NIEWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Ie Jaargang.
Vrijdag 2 Mei 1890.
No. *2095,
ASVEETEHTIB2*:
S T A Q S N S E D 1 S.
BIM9IL A N 1).
SN BEN VREEMDE.
HAARLEM'S DAGBLA
ABOKHEHEKTSFKIJS:
Voor Haarlem per 3 maanden/1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.85.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Bnreau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. 'S'eUeffooiK!
ace- 1£3.
Tan 15 regel» 50 Cents; iedere regel meer 10 esnw_
Groote letter» naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnomenten en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en conrantiers.
Diraetenren-Uitgevoris J. C. PEEBEBOQM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor liet Buitenland: Compagnie Générale de Fublicitt Btrangbre OL. DAVJBB CoJOU 11 F. JONES, Succ., Paryt 31bis Faubourg Montmartre.
Bij dit Nummer is gevoegd
het Gemeenteraadsver slag van
30 April.
Haarlem, 1 Mei 1890.
Ia de afgeloopen maand werd het
stedelijk museum van schilderijen en
oudheden op het raadhuis bezocht door
383 personen tegen en door 174 perso
nen zonder betaling.
Op de aardappelen- en botermarkten
alhier zijn in de afgeloopen maand
aangev. verk. laagste hoogste pr.
Aardapp. 937 HL. 442 HL. f 1.25 f 3.25.
Appelen. 11 9 f 10.— f 13.—.
p. K.G. p. K.G.
Boter 1004 kil. 930 kil. f 1.05 f 1.80.
p. stuk. p. stuk.
Biggen 340 stuks 328 stuks f7.121.
Geslaagd voor het akte-examen vaa
onderwijzer, op 30 April te Amsterdam
gehouden, de heeren T. Reedekor, P.
van der Lijn en P. A. Lankester alhier
en A. Nugteran van Velsen.
Naar wij vernemen, zal de kiesver-
eeniging //Vooruitgang" alhier, binnen
kort eene vergadering beleggen ter be
spreking van het voorstel van Burge
meester en Wethouders, om op eenige
lagere en middelbare scholen hier ter
stede het schoolgeld te verhoogen en
alle leerlingen te weren, wier ouders of
voogden niet in Haarlem hun hoofd
verblijf houden.
De timmerlieden hier ter stede, die
thans 16 cents per uur verdienen, wen-
schen het loon verhoogd te zien tot 18
cents. Als reden daarvoor geven zij op,
dat de tegenwoordige verdienste niet vol
doende is voor het onderhoud van hen
en hun gezin.
De vereenigingen „Eensgezindheid" on
de afd. Haarlem van het Nederl. Tim-
merliedenverbood hebben hierover reeds
in eene vergadering op 16 April jl. iaat
de bazen beraadslaagd, en vergaderden nu
wederom Woensdagavond in „Weten en
Werken".
Slechts een achttal patroons waren te
genwoordig.
De voorz. las een brief voor van de
vereeniging van „Industrieolen en koop
lieden, betreffende bouwkunde en aan
verwante vakken," waarin wordt bericht
dat de leden dier vereeniging het loon op
18 ets. per uur willen brengen, met in
gang van 1 Nov. evenwel.
Tegen dien datum maakten velen ech
ter bezwaar, omdat werkelijk de verhoo
ging noodig is en omdat met Nov. het
werk op raakt, zoodat de timmerlieden
zich gaarne uit eigen beweging voor den
winter voor zestien, ja, voor vijftien cents
per uur willen verhuren.
Een paar bazen ter vergadering aan
wezig, verklaren zich bereid de verhoo
ging toe te staan met ingang van 1
Augustus. Op dit oogenblik is het niet
mogelijk, de loonen te verhoogen omdat
er veel aangenomen werk loopt, de be
rekening waarvan gebaseerd was op een
loon van zestien cents per uur.
Na uitvoerige discussie hierover wordt
besloten eene commissie te benoemen ter
onderhandeling met de patroons (er zijn
er 52 in Haarlem). Deze commissie zal
bestaan uit twee timmerlieden, twee pa
troons en twee particulieren-werkgevers.
De vergadering was zeer rustig en
kalm gestemd. Herhaaldelijk werd ge
zegd. dat men geen eischen stelde, maar
slechts een vraag, een verzoek deed, dat
ieder billijk zou achten.
Het is ons altijd een genoegen te kun
nen wijzen op personen, die door ijver
zich een flink bestaan ia de maatschappij
hebben verworven. Zoo kwam ons ter
oore dat de mr. schoenmaker Huijkman,
Kleine Houtstraat 115 alhier, dezer da
gen vijf-en-twintïg jaar lang zijn beroep
alhier heeft uitgeoefend. Huijkman is
geen gewoon schoenmaker, maar wordt
o. a. geprezen voor het uitmuntende
schoeisel dat hy voor misvormde en ge-
brekkige voeten maakt, een vak dat ze
ker wel een der moeilijkste mag worden
geheeten.
