NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
"Je Jaargang.
Woensdag' 23 April 1890.
No. 2087.
IN DEN VREEMDE.
DAGBLAD
ABOSHEl£E|ïSr£US:
Voor Haarlem per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat Ho. 9, Haarlem. !3Pefiefu»xuiKï£rEs£)r n'2..
ABYEETENTIËÏ:
van 15 regels 50 Centt; iedere regel meer 10 centiT
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onzo agenten en door allo boekbandelaren, postkantoren en conracticrs.
Directeuren-Uitgevers 3. C. PEBBEBOOS en 3. B. AVIS.
Hoofdagenten voor liet buitenland: Compagnie GenéraU ds FubliviU Sirangèra O. L. l)AVbb §r Co., J O él jd J'. JONES, Ëucc., T'arije dl bit Fanbourg Montmartre.
S 'I' k OS-SI IJ w s.
Haarlem, 22 April 1890.
In ons vorig nammor staat in het
programma van den Kegel wedstrijd te
houden in de soeieteit //de Phoenix" als
laatsten datum van den wedstrijd Zondag
1 Juli, d. m. z. 1 Juni. De welwillende
lezer zal deze drukfout wel hebben ver
beterd.
Merlaidsclie Maatschappij ter bevordering
van Nijverheid.
Departement Haarlem
Maandagavond trad de heer dr. H. P.
Wijsman, van Delft, in bovengenoemd
departement op met het onderwerp *De
rol der bacteriën in de Nijverheid."
De aandacht wa3 zeer gespannen, daar
de spreker een onderwerp zou behande
len, dat tot de greote vraagstukken op
natuurkundig gebied van dezen tijd be
hoort en dat bijna reeds geheel tot oplos
sing is gebracht.
Het is zeide spreker met deze
wetenschap al evenzoo gegaan als met
tal van andere. Vóór Pythagoras zijne
stelling beweeswist men reeds dat zij
waarheid bevatte, evenzo© wist men tij
dens Galilei omtrent de aarde en de zon,
dat een va* beide draaide, maar Galilei
bewees dat het do aarde was die om de
zon draaide en niet do zon om de aarde.
Langen tijd bevroedde men het bestaan
van bacteriën, ieder kende ze en kent ze
en zij staan in een kwaden reuk. Dank
zij de wetenschap der bacteriologie, is de
kennis omtrent hun aard en wezen thans
meer algemeen verspreid.
Ieder weet thans dat de zoogen. in
fectie-ziekten aan bacteriën moeten wor
den toegeschreven en tot heden hebben
zij dan ook op medisch terrein de grootste
rol gespeeld. Wij kennen ze als de groote
vyanden van onze gezondheid. In de
nijverheid spelen zo echter nog een an
dere rol, en voorzeker zal de antipathie
voor die microscopische wezens veran
deren in sympathie, wanneer men weet
wat een greote rol zij vervullen bij het
tot stand komen van zekere processen.
In de eerste plaats dat der gisting, do
zg. scheikundige fermentatie. Vroeger
waren die procesaen onderwerpen van
studie voor de alchimisten en al spoedig
waren dezes tot de ontdekking gekomen,
dat bij al die omzettingen een kleine in
bederf verkeerende stof eon groote rol
speelt; dat een kleine hoeveelheid stof
in staat is een groote hoeveelheid eene
verandering te deen ondergaan. Vroeger
schreef men die eigenschap slechts toe
aan de ElixirLapis Pkilosoforum enz.,
welke men in staat rekende om hot on
edele metaal edel te maken, in de alchi
mie heet daarom dat middel fermentdat
verfijnen, verbeteren beteekeut en dat wij
terugvinden in ket arabische woord al
cohol, hetgeen: //het antimonium", het
spiesglans", beteekent, een stof, die vroe
ger werd aangewend om to veredelen,
te verfraaien, de wenkbrauwen en oog
leden der vrouwen nl.
