NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
7e Jaargang.
Zaterdag 19 April 1890.
No. 2084»
AB0E1EME.]JTSPRIJS[:
ABVERTEETIËI;
02 aanstaandg Paardenloterij
Nabetrachting,
STADSNIEUWS.
„Haarlem's 2anggenot.':
PiüUlLLE T O N.
DEN VREEMDE.
Voor Haarlem per 3 maandenƒ1.80.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummere
-0-05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- on Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat Ko. 9, Haarlem. Tfelc f OM Elusu Kje r Jï 3
Tan 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cent*
Groote letter» naar plaatsruimte
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen ea Advertenties worden &aag6saorae>:< door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkaa^tnen en eoaramier^
Directeuren-O'itgö vers J. C. FjeJSHSdBOOlS. en J. B. AYI8.
p Hoofdagenten voor kei Buitenland: Cornfagnia Générale de FubiiciU Mrangbe 6'. LDAÜHFi gr Co.., dORF F. JONjsü^ Succ., F mijt 3 ibis Faubourg jgontmartrc.
TE HAAKLEil.
In de laatste jaren heeft zich bij de
jaarlijksche verloting van paarden, rij
tuigen enz. in de maand Juli, het feit
voorgedaan, dat niet alleen het geheele
aantal loten dat uitgegeven werd (25000)
werd verkoeht, maar zelfs dat ze ver
kocht waren dagen vóór de verloting
plaats had. In die laatste dagen steeg
daardoor de prijs van 1 tot 1.25 a
1.50; ja, zelfs zijn er voorbeelden van,
dat men er verkoopen kon voor /2a
3 per stuk.
Men kan dus zeggen, dat deze verlo
ting populair, dat ze geliefd ia geworden.
En wanneer men zoekt naar de reden
van die populariteit, dan vindt men die
zeer dicht voor de hand liggen. Het pu
bliek vertrouwt deze verloting ten volle,
het weet dat al het geld dat inkomt voor
den aankoop van prijzen wordt besteed;
dat die aankoop oordeelkundig geschiedt
en dat het comité, hetwelk zich met deze
taak belast, en dat bestaat uit personen
wier namen aan ieder bekend zijn, ge
heel belangeloos de verloting organiseert
en bestuurt. Dit alles heeft aan de//Haar-
lemsche Paardenloterij" zooals men haar
noemt, een gevestigde en welverdiende
reputatie verschaft.
Die verloting is ook nog om andere
redenen bij vele ingezetenen van Haarlem
gezien. Het comité koopt zooveel moge
lijk de prijzen voor de verloting aan bij
de haarlemsche burgerij en doet daar
voor aan wagenmakers, zadelmakers enz.
in onze gemeente, niet onbelangrijke be
stellingen.
Bovendien genieten vele inwoners van
Haarlem een jaarlijks terugkeerende bij
verdienste door den verkoop in het klein
van deze loten. Daarvoor koopen zij bij
de Haarlemsche Bankveroeniging alhier
een zeker aantal en verkoopen die weer
per stuk. Daar, zooals wij reeds zeiden,
de vraag altijd greoter is dan de voor
raad, is dit een handel zonder gevaar,
die een vasten winst oplevert.
Hoe groot die winst is, is geen ge
heim. Koopt mea aan de Haarlemsche
Bank elf loten, dan betaalt men die
voor tien en buitendien ontvangt ieder
die voor een bedrag van honderd gulden
loten koopt, daarvan nog 2£ percent
korting. Honderd en tien loten kosten alzoo
ƒ97.50 en brengen per stuk a ƒ1 ver
kocht, 110 op, zoodat de verkooper
daarvan een winst geniet van 12.50.
Zoo zijn er tal van personen in Haar
lem, die door dezen handel in solide
loten een geregelden jaarlijkschen winst
maken van veertig k vijftig gulden en
meer. Zij, die tot dusverre dien handel
hebben gedreven, rekenen er waarschijn
lijk op dat deze gemakkelijk te behalen
winst hun ook dezen zomer niet zal
ontglippen.
Welnu! wij waarschmoen hen bij deze!
Zoo zij niet de noodige maatregelen némen
zal deze winst hun dit jaar geheel ont
gaan
Deze waarschuwing eischte eene ver
klaring, wij geven die bij deze. Uit
zeer goede bron vernemen wij dat eene
amsterdamsche firma zich schriftelijk
heeft gewend tot het comité dat de
verloting bestuurt, met verzoek om aide
25000 loten te mogen koopen.
