Spoorwegovereenkomsten:
K3L3JÜËN.
vissqhebij.
WLfTfflK OVERZICHT.
uit zijne betrekking van lid en voorzit
ter van het College voor de zeevisBche-
rijen. Deze aanvrage van ontslag schijnt
te zijn voortgevloeid uit de ervaring, dat
samenwerking tusschen het college en
de tegenwoordige regsering gebleken is
onmogelijk te zijn.
De Tweede Kamer is thans
bijeengeroepon tegen Dinsdag 22 April
Het Algemeen Handelsblad
vestigt zeer de aandacht op het adres
van den heer Tindal ea doet uitkomen,
dat de departementen van Oorlog en
van Marine ia Den Haag zijn gevestigd
vandaar worden de bevelen tot mobili
satie gegeven en wordt de landsverdedi
ging geleid; het is de grootste garni
zoensplaats van het land; de geschut
gieterij bevindt zich er. Het is dus de
plaats welke de vijand vóór alles in
zijne macht ssoet pogen te krijgen.
„Men overwege", zegt hot Rdbld.
ten slotte, „ernstig, zonder hartstochten
wrok, in het belang van het vaderland,
wat deze verklaringen beteekenen.
„De stelling Amsterdam word® einde
lijk in orde gemaakt. Amsterdam worde
met geschutgieterij en garnizoen in
waarheid de hoofdstad, het centrum der
verdediging.
„Er is een dier dat men belastert.
Men beticht geheel ten onrechte den
armen struisvogel, die dit niet verdient,
van zijn kop in het zand te verbergen
om het gevaar liever niet te zien.
„Wat de struisvogel niet doet, ©mdat
hij er te slim en te wijs voor is, zij nu
niet onze politiek.
„De heer Tindal heeft aan het buiten
land niets nieuws medegedeeld. Men
kent er onzen toestand beter dan, helaas!
de overgroote meerderheid dien hier
kent.
„Laat ons dus niet op den heer Tindal
razen, maar liever de waarschuwing
aannemen welke hij ons geeft.
„Un iaomme averti en vaut deux."
Uit het jaarverslag, Maandag
in de jaarlijkache algeaaceHO vergadering
van aandeelhouders van het Naderlaadech
Panopticum te Amsterdam uitgebracht,
bleek o. a. dat hot aaatal bezoekers van
het Museum 77,300 bedroeg tegen 94,561
in 1888, welke vermindering door het
bestuur wordt geweten aan het minder
gunstige weder in 1889.
De bruto opbrengst van de restauratie
bedroeg f 145,763, tegen f 143,308. En
ook thans blij It het bezoek aan de restau
rant toenemen, zoodat de toekomst met
vertrouwen kan worden tegemoet gezien.
De netto winst beliep 27,160, of
7385 minder dan ia 1888, wat alleen
veroorzaakt is door het minder bezoek
aan het museum. Van do winst kan/25
per aandeel worden uitgekeerd.
Verslag, balans, rekening en dividend
werden door de vergadering goedgekeurd
In plaats van wij lea den heer Da Costa,
werd de heer C. W. A. van Oostveen Jr.
tot commissaris gekozen.
Uit Amsterdam meldt men
dat de boulangisten Laguerre en Naquet
het weldadigheids-feest in het Paleis v.
Volksvlijt Zaterdagavond bijwoonden.
Toen door eene dame aan Laguerre
Boulanger's portret werd aangeboden,
met de woorden „vive Boulanger!" zou
deze zeer galant geantwoord hebben
„vive le roi
Achter de Koog op Teasel
is een koperen naambordje aangespeeld,
pl. m. twee palm lang en een palm breed,
het was met vier schroeven aan een ma
honiehouten plankje bevestigd.
Met ingewerkte letters was er op te
lezen SALOON.
Op de keerzijde zag men de letters
JARDINE
MAQÜ1NISTAS
Bij den vuurtoren op Tessel
spoelt veel hout aan, hoofdzakelijk uit
mijn8tutten bestaande. Merken waren
niet aanwezig.
In den nacht van Vrijdag op
Zaterdag is op de Zuiderzee tea N. W.
van Harderwijk gezonken de met stroo
geladen praam van C. Otten. Van de
opvarenden, die blijkbaar het vaartuig
verlaten hadden, is tot nu toe niets
bekend.
