hadden verloren, werden Dinsdag door den huurder der woning, den heer Reij- nierse, in de gelegenheid gesteld, zich van nieuwe te voorzien. Letteren en Kunst. Het jongst verschenen nummer van de Nederlandsche Illustratiebevat eene levensbeschrijving van den nieuwen rijkskanselier Gaprivi von Caprara von Montecuculli, met portret; eene levens beschrijving van Saint-Saens eveneens met portret; noveilen als: Hoe oom Flip op het kind dasteen: De wissel wachter. Verder verscheidenheden en kleinere illu straties. De premie voor de meeste en be8te auecdoten, gedurende de maaud Maart aan de redactie gezonden, is toegekend aan den heer W. J. M. Plate, te Lei den. De heer Conrad Behrens doet ous weten, dat hij voor den volgenden win ter bij de Duitsche Opera te New-York (in het //Metropolitan Opera House") is geëngageerd, ilct duitsehe gezelschap gaat thans, met Emil Fischer en Conrad Bohrens als eerste bassisten, tot einde Mei opvoeringen geven te Boston, Chi cago en San Francisco. N.RC.) Iuhoud SempervirensNo 14. De kleur der bladeren. IV. Lycaste Skinneri, met een afbeelding. Taxodium. Ricinus. Ingezonden. De Haar- lemsehe Tentoonstelling, vervolg van bladz. 155. Boekaankondiging. Verschillende mededeelingen. Blad vulling. Verbetering. Antwoorden op het Vraagbord. II i N t Z. M. de Kon L A I». heeft ƒ1 000 geschonken voor den bouw eener nieuwe hervormde kerk te Apeldoorn. Door H. K. H. mevr. de Groot hertogin van Saksen is aan 's Rijks Prentenkabinet te Amsterdam geschon ken eene belangrijke verzameling gra vuren in aquatinte, alsmede een ütho- graphie door Madon, te zamen 14 stuks in zeer groot folio. Deze prenten stellen voorvier ge zichten te Brussel en te Antwerpen de veldslagen te Quafcre-Bras en te Water loo den intocht van Z. M. Willem I, koning der Nederlanden, te Brussel enz. Door dit zeer belangrijke geschenk is in de verzameling historieprenten in ge meld kabinet aanwezig, eene leemte ver dwenen, die wegens de buitengewone zeldzaamheid der prenten zeer moeilijk aan te vullen was. Aan H. K. H. de Groothertogin van Saksen Weimar Eisenach is voor dit geschenk de dankbetuiging der regee ring aangeboden. Naar het Rb l. verneemt, hebben onderscheidene hoofdofficieren en kapiteius der infanterie van boven de 55 jaren vanwege den minister van Oorlog eene //vingerwijzing" ontvangen, in den loop van dit jaar hun pensioen aan te vragen. De luit. ter zee 2e k 1. j h r. W. F. van Spongier is, volgens hier te lande outvangen bericht, aan zijne te Atjeh bekomen wonden overleden. De londensche correspon dent van de N. R. Ct. schrijft De hollandsche kievitseieren, die hier nu weldra bij honderden zuilen aanko men eu ten deele reeds aangekomen zijn, loopen gevaar hunne oude faam te ver liezen, ook alweer door de schuld der Hollanders zelf. Kievitseieren zijn, naar diegenen weten, die zich dat weelde artikel veroorloven kunnen, alleen sma kelijk en eetbaar als zij volkomen versch zijn. In dit opzicht toonen de engelsche smuller8 zich meer en meer ontevreden over de kievitseieren van hollandschen oorsprong. Deze worden met argwaan bespied en, bij den minsten twijfel, te ruggezonden. Zij staan ontegenzeggelijk in eenen kwaden reuk, en fijne winke liers der Bond-street en omstreken, die de clubs en de deftige huizen bedienen, weigeren hollandsche kievitseiren wil- ens en wetens in ontvangst te nemen. Deze worden door hen op ééne lijn ge steld met kraaieneieren, welke wel eens de plaats van kievitseieren in de van onwetenden gestopt worden. De hollandsche kievitseiren komen hier al te vaak bedorven of //duf" aan. Dit is het gevolg hiervan, dat de hol landsche boer te