Kleine winkeliers in de omstreken der
hoofdstad, worden gewaarschuwd tegen
een paar personen, voorgevende reizigers
in haarlemmerolie van C. de Koning
Tilly te zijn; zij nemen bestellingen op
en ontvangen liefst onmiddellijk gold
geen zending volgc echter. Eenige per
sonen zijn reeds de dupe dezer oplich
ters geworden.
Door eenige bruiloftsgasten, Woensdag
den Haarlemmerweg passeerende, werd
opgemerkt dat in de vaart een persoon
lag te spartelen. Onmiddellijk werden
pogingen tot redding aangewend en men
had het geluk dat de drenkeling een
hem toegeworpen leidsel wist te grijpen,
waardoor hij van een wissen dood werd
gered. De vreemdeling, die er netjes uit
zag, was blijkbaar geheel versuft en wist
of wilde niet anders zeggen, dan dat hij
van Haarlem kwam; waarheen hij later
onder geleide werd teruggebracht.
Hedenmorgen is uit de Amsterdam-
sche Yaart bij paal 37 het lijk opgehaald
van een ruim 30jarig persoon.
Arroiadflggesaeais-B&ec&tbanJA
te haarlem
Zitting van Donderdag I Mei 1890.
Allereerst staan terecht twee personen,
L. en G., uit Sandpoort. De een heeft
de stationschef op het perron beleadigd
en de ander heeft een der knechts van
het station een stomp gegeven, toen hij
werd aangemaand op last van den chef
om van het perron af te gaan.
Beide maakten veel rumoer. Over het
algemeen schijnen er te Sandpoort woe
lige personages te wezen.
Yoor L. wordt gerequireerd veroor
deeling tot f 25 boete, subs. 10 dagen
hechtenis, voor G. f 15 subs. 5 d. hecht.
Daarna staan achtereenvolgens drie
landloopers terecht. De een was vroeger
sjouwerman, de tweede letterzetter, de
derde wagenmakergeen hunner kon
volgens hun voorgeven meer werk vinden.
Voor alle drie requireert de subs. off.
v. just, veroordeeling tot 12 dagen hech
tenis en plaatsing in oen Rijks-werkin
richting voor den tijd van een jaar.
Twee hunner verzoeken dien termijn te
veranderen in tioee jaar, zeker een zeld
zaam verzoek. De derde is met eén jaar
tevreden.
Thans wordt hervat de behandeling
van de zaak, waarin een zandvoortsche
visscher Arie P. terecht stond wegens
het in den nacht op de Noordzee stuk-
zeilen van de netten van een hariDg-
visscher. Beklaagde beweerde, dat hij
onmogelijk de netten had kunnen vrij-
zeilen.
Deze zaak, behandeld op den 16n April
jl. is toen uitgesteld tot heden, om na
der deskundigen daarover te hooren.
Twee hunner leggen verklaringen af in
beklaagdes nadeel. Zij verklaren dat
men zelfs op een kwart mijl afstands
nog maatregelen nemen kan om eene
aanvaring te verhoeden. De derde des
kundige evenwel legt eene voor bekl.
gunstiger verklaring af. De ambt. van
het O. M. requireert beklaagdes veroor
deeling tot f 50 boete.
De verdediger mr. W. Boerlage con
cludeert tot vrijspraak.
Uitspraak over 8 dagen.
Na de pauze staan terecht S en R.,
beschuldigd dat zij in den avond van
12den Maart 1890 in vereeniging met
elkander van een rijtuig, staande in een
koetshuis aan de Wagenmakerslaan te
Haarlem hebben weggenomen twee lan
taarns, tcebehoorende aan den voerman
Petrus Voorting, met het oogmerk om
zich die voorwerpen wederrechtelijk toe te
eigenen wat betreft den bekl. S. na eene
gevangenisstraf van zes maanden, hem den
9den Juni 1887 wegens diefstal opge
legd, sedert geheel te hebben ondergaan
2o. in den avond van den 21sten Maart
1890 in vereeniging met elkander in
onderling overleg en afspraak uit een
rondom door slooten en een hek afge
sloten weide aan de Amsterdamsche
Vaart onder Haarlem hebben weggeno
men een zwart schaap, toebehoorende
aan David Herman Blok, met het oog
merk om zish dat dier gezamenlijk we
derrechtelijk toe te eigenen.
Niet minder dan 16 getuigen worden
in deze zaak gehoord. Daar de beide be
klaagden in voorloopige hechtenis zijn
genomen, worden zij ambtshalve verde
digd door mrs. W. van Hulst en H. J.