Het comité heeft geweigerd en die
weigering herhaald, toen de bedoelde fir
ma ©p den koop aandrong. Niettemin
bevindt zien thans de zaak in eigenaar
dige omstandigheden. Ieder heeft het
recht, de loten te koopen niet alleen
maar ook zooveel ervan te koopen als
hem goeddunkt. Niemand kan dus de be
doelde firma beletten, om al de loten te
koopen, wanneer zij de eerste is dis zich
aan de Haarlemsche Bank vervoegt. Het
comité kan wel weigeren een onder
handseken verkoop aan te gaan, maar
zoodra de Haarlemsche Bank de loten
in handen heeft, is iedere kooper gelijk,
en heeft ieder die betaalt dezelfde
rechten.
Wanneer derhalve die firma zorgt,
dat zij op den dag van uitgifte dar loten,
de eerste is die aaa hot loket der Haar
lemsche Bank staat, das kan zij al de
loten dadelijk bekomen. Zoo dat
geschiedt zullen allen die van den ver
koop in het klein meerdere of mindere
voordeelen trokken, zich die voordeelen
ten eenenaale zien ontgaan en zal de
am8terdamsche firma met hun winsten
gaan strijken.
Men zal ons vragen: //Wat kunnen
wij daaraan doen Hoe kunnen wij dat
gevaar voorkomen?" En dan zeggen
wij Door twee middelen.
Het eerste middel is, dat de verschil
lende verkoopers in het klein zich ver
eenigen en met elkaar bespreken hoe
groot het getal is dat zij tezamen noodig
hebben. Zij dragen dan eén hunner op,
het geheele getal aan de Haarlemsche
Bank te gaan halen.
Maar en dit is het tweede mid
del hij die met dien aankoop belast
vrordt, moet zorgen dat hij het eerst aan
de Bank tegenwoordig is. Want men
kan er zeker van zy*D, dat de amster-
damsche firma niet stil zal zitten, maar
ook van haren kant alles zal doen om
haar plan toch door te voeren.
Dit zijn de eenige middelen. Het
Comité kan niets aan de zaak doen.
Voor haar, wij herhalen het, is ieder
kooper gelijk die betaalt, evenals voor
de Haarl. Bank.
Willen de Haarlemmers, die eene bij
verdienste trekken uit den verkoop der
loten, die behouden, dan grijpen zij de
twee bovengenoemde middelen aan
Doen zy dat niet, dan zullen zij zich
die winst onfeilbaar zien ontglippen
Wij hebben hen nu gewaarschuwd
uit den
Gromeontoraacl.
III.
De veelbesproken vraag, waar de
nieuwe school zou worden gebouwd, is
Woensdag in onzen Raad eindelijk tot
eene beslissing gekomen en dat wel zon
der veel discussie. Alleen de heer Huet
trok heftig to volde tegen de plaatsing
der school aan de Schoterstraat en ook
de heer Lode wij ks bracht er bezwaar
tegen in. De Voorzitter repliceerde,maar
zóo kort, dat duidelijk bleek dat Z.E.A.
de zaak gewonnen achtte. En inderdaad
bij de stemming werd het voorstel
van B. en W. tot het plaatsen der school
aan de Schoterstraat, met eene groote
meerderheid aangenomen. Slechts vier
Raadsleden stemden tegen. En de heer
Huet, die blijkh&ar eenigszins ont
stemd was over het advies der beide
schoolopzieners hier ter stede, en er be
hagen is schiep hen met den eenigszins
zonderlingen titel van //officieele" heeren
te bedoelen (zijn er ook //officieuse"
heeren?) do heer Huet had zijne rede
wat het succes daarvan betreft, in por
tefeuille kunnen houden.
Nu eenmaal besloten is dat de school
aan de Schoterstraat een plaats zal vin
den doet men het beste af te wachten
hoe zij in de praktijk zal voldoen. Waar
deskundigen tegenover deskundigen staan
in hun oordeel, daar behoort men de
ervaring als scheidsrechter te laten op
treden.
Wie had ooit gedacht, dat er in onzer.
