet komt hem niet toe; maar hij heeft langen tijd hare toepassing ge leid. Negen en negentig percent van allen politieken hekel tegen mij, beweerde spreker, is het gevolg daarvan dat ik die wet streng ten uitvoer legde. Hij wil van verzachting dier wet niets hoo- ren, en keurt de afwijzende houding, door de conservatieve partij in den Rijks dag tegenover de verzachtingen aange nomen, goed. Zijne hoop is, dat de nieuwe Rijksdag dat standpunt der conserva tieven zal innemen, want alle partijen, van de uiterste linker- tot de uiterste rechterzijde, staan, zijns inziens, in het wezen der zaak op nationalen bodem, en erkennen de tegenwoordige inrich ting der maatschappij; alleen de sociaal democratie verloochent en bestrijdt de het //Kartell", noemde Putkamer de nationaal-liberale partij eene onzekere steunpilaar voor de monarchaal-conser- vatieve regeering. Bismarck heeft zichvolgens Put kamer eene onsterfelijke verdienste verworven door de ontwikkeling wel ke hij in de laatste jaren aan de politiek van bescherming heeft gegeveu. Maar, zeide hij, er kunnen ook tijden komen, waarin zoodanige politiek niet meer gewenscht is. Dit is intusschen voegde hij er bij op het oogen blik nog niet het geval, en daarom wil hij voortgaan met de beschermings-politiek krachtig te ondersteunen, Met de koloni ale politiek is Putkamer alleen ingeno men binnen de enge grenzen, daarvoor door Bismarck gesteld. De wetgeving ten gunste van den arbeidersstand moet volgens hem, uit eigen belang, onder steund worden, ofschoon zij in de ooste lijke streken des rijks in de kringen van den landbouw tot vele moeilijkheden aanleiding geeft, en groote eischen stelt aan de offervaardigheid van velen. Naar Putkamers oordeelis het niet onmogelijk dat de regeering wellicht Toorloopig niet weer met een voor haar zoo gunstig gezinden Rijksdag te doen zal hebben, als de vorige was. Dit zou kunnen maken, zeide hij, dat wij zonder socialistenwet moesten leven, en dit zou, bij het volkomen betrouwbare leger, en de eveneens volkomen betrouwbare be ambtenwereld, wel een tijdlang kunnen gaan, maar hij vreest toch dat dan ten slotte in plaats van de socialistenwet wellicht de kanonnen gebruikt zouden moeten worden. Putkamers verkiezing is in het district Stolp verzekerd. Hij zal dus in den nieuwen Rijksdag gelegenheid hebben op de conservatieve partij grooten invloed te verwerven, en misschien wel de eigen lijke parlementaire leider dier partij te worden. Uit dat oogpunt ia het niet zonder gewicht, dat Putkamer zich rechtstreeks verklaart tegen den vroeger door Bismarck uitgesproken wensch dat de drie Kartell-par tijen zouden samen smelten tot ééne groote onvoorwaarde lijk met de regeering medegaande partij. Putkamer zegt: dat gaat te ver; het kan geen voordeel opleveren, en zelfs de geniaalste staatsman zou eene dergelijke samensmelting niet tot stand kunnen brengen. In betrouwbare kringen verzekert men dat Bismarck weinig ingenomen is met de candidatuur van Von Putkamer. Z a n d v o o r t, 28 Januari. De zand- voortsche visschersvloot, die voor 2 jaren geheele bestaande wereldorde, en heeft nog uit 16 schuiten bestond, telde in het daarom volgens Putkamer geen jaar 1889 14 schuiten. recht van bestaan in den staat. In 1888 bedroeg de gezamenlijke be- Ofschoon voorstander van het behoud Voor den inhoud dezer rubriek stett de Redactie zich niet aansprakelijk.) Mijnheer de Redacteur Hoogst aangenaam was het mij te vernemen, dat u bereid waart, om, wan neer de bestrijding van een stelsel in uw blad is opgenomen, ook het antwoord van den inleider te doen plaatsen, het geen niet anders dan bevorderlijk kan zijn voor een goed verslag, dat door dui zenden wordt gelezen, terwijl de voor dracht slechts door misschien honderd personen werd bijgewoond. Te meer heeft mij dit verlof verheugd, omdat de op merkingen van den heer Sorgdrager tot mijn grooten spijt wegens het late uur onbeantwoord bleven en mij nu gelegen heid wordt gegeven, deze ongewilde on beleefdheid eenigsziüs goed te maken. Den heer mr. W. A. 