Drie a v i e r w e k e n g e 1 e d e n
werd eene zuurhuishoudster te Leiden
bestolen, en eerst dezer dagen deed zij
aangifte daarvan. Uit een gesloten trom
mel, staande in eene gesloten kast, werd
eene som 200 ontvreemd. Tengevolge
van het onderzoek der politie is ge
bleken, dat aan den diefstal schuldig
zyn twee bezoekers, zijnde eene meiden
een glazenwasscher die, nadat de
stolene door dronkenschap in slaap ge
vallen was, in vereenigicg het feit be
dreven. De kast werd oaet den gevon
den sleutel opengemaakt en d© trommal
met een mes verbroken. Het grootste
gedeelte van ket geld is natuurlijk na
zoo'n lang stilzwijgen verdwenen, heb
bende de meid zich goederen aangeschaft,
terwijl de glazenmaker zyae schulden
betaald heeft. Procesverbaal is tegen hen
opgemaakt.
Omstreeks 10J£ uur brak
Maandagavond te Rotterdam een hevige
brand uit in de fabriek van suikerwerken
van de firma Karstel an Co in de Baan
bij de Schildersteeg. De fabriek is totaal
uitgebrand.
Een matroos van Zr. Ms,
wachtsehip Prins van Orange te Holle-
voetsluis, die een blanco verlofpas had
weten te bemachtigen, had dien op zijaea
naam met de noodige bizoaderheden in
gevuld. Zoo spoedig de gelegenheid schoon
bleek, ging hij er in burgerkleediag
mede op reis. Te Zutfen werd hij ge
pakt en Zondag door huzaren aan noord
van zijn schip teruggebracht,
Uit Z*tph@a wordt gemeld
De dienstbode van den heer mr. P.
alhier wilde Maandagoehtend haren heer
en mevrouw wekkea, doch kroeg geen
gehoor. Toen herhaald kloppen op de
deur vruchteloos bleek, werd de daur
opengemaakt, waarna men de echtelie
dea te bed. voad, mevrouw reeds over
leden, ea mynheer bewusteloos. Het bleek
dat vergeten was de g&skra&ia te sluiten
er zoodoende verstikking had plaats
gehad.
De heer en mevrouw P. waren eerst
sedert eeaiga weken gehuwd,
Gelukkig heeft men den heer P. we
der in 't leven kunnen terugroepen,
Volgens de lezing vaa de ZutphCt.
was er 's nachts in het beaedensalon een
gasornament gezakt, tengevolge waar
van eene groote hoeveelheid gas kon
ontsnappen en door het plafond in de
slaapkamer gedrongen mest zyn,zonder dat
men, natuurlijk reeds half in slaap zijnde,
den omvang vaa het gwvaar bevroedde.
Zondagochtend, omstreeks
11 uur, kwam de gepens. O.-I. soldaat
Emile Cordonnier ie de herberg van do
weduwe Blatner, in de Raamstraat, te
Maastricht. Hij was daar vroeger in dea
kost geweest. Wat er toen tusschen de
bewoonster ea den kostganger is voor
gevallen, of in welke betrekking de
laatste tot de huisgenootea stond, is nog
onbekend. Alleen weet mes, dat Cor-
doanier, in huis komende, een revolver
schot loste ©p twee vrouwen, die ia het
huishouden behulpzaam waren, zonder
nochtans eene van haar te treffen. De
vrouw des huizes, die op het hooren
van het sehot naar beneden kwam en
op wie het gemunt scheen te zijn, ont
ving dadelijk een kogel in de wang,
waarna de woesteling het wapen tegen
zich zelf keerde en zich in de richting
van het hart verwondde, aan de ge
volgen waarvan hij een half uur later ia
overleden. De woud van de vrouw is
niet gevaarlijk.
Het zeer uitvoerig voorloopig ver?
is thans verschenen over de ontwerpen
tot bekrachtiging van overeenkomsten
met de Nederl. Rhijnspoorwegm., de Mij.
tot exploit, van Staatsspoorwegen en de
HollaDdsche IJzeren Spoorwegmaat
schappij.
Algemeen erkend® mea het belang
dezer voorstellen en gewaagde i
waardeerend van den daarvoor vereisch-
ten arbeid. Van verschillende zijden werd
in de toelichting de mededeeling gemist,
die aantoonde,dat het algemeen belang aan
neming noodig maakte van het regee-
ringsvoorstel, financieel voor den Staat
zeer bezwarend. De door de Regeering
aangegeven redenen tot deze overeen
komsten schenen aan sommige leden ge
heel onvoldoende.