Reeds spoedig merkte men op welke
abnormale gewichtsverhoudingen man bij
de fermentatie aaatrof, maar men achtte
dit een op zichzelf staand verschijnsel,
totdat men eerst in 1834 tot de cöhcIh-
sie kwam, dat de kleine hoeveelheid
giststof, die voor fermentatie neodig was,
hare eigenschappen op die groote hoe
veelheid overplantte, het een dus het
gevolg was van het andere. In geneeind
jaar werd het eerste scheikundige fer
ment gekiemd uit mout en ontdekt dat
de toevoeging van een kleine hoeveelheid
daarvan bij zetmeel, de fermentatie van
dit laatste teweeg brengt.
Wat is nu gist? Waarait boataat doze
eigenaardige stof? Schwamp kwam mot
de mededeelt» g dat gist bestaat uit zwam
men, schimmels van eon enkele eel, maar
vertakt, welke het vermogen bezitten ©m
zich voort te planten.
Geheel analoge wezens, maar waarbij
de voortplanting op anderewijze geschiedt,
zijn de bacteriën waarvan reeds Leeuwen
hoek in 1680 melding maakt in zyn be
roemd werk Arcana naturae detecta. Hot
was echter aan onzen tijd besohoreu den
aard en het wezen van de bacteriën uit
te vorschen. Vroeger beschouwde men
het bederf' zelf als de oorzaak van de
levende wezens, die zich daarbij ontwik
kelden, de spontane generatie, elko che
mische verandering was eea spontane
generatie.
Reeds in de vroegste tijden heeft dit
dwaalbegrip bestaan. Aristoteles liet een
kikvorsch ontstaan uit een mol en in de
middeleeuwen meende men dat do vleesch-
vliegen voortkwamen uit het rleesch, een
dwaalbegrip dat door den Italiaan Redi
op eenvoudige wijze werd weerlegd.
Evenzoo dacht men over de infusie-dier
tjes, totdat Spallanzani uitmaakte dat
doze zich voortplanten uit de primaire»,
dus eerst een dier, daa eon ei, da» eon
jong ervan. Een der gewichtigste vragen,
welke met de bacteriologie betrekkiug
houden is: Of bederf mogelijk is zonder
lucht. Het antwoord daarop is, dat be
derf bij de aanwezigheid van lucht
niet mogelijk is, mits die lucht maar vrij
is van bacteriënvan kieme*.
M. a. w.Kan aaen vloeistoffen, die
geschikt zijn voor bederf in aanraking
brengen met de lucht, of ontstaat het in
de vloeistoffen zelf? Schwamp gelukte
het aau te toonen, dat men de lucht met
vloeistoffen in aanraking kan brongen
mits men de lucht te voren verhit. De
lucht, die op deze wijze wordt ontdaan
van alle stoffen, bacteriën, zwammen enz.
wordt steryle lucht geheeten. Schulz
trachtte de lucht op andere wijze te ste-
ryliseeren en wel do«r ze te l<*t»n bor
relen door sterk zwavelzuur. Ook dis
middel is afdoend, maar nog eenvoudiger
is het om de lucht te filtreeren door
watten. Men brengt daartoe de te on
derzoeken stof in een glazen kolf, verhit
deze, zoodat de zich ontwikkelende dam
pen de lucht in do kolf steryliseeren en
sluit de opening met een wattenprop bij
wijze van kurk af. Men kan deze proef
ook nemen met een eenvoudig reageer
buisje. Voldoende is het ook wanneer
men het uiteinde van dit buisje tot een
lange nauwe opening toesmelt, die een-
of eenige malen is omgebogen. De lucht
kan dan niet toetreden dan na alle
onzuivere stoffen, die zij bevat, tegen den
wand dier nauwe opening te hebben
afgezet, zoodat zij voldoende wordt ge-
steryliseerd.
Hierop berust de kolf van Pasteur,
welk instrument bestaat uit een glazen
b®l met nauwea, omgebogen hals, waarin
e©« bolvormige verwijding, e» een andere,
rechte buis, afgesloten door eon watten
prop, aan de aadere zyde. Spreker list
eenige stoffen ia dergelyke kolvea en
buizen zie», die ep deze wijza volkomen
goed bewaarden zeer aan bederf onder
hevige stoffen, zooals rleeseh, eiwit enz.