lang wacht, alvorens zijne eieren te verzenden. Hij verbeidt het oogenblik, dat één zelfde kiovit hem vier of vijf eitjes gelegd hebbe, om ze dan tegader op te zendenmaar hij vergeet, dat de eerstgevonden eieren niet beter er op worden door te blijven liggen. Is deze methode verkeerd te allen tijd, zij is vooral averechts in ooze dagen, nu de concurrentie in kievits eieren, door de hooge marktprijzen (oen daalder per dozija voor goede eieren is hier nu de gewone groothandelskoers) zoo enorm toegenomen is. Men kende vroeger geene andere kivitseieren dan de norfolksche en de hollandsche, doch tegenwoordig komen ze overal vandaan. Het bijeenzamelen van kievitseieren is eene belangrijke industrie geworden. De puikste, d. w. z. de eieren die het sterkst gewaardeerd worden, komen ons thans uit Wales toe, en de schotsche hebben ook hunne aanbidders. In de werkelijkheid zijn deze eiereu geen haar beter dan de normaudische of de hol landsche. Zij hebben alleen dit voor, dat zij vroeg, zeer vroeg ter markt komen en zóó versch zijn als men het maar bij mogelijkheid wenschen kan, doordien de bijeenzamelaars zeterstond nadat zij gevonden zijn, opzenden door bemidde ling van agenten, welke ze ter plaatse koopen. Waarom zou hetzelfde in Ne derland onmogelijk wezen Zondag vertoefde te Rot- terdam de wielrijders-vereeniging „Ra- pide" uit Brussel. Te zes ureu uit Rosendaal vertrok ken, waar de club door eenige afgevaar digden uit Breda werd afgehaald, was zij ongeveer te 10 uren te Dordrecht, waar de Rolterdamsche Wielrijders ver- eeniging haar tegemoet kwam en tot Rotterdam begeleidde. Laatstgenoemde vereenigiug bood aan de brusselsehe in het hotel Leygraafï een dejeuner aan, waar het aan hartelijke toespraken en wenschen voor den bloei van beide ver- eenigingen niet ontbrak. Tot ongeveer vijf uren bleef men nog gezellig byeen, bezichtigde eenige be zienswaardigheden van de stad, en begaf zich toen per wiel naar Den Haag, B ij de d. d. s c h u 11 r ij te Rot terdam, zijn elf sergeants tot 2en luite nant bevorderd. Op Donderdag 8 Mei a. s. voorm. te half elf, wordt in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Alge meen te Amsterdam de 66e algemeene vergadering van het Nederlandsch Ge nootschap tot zedelijke verbetering der gevangenen gehouden. De navolgende punten zullen worden behandeld Ter vervulling van de vacature, in het j hoofdbestuur ontstaan door het overlijden van den heer mr. C. A. Chais van Bu ren, en voortdurende door het bedanken van den heer mr. 8. M. S. de Ranitz, is het onderstaande drietal uit Amster dam voorgedragen: mr. D. Z. vau Duyl, substituut-grif fier bij de arrondissements-rechtbank, mr. J. Deking Dura, advocaat en rechter- plaatsvervanger, en mr. J. W. Altinö Mees, griffier bij het 4e kantongerecht! Schutterij-officier en In een der lokalen van „Kra3na- polsky" te Amsterdam vergaderde Maan dag een aantal officieren van dienstdoende en rustende schutterijen, hiertoe uitge- noodigd bij de bekende circulaire vau het olficierskorps te Amersfoort. De voorzitter dezer bijeenkomst, de majoor A. M. Tromp van Holst, zeide bij de opening te moeten constateeren, dat het doel der vergadering niet strekt tot inmenging in het rolterdamsche ge schil, dewijl zij ten eenenmale onbevoegd is daarover een oordeel uit te spreken. De officieren, welke hier bijeen waren, hadden zich uitsluitend te beschouwen vergaderd ter bevordoring der be- laDgen van de schutterij. Hg sprak dan ook de hoop uit, dat de vergadering hiertoe mocht bijdragen. De heer Ruijs lid van het bureau voegde daaraan eveneens de verze kering toe, dat het rotterdamsch geschil hier geen