't Hooft heb ik geantwoord, dat, hoewel ik met Z.Ed. geloofde, dat het voor velen beter zou zijn om knecht te blijven in plaats van baas te worden, deze neig'ng wel altijd zal bestaan hebben en bezwaarlijk kan beschouwd worden als de ©orzaak van de toeneming der faillissementen en van do veel grootere risico in handel en in dustrie, die de statistiek aanwijst. Ik heb als mijn evertuiging te kennen gegeven, dat de overlading in improductieve be roepen haar oorzaak vond in het gebrek aan gelegenheid om in productieve be roepen, in industrie en handwerk zijn brood te verdienen. Dat het pauperisme toeneemt heb ik bewezen met de toeneming der bedeel den met de tabellen van Soetbeen en met het feit, dat bij ieder werkgever el- ken dag menschen zich aanbieden, die voor ieder loon willen werken en dit is te meer opmerkelijk omdat wij nog in de verste verte niet de productiemid delen, dio de aarde bevat, gebruiken. De toenemende philanthropic bewijst dat er voortdurend meer hulp noodig is, dat onze maatschappij ziek is. Bij toenemende welvaart in een stad krijgt de winkelier enz. toenemende con currentie, die zijn loon verlaagt, terwijl de gelukkige bezitter van grond, slapend rijker wordt en van de toenemende con currentie om zijn grond, niet anders dan voordeel trekt. Landnationalisatie, wel verre van de energie te dooden, wekt die juist op, omdat daardoor voor ieder de arbeids- ;enheid en het kapitaal wordt be schikbaar gesteld om zijn energie, die nu verspild wordt aan te wenden ten bate van zichzelf en tevens ten voordeele van het algemeen. De heer Sorgdrager verkeert in de meening, dat de voordeelen eerst lang zaam zullen komen voor den arbeider. Waar is het, dat de hervorming ge leidelijk zou zijn, maar ik acht dit juist een .voorrecht. Onmiddellijk zal de kapi talist gedwongen worden zijn grond open te stellen voor den arbeid, onmid dellijk begint de rente te verminderen en stijgen de inkomaten der gemeenschap, waardoor de arbeidsgelegenheid toeneemt, bet loon stijgt, schadelijke belastingen kunnen worden afgeschaft en het kapi taal wordt gemakkelijk bereikbaar voor den arbeid. Juist door het geleidelijk grooter wor den van die voordeelen worden schokken vermeden en de maatschappij rijp ge maakt voor een tijd zonder rente, waarin alleen arbeidsloon wordt genoten ver groot met datgene wat aan ieder burger toekomt van het gemeenschappelijk ar beidsproduct, de waarde van den grond (zijn sociaalrecht.) Voor afkoop van den grond is geen cent nieuw kapitaal noodig. De eenige verandering is, dat het tribuutrecht, dat de tegenwoordige eigenaars uitoefenen op het arbeidsproduct der massa, dat nu in den vorm van pacht wordt genoten dan in den vorm van rente der pand brieven wordt geïnd. Het verschil is alleen dat de rente der pandbrieven bij groot aanbod daalt en dus het tribuut- recht kleiner wordt, terwijl thans elke vermeerdering der bevolking en elke nieuwe vinding en ontdekking het tribuut- recht doet stijgen. Het aan de grondbe zitters uitbetaald geld, verandert vraag en aanbod op de kapitaalmarkt niet. Het uitbetaald geld wordt of in pandbrieven geplaatst (fictief kapitaal) of in echt kapitaal (productiemiddelen). De heer Sorgdrager heeft over het hoofd gezien, dat ik wel getoond heb te weten dat veel kapitaal belegd is in stoomvaartlijnen, spoorwegen enz. maar dat het toch in het niet verzinkt, tegen over de 5 milliarden in grond en de minstens 7 milliarden in vreemde en binnenland8che schuld belegd en dat ik niet heb geschermd met cijfers, maar dat die allen voor ZEd. te vinden zijn in de jaarcijfers on in officïeele tabellen ver zameld door Soetbeer, Leone Levi, Bax ter enz. Ik heb aangetoond, dat, wanneer het loon verdubbelde, de koopkracht ver dubbelde van 98 pCt. der menschen, dat er dan dus handen te weinig in plaats van handen te veel zouden zijn om aan de enorm gestegen vraag te voldoen en ik heb in mijn brochure aangetoond dat het loon wel tot het driedubbele kan stijgen zonder de producten een cent duurder te maken, wanneer wij door een betere inrichting der verdeeling van het arbeidsproduct zooveel uitsparen op de kapitaalrente, de kosten van ter markt wapenen tegen het gevaar, dat al h6*1 land door vreemde kapitalisten werd op- ge kocht. De heer Sorgdrager heeft gezegd dat bij verdubbeling van het loon alle andere factoren niet gelijk blijven en dit is vol komen waar. Wanneer het arbeidsloon verdubbelt, dan vermindert 1. De rente van het kapitaalwant de productie wordt grooter, de machines doen meer werk; met hetzelfde kapitaal wordt dus meer geproduceerd en op ieder gereed product komt dus minder kapi taalrente. 