Het regeeringsplan laat h. i. de be
staande gebreken in het verkeer tusschen
het noord-oostelijk deel des lands, met
uitzondering van Leeuwarden, en het
westelijk deel, voor alle plaatsen be
noorden Amsterdam bestaan, terwijl
evenmin voor het laatstgenoemd deel
des lauds een doorgaande verbinding
met het Zuiden des lands en met ooste
lijk België wordt verkregen.
Men wensehte daarom met feiten en
cijfers te zien gestaafd, welke schade da
tegenwoordige exploitatie aan de ontwik
keling van het verkeer, zoo van perso
nen als van goederen, heeft toegebracht.
Tegenover de groote offer», welke de
voorgestelde regeling van de schatkist
eischt, achtte men het volstrekt noodig,
dat duidelijk bleek, in hoeverre thans
erkelyk gebreken bestaan, welke do
algemeen© en bizondere welvaart schade
doen lyden.
Velen noemden de verdediging der
Regeering van de thans voorgestelde re
geling geheel onvoldoende.
De Regeering aeht eene „gezondere
concurrentie" noodig. Wat verstaat zij
daaroader Wiens gezondheid beoogt zij
Ten opzichte van de concurrentie
scheen de bestaand® toestand velen zelfs
alleszins bevredigend.
Het motief, dat de Rijnspoorweg mij
op den duur de concurrentie niet zal
kunnen volhouden, achtten vele leden
niet afdoende, en betwistten het.
Tegenover deze bedenking noemden
andere ledea de opvatting der toelichting
niet zeer juist. Een blijvende coalitie
der R. S. M. met een der overige scheen
zeer moeielijk en zou niet tot gezonde
concurrentie, maar tot het overwicht der
Maatschappij, met wie zij zich gecoali-
seord had, leiden, wat aeer nadeelige
gevolgen voor handel ea verkeer zou
kunnen hebben.
In het verder gedeelte van het ver
slag vindt men verschillende beschou
wingen over Staatsexploitatie de ge
voelens liepen hieromtrent uiteen.
De veranderde verdeeling van het
spoorwegnet, met ruime toepassing van
het stelsel vaa gemeenschappelijk ge
bruik, vend ook geen algemeeae instem
ming.
Verscheidene andere ledea verdedig
den de veranderde verueeling van het
spoorwegnet en roemden die als groote
verbetering.
De voorstelling van de financieele ge
volgen der regeling lokte velerlei be
denkingen uit. Men betoogde, dat de
voorstelling te fraai gekleurd was. De
ontvangst van ruim 20% millioen diende
voor een goed deel als fictief te worden
aangemerkt.
De vraag was ef op het tijdstip der
leening deze op zoo voordeelige voor
waarden zou kunnen worden geslo'en.
In plaats van voordeel zou de regeling
der schatkist belangrijk nadeel ople
veren.
Verder werd gevraagd: lo. of de
Regeering wel voldoende gelet had op
de strategische belangen2o. of er geen
bepalingen konden worden opgenomen
omtrent dea werktijd van het personeel
en de verplichting der maatschappijen
tot verzekering der beambten tegen on
gelukken 3o. verplichting tot oprich
ting van eene locomotievenfabriek, en
4o. verbod aan de stationschefs ©m han
del in steenkolen te drijven.
Bij het zeer uitvoerig onderzoek der
afzonderlijke bijeenkomsten bleek o. a.,
dat men vrij algemeen meende, dat er
geeaerlei reden bestond om der maat
schappijen boven het aandeelenkapitaal
nog een premie van bijna 7 millioen toe
te kennen.
5, st. H.v.Koniagsbruggea 84.
3, st. Arend Paap 63.
II, st. Jb. Keesman „22.
De prijzen der visch waren
Tong van 25 c. tot 1.10, schol
van 20 o. tot 1.40, tarbot van 2 20
tot f 6.50, alles per stuk; bakschol van
2.40 tot 4.50, scharren van 1.10
tot 1.70, alles per mand.
(Uit batav. bladen van 10—12 en de
Deli Ct. tot 15 Maart.)
BATAVIA, 12 Maart.
Zandvoort, 14 April. In de vorige
week kwamen alhier aan:
Z.V. 1, stuurman Arie Paap, bes. ƒ86.
