EN ADVERTENTIEBLAD
8e Jaargang. Zaterdag 27 September 1890.
No. 2220,
A 3 0 'M V1X E 3 TSfrït IJ S
A15 V E E E T1ÈM;
Nabetrachting
S T i\ i> S N I iü 1! 1 S.
Volksbelang.
FEUILLETON.
BI TOUW im JM SPELER.
Slrsctaaraa-Uitgevers J, C. FEESJSEOOM 3. B. AVIS.
Voor Hosrla-ai per 3 msitndeD 1.20.
Franco door het g-aheele Rijk, per 3 meenden. -1.85.
Afzonderlijke nummers- 0 05
van 35 regels 50 Cent»; iedere regel rneer Ï0 «ontt
Groots letters naar plastsruizslte.
Bij Abozmesient annzieülijk rabat.
Dit blad versehynt; dagelijks, behalve op Zon- est Feestdagen.
Hore«n: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. 'g,eiet^ü©va5^?3?^ïiea6^2■
Abonnementen er. Advertenties- voiden doos
onze agenten en door alle boekhandelaren eeurautvK.'»
noojaagenzen voor ntu
Buitenland: Compagnie Gcnér:,h da Puhliciti MtrangèrL DAJJBM Co,, JOHN J\ JQN3S8, Succ., JPar$9 31bis jfa%bourt AfoMttswira.
uit den
G-omeoiatoraadL.
XIII.
Het douehebad aan de nieuwe school
voor lager onderwijs op de Schoteratraat,
is de nachtmerrie voor de autoriteiten.
Niet alleen voor diegenen, die in prin
cipe tegen het waeschen van schoolkin
deren van gemeentewege, zijn gekant,
maar ook voor hen, die er wel mee zijn
ingenomen.
Eerst werd de teekening door den
district8-sch«olopzïener afgekeurd, omdat
door de aanwezigheid van de had-inrich
ting de speelplaats te klein wa3 genomen
en nu, in de laatste Raadszitting, trok een
der grootste voorstanders van het school-
bad, de heer Lodewyks, tegen de ont
worpen inrichting van leer, omdat zij
z. i. veel te duur zou worden, zoowel
wat de kosten van oprichting, als die
voor onderhoud betreft.
Nu zijn er twee dingen a»ogelijk. Of
de ontwerper van het plan heeft niet met
de goedkoopste vau de eerste lui" te
Amsterdam, waarvan de burgemeester
sprak, overlegd over het doaehebad
öf de voorstanders van het schoolbad
hebben de onkosten door een verkleinen
den bril bekeken. Men denke aan de
nieuwe branders voor gaslicht, die door
den fabrikant altyd worden gezegd van
50, minstens 25 percent, besparing te
geven, maar het niet altijd doen. Zoo
zal allicht de voorstander eener zaak, die
hij nuttig en noodig acht, geheel ter goe
der trouw de kosten daarvan zoo gering
mogelijk doen toeschijnen aan de tegen
standers.
Ik kan mij wel eenigszins voorstellen
dat veleD, het raadsverslag lezende, zullen
gedacht hebben //Daar heb je het al,
nn gaat het schoolbad toch van de baan I"
Maar ik geloof niet, dat dit juist is
gezien, en dat nader optimisme hier ge
oorloofd zal zijn. De tegenstanders in
den Raad van schoolbaden zijn in elk
geval te ridderlijk, om nu de meerderheid
er hare goedkeuring aan heeft gehecht,
het besluit niet alleen niet te helpen
uitvoeren, maar zelfs tegen te werken,
terwijl het van de voorstanders niet te
denken is, dat zij in zoo weinige maan
den van opinie zouden zyn veranderd.
Ik voor mij althans heb te goede ge
dachten van dezen Raad, om te gelooven,
dat dit uitstel afstel zou kunnen beduiden.
