V A R I A. Predikbeurten m»1 M Üerv. Keite Ad verten tiëo. 62. Gierstraat. 62. ScheersiiEssen aanzetten 15 Gts. denzelfden dag of den 24en „garden party" in de groote serres van het park van Laeken den 24en of 25en feeste lijke ontvangst van Stanley te Antwer pen, en den 26en vertrek van den be roemden gast via Ostende naar Londen. Uit Londen wordt van 3 April aan de N. R. Ct. gemeld: Ondanks haren onbetwistbaren ernst ligt er iets koddigs in de jongste tijdin gen uit Zanzibar. Emin pacha, „gered" en „ontzet" door eene geheel engelsche expeditie onder aanvoering van Stanley, die, na schatten van geld geofferd en niet weinige me«i»chenleveüö, waaronder zijn eïgeD, in de waagschaal gelegd te hebben, eindelijk tot hem doordringt, en dezelfde Emin pacha blijkt nu slechts naar Zanzibar te zijn teruggekeerd, om ijlings te vertrekken aan het hoofd eener nieuwe expeditie naar dezelfde streken, waaruit hij zooeven „verlost" is gewor den. Het lijkt een wonderbaarlijk paskwil Natuurlijk zijn de Engelschen sterk gebelgd over de nieuwste „volte face" van Emin Pacha, in wien zij nu eenen verraderlijken tegenstander zien, dien zij enkel gered blijken te hebben uit eene netelige en onhoudbaar gewaande stelling in de Equatoriale Provincie, om hem in staat te stellen hun de loef af te steken aan de middenafrikaansche meren. Na tuurlijk is er veel „jalousie de métier' in hunne vinnige critiek nopens Emin. De Engelschen zija zóo verwend^ gewor den in het haantje de voorste spelen, waar dan ook, en in het zich toeeige nen van land en handelsvoorrechtec, die zij beweerden uitsluitend tot eigen ge bruik door de Voorzienigheid toegewe zen te krijgen, dat zij zich ergeren, als zoo'n providentieele loop van zaken ge stuit of gewijzigd wordt ten bate van eenen concurrent, die ook een hap uit de pudding wil hebben. Wissmann doet, wèl bekeken, precies hetzelfde als de Britten, jaar in, jaar uit gedaan hebben. Hij is blijkbaar bij hen in de leer geweest en volgt hunne methode na. Intussehen moet dit gekrakeel betreurd worden. Het is een jammerlijk nastuk van eene grootscke en heldhaftige onder neming. Toch behoeft het Emïncomité zieh niet te schamen over zijn aandeel daarin. Al blijkt Emin het „redden" niet waard te zyn geweest, immers heeft de manhaftige en wonderbaarlijke reis van Stanley door het hart der groote afrikaansche wildernis hare rijpe vruchten gedragen, welke de gebrachte offers ten volle waard zijn. Niets kan de kroon van Stanley, als ontdekker en kloek pionier, verduisteren. Hij heeft onze geographische en onze ethnogra- phische kennis van onbekende wereld streken zeer verrijkt en ons nog eenen hoogeren dunk gegeven van wat engel sche volharding en moed, gepaard aan beleid en schranderheid, onder dulde- looze, hopelooze omstandigheden ver mogen. Het achtjarig zoontje van een engelsch majoor op Malta viel van zijn ponny. Het paard ging op hol, ter wijl de voeten van den armen jongen nog in de beugels waren. Na een vree- selijke marteling was het hoofdje stuk geslagen op de steenen en het kind dood. De groom viel bij zijn pogingen tot red ding ook van zijn paard en werd ernstig E e n die f die zij n adres a ch- De londensche rechters ver oordeelden een man wegens inbraak tot jaar tuchthuisstraf. De dag na den inbraak was hij al achter slot. De man was zoo ongelukkig geweest, bij het vol stoppen van zijn zakken, een aan hem geadresseerd enveloppe te verliezen. De „Getrouwen te Jever" waren 1 April met hun 101 kievitseie ren te Friednohsruhe present. Ditmaal deden zij het traditioneele geschenk ver gezeld gaan van het volgende versje: Magst Du as Kanzier van uns gaan. In unza harten bliffst Du staan As Düitschlands Stolt, au Ehren riek, Ein luchtend Vorbild alle Tied De nihilist, die zich te Pe tersburg door verstikking doodde, omdat