Da naam Pasteur, dien spreker zoeeren
noeaaóe, zoa hij nog verscheideae raaien
in het vervolg zynsr veerdracht herha
len, want het is inderdaad Pasteur, die
mea den vader noemen va» de we
tenschap der bacteriologie. Hij was het
die oaoaistootelijk aantoonde, dat ieder
bepaald ergaaissse slechts één bepaalde om
zetting teweeg kan brengen. Zoo wordt bij
de verzuring ma melk sleehts één bepaalde
bacterie aangetroffen. Ev©r,z©o is die van
het miltvnar sleehts éón bepaalde bacte
rie. Juist door deze ontdekking verkreeg
deze frnnscho geloerde zulke groote resul
taten.
Teen hy de ziekte der zydewormen
bestadeerde, vend hij ook dat slechts
oene baeterie-seort deze teweegbracht. De
wyze on bacteriën va» een bepaalde
seort te onderzoeken noemt men do rein
cultuur. Analoog ia do mothode van
Koch, die de bacteriën echter niet in
vloeistoffen, maar op eon vaste ma3sa
cultiveerde. De praotijk moet er dus zoo
veel mogelyk op uit zijn om die cultuur
zoodanig te doen plaats hebben, dat ver
menging ©amogelijk is.
l)e vele schitterende resultaten, di8 de
onderzoekingen van Pasteur hebben ge
had, hebben voeral hua toepassing ge
vonden in de azijn- en wijnindustrie.
Een eenvoudige methode om wijn
voer gisting te behoeden, gaf Pasteur aan,
door den wija te verhitten, waardoor alle
j levende organismen worden gedood.
Spreker too»de thans aan dat de fa-
bricatie vaa zoogen. anol-azy» berust op
de toepassing der azyn-baeterie, welke
j zich op beukeohout bevindt en gaf ver-
j volgens ee»ige beschouwingen over de
azijafabricatie in Orleans waarbij de
bacteriën een groote rol spelen.
Lange» tijd stond hij stil bij de melk
zuur-bacteriën, die een rol vervullen bij
de stijl'sfcl-fabricage en legde vervolgens
uit hoe men het gistingsproces door melk
zuur, langs wetenschappelijken weg bij
allerlei organische stoffen verklaart.
Hierop berust ook het easyleeren, inkui
len van groenvoêr voer vee, de leer
looierij enz.
Door melk te laten gisten, verkrijgt
men het kefir, een verfrisschenden mous
seerenden zuren drank, die oorspronke
lijk in Rusland werd bereid. Thans kan
men, door melk op keflr-korrels te zetten,
dezen drank gemakkelyk bereiden. Deze
korrels zijn in den handel verkrijgbaar.
Spreker toonde eon afbeelding van de
doorsnede van een dier korrels onder de
microscoep gezien en toonde aan dat ook
hier weder hetzelfde beginsel werd ge
vonden van de gistingsprocessen met
melkzuur, n.l. dat de kefir-korrel bestaat
uit een massa melkzuur-bacteriën.
Nog bad spreker gaar*® gesproken
over slijmgistingen, het blauw worden
van molk enz., verschijnselen die alle
op hetzelfde beginsel berusten, maar het
vergevorderde uur aoodzaakte hem zijne
verhandeling over het onuitputtelijke on
derwerp te staken.
Voorzeker sprak de voorzitter der af-
deeling, de heer J. Enschedé, uit aller
naam, toe» hy den hoer Wijsman in een
geestig woord dankte veor den blik, dien
hij zijne toehoorders had gegund in deze
zoo hoogst belangrijke wetenschap en
voor de duidelykc wyze waarop hij hen
met den aard der bacteriën had bekend
gemaakt.
Do vergadering werd daarna gesloten.
Caoutchouc- bestrating.
Door de fabrikanten van gummi-bouw-
materialon, te Lindes, hier te lande ver
tegenwoordigd door den heer Theod.