Omtrent het ontslag uit 's lands dienst
der vijf commiezen 3e klasse van den
post- en telegraafdienst, allen te Seera-
baya werkzaam, vernemen wy dat dón
of meer dier commiezen zich moeten
schuldig gemaakt hebben aan misbruik
vaa vertrouwen. Doer den inspecteur
aaoet 't na het nauwkeurig iagesteld onder
zoek niet mogelijk geweest zijn de ware
schuldigen te ontdekken. Misplaatste ka-
meraderie, ook wel onbekendheid met de
schuldigen, is oorzaak dat allen dio aan
dia feiten schuldig konden aija, uit 's lands
dienst zija ontslagen. Kameraderie is goed
dikwyls lofwaardig, maar alles heeft
zijue grcEzen, en dit te meer na on
schuldige vrouwen en kinderen daaronder
moeten lydea. Het feit wat misbruik van
vertrouwen daarstelt is het volgende
Aan haadelelicharaeu is toegestaan, ter
bespoediging der expeditie hunner uitge
breide correspondentie, eoae s©as aan d®
post- en telegraaf kantoren te depoaeeren,
Uit die som worden perte's en telegram
men bekostigd der ongefrankeerde brieven
en telegrammen aan dat kantoor bezorgd,
bij het einde der maaad wordt het be
drag dier porto'B ea telegrammen plus
het provenu voor den pesteoraraies
voldaan, zoodat d« gedeponeerde eom we
der ia haar geheel is.
Nu zijn, en dit moet reeds eenigea tijd
hebbes plaats gehad, de maandelijks go-
vorderde suppletiegelden belaagryk hoo-
ger geweest dan het werkelyk® bedrag
der porto's sa telegrammen.
H«t eatslag van dea hoofdkantoorchef
is het gevolg van zijn goed vertrouwen
in zijne ondergeschikten, alias nalatigheid,
want bij scherpe controle had zoo iets
niet plaat» kunnen hebben of zoude da
delijk ontdekt zyn. 'SeerRb.)
In de Soerabaja-bladen zien wy
met veel warmte melding gemaakt vaa
de vioring vaa het 42jarig bestaan van
de daar gevestigde muziekvereeniging
„St. Cecilia"we lezen daarin z«er
gunstige beoordeelingen vaa een concert,
waarop nummers prykten als de „Friih-
lingabotechaft" van Niels Gade, twee
fragmenten uit de „Facst", hot sextuor
uit „Lucie de Lammermoor" en tal van
solo-voordrachten; we zien uit dat ver-
slag hoe daar de kuast geëerd wordt,
ook ia haren leider, den verdienstelijken
Calati, boe een oud-presideat d® Veree-
niging eene banier aanbood, vervaardigd
door een paar lieve dames, hes ook het
oudste werkende lid van het orkest een
stoffelijk huldeblyk mooht ontvangen.
Het moet een ©nvergetelyk® feestavond
geweest zija in do indiache muziekge
schiedenis.
Den llden Maart deed dé Raad
van justitie te Batavia uitspraak in de
zaak van den beklaagd. C. D., van be
roep administrateur van de onderne
ming Kisaran te Assahan (Sumatra's
Oostkust.)
Beklaagde werd vrygesproken van da
hem ten laste gelogde onwettige gevan
genhouding, gepaard met lichamelijke
pyniging.
Voorts behandelde de Raad van justi
tie de zaak van de» beklaagde A. P,
Th. Boelen, gepensioneerd majoor dar ca
valerie, wonende te Meester Cornelis.
Aan beklaagde wordt ten laste gelegd,
dat hij heeft geschreven en, teneinde hot
door den druk te verspreidon, in het
Bataviaasch Nieuwsblad heeft doen plaat
sen two© artikelen, on wel in dat van
19 Januari 1889 ea in dat van 21 Ja
nuari 1889, in welke artikelen hij aan
den kolonel der infanterie, commandant
der 1ste militaire afdeeling op Java, H.
G. A. Ruempol, ten laste legt feiten,
welke, zoo deze bestonden, hem zouden
blootstellen aan de verachting of den
haat dor ingezetenen.