hij den moord op den Czaar, hem door he& loc aangewezen, niet wilde volvoeren, was een zee-officier, van adellijke lamilie, die verleden jaar na langen diensttijd zijn ontslag nam. Hij liet alleen een brief na, waarin hij verklaart de hem opgedragen taak niet te kunnen volvoe ren uit eerbied voor zijn familie. Later ontdekte do politie eenige mede-samen zweerders. Door onvoorzichtigheid is op drie plaatsen in het bosch van Fon- tainebleau bij Versailles brand ontstaan. Dank zij de spoedige hulp van de bosch- wachtcrs, die geholpen werden door een detachement soldaten, werd men den brand spoedig meester. Het kruitmagazijn by Rosoir liep groot gevaar, maar door de tijdige hulp werd dit gevaar afge wend. In de petersburg8che studen- wereld gaat het in den laatsten tijd we der woelig toe. In grooten getale hebben zij getracht eene demonstratie te houden naar aanleiding van de weigeriog van den minister van Openbaar Onderwijs om de uiteenzetting hunner grieven aan te hooren. De politie kwam tusschenbeiden en nam 150 studenten gevangen. Te Moskou werden meer dan 100 studenten in hechtenis genomen, die deels verban nen, deels van hun recht tot het bezoeken eener universiteit vervallen zullen ver klaard worden. Enkelen zijn weder op vrije voeten gesteld. De ex-keizer van Brazilië, Dom Pedro, heeft geweigerd de geld som aan te nemen, die de voorloopige braziliaansche regecring hem als op brengst van den gedwongen verkoop der keizerlijke bezittingen heeft toegekend. Oud. Onlangs is in het turkscke dorp Monastir een oud paar overleden, dat misschien het oudste op de wereld was. Do man was 135 jaar en zijne vrouw 123. De oudjes woonden in een huis, dat zijzei ven juist een eeuw geleden gebouwd hadden. Aan het huis grensde een tuintje, dat in den loop des tijds tot een bosch met boomen van 90 en 100 jaar was aangegroeid, die de man zelf geplant had en waarvoor hij tot den dag van zijn dooci altijd de noodige zorg had gedragen. Zij stierven schier tegelijk. Onder vrienden. Eerste vriend. Wat heb ik vandaag weer een rheumatische pijn in mijn lin kerarm. Tweede vriend (op zijn eigen rechter schouder wijzend.) Wat een geluk dat het hier niet zit. Eerste vriend. Waarom? Twe.de vriendWel, dan had ik het! Gegrond excuus. Je laatste brief, neem m© niet kwalijk, vrouw! was vol taalfouten Dat wil ik waarlijk wel gelooven! Ik schreef hem op de boot, en ik wil wel eens zien hoe iemand, met dat schommelen en stampen, nog aan spraak kunst denkt! Mislukte grap. Zekere professor adverteerde, dat bij den aard der kwaal van een zieke en de wijze om hem te genezen kon gewaar worde», als men hem slechts een paar haren van den patiënt bracht. Twee jon gelieden besloten eens een grap te hebben en brachten hem wat haar van een hun- Her rijpaarden. De dokter onderzocht die nauwkeurig en schreef een recept. „Tien guldenluidde het, daar het een ern atig geval gold. De jongelui keken eerst wat verbluft, maar betaalden en op straat lachten zij hartelijk om de grap. Zij gin- geu daarop met het recept naar den apotheker, die des professors voorschrif ten steeds gereed maakte, en wachtten ai wat deze geven zou. Deze las het latijnsche recept en vertaalde het voar de weetgierigen. Er stond „Stuur het dier wat in de weide!" Men was verstandig genoeg toen nog eens te lachen. Zelfkennis. Waarom heb je eigenlijk bij Pip je dienst opgezegd, Anna. Och, zie je, Truitjemenschen, die een meid als ik zoolang kunnen houden, kunnen toch eigenlijk onmoge lijk veel bizonders wezen „Gij reisdet door het Berner Ober land, nietwaar mijnheer Hebt gij ook de Jonkvrouw gezien „Neen Ik ben een vrouwenhater!" Een nieuwe ziekteBoer (de courant lezend): „Lieve deugd, wat zijn 'r toch tegenwoordig een ziekten, waar je vroe ger zoo nooit van hoordedaar staat, dat de schoolmeester van Loenen aan de Vecht gestorven is!" a 24.50, afwijkende f 18,a 18,--, 2e soort 1' 16,a 17.