D. D. Enschedé.
Beklaagden bekennen beide. De subs,
off. van just, requireert hunne veroor
deeling van S. tot vier en van R.
tót 3 jaar gevangenisstraf.
De verdedigers pleiten verzachtende
omstandigheden en concludeeren tot het
opleggen van een lichtere straf.
Uitspraak doende in de zaak van J. W.
Man8sen, die 17 April terechtstond we
gens poging tot moord te Beverwijk, ver
oordeelde de rechtbank hem tot 9 maanden
gevangenisstraf onder aftrek der preven
tieve hechtenis.
Te Spaarndam zal van wege de genie
een inundatiesluis worden gemaakt. Al-
zoo de vijfde in do stelling Amsterdam.
De hofstede „Eindhoove", in de Bo
venkerkerpolder, met 21 H.A. wei- of
hooiland, bracht in publieke veiling op
f 39.000.
Letteren en Kunst
Wij ontvingen de volgende circulaire
Sinds eenigen tijd deed het gerucht
de ronde op den Coolsingel te Rotter
dam wordt een nieuwe schouwburg ge
bouwd, waarvan de directie zal worden
aanvaard door Jan C. de Vos en Willem
van Korlaar. Eerst thans kunnen wij
officieel bevestigen, dat dit bericht, hoe
wel wat voorbarigtoch volkomen
waar was.
Deze schouwburg zal door ons worden
geëxploiteerd, hoofdzakelijk door middel
van een Hollandsch tooneelgezelschap.
Zoodra het plan tot onze onderneming
gerijpt was, begrepen wij, dat wij, om
haar duurzame levensvatbaarheid te ge
ven, ons moesten verzekeren van de
medewerking van onzen populairsten
tooneel- en karakterspeler, van den vaak
onzen hollandschen coquelin genoemden
Willem van Zuijlen. Wij achten ons
gelukkig en zijn er onzen uitmunten
den kunstbroeder dankbaar voor, dat hij
zich bereid verklaarde uitsluitend met
ons tooneelgezelschap voortaan zijne
gastvoorstelliDgen te geven.
Hoezeer het ons ernst is een goed
geheel te vormen, kan hieruit blijken
dat wij, behalve met den uitstekenden
„jeune premier" L. H. Chrispijn van de
„Vereenigde Rotterdamsche Toonëelis-
ten," ook verbintenissen aangingen met
mej. Aleida Roelofsen eD Augustine
Poolman, t8 Amsterdam. Beiden deze
dames hebben zich bij de voorstellingen,
door het gezelschap van het salon des
variétés gegeven, als veelzijdig begaafde
tooneelspeelsters doen kenneB.
Benevens de reeds genoemde artisten
zullen nog de dames W. Kley, L. van
KorlaarYan Dam, BruynSablairolles,
W. van der LugtMelsert, Ten Borden
en de heeren Jan C. de Vos, A. L. van
den Heuvel Jr., Jos. van Biene, P. J.
Ruygrok, Gerard Wagemans, E. Erf-
mann, W. van Zuijlen Jr. en van der
Horst geregeld optreden, terwijl met
andere kunstenaars nog onderhandelin
gen gevoerd worden.
Bij de samenstelling van ons repertoire
zullen wij de rechtmatige eischen van
een beschaafd publiek niet uit het oog
verliezen. Oorspronkelijke tooneel werken,
die waarborg van slagen bieden, zullen
gaarne in studie genomen en voor eene
zorgvuldige voorbereiding aller vertoo
ningen gewaakt worden.
Wij zijn zoo gelukkig nu reeds te
kunden meêdeelen, dat dr. Burgeradijk
ons eene bewerking in vijf bedrijven van
Shakespeare's geestig blijspel „Veel le
ven om niets" en dr. Lod. Mulder eene
uitmuntend geslaagde overbrenging van
Labiche's „La Cagnotte," onder den titel
„Potverteren" heeft afgestaan. Marcellus
Emants beloofde ons het recht van op
voering van een nieuw tooneelspel
„Fatsoen."
Met andere oorspronkelijke auteurs en
verschillende bniteulandsche schrijvers
hebben wij onderhandelingen aangeknoopt
om ons het opvoorrecht van goede dra
matische werken te verzekeren.
Wij zijn overtuigd niet alle eischen
der kunst terstond te kunnen bevredi
gen maar ernstig zal het ons streven
zijn. „Door ijver vruchtbaar" luidde het
advies van den ouden rotterdamschen
schouwburg, en dat zal ook het onze
zijn. Door ijver hopen wij vruchtbaar
werkzaam te zijn voor de kunet.