Raad eene meerderheid zou worden ge
vonden voor een schoolbad Ik voor mij
geloof, dat de leden van den Raad zeiven
verbaasd waren over den uitslag der
stemming. Het is een hooge zeldzaam
heid Haarlem te zien staan aan de spits
eener maatschappelijke hervorming. Want
dat is deze maatregel inderdaad: hy is
eene uitbreiding van gemeentezorg voor
particuliere belangen en de consequentie
zal binnen niet ver verwijderden tijd
voedsel op de school eischen, zonder nog
van kleeding te spreken. Ik kan mij in
de verste verte geen voorstelling maken
van de houding, die onze Raad tegen
die eischen, of, wilt ge liever die ver
zoeken zal aannemen. En wees er maar
zeker van, dat die verzoeken niet lang
op zich zullen laten wachlen
Misschien zal men nieuwsgierig zijn
naar de kosten van een schoolbad. Na
tuurlijk zijn die verschillend, naarmate
de school grooter of kleiner en de inrich-
I ting meerder of minder weelderig is. Op
de eenvoudigste manier gemaakt kost
de inrichting voor een school van 600
kinderen zooals hier nu gebouwd zal
worden, nog geen vijfhonderd gulden;
terwijl de onderhoudskosten zeer gering
zijn: in Weimar bedragen die voor 1700
kinderen ongeveer ƒ60.
De ruiling met het Rijk van het post
kantoor met het rechtsgebouw werd
eveneens zonder slag of stoot, behalve
den slag van 's Voorzitters hamer, afge
maakt. Voor elfduizend gulden zal men
den rail accepteeren.
Een der leden van de commissie van
financiën die 15000 wenschte te eischen
(de heer de Kanter denkelijk?) liet niet
verder van zich hooren.
In ieder geval is de zaak daarmèe nog
volstrekt niet gereed. Dit voorstel tot
ruiling kwam van den Minister, en de
Tweede Kamer zal er hare goedkeuring
nog aan moeten hechten.
Een niet onvermakelijke discussie lokte
het voorstel om een strook gronds aan
den Zijlweg van den heer London te
koopen, uit. B. en W. wilden daarvoor
10 per M2 betalen, terwijl de commis
sie van financiën 6 voldoende achtte
en er ontspon zich een debat over de
vraag of'men een overeenkomst kan amen-
deeren. De juristen beweerden van niet,
maar een leek zou zeggen//Laat ons
f 6 bieden," en men zou daarbij kunnen
denken //doet de eigenaar van den grond
het daarvoor niet, dan kunnen wij altijd
nog 10 geven." Maar de heer Stoel
dacht dat laatste er niet bij, maar sei
het ook. Toen was de kans verkeken,
want nu had de heer London het in de
bladen kunnen lezen. Och ja, die lastige
pers
En daarua kwam er een feit dat treu
rig stemde. De gemeentelijke gas-opzich-
ter diende zijn rapport in over de retri
butie die de gasfabriek over het jaar
1889 aan de Gemeente schuldig is.
Het gasverbruik bedroeg in 1889
twee millioen, drie hondord drie en
vijftig duizend, vijfhonderd dertig M3,
alzoo een en twintig duizend, negen
honderd zes en dertig M3 meer dan in
1888.
Is het niet om te watertanden?
En wat is nu het bedrag dat de ge
meente geniet van dezen kolossalen om
zet, van deze behaalde groote winsten?
Zevenhonderd acht gulden drie en zestig
en een halve cent.
Is het niet om te huilen?
De burgemeester stelde voor deze som
(ja waarlijk, Z.E.A. noemde dat een som)
in de gemeentekas te storten.
Toen sloot men de deuren van de
Raadzaal en ging over in geheime zit
ting. Wat daar behandeld werd is voor
onze profane ooren een geheim geble
ven. Zou men wellicht beraadslaagd
hebben over de moeilijke vraag, hoe
men die som allervoordeeligst zou be
steden
Haarlem, 18 April 1890.
Wij ontvingen het programma van den
kegelwedstrijd, uitgeschreven door de
kegel-vereeniging /,de Phoenix", te hou
den op de banen der Sociëteit ,/de
Phoenix" alhier, op Maandag 26 Mei
en Zondag 1 Juni. Wij komen er op
terug.
De tweede uitvoering van de lieder
tafel //Haarlem's Zanggenot," directeur
de heer W. Wiegant, heeft Donderdag
avond in de concertzaal der sociëteit
z/De Kroon" plaats gehad met mede
werking van mej. A. M. Koot, zangeres
uit Alkmaar, mej. F. J. C. van Maas,
piano en K. F. van Maas Jr. viool.
Een zeer gevarieerd programma werd
ten gehoore gebracht. Mej. Koot deed
Naar het engelsch
YAN
EDNA L Y A L L.
75)
HOOFDSTUK XXVIII.