—. Schiedam, 5 April. Moutwijn f 9.—, Jenevei 14.50, Arnst. Proef f 15.75. MMTlHföiira. Amstskoam 5 April. Re prijzen der Aardappelen waren ala volgt Friosche Rokkunmcr Jammen f2.3ü k 2.50, id. Franeker Jammes f2.— a 2.80, idem Engelsche Jammen fl.50 a 1.70, Zeouwsclie Spuische Jam men f 1.50 a 8.50, idem Eiakkceseiie Jammen f0.— a 0.Gelderacho blauwe f2,80 a 2.40, ?ruÏ8. Harabingora f3.20 a 3.30, lioode f 0.-- 0.Hillegomruer dito 0.k 0,alles pe Heet. Hooen, 3 April. Kaas Ter waag wogen 127 stapels, wegende 33,939 kilo. iioogste prijs; kleine Gras f 33 50 Hooi id. f 0,LLmmissit di. 29,middelbare f 0,— Zwolle, 2 April. Prima Gras Boter 2\ TE HAARLEM, op ZONDAG en MAANDAG 6 en 7 April 1890. Eerste Paaac hdag. Col'ecte voor de Christelijke school voor on- cn minvermogenden in alle beurten der Ned. Herv. Gemeente, behalve in de Bakcnes3er Kerk. Groote Kerk. Voorin. 10 ure, Swaau le Tekst. Nam. 2 ure, Saetlage. 2e Tekst. 's Av. 7 ure, Knottenbelt. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, MoeloD. 8e Tekst. Nieuwe Kerk. Voormiddag 10 ure, Moeton. le Tekst. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, Barbas. 3e Tekst, J an s-Kerk. Voorm. 10 ure, Smeding. Tweede Paaschdag. Voormiddag 10 ure, Suethlage. 's Av, 6 ure, 35e Openbare Jaarvergadering der Haarlemscho Jongelingsvereenking (Pied. 12 la). Sprekeis: Moetou en Svvaan. Plaatsen vrij. Jiakenesser Kerk. (Voor de Kinderen.) Voorm. 10 ure, Hoog. Waal&che Kerk. Voorm. 10 ure, Bebry. ChriiteLyj/t Gereformeerde Gemeente Gedempte Oude Gracht. Voorm. 10 ure, 's Avonds 5 ure, Mulder. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, Mulder. Klein Heiligland. Voorm. 10 ure, 's Avonds ure, Schotel. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, Schotel. Luthersche Kerk. Voorm. 10 ure, Poolman. Avondmaal. 's Avonds 6 ure, Poolman. Rankzegging. Tweede P aaschdag. Voorm. 10 ure, Colleete voor het weeshuis. Kerk der Vereenigde Doopsgezinden. Voorm. 10 ure, Craaudyk. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, de Vries. Kemonstrantschc Kerk. Voorm. 10 ure, Tideman. Met medewerking van het Zangkoor. Bonderdsg 10 April. Nam, 12^ ure. C. A. Rardenue Ankriuga, pred, te Bolsward. Huwelijkswijding. Met medewerking van het Zangkoor. Mroedorgemeeni s. Voorm. 10 ure, Weiss. Noorderlcerk Ridderstraat Voorm» 10 ure en nam. 6 ure, J. Laughout, Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, P. van Son, pred. te Amsterdam. Vrijdag 11 April. 'e Avonds 7 ure, J. Laughout. Voorbereiding, Lokaal in de Oranjestraat. Biusdagav. 8 ure, Suethlage Bijbellozing. Sluiting. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, A. E. van Reinse, pied. te Heemskerk Evang. Luthersche Kerk. Voorm. 10 ure, K. A. Gonlag. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, K. A. Gonlag. Doopsgezinde Kerk. Voorm. 10 ure, J. Sopp. Tweede Paasehdag. Vos-m. 10 ure, geen dienst. SSIoefi&endaal. Voorm. 10 ure, J. R. van Avkel. Nam. 2% ure geen dienst. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, J. D. van Arkel. a&eerai§teaïe. Voormiddag 10 ure, J. Kuilman. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, J. Kuylman. H&ülegom. Voorm. 10 ure, M. Buohli Eest. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, M. Buchli Eest. ISoasiriftk era SPöSaiiera. Voorm. 10 ure, U. van Koetsveld C.Ez. Nam. 2% ure, C. vaa Koetsveld C.Ez Rankzegging. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, C. van Koetsveld C.Ez. Bij de godsdienstoefeningen op beide feestdagen colleete voor noodlijdende kerken on personen. $84fistfp®®ir4. Voorm. 10 ure, J. van Loenen Martinet. Collecte voor noodlijdende kerken en personen. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, J. van Loenen Martinet. S-jpaarradara»» Voorm. 