Als gotuigen waren gedagvaard de
heeren Hoeijer, Daum, Ruempal, Hel-
w«rda, Willink Ketjen, Wefcselaar, La-
cuelle en Nieuwenhuizen, de laatste ten
verzoeke van den beklaagde. Majoor
Boelen verklaarde de bekende artikelen
te hebben geschreven om kolonel Ruem
pol onaangenaam te zijn, om hem te
dwingen tot eene uitdaging, om hem te
beleedigen gelijk dit onder officieren ver
staan wordt, doch niet in den zin van
het strafwetbeek of drukpersreglement.
De verdediger, mr. Haakman, vroeg
ontslag van rechtsvervolging. De uitspraak
werd bepaald ©p over 8 dagen.
Dea 6en Maart is t© Seerabaya de
behandeling begonnen van de strafzaak
tegen d® heeren Van Kleef en Wiro dï
Krooao. De tweede werdt beschuldigd van
brandstichting in de tabaksloodsen van den
eerstede eerste van lastgeving daartoe.
Te Soekaboemi is den lösn Maart
«en begin gemaakt met de behandeling
voor het Omgaand Gerecht van de zaak
van den moord op 5 Februari jl. op de
onderneming Pasir Talaga Warna, ge
pleegd op den heer W. H. Mander.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleend: Een tweej. verl. aaar Europa,
wegens ziekte, aan den 2den commies op
het res.-kaatoor te Palembang J. C.
Brayaiagabuiten bezwaar van den
laad®, aan de hulponderwijzeres M. Ver
schoor.
Trouw-, Geboorte- en Doodberichten
(Uit de ind. bladen van 9 tot 12 Maart.)
GEHUWD: C, G. H. Coster en Lie-
lah, Seraarang. - G. S. Donker on M.
M. Stoelman, Soerabaja. - J. Naegels
en M. S. Jellema, Soerabaja. - L. S.
Madarasz en E. de Merlér, Mr. Cor
nelis. - A. van Garkaaa ea J. C. W.
Sülter, Medan.
GEBOORTEN: E. F. Janitz—Bus-
sriaar, d., Semarang. - W. A. Hage-
dosraLaas, z.; A. M. RrisnerSlee-
bos, d.; A. Ch. ResenquistFlissinger,
z.; J. C. NeuvenheimLourens, z.; W.
A. Leuring—Heij, d.A. H. Bonk
Van Leo, d., allen Soerabaja. - Van
der Meer, d., Poerworedjo. - A. C,
Eilerfcs de HaanCourt, z., Batavia. -
E. M. PieterszDen Hamer, d., Tard-
joea. - Eekfcg. van A. K. van der Hart,
Batavia. - F. E. Regeasburg
Schoonheid, d., Batavia. - L. W. Bo-
gaardtVaa Bankhorst, z.. Buitenzorg.
OVERLEDEN: N. Th. K. A. Roqué,
11 m.wsd. W. F. WalsKrijgsman,
60 j., beiden Semaraag. - G. L. Q. Loth,
53 j.F. W. Boss, 54 j.; A. Schu
macher, 41 j.; B. P. Nicolai, 5 m.; W.
E. Davidaz, 15 m.; E. E. U. Wetzel,
m., allen Soerabaja. - R. W. Heij
mering, La wang. - E. StaehelinSpring,
25 j., Kwaloc-Tandjong Pasir Estate.
C. W. D. Lans, Seekaboemi. - A. L.
M. Baar van Slaageaburgh, 13 m.; J.
J. vaa der Wolk, 37 j., beiden Sema-
rang.
Wanneer de berichten uit Mozam
bique waarheid blyken te bevatten, dan
mag voorzeker worden gezegd dat de
Mokolol«s de kunst verstaan uitmuntend
weerwraak te kunnen nemen en toch
zal niemand het ons kwalijk nemen wan
neer wij dit bericht, dat uit den koker
der pertugeesehe autoriteit te Mozam
bique schijnt te komen, ernstig in twyfel
hielden. We bedoelen namelijk het berichi
dat genoemde negerstam een portugeeschen
civilen ea een dito militairen ambtenaar
benevens een 150-tal inlandsche soldaten
in de pan zou hebben gehakt. Vooral
putten wij onz«n twijfel uit de omstan
digheid, dat ook volgens tijdingen uit
Mozambique, een geduchte pertugeesehe
strijdmacht met artillerie versterkt, is
opgerukt naar M'pombaeen landstreek
die aan de Hoog-Skiri ligt ea tot hef
wilt hier zeker wel blijven, en zal ik u een kop thee brengen?"
zeide zij tot den deken.
