NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. ADVERTIITJÈI: Zaterdag- 16 Augustus 1890. No. 2184. STADSNIEUW S. id naar Vermogen" KINNEN L A N li. FEUILLETON. De Familie Causson. Direotenran-Uitgevers J, C. PEEHEBOOM en J. B. ATTtls. ABOifKlMEKTE PRIJS: Voor Haarlem per 3 maanden/1.20. ïranco door het g-eheele Kijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers-0-05. van 15 regel» 50 Cents; iedere regel meer 10 cents Groote letter» naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk raba;. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen, Bi/rasn: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. TTeieffowsncB» as rase? ÜSSi. Abonnementen es» Advertenties worden aangenozr;e* dooi onze agenten en door alle boekbandelaren en conrantuio.. DAGBLAD Hoofdagenten voor iet Buitenland: Compagnie Générale is FubliciU Etrangere G. L' DA VMM Oo.t JOHN F. JONMBSucc., Farys 31 bi» Faubourg Montmartrt. Haarlem 15 Augustus 1890. Heden heeft de Burgemeester dezer ge- sneente zijne betrekking weder aanvaard na een buitenlandsch verblijf van onge- B veer drie weken. De rekening der gemeente Haarlem van de inkomsten en uitgaven over het jaar 1889, is verschenen. Daaraan zijn door ons de volgende mededeelingen ont- leend. Ontvangsten: v wegens vroegere dienste», 63.590.085 gemeente-eigendom men en bezittingen 26.828.22 belastingen en hef fingen a 552.195.58® waaronder uitkeeriDg van het Rijk personeels be- *4 lastingen 12l.473.756, plaatselijke di- 1 recte belasting f 174.831.hondenbe lasting 4.195.vergunningsrecht J 9.942.50, schoolgelden 64.201.73s; van verschillenden aard en toevallige baten ƒ61.448.726, waaronder opbrengst gemeentereiniging 29.860.80, buitenge wone ontvangsten ƒ256.264.255. Totaal 'I der ontvangsten f 960.326.87. Uitgaven: Voor huishoudelijk bestuur ƒ87.470.68'; I invordering der plaatselyke directe be- lastiogen f 29.507.726; onderhoud van gemeen te-eigendommen en de daar voer I verschuldigde lasten f 1Q0.010.555. Openbare veiligheid en brandweer I /80.035.99s; plaatselijke gezondheidspo- litie f 56.450.01, waaronder voor de ge meentereiniging 54.548.21. Lager onderwijs 109.907.61; midd. I en hcoger ouderwys ƒ96.975.02; aadere scholen en voor kunsten oa weteaeehap- pen ƒ9.479.965; armwezen e» anbeidië» I f 33.83S.815renten es aflossingen f f 130.883.06penaioeaen en wachtgelden I f 9.794.02. Andere uitgaven, niet tot de vorige hoofdstukken behoorende 17.556.44s buitengewone uitgaven van allerlei aard 282.758.135 onvoorziene uitgaven 7.157.105; bet totaal der uitgaven be liep ƒ1.001.820.145. Aan J. Kitseroo is vergunning verleend tot oprichting van eene kleerenwasscherij en drogerij in het perceel aan de Brou wersvaart get. no. 42. Geslaagd voor het examen fransch (1. o.) de heer L. van der Wilk, alhier. Het //Leger des Heils" zal eerstdaags voor zijne bijeenkomsten een ander huis in gebruik nemen en wel het perceel staande in de Schachelstraafc get. no. 26, waarin vroeger eene gaasfabriek was ge vestigd. Bij de Vereeniging hebben zich de volgende personen voor werk aangemeld Een voor stalknecht. - Twee voor oppasser. - Een voor ziekenoppasser. - Drie voor kantoorlooper. - Een voor portier. - Een voor sohoenmaker. - Een voor metselaars kecht. - Een voor broodbakkersknecht. -Twee voor tuinmansknecht.-Een voorop zichter. - Vijf voor aard werkers of los werkman. - Tien voor werkster of schoon maakster. - Een voor burgerwaschvrouw. - Een voor hulpkookster. - Drie voor burgernaaigter. - Drie voor breister. - Twee voor mangelwerk. - Een voor strijkster. Particulieren en werkgevers, die van deze aanbiedingen wenschen gebruik te makenwordt beleefd verzocht zich schriftelijk tot het Bestuur der Vereeni ging te richten, (bus Stadhuis of Doelen). Donderdagavond gaf de heer Johan Steenman, violist alhier, terecht aange moedigd door het succes, dat hij eenige dagen geleden mocht ondervinden met een concert