2. De risicopremie, omdat overproductie en werkgebrek ophouden. 3. Het ondernemersloon, omdat, wanneer de oudernemer het dubbele vervaardigt en aflevert, bij bij gelijkblijvende winst,, op ieder afgeleverd product slechts de helft behoeft te verdienen van thans. 4. De kosten van verkoopomdat hij bij grooter vraag minder geld behoeft te besteden voor etaleeren, reizen, advsr- teoren, reclame maken. Bij verdubbeling van het arbeidsloon zoude dus zelfs onder de tegenwoordige omstandigheden, de artikelen niet alleen geen 16 pCt., maar zelfs geen cent duurder worden. Tegen de goedkoope artikelen uit Amerika, waar het loon het twee- of driedubbele bedraagt, kunuen wij niet concurreeren, dit is wel het beste bewijs voor de stelling, dat verdubbeling van het ar beidsloon op zichzelf de producten niet duurder behoeft te maken Aan den heer Fr. Lieftinck, dien ik bij dezen nog mijnen oprechten dank be tuig voor zijne welwillende beoordeeling, heb ik nog te kennen gegeven, dat ik wel de effecten van bet kapitaal wilde vermoorden, maar niet die van het al gemeen stemrecht, daar ik dit de eenige voorwaarde heb genoemd, waaronder tot Landnationalisatie mag worden overge gaan. Verder heb ik aangemerkt, dat wanneer in den renteloozen tijd iemand zijn eigen bespaarde kapitaal verteerde en op die wijze zichzelf opat, dit toch nog beter zou zijn, dan dat hij, zooals nu, krachtens zijn rentegevend kapitaal, een ander opat, maar dat dit zich-zelf- opeten kon en zou vermeden worden door gedurende zijn werktijd een jaar lij ksche premie te betalen in de staats levensverzekering, die hem een jaarlijksch inkomen waarborgt tot zijn dood, of een vermogen beschikt voor zijn vrouw of kinderen na zijn dood. In den renteloozen tijd zal die premie alleen iets hooger zijn dan thans, hij zal wat meer moeten sparen dan thans, maar daartoe zal hij in staat zijn door hooger loon voor zijn arbeid. Het is wel mogelijk dat een boer thans nog niet met vrouw en kinderen van 1 e bunder land kan leven, maar wat niet is kan nog wel komen. In Parijs kweekt iemand op nog geen bunder grond voor 9600 aan gewassen en leeft er met vrouw en kinderen van met nog drie knechten en hij wordt zelfs welgesteld zooals de heer Ponce, een parijsche groenboer, mij heeft verzekerd, op dien grond, die 800 per bunder pacht kost, terwijl de asperges op dien grond ge kweekt, nergens zoo goedkoop verkocht worden als te Parijs. U vriendelijk dankzeggend voor de plaatsing, J. STOFFEL. Mijnheer de Redacteur Mag ik u een bescheiden plaatsje ver zoeken in uw blad om eens te wijzen op ergerlijke toestanden, die in onze gemeente bestaan zeker wel met niemands goed vinden, maar tegenover welke men machteloos schijnt te zijn om iets te doen ter verbetering. Mocht ik er met mijne geringe krach ten langs dezen weg iets toe kunnen brengen, de handelsrisico en het onder- bijdragen om verandering ten goede te nemersloon. Het beginsel van landnatio- brengen, dan ook zullen velen u, met mij nalisatie is reed3 veel eerder doorgedron- i danken voor de opname van dit s.hrijven. gen ia Amerika en Engeland dan hier j Wat toch is de oorzaak, dat er geene cn wanneer het wat zonder eenige 1 verandering komt? schade voor het land mogelijk is in een j Deze men is niet bekend met de rijk wordt ingevoerd, dan zijn de voor-j ergerlijke feiten op welke ik doel. Was deelen daarvan zóó in het oogspringend, j men er genoegzaam mede bekend, ik ge„ dat alle andere landen