Hij gaf een toestemmend antwoord, maar keek niet op. Bran
dende van nieuwsgierigheid keerde Ckristabel naar de ontbijtka
mer terug, zich verwonderd afvragende, welk slecht nieuws er met
de post kon zijn gekomen. Zij vermoedde, dat het in verband
moest staan met de de Mabillons; wanneer aan Gaspard of Espó-
rance een ongeluk overkwam, dan zou de deken zich dat onge
twijfeld zeer aantrekken, maar hij behoefde zich toch Diets te ver
wijten! Hij was zeer mild geweest en zij waren ook toch maar
niets meer dan neef en nicht. Men moest toch ongetwijfeld het
eerst aas zyne kinderen en kleinkinderen denken. Zij meende zoo
zeker, dat het onaangename nieuws Gaspard of Espérance betrof,
dat zij zeer verbaasd was, toen Cornelia de kamer binnentrad en
na de deur achter zich te hebben gesloten, tot haar zeide:
„Waarlijk, Christabel, ik weet niet wat wij doen moeten;
George Palgrave heeft de hand van Bertha gevraagd."
„Van Bertha!" riep mevrouw Mortlake uit; „hoe onzinnigHij
weet toch wel, dat vader nooit zyne toestemming zal willen geven."
„Integendeel," zeide Cornelia, „zij schynen er niet het minste
idee van te hebben, dat hij er bezwaren tegen zal hebben. George
heeft een zeer degelijken brief geschreven, waarin hij zich veront-
sehuldigd, dat hij met Bertha had gesproken, alvorens de toestem
ming van haar vader te hebben gevraagd; maar hy had haar zijn©
liefde bekend, zonder daartoe het plan te hebben gemaakt. Hii
schijnt grootmoeder te St. Leonard te hebben bezocht, terwijl
Bertha daar logeerde; zij waren dikwijls by elkaèr en daar gij
wel weet, hoe grootmoeder zich uitslooft, wanneer er jonge lieden
bij haar zijn, bedacht zij allerlei uitstapjes voor hen, zoodat George
daar veel te lang bleef en nu is dit het gevolg er van."
„Wat zal vader doen?"
„Hij kan niets anders doen dan George een weigerend antwoord
geven. Bertha, dat arme kind, moet ©ogenblikkelijk thuis kome»;
ik vrees, dat het ten deele ook onze schuld is, wij hadden ©r haar
dezen zomer over moeten spreken; ik dacht echter, dat hij bij haar
slechts de plaats van een broeder innam."
„Ik heb volstrekt geen medelijden met haar," zeide mevrouw
Mortlake, „zij had moeten weten, dat vader zijne toestemming niet
zou geven. Een arm jongmensch en dan nog wel een neef het
is onzinnig
„Val haar niet hard," zeide Cornelia medelijdend; „ik verwijt
het mijzelf, dat ik er haar niet over gesproken heb, en nu heeft
het arme kind een droevigen tijd te wachten."
Cornelia was dien morgen zeer teerhartig; zij herinnerde zich
een tijdstip van haar eigen leven, reeds jaren en jaren geleden,
toen liefde en geluk haar zeer nabij waren geweest, maar eens
klaps was haar hoop ia duigen gavallen; daarna was bitterheid
haar hart bianengeslopen. Zij had diep medelyden mot Bertha.
Movreuw Mortlake was slechts verontwaardigd.
„Dat hobben wij aan Espéraaee te danken," zeide zij met toor
nige stom. „Wij kunnen het aan niets anders wijten, dan aan het
bezoek in dezen zomer van de familie Palgrave. Ik wist wel, dat
er niets dan kwaad uit voort zou komen, dat vader dat kind hier
in kuis heeft gehaald."
„Dat is volslagen onzin," zeide Cornelia, met hare gewone
openhartigheid. „Het eenige wat ik betreur, is, dat gy Espérance
van haar zolderkamertje hebt ontroofd, zoodat zij su in Bertha'
kamer moet slapen het arm© kind zal gaarne alleen willen zijn.-
„Ik geloof integehdeel, dat het zeer goed voor haar zal zijn
gezelschap te hebben; Espérance zal het haar met haar geba
beletten, over hare ongelukkige liefde te peinzen; ik heb het haar
bovendien in mijn laatsten brief nog gevraagd en zij had er niets
op tegen. Het zolderkamertje is een flink speelvertrek voor Bella.
Wordt vervolgd).