Ferd. Bierhorst alhier, is by ons ge
meentebestuur, eveaais bij dat van Am
sterdam, een verzoek iagediend, om ook
in onze stad, voor hun rekening en risico,
een rijweg tot proef met caoutchouc te
bestraten. Voor betrekkelijk »auwe stra
ten met veel winkels en waar dienten
gevolge veel passage is, zeoals ten onzent
b.v. de Anegang, is een bestrating met
caoutchouc van groot® waarde. Als voor-
deelen van deze bestrating worden opge
geven: dat zij geen onderhoudskosten
vereiseht, dus op den du*r veel goed-
kooper is dan alle andere, en door de
elasticiteit van het materiaal geen geraas
ontstaat, geen stof oplevert, gemakkelijk
is schoen te houden en lang niet zoo glad
is als asphalt.
De caoutchouc-massa blijft, zoo zegt
men. onveranderlijk, en de hooge tem
peratuur des zomers, noch de zeer strenge
koude des winters heeft cenigen invloed
daarop.
In de Deutsche Gewerbe Zeitung wordt
het volgende over deze nieuwe bestrating
medegedeeld
Een der grootste uitvindingen voor
bestrating van rijwegen en trottoirs met
druk verkeer in de moderne steden is
die van den ingenieur Busso, te Linden,
nl. de caoutchouc-bestrating,
Wat de bestrating betreft, verlangt
men heden ten dage meer dan voor 25
jaar. Ofschoon nu de keien of straat-
steenen voer het beloopen veel gemak
kelijker gemaakt zijn, heeft men toch in
vele groote steden veelvuldig bestrating
van asphalt en hout" toegepast. Het as
phalt, komende uit Sicilië of uit het zuiden
van Frankrijk, wordt vooral door het
transport een zeer duur materiaal, daar
het geen verbinding met andere stoffen
aangaat en dus de straten alleen uit
asphalt-poeder gecomprimeerd worden.
De eaoutchoue-bestrating bestaat uit
caoutchouc-massa en meel van steen uit
de hardst mogelijke steensoorten (gra
niet, bazalt, dolomiet, enz.) De caout
chouc-massa vormt het bindende middel;
ongeveeer op de wijze als kalk en ce
ment, bindt de caoutchouc-massa, onder
persing en verwarming, maar zij verliest
nooit hare b«ndingskracht. Het oude,
weder opgebroken materiaal behoudt
dus waarde.
Door de verwarming wordt de caout
chouc-massa week en vult de holten tus-
schen de va9t saamgeperste steenstukjea
volkomen, zoodat eene compacte, homo
gene verbinding ontstaat.
Caouchouc-plaveisel wordt op trottoirs
ter dikte van 25 en op rijwegen ter
dikte van 50 mm in poedervorm op
eene onderlaag van beton gelegd, die
voor rijwegen 30 cM. on voor trottoirs
10 cM. dik is.
Het heete poeder wordt zooveel moge
lijk gelijkmatig op het beton verdeeld en
met eene rij, welke het profiel van de
te maken straat heeft, herhaaldelijk af
gestreken, totdat het overal gelijkmatig
dik is. De massa wordt daarna met
heete rollen en stampers saamgeperst en
ten slotte gelijk gemaakt. Na eenige uren
is de massa kond en kan zij dadelijk in
gebruik genomen worden.
Het verkeer op dit plaveisel geeft
weinig gedruischl Om deze reden iu het,
behalve voor straatplaveisel, ook geschikt
voor bruggen, scholen, kerken, fabrioken,
enz. Met betrekking tot den invloed van
het weder, is het caoutchouc-plaveisel
een uitmuntend materiaal; warmte van
100° C., noch koude van 40° C. heeft
daarop eenigen invloed, en bij strenge
koude zullen geen scheurtjes of barsten
ontstaan, zooal bij asphalt, daar de elas
ticiteit grooier is. Hierdoor verklaart
zich ook de door de practijk bevestigde
geringe slijtage.
In Hanover zijn de eerste proeven er
mede genomen op de Götbe-Brücke, in
concurrentie met gestampte asphalt. Na
dat de gummi-bestrating zich gedurende
2 jaar uitstekend gehouden had, zijn
vervolgens H00 M. rijweg in de Prins
straat en een groote oppervlakte trottoirs
in de Georgstraat, enz., gemaakt. Verder
zijn te Berlijn en Hamburg straten van
I caoutchouc gelegd.