onderwerp van discussie kon uitmaken. De circulaire is door sommi gen verkeerd opgevat en heeft tot mis verstand aanleiding gegeven eu derhalve heeft het bureau gemeend het eerste voorstel der circulaire strekkende om te besluiten //een verzoekschrift aan Z. M. den Koning te richten, waarbij in nader vast te stellen vorm eerbiedig verzocht wordt het aangevraagd ontslag der 29 officieren der dd. schutterij te Rotterdam niet te willen verleenen" te moeten iutrekkeu. Deze intrekkin, zal vorder misverstand voorkomen. De overige voorstellen werden thans door den heer Ruijs toegelicht, en legecheid werd gegeven tot debat. Hier omtrent deelen wij mede, dat men over het geheel doordrongen bleek van de wenschelijkheid der instelling van ex amen-commissies en in het algemeen van de wettelyke regeling van benoe ming eu bevordering bij hot korps olfi- cieren. Van eene zyde werd er nadruk op gelegd, dat onder eene eventueele regeling ook de rustende schutterijen zullen worden begrepenvan eene andere zijde werd de vraag geopperd of de in stelling van examens niet reeds onder de bestaande wet bij koninklijk besluit zou zijn te regelen. Na oenige besprekingen betuigde een der rotterdasascho officieren namens zijne hier aanwezigo collega's dank voor de sympathie, die zij van het olficiers korps hebben mogen ontvangen, en voor de kameraadschap, die uit het bijwonen dezer vergadering bleek. Het beroep op hunne vaderlandsliefde verplicht hen tot de bekentenis, dat na de toewijding plichtsbetrachting in schutterijzaken, door hen steeds betoond, de aanvrage om ont slag voor hen eene opoffering was. Nu er evenwel niet over het geschil werd beraadslaagd, meenden de rotterdamsche officiereu zich buiten stemming te moe ten houden en achtten zy hunne tegen woordigheid daar ter plaatse niet langer noodig. Genoemde officieren 4 in getal verlieten hierop de zaal, waarna de voorstellen in stemming werden gebracht. Het voorstel luidende: „De vergade ring besluite aau do Hooge Regeering het verzoek te richten om eene wette lijk regeling te willen bevorderen, vol gens welke benoeming tot en de bevor dering vau officieren der dd. schutterijen in den vervolge zal plaats hebben, met name o. a. invoering van een verplicht examen met scherp omschreven program ma, dat door eene bepaalde commissie op vaste tijden zal worden afgenomen", werd met op één na algemeene stem men aangenomen. Evenzoo het voorstel: „De vergade ring benoeme eene commissie met op dracht het in het vorig voorstel aange geven beginsel nader uit te werken, en voorstellen te doeu, die den vorm van het daar bedoeld verzoek omschrijven." Tot leden dezer commissie werden be noemd de heeren Van der Garden, Jo- chems, Van Lenuep, Tromp van Holst en Ceelen. Het laatste voorstel, luidende„De vergadering neme het besluit om aan de in de circulaire bedoelde 29 olfleieren der dd. schutterij te Rotterdam het vol gende mede te deelen: a. De vergadering overwegende dat het buiten hare bevoegdheid ligt om een oordeel te vellen in zake het gebeurde bij het officierskorps der dd. schutterij te Rotterdam b. Erkenneude dat de bewuste missive van Z. E. den minister van liinnenland- sche Zaken voor de betrokken officieren, bij de bestaande wet op de schutterijen, geen anderen uitweg liet dan het ver zoek om ontslag; c. Overwegeode dat eene wettelijke regeling van de benoeming tot en de bevordering van officieren der dd. schut terijen, ook door hen, ten zeerste ge- wen3cht wordt op liet do teugels vallen, nam den brief met beide handen aan en scheurde de enveloppe er haastig af. Deze bevatte werkelijk den kostbaren, zoozeer verlangden inhoud, een