Wat het debat betreft over de con
cessie voor een spoorweg Nieuwer-Amstel-
Haarlem, of liever: over het maken van
een brug ten dienste daarvan, over het
Spaarne ik weet niet reeht, wat
daaruit te maken. Het kwam mij voor,
dat er geen warmte, geen liefde voer
dat plan viel op te merken dat men een
antwoord gaf' op het verzoek van de
heeren Sanders c. s. op dezelfde wijze,
als een koopman eene gevraagde prijs
opgave doet aan iemand, van wien hij
weet, dat toch geene bestelling zal komen.
Mij werd reeds verteld, dat het consor
tium hetwelk de aanvrage deed, uit
elkander is gegaan sn wel opmerke
lijk is de verklaring van den heer Van
de Poll: dat ZEd. nog andere plannen
bekend waren voor een spoorweg Am
sterdam-Haarlem.
Wat was eindelijk het besluit van den
Raad? Niets anders, dan dat de brug in
kwestie enkel en alleen spoorbrug zou
wezen en dat voor het overige B. en W.
een nieuw voorstel aan den Raad zullen
doenhet verstandigst besluit dat er
m. i. te nemen was, aangezien door den
tijd zal blijken, of de aanvrage va» de
heeren Sanders cs. wel en deugdelijk
wordt volgehouden.
Een enkel woord over het adres van
den heer rnr. R. H. J. Gallandat Huet
en duizend anderen, om de nieuwe
school niot te bouwen op de Schoter
straat, maar op de Parklaan. Hoe uit
voerig dat verzoek ook was gemotiveerd,
nieuwe gronden en beweegredenen wa
ren er niet in te vinden. Al de bezwa
ren tegen het plaatsen van de school
aan gene zijde der rails, in dat adres
aangeveerd, hebben reeds vroeger bij den
Raad het onderwerp van ernstig debat
uitgemaakt do bezwaren n.l. van slecht
licht en weinig lucht in de school en
van de onveiligheid voor de jeugd daar
buiten; en na overweging van het voor
en tegen heeft de Raad bij meerderheid
van stemmen besloten, de school toch
aan de Schoterstraat te doen bouwen.
Maar hoe kan dan de heer Huet,
sprekende over die bezwaren, zeggen:
waan dit alles heeft natuurlijk niemand
gedacht!" Niemand, behalve de heer
Huet. Hier ligt juist het kenmerkende
van '8 heeren Huets optreden in den
laatsten tijd: hy poseert geeft zich
uit als de profeet te midden vaD de
heidenen, als de volksvriend.
Men heeft gelachen ©m dat adres. Niet
om de strekking ervan, maar om de wijze
van inkleeding. De duizend onderteeke
naars behoeven zich over die vroolijkheid
van den Raad niet gegriefd te gevoelen:
hun was het alleen te doen, om do school
verplaatst te krijgen, die zij slecht ge
plaatst vinden aan de Schoterstraat. Maar
den steller van het adres treft die lach;
en wie, die het den Secretaris hoorde
voorlezen, kon een oogenblik twijfelen,
of de steller de heer Huet wel was?
Overal keek de persoon Huet in dat
adres om den hoek die zich op een
piëdestal van alleen-gelukkigmakend-
Raadslid plaatst, die effect bejaagt, en,
als ware hij op het tooneel, in rhetorische
zinswendingen indruk tracht te maken.
Het beroemde genre van tooneelstukken
als //Amalia, bomint gij den Graaf?
O ja, papa, met al het vuur eener eerste
liefde!" schoot mij te binnen bij de voor
lezing van deze proeve van 's heeren
Huets declamatorisch-melodramatisch ta
lent.
Mag men dit stuk als maatstaf nemen,
dan is het den heer Huet niet bekend,
dat eenvoudige woorden den grootsten
indruk maken, waar het geldt de be
vordering eener zaak.
Welk een verschil tussehen dit snor
kend epistel aan den Raad en tussehen
een voorstel, door een ander der Raads
leden gedaan.