Volgens proeven, in Maart 1887 door
het Korinkl. proefstation voor bouw-
FEUILLETON.
Naar het engelsch
YAN
EDNA L Y A L L.
78)
HOOFDSTUK XXVIII.
Zij lachte hartelijk] en dit plan scheen haar zoo heerlijk toe,
dat zij over niets anders sprak toen hij haar behulpzaam was bij
'net aantrekken van haar mantel; op het oogenblik evenwel, dat
zij weer de vestibule door liepen en zij zich naar het rijtuig be
gaf, lichtte zij haar doek een weinig op en liet hem de rozen zien.
iiUwe bloemen zijn nog volstrekt niet verwelkt," zeide zij, hem
met een verlegen lach van terzijde aankijkende.
Deze woorden deden het hart van Claude nog meer van ont
roering trillen, dan al hare vriendelijke dankbetuigingen. //Uwe
bloemen", noemde zij ze, en zij droeg ze. Haar hand lag een
oogenblik in de zijne, toen hij haar met de uiterste behoedzaam
heid in het rijtuig hielp; daarna deed de bediende haastig het por
tier dicht, en de koetsier legde de zweep over de paarden. Claude
was wanhopig hij moest haar nog eenmaal zien; in zoo langen
lijd zou hij daartoe waarschijnlijk niet in de gelegenheid zijn, want
hij aoest den volgenden dag reeds zoo spoedig vertrekken, dat hij
geen bezoek meer op de pastorie zou kunnen afleggen. Zonder
zich aan do dikke laag sneeuw te storen, snelde hij blootshoofds
de deur uit en rende in vollen draf het park door naar het hek
van de oprijlaan; het rytuig van de pastorie voortdurend in het
oog houdende; geheel buiten adem leunde hij tegen het hek; hij
wachtte tot het geluid van de rollende wielen naderbijkwam en
de lampen met hare gele lichten in het gezicht waren; bij de
kromming van den weg begonnen de paarden zachter te loopen,
zoodal bij nog een laatsten blik op Espérance kon werpen. Zij
zag hem niet en hij wenschte vurig, dat zij, al was het slechts
voor eon oogenblik, hare oogen zou opslaan, maar eensklaps ver
vulde groote vreugde zijn hart, toen bij de kromming van den weg
het licht voor een oogenblik op hare handen viel en hij bemerkte
dat zij een roo3 vasthield.
Lady Worthington was geen koppelaarster, en ofschoon een
huwelijk tusschen hare beide protégés haar zeer welkom zou zijn,
wilde zij door woorden noch daden haar instemming daarmee te
kennen geven, en niettegenstaande zij het aan verscheidene dingen
reeds duidelijk had gemerkt, dat Claude eene innige liefde voor
Espórance had opgevat, wilde zij niet de minste poging doen, om
zijn vertrouwen te winnen. Zonder er haar met een woord over
te spreken, verliet hij den volgenden dag Worthington Hall, en
ofschoon hare nieuwsgierigheid was opgewekt, sprak zij er met
niemand over, zelfs niet met Frances.
Claude keerde naar Londen terug en ging weer ijverig aan het
werk; door de korte winterdagen had hij echter ledigen tijd in
overvloed en dan waren zijne gedachten steeds van Espérance
vervuld. Hij ging geregeld iederen namiddag naar de kerk, omdat
Espérance dan op hetzelfde uur in Rilchester den dienst in de
kathedraal bijwoonde.
Op die wijze verliepen er eenige weken; het Parlement was
weer geopend on de familie Woithington keerde naar Londen
terug. Er was werk genoeg, de dagen werden langer, maar toch
werd Ga3psrd bij den dag rusteloozer, de godsdienstoefening in
de Westminster abdy voldeed hem niet langer» het was hem
zelfs niet meer mogelijk, het gelaat van Espérance op het doek
te teekenen, zooals hij haar zich herinnerde van den laatsten keer,
dat hij haar had gezien, en wanneer de uoop, dat hy later voor
haar zou kunnen werken, niet levendig bij hem gebleven was,
dan zouden zijno schilderijen werkelijk veel van dien gemoeds-