blauwe enveloppe met het zwierige schrift van Gaspard. Nu was haar haastige drift voorbij, want nu zij wist van wien deze brief was, was zij gerustgesteld, bovendien waren hare oogen beneveld door tranen. Met een van vreugde kloppend hart hield zy haar schat vast; hoe heerlijk om te kunnen denken, dat zij voortaan iedere week zulk een brief zou ontvangen. Frances reed snel naar huis en in de stilte van haar eigen ka mer, opende Espérance de brief. Hij was verrukkelijk lang en dicht in elkaar geschreven, ter wijl hij iederen dag zoo nauwkeurig beschreef, dat zij zich geheel in zijn toestand verplaatst zag en hare verrassing was des te groo- ter, omdat zij zulke bizonderheden van Gaspard volstrekt niet had verwacht, daar zijne brieven uit Londen in dit opzicht zeer sober waren geweest; in dien tijd ademden zijne brieven een toon van gedwongen opgewektheid, om haar te misleiden. Nu gaf hij haar een uitgebreid verslag van iederen dag en behoefde hij niet te veinzen, terwijl zijne hartelijke ontboezemingen hier en daar haar de tranen in de oogen brachten. „Ja, lieveling, wanneer gij dat eens hadt kunnen zien," of „wanneer gij uit Engeland overkomt, dan zullen wij daarvan Mededeeling doende van de door haar genomen besluiten bedoeld in A. on B. Doet eea kameraadschappelijk be roep op hun vaderlandsliefde, en noodigt hen dringend uit, om in afioackling van de gevolgen van laatstgenoemd besluit het eerbiedig verzoek tot Z. M. den Koning te willen richten, dat het Z. M. moge behagen hun aanvraag om ontslag als niet gedaan te willen beschouwen»" Dit voorstel werd met 34 stemmen goidgekenrd4 officieren hielden zich buiten stemming. (Rbl.) Zaterdag is te Amsterdam de gratis koffie- en brooduitdeelin; den Singel gestaakt. In het geheel zijn dit jaar p. m. 159,000 porties uitgereikt, of gemiddeld 2000 per dag. De stoomtimmer fabriek „Wilhelmina" te Helder, is Maandag middag eene prooi der vlammen gewor den. Tegen den middag werd de brand door de omwonenden ontdekt en twee uur later lag het kolossale, van hout op getrokken gebouw met alle machinerieën eu gereedschappen reeds in de asch. Door vuur en water werd aan de omliggende gebouwen vrijwat schade toegebracht. De brandweer, bijgestaan door marine en leger en het vrijwillig gymnastenkorps, werkte flink. Bijna alles was tegen brandschade verzekerd. De dienstbode to 'sHage, op wie jl. Zaterdag door een huzaar een moordaanslag werd gepleegd, is nog in levea. Twee kogels zijn reeds uit het lichaam verwijderd, zonder dat deze ope ratie voor haar kwade gevolgen gehad heeft. Er bestaat nog kans op haar behoud. Een paar dagen geleden had in Den Haag een jougen het onge luk zoodanig te vallen, dat de stok, dien hij in de hand droeg, hem in het oog drong, hetgeen teu gevolge had dat hg eenige uren later overleed. De 47 ladingen ruw ijzer, te Hullevoetsluis aangebracht van het stoom schip Primateonlangs op den Hinder gestrand, vertegenwoordigen, na aftrek van tarra, een gewicht van 633,960 KG. Te Beerta is een kind over- leaeu, nadat het vier etmalen aaneen geslapen had. Op de Wilder t, indetilburg- sche heide, gemeente Dongen, bezochten op den isten Paaschdag vijf beruchte wildstroopers uit Tilburg de herberg van J. d. K. Er ontstond onder hen twist. Om zijn kostbaas te bevrijden trachtte een der stroopers, zekere v. T., de tegen partij een slag op het hoofd toe te brengen met de kolf van zijn geweer. De toeleg mislukte en zijn vriend ont ving eene belangrijke verwonding aaa het voorhoofd. Opnieuw slaande, kwam de kolf op den vloer terecht en terwijl zij van het geweer afbrak, kreeg v. T. de volle lading in het