onder medewerking van den heer Schlegel, weder eene soiree in Hotel z/Kurzaal", te Zandvoort, ditmaal met de heeren Emil BlauwaerC uit Brussel en Dirk Haagmans van hier. Terwijl de zee de eeuwige muziek maakte van het bruisen en klotsen harer golven en de frissche zeewind, aanwak kerende, by poozen loeide om het gebouw, weerklonken daarbinnen in de zaal de bezielde tonen van door menschen ge schapen en voortgebrachte muziek, minder majestueus dan die der zee, maar teerder en meer verscheide». De concertgever had met zorg zijn programma gekozenViool-sonate in a majeur van Handel, Airs russes van Wieniawski en ten slotte de Faust- fantasie van de Sarasate, dit laatste op verzoek. Zooals het optreden van den heer Steenman, is ook zijne wijze van spelen, kalm en zonder pretentie. Hij begrijpt zeer juist, dat een musicus nog iets an ders voor het publiek kan zijn, dan een man over wiens verbazende techniek ieder verstomd staat en er zijn voor viool zeer vele stukken geschreven, die enkel ten doel schijnen te hebben, de vingervlugheid van den virtuoos te doen uitkomen, maar die de toehoorders overi gens koud laten. Maar een sonate van Handel dat is muziok in den vollen zin des woords, een stuk ziel op noten gebracht. Zulk een stuk, evenals de eigenaardige ius- sische melodiën van Wieniawski kan, zoo het goed wordt vertolkt, niet nalaten indruk te maken op het gemoed van ieder, die lief heeft de heerlijke kunst der muziek. De vertolking nu is geweest, zooals men van den heer Steenman gewoon is correct in alle opziohten, zonder ef fectbejag, maar daarom geenszins kleur loos en don toehoorders den indruk gevende, dat hij de stukken die hij voor draagt, intens heeft bestudeerd. Dit con cert, en vooral de uitvoering der beide eerste nummers, heeft de overtuiging bij ons versterkt, dat de heer Steenman den eerenaam van artist volkomen waardig is te dragen. Niet, dat de Faust-fantasie ons uit een technisch oogpunt beschouwd, niet voldeed, maar de uitvoering daarvan maakte op ons minder indruk, omdat de compositie zelf by de beide anderen o. i. achterstaat. Blauwaert is een zanger ^par le grace de Dieu." Hij komt op, buigt even en zingt even los en gemakkelijk als een ander spreekt. Die eigenaardige manier geeft juist zoo iets aantrekkelijks aan zijnen zang, vooral bij vlaamsche liederen. Die stonden ditmaal niet op zijn pro gramma, maar hij was zoo goed om er twee te zingen als toegift, waaronder het echt vlaamsche liedje (//Lentelied" heet het immers?) Over het klein gehucht Zweeft 't eerste duister, waarbij hij zichzelven accompagneerde. Zulk eene eigenschap doet een, nu en dan voorkomendeniet precies juiste, intonatie over het hoofd zien. Men moet er zich orer verbazen, dat zijn stem op dien leeftijd, nog zooveel klank en kracht bezit. Der //dritte im Bunde", de heer Haag mans, is een pianist, die allengs meer voor het voetlicht komt. Terecht want hij verdient bekend te worden in Haarlem. Leerling van Reinecke heeft hij van diens lessen wel geprofiteerd en de omstandigheid, dat hij met Conrad Behrens eenige welgeslaagde kunstreizen heeft gemaakt, zou, ook al hadden wij hem nooit gehoord, genoeg zyn om ons te overtuigen, dat wij hier niet met //le premier venu" te doen hebben. Chopins brillante variationen, een ma zurka van Godard en eene romance van hemzelven, waren de stukken, die hiji wy zeggen gaarne met veel talent j ten gehoore bracht. ving aanbesteed de uitvoering van eenige onderhoudswerken ten behoeve van de Keulsche Vaart in Noord-Holland. Ra ming ƒ2450. Minste inschrijver H. A. Steenman te Muiden, voor ƒ2189. Letteren en Kunst. De verdienstelijke orchestdireeteur de heer J. M. Snoek, van de Nederland- sche Opera is, na vier maanden (van Januari tot Mei 1890) werkzaam geweest te zijn aan de Fransche Opera te Mons (in Belgie), als 2de orchestdireeteur, waar hij als lste orehestmeeater vond den heer S. J. H. de la Fuente, den