Ik bedoel het verzoek van den heer
Macaré, om de behandeling van het reg
lement der Bank van Leening to verda
gen tot eene volgende vergadering. „De
gemeente," zoo zeide de heer Macaré,
/,-maakt meer dan drie percent van het
door haar in de Bank van Leening go-
stoken geld. Moet nu de rente voor hen
die er gebruik van maken, niet verlaagd
worden en zou het zelfs niet beter zijn,
de heele inrichting op te heffen Ik zou
gaarne over deze zaak eene meer geves
tigde overtuiging willen verkrijgen."
Dat is andere taal! Daarin vindt men
vriendschap voor het volk zonder
zelfvergoding
Weet men wel, hoe hoog do rente is,
die voor beleende goederen moet worden
betaald? Een percent per maand voor
panden ter waarde van één tot driehon
derd gulden, dus twaalf percent per jaar
driekwart percent voor panden ter waar
de van meer dan driehonderd gulden
tot 500 gulden, dus negen percent per
jaar en zeventiende percent voor panden
van meer dan vijfhonderd gulden, dus
bijna acht en een half percent per jaar.
Wanneer men bedenkt, dat voorwerpen
ter waarde van honderde guldens, zelden
aan da Bank van Leaning worden ge
bracht meestal echter voorwerpen, die
minder dan honderd guldeu waard zyn,
dan mag men de conclusie maken, dat
verreweg door de meeste beleeners eene
rente van twaalf percent per jaar wordt
betaald.
Wie dat eene lage rente vindt, zegge
het!
De heer Macaré vroeg uitstel van
deze zaak, om tijd te hebben, tot onder
zoek van de vraag, of die hooge rente
niet zou kunnen worden verlaagd. Indien
het gevolg daarvan is, dat werkelijk de
rente wordt verlaagd, dan zal dat ten
goede komen aan de armen, die in tijd
van nood hunne bezittingen moeten ver
panden. Is dat niet verdienstelijker werk,
dan het opstellen van een adres door
den heer Huet, ad majorem Hueti glo-
riam, ter meerdere eere Huets
Haarlem 26 September 1890.
Door de doopsgezinde gemeente alhier
is een jaarlyksche subsidie van 150 gul
den toegezegd aan de Doopsgezinde ge
meente te Ternaard. Hierdoor is voor
het predikantstraktement disponibel 1350
gulden.
Door vrouwe Berendina de Markas,
wed. van mr. J. Cohen de Markas, over
leden alhier den 6en Sept., zijn de vol
gende legaten vermaaktaan de Israëli8-
tischo armea te Tiel f300, aan dcPro-
testantsche armen 200, aan de Roomsch
Katholieken ƒ100, alles vrij van suc
cessierecht.
Naar wij vernemen wordt docr het
bestuur der letterl. vereen. „J. J. Cremer"
en den directeur van het Gemeentelijk
Muziekkorps onderhandeld over het leve
ren van een volledig orkest bij gelegen
heid van de eerstvolgende uitvoering der
vereeniging, welke dan zou worden op
geluisterd door het Gemeentelijk Muziek
korps op volle sterkte.
De vereeniging Volksbelang hield
Donderdagavond haar jaarvergadering
in de bovenzaal der soc. //Vereeniging."
De heer D. de Clercq, vorzitter, opent
de vergadering met een woord van wel
kom tot de aanwezigen en neemt de ge
legenheid te baat, er op te wijzen, dat er
in 't afgeloopen jaar veranderingen heb
ben plaats gehad in de samenstelling
van ons gemeentebestuur en drukt de
hoop uit dat deze zullen zijn in het be
lang der sociale rechtvaardigheid.
De secretaris, de heer W. Overhoff,
doet vervolgons lezing der notulen van
de vorige vergadering, waarin o. a. voor
komt dat door het lid J. P. Nobels de
opmerking was gemaakt dat deSpaarnebode
eene ongepaste houding tegenover //Volks
belang" had aangenomen en diensvolgens
verzocht den verslaggever van dat blad
niet zooveel vrijheid te laten.