onderlijf. Hij was bijna onmiddellijk een lijk. De versla- gene is een 28jarig jonggezel. Verleden week stiet men bij het afgraven van den bovengrond in het veen van den vrijheer von Lands berg, ia het op vier uren afstand van Winterswijk gelegen pruisische dorp Veklen, op den in den grond staanden afgekuotten stam van eenen voorhistori- schen eikenboom. De boom vertoonde op het dikste gedeelte boven den grond eene middellijn van 5 meter. Uit Tholen wordt gemeld: Een oppassend landbouwerszoon, W. F. genaamd, Dinsdagavond per tram van Bergea-op-Zoom terugkeerende, heeft, ter wijl hij naar zijnen afwaaieaden hoed wilde grijpen, het evenwicht verlorenen is van de in vollen gang zijnde tram ge vallen. Beide boenen werden hem door den laatsten personenwagen verbryzeld. Naar Tholen vervoerd zijnde, zijn des nachis beide beenen benedon de knie ge amputeerd. De toestand van den onge lukkige is naar omstandigheden redelyk. Zondagavond is te Jorwerd (aan de spoorlijn Leeuwarden—Stavoren) eene jonge vrouw bij het uitstappen on der den trein geraakt, waardoor haarde beide beenen zijn afgereden. Met den zelfden trein is zy naar Sneek vervoerd, alwaar zij oomiddellyk onder geneeskun dige behandeling is gekomen, die de sta tionschef inmiddels per telegraaf ontbo len had. Zij is echter na een hevig lijden ©verleden. YiSSCHEftÜ. Nieuwediep, 8 April. Heden kwam van de groote visscherij binnen de sloep Luctor et JSmergo, schipper v. d. Steen, met 320 levende, en 170 doode kabelj., 77 levende, en 75 doode lengen 2 heibotten, 10 ben rog, 9 ben vleet en 660 schelv., terwijl door 6 korders en beugers 75 roggen en 10 mandjes kl. schol en door trekkers 25 tal haring werden aangevoerd; lev. kabelj. gold 60 cent, doode id. 20 k 35 cent, lev. leng 1 a 1.25, doode id. 35 k 75 cent, heilbot 9.50 per stuk, rog 12 per ben en 70 cent per stuk, vleet ƒ8.50 perben schelv. 14.50 het honderd, kl. schol j 1.50 per mandje en haring 1.45 per tal. Eeu bom, sch. Keesman, besomde aan tong, schol en schar ƒ68. Tossel, 7 April. Door de Noord- zee-vi8schers van hier zijn in de afge- loopea week elders ter markt gebracht 1000 tongen, 20 tarbotteu, 400 roggen, 400 manden kleine schol en 100 manden schar. De prijzen waren als volgtgroote tong 50 a 65 ct., kleine en middelsoort dito 15 a 20 c, tarbot 6 a 8.50, rog 50 a 65, alles per stuk; kleine schol f 1.50 a 2.20, schar f 1 per mand. Enkhuizen, 6 April. Gisteren werd alhier aangevoerd 34,000 Kg. schol, prijs 3 eu 5 per 50 Kg. en 1500 tal haring, prijs 0 10 k 0.2'.' per tal of 200 stuks. genieten." Zij doorleefde met hem de geheele reis, leerde den lakonieken kapitein en de passagiers, naar hun uiterlijk beschreven, kennen, was tegenwoordig bij de landing te Colombo, te midden van die verwarring, drukte en hitte en kreeg een flauw begrip van wat de handel daar beteekende; vervolgons reisde zij met hem naar Dickoya en werd binnengeleid in zijne toekomstige woning op de plantage van den heer Seymour en trachtte zich een begrip te vormen van de uitgestrektheid daarvan, uitgedrukt in een verba zend groot getal vierkante mijlen. Toeu zij den brief gelezen had en zich weer met een schok in haar werkelijk leven terug geworpen zag, kon zij hare tranen niet bedwingen; Frances had dit echter wel voorzien en inplaats van Cornelia na te volgen en haar de ondankbaarheid en dwaasheid van die handeling onder het oog te brengen, liefkoosde en vertroostte zij haar, totdat de glimlachjes waren teruggekeerd, terwijl Espérance gaarne brok stukken uit zijn brief wilde voorlezen aan haar, die zij wist, dat in hare verrukking zou deelen. Of de vreugde over de ontvangst van den