vroegeren orchestaanvoerder der Holl. Opera, voor het a.s. seizoen 1890 91 verbonden als chef d'orchestre aan de Fransche Opera te Lorient (in FraDk- rijk.) De heer De La Fuente is voor het a.s. seizoen geëngageerd aan de Fransche Opera te Calais (Frankryk,) eveneens als chef d'orohestre. Do heer Mart. Sieveking, voorheen aan de Hollandsehe Opera, heeft te Sables d'Olenne, eene badplaats in Frankrijk, veel succes als accompagnateur-pianiste en componist. Het doet ons goed, dat onze landge- nooten in het buitenland zoo gevierd zijn. Men ziet het: u nul n'est prophéte dans son pays." Mevr. M. van Ophemert-Schwencke heeft prachtige aanbiedingen voor Duitschland. Over HEd. een volgend maal. Omtrent den heer Orelio vernemen wij, dat hij in Sept. a.s. te Toulouse debuteert als Guillaume Teil. {Held. Ct.) Aanbestedingen. Door het provinciaal bestuur van Noord- Holland is Donderdag bij enkele inschrij Een bij het departement van Koloniën ontvangen telegram van den goeverneur-generaal van Ned:-Indië bevat omtrent de expeditie op het eiland Flores (residentie Timor en onderhoorigheden) het volgende bericht Ofschoon de hoofdman van het verzet zich overgaf, ontmoette de expeditie bij het verder indringen in het binnenland van Flores veel tegenstand en terreinbe- zwaren en eene bevolking, die vijaudig was. De streek, waar vermoed werd dat tin aanwezig zou zijn, was nog niet be reikt. Tot dusver geen verliezen van Europeanen, behalve dat op zes dezer, bij een aanval op een onzer transpor ten, gesneuveld is de tweede-luitenant der infanterie A. J. Dieman. De gezond heidstoestand der troepen was gunstig. Volgens een door de Locomo tief ontvangen schrijven van een mili tair der Flores-expeditie, moet de adju dant-onderofficier Missone, die met 20 man, waarmede hij op vivrestransport was, verdwaald is geraakt, nog niet teruggekeerd zijn. Indien dit zoo is, is het onbegrijpe lijk waarom niet eene sterke gewapende patrouille is uitgezonden om het trans port te zoeken en, zoo noodig, indien het mocht aangevallen of afgesneden zijn, ter hnlp te komen. Het is toch moeilijk aan te nemen, dat men een onderofficier met 20 man eenvoudig aan hun lot zou overlaten en zou laten omkomen van vermoeienis en gebrek. Het feit evenwel, dat die onderofficier werkelijk te zoek is, schijnt dan toch waar te zijn en dit is reeds op zichzelf ernstig genoeg. Vreemd blyft het, dat in de ofiiciëele berichten van den resident van Timor er met geen enkel woord over gerept wordt. Uit Curasao wordt van 18 Juli gemeld: Den 15den dezer boden de consuls van Groot-Brittannië en Ierland, van Spanje van de Vereenigde Staten van Noord- Amerika, van Columbië, van Zweden en Noorwegen, van België, van Haïti, van Duitschland en van Denemarken den goeverneur der kolonie, mr. C. A. H. Barge, een luisterrijk diner aan in de loge //De Vereeniging". De genoodigden waren: de commandanten van het sta tionschip, van de schutterij en van het garnizoen, de presidenten der verschil lende colleges, de vice-consuls, eenige hoofdambtenaren en enkele particu lieren. Als herinnering aan het feest en als een blijk hunner waardeering en hoog achting boden de gastheeren den goever neur een gouden medaille en tevens een fraai geborduurde uederlandsche vlag met opschrift en aan de keerzijde een krans met het cijfertal 1890. De herinneringsmedaille is eene gou den ster van 9 punten, met paarlen ver sierd, en waarop eene toepasselijke in scriptie is gegraveerd, terwyl aan elke pont de naam van een der staten gegrift is, waarvan de consuls tot de gastheeren behoorden. De feestzaal was smaakvol met vlag gen en loof versierd, terwijl aan de wan den de beeltenissen prijkten van Z. M. onzen Koning, H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Wilhelmina, en die van de gekroonde hoofden van de euro- peesche staten, en de tegenwoordige hoofden van de republieken. Ook het portret van den goeverneur versierde de zaal. De decoratiën in bloemen, uit Pto- Cabello besteld, waren allerkeurigst. Vooral muntte uit die voorstellende het nederlandsche wapen, met bloemen van verschillende kleuren opgemaakt. Door den consul van Groot-Brittannië Naar het franschvan Adolphe Belot en Jules Dautin. 