Punt 1 der agenda is het verslag
over 1889/90.
De voorzitter wijst daarin op hetgeen
in dat jaar door de vereeniging is ver
richt. Verschillende sprekers traden op
en behandelden sociale onderwerpen.
Er waren pogingen in 't werk gesteld
tot stichting van een ambachtsschool en
een volksbadhuis, tot heden echter zonder
resultaat, maar men zou daarmede voort
gaan en in de toekomst zeker slagen.
Door do vereeniging kwam tot stand de
verzekering van den werkman tegen on
gelukken bij de uitvoering van gemeen
tewerken.
Dank werd gebracht aan do redacties
der verschillende bladen voor hunne
medewerking door het maken van ver
slagen als anderszins.
De kas sloot met een nadeelig saldo.
Omtrent den kinderspeeltuin is een apart
verslag, dat door den directeur, den heer
A. J. Meïjerink wordt voorgelezen.
Daaruit blijkt dat deze inrichting over
't algemeen goede resultaten opleverde
ofschoon zy met vele bezwaren te kam
pen had, hoofdzakelijk gebrek aan het
noodige speelgoed.
Het tekort in kas bleef op ruim 380
gulden, ondanks een zeer goed gelaagde
soirée, die ofschoen geen geldelijk voor
deel opgeleverd hebbende, toch de bekend
heid dezer inrichting had vergroot.
Meermalen bevatte de tuin over de
300 kinderen en soms was hij te klein om
allen te bevatten. In ieder geval had hij
dit voordeel gehad, dat tal van kinderen
van de straat werden gehouden. De orde
en goede toon die onder hen heerscheD,
zijn voortreffelijk.
De voorzitter stelt voor den heer
Meijerink hulde te brengen in een warm
applaus voor de uitstekende wijze waarop
ny zijn taak heeft vervuld en drukt de
hoop uit dat hij nog lang aan 't hoofd
van die inrichting mag staan.
Omtrent de Openbare Leeszaal wordt
medegedeeld dat deze inrichting, mede
een stichting van Volksbelang, gedurende
don tijd van haar bestaan, zijnde een
half jaar, door 1600 personen was be
zocht, zeer zeker een belangrijk cijfer,
'zoodat ook deze inrichting goede resultaten
oplevert.
Wat betreft de badinrichting aan een
der scholen, daarvan zou helaas niets
komen, daar het zoo goed opgezette plan,
door het Raadsbesluit van Woensdag jl.
weder zoo goed als te niet was gedaan.
In dit seizoen zullen als sprekers in
Volksbelang optreden de navolgenden
Gerhard, begin Oct., Treub, einde Oct.,
A. Pierson, begin Nov., dr. Wijsman,
einde Nov., P. L. Tak, begin Dec., juffr.
Drucker, einde Dec., Fr. Lieftinck, beg.
Jan., Pekelharing, einde Jan., Farn-
combe Sanders, begin Febr., J. Stoffel,
einde Febr., en verder op nog niet be
paalde tijden F. W. van Eoden, Stigter,
van der Goes en Nienhuis.
Verder zal de heer Haremaker een
cursus van 3 k 4 avonden houden over
do eerste hulp bij ongelukken in fabrie
ken en werkplaatsen, zooals de Sama-
ritenverein in Daitschland reeds doet
en zal de heer Heringa eenige lezingen
ten beste geven over sterrenkunde, een
onderwerp, dat zeker, volgens spreker,
velen zal interesseeren.
Naar het engelsch
JAMES WYTTON.
16)
HOOFDSTUK XII.