gedwongen wor- loof niet, dat men ze langer zou dulden> den het voorbeeld te volgen, om zich tel In deze dagen, nu de oogen van iedeP Gaspard sprak geen woord, maar hij sloeg zijne armen om haar heen en kuste haar. Honderden gedachten doorkruisten haar brein. Dat tehuis te Rilchester zou zij het kunnen aannemen? Zou Gaspard dan werkelijk van een zwaren last bevrijd zijn. Zou zij zulk eene ver nedering kunnen ondergaan? Zij had zich bijna reeds bij dit plan neergelegd, toen zij het zich eensklaps weer herinnerde in welke bewoordingen de predikant van haar vader had gesproken. Zij moest nu aan hare gekrenkten trots lucht geven. //Gaspard, lieveling, dat kan ik niet doen. Naar zijn huis gaan, bij hem wonen, wanneer lig vader heeft beleedigd en nu zijne nagedachtenis nog beleedigt. Neen, neen, het is totaal onmogelijk!" Zij snikte nu hartstochtelijk getroffen door die diepe smart, waaronder alleen de fijngevoeligste naturen kunnen lijden. Het was gelukkig voor haar, dat zij het gelaat van Gaspard Diet zag de hevige strijd tusschen trots es zelfzuchtige eigenliefde, tus schen vernedering en ware liefde sprak ook uit zijne trekken. Hij wist dat Espérance hem tenvolle vertrouwde, dat zij zich geheel bij zijn oordeel en besluit zou neerleggen, maar juist dat bewust zijn van zijne macht bracht zijn gemoed nu in hevigen tweestrijd. Als hij aan den aandrang van zijn hart gehoor gaf, dan hield hij haar bij zich liever alles verliezen, alles te moeten lijdeD, dan van haar gescheiden te worden. Zijn trots zeide hem, dat hij de haar aangeboden hulp moest afslaan en de worsteling voort moest zetten. Maar nog een andere stem sprak er in zijn binnenst e Door hunne ellende aan de wanhoop ten prooi, had Gaspard hulp gevraagd, en die hulp werd hem aangeboden. Zijn blik viel op het snoer kralen, dat Espérance om haar hals droeg het aan denken van die arme Javotte. De uitdrukking van zijn gelaat veranderde. Toen hij eindelijk het stilzwijgen verbrak, klonk zijne stem vast en vriendelijk: //Lieveling, ik voor mij, houd het er voor, dat gij dit aanbod niet moogt afslaan, dat de scheiding voor ons beiden beter zal zijn, dan wij denken. Denk aan hetgeen vader gezegd heeft, kort voor zijn dood." ////Allo dingen werken samen tot het goede,"" herhaalde Es pérance nog steeds snikkende. //Ik zal trachten het te gelooveD, Gaspard. Maar zou dan werkelijk al het leed voorbij zijnIk ben zoo moedeloos geworden door die smartelijke beproevingen en het schijnt mij toe, of zij nog niet gedaan zijn." z/Arme kleine!" zeide Gaspard haar liefkoozende, terwijl hij niet wist, wat hij haar moest antwoorden. //Misschien zullen wij nu wel gelukkiger dagen beleven. Wij moeten het beste hopen, want wij kunnen met Lamarfcine zeggen: ////Ons blijft niets dan de hoop en de vriendschap."" Zij werden op dat oogenblik in de rede gevallen door Bismarck, die waarschijnlijk meenende verwaarloosd te worden, onder een hevig gemiauw op Espérances schouder sprong. Zij kon niet na laten, door hare tranen heen te glimlachen en op die wijze ein digde hun gesprek over den brief van den predikant. Dienzelfden dag nog schreef Gaspard een brief, waarin hij het aanbod van den predikant voor Espérance aanDam en dezen verzocht, hem te willen melden, wanneer hij haar kon ontvangen. Als antwoord daarop kreeg Espérance een brief van Cornelia, waarin deze een dag in de volgende week voor hare aankomst; bepaalde. De brief was niet onvriendelijk, maar toch maakte hij op Espérance geen aanganamen indruk. Zij liet hem Gaspard lezen. «Ik had gedacht dat zij n zouden verzoeken, om mij te brengen maar ik lees er geen enkel woord van." Zonder haar hierop te antwoorden, las Gaspard den brief, maar hij scheen zeer teleurgesteld. wHij is wel wat koel," moest hij bekennen, terwijl hij haar den brief terruggaf; ffzij heeft toch klaarblijkelijk aan u gedacht en alles voor uwe komst gereed gemaakt. Zij schrijft, dat zij u aan het station zal afhalen, dat vind ik vriendelijk van haar." Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2