Claude stampte op de vloermat de sneeuw van zijn schoenen en
volgde haar naar de kamer, waar het drukkend warm was, en waar
hij door de overige familieden hartelijk werd verwelkomd. Hij
stond bij den deken zeer hoog aangeschreven, en deze begon hem
reeds dadelijk een merkwaardigheid van de planeet Mars te ver
tellen, waarbij hij hem tevens mededeelde, welke verbeteringen hij
aan zijn telescoop had aangebracht; gelukkig was de deken te zeer
in zijne eigen vertellingen verdiept, dan dat hij bemerkte, dat
Claude's antwoorden zeer kort en meestal onbepaald waren, even
min bemerkte hij, dat Claude 8l zijn aandacht op Espérance had
gevestigd.
Hij sprak dien avond niet veel tot haar. Lady Worthington
stond spoedig van haar stoel op, en hij was zeer verheugd, toen
hij haar tot Espérance hoorde zeggen//Wij zullen u dus Donder
dagavond by ons zien; gy komt natuurlijk vroeg."
Espérance beloofde het haar met een glimlach en volgde hen
toen tot in de gang, waar zij de palmtakjes van den grond op
zocht en ondanks de koude in de voordeur staan bleef, om hem
vaarwel te zeggen.
Onder een diep stilzwijgen werd de wandeling hervat, en Claude
kon het beeld niet van zich zetten, zooals hy haar daar zooeven
in de deur had zien staan, met die palmtakjes in haar hand. Hij
dacht er nu niet meer aan, om haar in de een of andere houding
op het doek weer te geven. Wanneer hy haar eens kon bezitten,
niet op het doek, maar in werkelijk? Zou hij dan niet al dat
grievende, bittere leed van die koude wereld van haar kunnen
afhouden
z/Wel Claude, voudt gij uwe ////Mariana"" niet veel veranderd
vroog lady Worthington.
//Verbazond; zij heeft nu een engelachtig gelaat," en Claude
sprak verder geen enkel woord meer, maar verviel in diep gepeins,
waarin lady WorthiDgton hem njet stoorde.
Het verbaasde hem zeer, dat deze gedaehte hem zoo voortdurend
bezighield; hij kon het niet gelooven, dat zijn geest zich nog geen
uur geleden daarmee niet had beziggehouden en hij in Rilchesters
straten kad gewandeld, zonder er zelfs aan te denken, dat hij in
Espérance's nabijheid was.
En toch scheen het hem toe, dat het slechts een openbaring was
en dat hy haar reeds liefhad van het eerste oogenblik af, dat hij
haar had gezien en dat was reeds meer dan een jaar geleden. Hij
trachtte zich haar voor te stellen, zooals zij toenmaals was; hare
tengere gestalte, door een zwarte japon omsloten, haar droefgeestige
blik, haar mooie oogen, toen hij haar voor het eerst in de kathe
draal zag, het diepbedroefd, peinzend gelaat, waarmee zij de be
schuldiging, dat zij slechts boulevards mooi vond, moest aanhooren,
toen hij haar in de pastorie gadesloeg; die blik vol wanhoop en
die betraande oogen, waaraan hy zyne //Mariana" had ontleend,
en de laatste keer, toen hij hen was komen overvallen op het
oogenblik, dat mevrouw Mortlake haar weer eenige woorden vol
venijn had toegevoegd. Al deze beelden doemden voor zijn geest
op, zy hadden een voor een zijne liefde tot haar doen aangroeien,
maar zonder de liefelijke verschijning van dien dag, zouden zij tot
niets geleid hebben. Maar nu! Hij dacht nog eens aan die kleine,
tengere handen, die de palmtakjes vasthielden, aan dat kleine
voetje, dat zij op den drempel had neergezet. Espérance moest
steun, bescherming en liefkoozing hebben; zij verdiende het niet,
om alleen te staan, in die koele, zelfzuchtige wereld.
Hij was dien avond bizonder afgetrokken, nu meestal het stil
zwijgen bewarende, dat somtijds eensklaps tot luidruchtige vroo-
lijkheid oversloeg; wanneer iemand van de pastorie of van Espé
rance sprak, dan werd hij plotseling opmerkzaam, en begonnen
zijne oogen te schitteren, haar naam kwam echter volstrekt niet
over zijn eigen lippen.
Sir Henry stelde voor, om een robber whist te spelen, daar
Claude evenwel volstrekt niet van whisten hield en hij wel be
greep, dat het hem dien avond onmogelijk zou zijn om te spelen,
werd er zonder hem een viertal gevormd. Hy ging achteroverge
leund in zijn stoel zitten met de courant in zijne hand, zondè'< a