10 uvo, ii. J. Bcrgsma. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure. II. J. Borgsma. Zeisen. Voorm. 9]£ ure, II. Waarden burg. Boopsbediening. ls Avond3 6% ure, 11. Waardenhnrg. Tweede P a a s c li d a g. Voorm. 9% ure, II. Waardenburg. Voorm. 9ure, J. E. Groenevelt, Godsdienst- ouderwijzer ts Amsterdam. Nam. 2j£ ur«, geen dienst. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, O. Sehrieke. Nedsrd. Herv. Ker-k. SSenaebrock. Eerste Paaschdag. Voormiddag 10 ure, P. E. Barbas, pred. te Haarlem. Tweede Paaschdag. Voorm. 10 ure, geen dienst. Mewerwijk» Voorm. 10 ure, J. C. Boon. jpg" Ondergeteekende maakt bij deze bekenddat de prijs van alle Schilderwerk, Behangen, Wit ten en Zeepwerk aanmerkelijk in prijs is gedaald. Ook wordt de ge heels Schoonmaak van ledige hui zen gedaan tegen den laagst moge- lijken prijs 'W. MEES, Schilder, Korte Poellaan 12. JPgf" Eerste Laan op de Kleine Houtweg. Specialiteit IN HAARSNIJDEN EN SCHEREN. Immer iemand te huis. Aanbevelend, JAN .RUSTIGE. „Neen, Deen, tot straf voor uwe ondeugende list gaan wy van daag nogeens naar den Lindenhof," besliste de oude, „Gij zult mij nog als huistyran leeren kennen." Wat bleef de dames anders over, dan den kalm vooruitloopen den huisheer naar de stad te volgen? De rentenier echter glim lachte guitiger dan ooif, want zijn plan, volgens welk zijne dames een eerst dezen morgen aan de grens van de beide landgoederen geplaatst bord voorloopig niet zien mochteü, was boven verwach ting geslaagd. De voorname Müller echter, wiens lot hem vrouwe Hildegard tot gemalin had beschoren, stond terzelfder tijd aan het venster zijner huiskamer, en trommelde zachtjes op de ruiten. „Wat is er daarginds in de straat toch te doen?" vroeg hij zijne voor het andere venster zittende vrouw. „Zie eens, Hilde gard, de menschen blijven voor onze plaats staan en zien dan opmerkzaam hierheen." „Wat gaat mij dat aan?" antwoordde vrouwe Hildegard. „Ik heb mij nooit in mijn leven met het doen en laten van het gepeu pel afgegeven." Mij liggen andere, gewichtiger dingon aan het hart. Wat denkt ge, Emil? Zou werkelijk mijn neef, de graaf, een dubbelganger hebben, die zich de grap heeft veroorloofd, onze akelige buurschap een weinig te bedotten? Dat zou na een jarenlange ergernis toch waarlijk eens eene voldoening zijn." „Zeer goed, als het zoo is," antwoordde Müller. „Maar hoe dan, als de valsche graaf eens bij ons geweest ware?" Vrouwe Hildegard brak in een schaterend gelach uit. „Uwe naïveteit is somtijds prachtig," zeide zij daarop. „Eene dame van mijne geboorte bedriegt zich in dat opzicht niet, nooit, neen nooit, zeg ik u. Dat juist is het instinkt van het blauwe bloed, dat gij waarlijk nog niet kent. Bovendien werd mijn neef, de graaf, door onzen cher baron en den heer von Brindisius bij my geïntroduceerd. Dus...." „Ze kijken waarachtig niet alleen naar mijn gouden punten," merkt Müller op, wien de rede van zijn vrouw 't eene oor in en 'fc andere was uitgegaan, daar op 't oogeublik andere gedachten hem bezig hielden. „Er moet daarginds iets nieuws, iets beziens waardigs zijn en bepaald iets komisch, want de menschen lachen» --vel eens daarheen willen gaan." VlSCiiUf&^tL Pfeffermüller blijft toch altijd Pfeflermüller," te^en concurree?