eersten brief uit Ceylon ook invloed had op haar herstel, is moeielijk te zeggen, maar zeker is het, dat hare krachten van af dien dag zoowel lichamelijk als geestelijk snel toenamen. Frances was zeer ver heugd, toen zij haar weer met Kathie en de jongens hoorde pra- iOLnm OïtRZICBT. Er is misschien geen land ter wereld, waar het militairisme dieper wortel in de maatschappelijke samenleving heeft gescholen dan Spanje. Reeds in de vroegste tijden was in dat land de soldatenstand „de siand bij uitoemenheid" eu is dat altijd gebleven. Het kan daarom geen verwondering baren dat de verschillende regeeringen den militairen steeds de hand boven het-, hoofd hielden eu zelts groote privileges- toestonden. Omgekeerd oefende het leger steeds een grooten invloed uit op de re- geering zelve en somtijds wanneer de zaken niet dien loop namen die den heeren militairen gewenscht voorkwam, werden er met grooter of kleiner succes ondernemingen op touw gezet, die men met den welbekenden naam van promen- ciarnienlo betitelt en -eu doel hadden den bes taanden toestand omver to werpen en er een andere voor in plaats te stellen, die meer met de wenschen eu verlan gens der ontevredenen strookte. Intusschen hebben zich de toestanden gewijzigd, d. w. z. er is een geest ont staan in den boezem dor regeeriug, die niet meer op alle punten met de opvat ting der militairen strookt en dezer da gen is het tot eeue vrij bedenkelijue uit barsting gekomen, te bedenkelijker omdat ook de publieke opinie op de band der regeeriug is. Zeker generaal Daban was de oorzaak van het gebeurde. Door zijne houding had hij de ontevredenheid der regeering gewekt en de minister van. Oorlog nam zulke strenge maatregelen tegen hem, dat het te voorzien is dat deze generaal na het doorstaan van een langdurig arrest uit de ranglijst van het leger zal worden geschrapt. In den spaanschen Senaat heeft het gebeurde met den generaal aanleiding gegeven tot een langdurig debat, dat na Faschen werd voortgezet, terwiji de re- geeriag de Cortes niet zal laten uiteen gaan alvorens de Senaat eeu definitieve uitspraak in deze aangelegenheid heeft gedaan. De zaak is nog verergerd, doordien een ander hoofd-olficier, generaal Salzeao, op zijn beurt een brief heeft openbaar gemaakt deor middel van de pers, waarin hij zich tot zijne wapenbroeders richt en het ge drag van Dabau hoogelijk goedkeurt en de regeering heftig aanvalt. Da regeering trekt zieh dit echter niet zeer aan, om dat zij weet dat zij do publieke opinie voor zich heeft. Nu Blaan de slimme generrals echter ten haa: ;n lachen, terwijl ieder spel, dat niet te vermoeiend voor was, groote aantrekkelijkheden voor haar scheen te hebben. „Het schijnt misschien wel dwaas, dat dit mij op zeventienjari gen leeftijd nog kan boeien," zeide zy op zekeren dag, toen zij met de kinderen met een bal speelde en hen leerde hoe dat spel in Frankrijk werd gespeeld. „Ik hek nooit meer gespeeld, sedert ik het klooster verlaten heb. Gy kunt u niet voorstellen, wat een pret wy daar altijd haddenen dat springenwanneer ik maar een springtouw had." „Een touw! een touw!" riep Fred, terwyl hij naar huis snelde; hij had zich tot Espérance's cavalier opgeworpen cn vloog op hare wenkeo. Na verloop van een paar minuten keerde hij met een niet veel belovend stuk touw terug; met een blijden kreet nam Espérance het in hare kleine, tengere handen, sloeg het eenige malen om hare polsen heen en begen te Bpringen met eene vlugheid en be valligheid, die de anderen verbaasd deden staan. een paar minuten had zy er eehter genoeg van. {Wordt vervolgt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 2