Yol vertrouwen wenden wij ons
daarom ook tot u en vragen helpt en
steunt ons. Wij zullen met alle kracht,
die in ons is, trachten ons de sympathie
van eiken tooneelvriend waardig te
maken.
Hoogachtend,
Uw Dio. Dn.,
JAN C. DE VOS.
WILLEM VAN KORLAAR.
Rotterdam, April 1890.
Omtrent 'sKonings gezond
heid vernemen wij, dat zich in het begin
FEUILLETON.
kNaar het engelsch
EDNA LYALL.
te)
HOOFDSTUK XXXI.
De tweede brief werd niet zoo haastig door hem geopend; hij
wist niet van wien hij afkomstig was; toen hij evenwel de onder-
teekening las, was hij zoowel aangenaam verrast als verwonderd.
Zijn in de zon verbruind gelaat droeg een trek van verbazing,
toen hij de lange, onregelmatige letters langzaam ontcijferde. Hij
las het volgende:
„Waarde de Mabillon. Toen wij van elkaar afscheid
namen, kon ik niet vermoeden, dat ik reeds zoo spoedig terug
zou komen op onze wederzijdsche belofte, welke wij laatst
leden zomer elkaar hebben gedaan. Ik houd u nu echter aan
uw woord, en richt een groot verzoek aan u. Maar eerst
eene korte verklaring.
Met Kerstmis logeerde ik op Worthington Hall, en toen
heb ik uwe zuster twee keer ontmoet. Toen eerst is het mij
duidelyk geworden, dat ik haar vurig liefhad, en sedert dien
tijd is mij dat besef iederen dag helderder geworden. Ik vraag
nu van u de vergunning, of ik uwe zuster mijne liefde mag
verklaren? Over die liefde zal ik niet verder uitweiden ik
kan er niet over schrijven, en ik geloof wel, dat gij dat vol
komen zult kunnen begrijpen. Ik denk wel, dat ik haar ge
lukkig kan maken, en mijn innige wensch is, dat gij het mij
toestaat, mij te verklaren. Wat betreft mijn financieelen toe
stand, is het u reeds bekend, dat ik niet ryk ben, maar ik
heb een klein jaarlyksch inkomen van een kapitaaltje, dat voor
mij vaststaat, en bovendien kan ik voor mijne schilderijen
tegenwoordig een aardig prijsje maken, zoodat wij, naar ik
geloof, op onbekrompen wijze zouden kunnen leven. Volgaarne
zou ik eene verzekering op mijn leveo willen nemen, zoo gij
dat wenscht. Uw antwoord zie ik natuurlijk gaarne spoedig
te gemoet. Ik vraag zeer veel van u, maar ik ken u te goed
om er niet van verzekerd te zijn, dat gij mijn verzoek niet
zult afslaan, indien er geen onoverkomelijke hinderpalen zijn.
Uw toegenegene
Rilc/iesfarden 5en Juni 1873.
Gaspards gelaat toonde een zonderling mengsel van dankbaar
heid, vreugde en smart, toen hij den brief neerlegde. Hij hield
veel van Claude Magnay en van alle mannen zou hij hem haar
het liefst toevertrouwen, maar tcch zou hij door dit huwelijk een
groot verlies lijden. De gelukkige vizioenen van een tehuis in
Ceylon waren vervlogen. In de harde leerschool van het leven
had Gaspard zijn egoïsme weten te onderdrukken en hy had Es-
pérance te innig lief, om niet verheugd te zijn over het geluk,
dat haar wachtte.
Nog voor dat de Zondag voorbij was, had hij een hartelyken
brief aan Claude geschreven, en er nog een anderen brief by in
gesloten, dien hij aan Espérance moest geven, wanneer hy zijn
aanzoek zou hebben gedaan. Hoe langer hij over deze zaak dacht,
des te meer werd hij er mee ingenomen; hy twijfelde er niet aan
wat het antwoord van Espérance zou zijn.
HOOFDSTUK XXXII.
Omstreeks tegen het einde van Juli was de geheele familie we êr
in de pastorie teruggekeerd; het verblijf in de duitsche badplaats
scheen den deken goed gedaan te hebben; ook mevrouw Mortlake
scheen weer eenigszins opgewekter geworden te zijn; alleen Cor
nelia was zeer veranderd, en verdriet, schaamte en berouw kwel
den haar iederen dag. De lijnen om haar vastberaden mond spra
ken van stille smart, en zij verdwenen ncoit, en toch hadden haar
trekken eene zachter uitdrukking aangenomen.
Bertha's huwelijk was nu natuurlijk reeds bekend gemaakt. He
was in Rilchester algemeen bekend, dat zij buiten de stad met
haar neef was gehuwd, en dat de familie het huwelijk niet had
goedgekeurd; daarom ook werd dit onderwerp bij de familie Col-