§ff£L0P> tc.rwiJl ZÜ toornig van haren zetel „Dat is niet te verwonderen, als men zulk eene voortreffelijke leverancierster heeft," antwoordde haar gemaal scherp. „Ik krijg mijn peper bij het ontbijt en bij het middagmaal, bij de koffie en den wijn zoo rijkelijk, dat ik daarvan aan minder gelukkigen nog kan afstaan en dat mij bijna mijn geheele leven verpeperen en verzouten zal," antwoordde de rentenier nu ook op de teenen ge trapt. „Kort en goed, ik wil weten wat daarginds gebeurt." De dame was een weinig onthutst, want zoo bits en scherp had de kleine rentenier sinds jaren niet gesproken. „Als u het bedrijf van het gepeupel werkelijk meer aantrekt, dan de gesprekken van uwe gemalin, dan zal ik de bedienden schellen," besliste zij eindelijk, terwijl zij tevens den knop van de op de tafel staande zilveren bel aanraakte. Vrouwe Hildegard sprak steeds van „hare bedienden," ofschoon dezen slechts bestonden uit den schoonen Louis en eene oude keukenmeid, die nog nooit in 't daglicht was verschenen. „Wat is daarginds te doen, Louis? De menschen blijven staan en kijken hierheen." „Aha, ziet ge wat?" dacht de sluwe dienaar,zonder eehter door de minste beweging zijner oogen te verraden, dat hij sinds lang over de oorzaak van dit verschijnsel ten volle was ingelicht. Echter maakte hij eene diepe buiging en zeide vervolgens met zijn zachte, zoetvloeiende stem: „Om u te dienen, genadige vrouw, ik zal gaan zien en mij op de hoogte stellen." „Ja, ga maar gauw," beval de rentenier in de plaats van zijne ega. Zelfs de gewikste bediende moest eerst nog een zijdelingse hen blik op den schijnbaar in een veranderde stemming verkeerenden heer werpen. Toen echter, daar de kleine rentenier hem gestreng aanzag, snelde hij de kamer uit, vloog de trap af en door den voortuin en stond na eenige oogenblikken voor zijn heer. „Nu, wat is er te doen Louis sloeg schijnbaar zeer verlegen zijne sluwe oogen neder, plukte aan zijn gegalonneerd vest en zweeg. „Nu, wat is er?" „Mijn genadige heer zal zich weder ergeren en ik zou liever...." „Vooruit er mede! Ik wil alles weten, wat het ook zij." „Ach, het betreft weder een slechten streek van die lieden hier naast," verklaarde Louis aarzelend. „De genadige heer moge zich niet ergeren. Het is toch maar uit lagen nijd wegens die gouden punten." „Zeide ik het u niet vooruit?" merkte vrouw Hildegard met honeriden lach op. „Die, daarginds, laat zijn punten ook vergulden wil ik wedden." „Ik vraag u nederig om verschooning, genadige vrouwe, dat doet hij niet, hij heeft echter een bord op zijn landgoed gezet en daarop staatmaar mijne genadige [heer en mevrouw mogen niet boos worden „Ezelskopover jou erger ik mij nu meer dan over dien daarginds. Zult ge eindelijk spreken?" '„Nu, als het uwe genade behaagt, moet ik spreken. Op het bord staat „Om verwarring te voorkomen en omdat de aanduidingen als Pfeffermüller en Pferdemüller niet tot de aangenaamste behooren, heeft mijn geëerde neef en buurman de goedheid gehad, zijn hek hoogst kostbaar te versieren, zoodat nu ieder kind den „Müller met de gouden punten" als den voornaamste kan onderscheiden en verwisselingen vermijden. De gewone Müller." „Neen dat is te veel, te veelriep vrouwe Hildegard met ontzetting uit. „Dat volk denkt zeker wel, ons een scheldnaam te kunnen geven „Ja helaas, helaas heeft het gepeupel het woord reeds aange nomen. De barbier Ramshorn, dien ik zooëven sprak, vroeg mij Maar het is beter om de woorden van den brutalen knaap te verzwijgen." „Neen, ik wil alles weten, alles!" riep de rentenier mat toornig fonkelende oogen uit. „Wat zeide Ramshorn „Hij zeide, ja, hij zeide: Müller met de gouden punten klinkt werkelijk veel fraaier dan Pfeffermüller." „Dat is te veel!" verklaarde vrouwe Hildegard. Ge gaat dade lijk naar uwen advocaat." „Ja, dat doe ik," verklaarde de rentenier vastberaden. „Louis, mijn hoed, mijn stok, komaan, wacht maar gij, daar ginds, gij zult Pfeffermüller, Müller met de gouden punten wel kennen leeren „Gij eischt de zwaarste straf," drong vrouwe Hildegard aan. „Natuurlijk, zoo zwaar mogelijk," bevestige Müller, terwijl hij eerst met zijn stok een weinig zwaaide en er daarna hevig mede op den grond stampte. Gij daar ginds, u zal ik mores leeren! Vaarwel dierbare gade!" Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 6