69; TWEEDE GEDEELTE. HOOFDSTUK XIII. De dood van een braaf man. Hij was ten prooi aan een koortsachtige opgewondenheid. Iriël trachtte hem tot bedaren te brengen en bracht den nacht wakende hij zijn bed door. Den volgenden dag was hij veel kalmer. Hij liet zijn notaris ontbieden en dicteerde hem een testament, waarin hij zijn geheele vermogen aan liefdadige instellingen vermaakte. Toen dit afgeloo- pen was nam hij eenige rost. Dienzelfden avond onderhield hij zich geruimen tijd met Iriël. Hij werd voortdurend zwakker. Hij vergat zijn leed, om aan Antoinette te denken, nu niet meer met toorn maar met droefheid. //Wanneer zij mij maar een weinig kon liefhebben, om mij vredig te doen sterven." Uit een soor6 van stillen wrok en eigenliefde, had hij tot dus verre steeds geweigerd haar te zien, hij had het zelfs verboden, dat men haar van zijn ziekte in kennis stelde. Toen hij echter den dood voelde naderen, kon hij het niet lan ger uithouden. z/Snel oogenblikkelijk naar haar toezeide hij tot Iriël, //en verzoek haar hier te komen. O, mijn Godals ik eens moest sterven, zonder haar voor het laatst nog eens te hebben gezien Terzelfdertyd wilde hij zijn testament weer veranderen ten gunste van haar. Hij liet zijn notaris oogenblikkelijk door een zijner bedienden ontbieden. Hij was evenwel te laat. Toen de notaris gekomen was, was hij niet meer in staat om te spreken. Antoinette trad eindelijk zijn kamer binnen gevolgd door Iriël. Zij was zeer ontroerd en barstte in tranen uit. Toen Maheurtier haar bemerkte, begon hy hevig te trillen. Hij wenkte haar met zyne blikken om naderbij te komen; zijn hand kon nog die van de jonge vrouw omklemmen ten teeken, dat hy haar vergiffenis had geschonken. Een oogenblik later blies hij den laatsten adem uit, zijne oogen op haar gevestigd. HOOFDSTUK XIV. Wij g el ij hen op elkaar. Het is maar goed, dat ik ga sterven," had Maheurtier tot Iriël gezegd. Dat was helaas waar. Wie kon hem, als hij nog leefde, liefhebben en nu hij gestorven was, betreuren Wat was hij voor Antoinette anders dan een hinderpaal Wat Iriël be treft, nu deze zijn vrouw en zijn kind teruggevonden had, die hij weer leerde liefhebben; hy zou zijn weldoener spoedig leeren vergeten. Reeds na verloop van een maand werd dit voorgevoel bewaar heid. Iriël woonde in de onmiddellijke nabijheid van zijn vrouw en zijn zoon. Zelden dacht hy in zijne herinneringen terug aan Maheurtier. Hij beschuldigde zichzelf dikwijls van ondankbaarheid, maar on willekeurig waren al zijne gedachten steeds op Clémence en Richard gericht. Zij woonden in zyne nabijheid; hij was dus gelukkig. Om dit geluk te doen voortduren, moest hij in de oogen van zijn zoon steeds een vreemdeling blijven. Hij heette te zijn een kantoorbediende, die, na eenig geld te hebben overgespaard, stil was gaan leven; hy wist met zijn ledigen tyd geen raad en daar om bracht hij dien voor het grootste deel door in het atelier van Richard, op gevaar af van hem lastig te vallen. *Ik hond zooveel van de schilderkunst," zeide hij tot Richard, //en bovenal bewonder ik uw werk." En om zijne handelwijze nog nader te verklaren, voegde hij er bij: //Wat *,al ik u hiervan zeggen, mijn waarde vriend ik ben ongetrouwd en reeds op leef tijd, zonder familie, zonder iemand, dien ik kan liefhebben. Het is dus zeer natuurlijk, det ik mij tot u aangetrokken gevoel. Als ik bedenk, dat, wanneer ik mij vroeger in het huwelijk had be geven, ik nu wellicht een zoon zou kunnen hebben, die op n Het spreekt vanzelf, dat Iriël en Clémence in tegenwoordigheid

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1890 | | pagina 1