Plotseling begon de knop te zingen met een zachte, liefelijke
stem. Eerst meende ik, dat het geluid uit den haard kwam,
want het was zacht en klagend als de lijkzang van een door het
vuur aangetasten houtkrekel; ik luisterde echter scherp toe en
herkende de wijs. Er viel niet meer aan te twijfelen. Het was uit
de opera, die ik gehoord had. //Ongetwijfeld zal het het eene of
andere refrein zijn van de muziek, die nog in mijne ooren weer
klinkt dacht ik. Maar neen, ik hield mijn blik weer op den
knop gevestigd en zag, dat het kleine gelaat met bezieling zong.
Er viel niet aan te twijfelen, want de bewegingen van den mond
kwamen geheel overeen met de maat van het gezang. Ik was ver
rukt. //Dat vind ik uiterst gezellig," dacht ik en bleef, in mijn
stoel achterovergeleund, mee genoegen luisteren naar dit met
zachte maar liefelijke stem, gezongen lied. Toen het geëindigd
was, knipoogde het gelaat weer naar mij met zeer veel zelfvoldoe
ning en zeide met eene schrale, zachte stem maar toch duide
lijk verstaanbaar
z/Gij zijt altijd goed voor mij geweest, David, ja, zeer goed en
ik ben er u dankbaar voor. Gij zijt geheel anders dan de meeste
eigenaars van parapluies, ja, geheel anders. De eigenaars van pa-
rapluies," vervolgde hij met een zucht en sloot beide oogen tege
lijkertijd, //zijn Blordige, zelfzuchtige, onverstandige menschen. Ik
heb bittere klachten hooren uiten, toen ik met andere van mijn
soort in de parapluiestanders van koffiehuizen stond. Ja, gisteren
nog," riep het kleine hoo?cl, met schrille, toornige stem, //was ik
vreeselijk ontsteld, toen ik den levensloop vernam van een vuile,
maar aristocratische colli ga van mij, die op ruwe wijze naast my
werd neergesmeten, door een verwaand, maar slordig gekleed per
soon; ik stond op dat oogenblik in den parapluiestander van de
Victoriabank. Zij vertelde mij op deerniswekkenden toon, dat door
deze ruwe levenswijze hare beenderen langzamerhand uit hunne
gewrichten werden losgerukt. Ofschoon zij ongeveer van mijn leef
tijd was, had men haar reeds twee keer moeten herstellen; den
laatsten keer met gewoon katoen, waardoor hare ribben nu weer
zichtbaar waren. Dikwijls was zij ergens achtergebleven en werd
dan met verschillende andere voorwerpen aan elkaar gebonden en
voortdurend woest heen en weer gegooid door de vuile handen
van achtelooze menschen. Stel u eens voor, hoo een parapluie, die
gewoon was slechts met zachte, gehandschoende vingers in aan
raking te komen, een afschuw had van zulk eene behandeling
Bovendien vertelde mij de ongelukkige, dat zij dikwijls met het
guurste weer den nacht buitenshuis moest doorbrengen. Haar lot
was dus zeer droevig en daarom ben ik u zeer dankbaar, David,
ja, zeer dankbaar. Gy hebt mij steeds goed behandeld en daarvoor
ben ik u erkentelijk."
Zij zweeg en knipoogde weer tegen mij; haar klein gelaat blonk
van tevredenheid en welwillendheid.
z/David, mijn jongen," begon zij weer, met meer vertrouwelijk
heid, //ik houd zeer veel van u. Ik ben dikwijls in uw gezelschap
en heb u lief gekregen. Gij zijt netjes, voorzichtig en verstandig.
Zelfs uwe schoenen worden door u zooveel mogelijk ontzien en
ook zij zijn er u dankbaar voor. David, gij zijt altyd voorzichtig
geweest en gij zult wel in de wereld vooruitkomen, steeds hooger
en hooger. Ik weet, dat het uw streven is en gy zult er komen
ook, David, dat verzeker ik u
Zij zweeg opnieuw en knipoogde met verwonderlijke vlugheid
tegen mij. Daarna sloot zy weer haar beide oogen en neuriede een
ander gedeelte uit de opera, waarbij ik de maat hield en zacht
met mijn vinger op de leuning van mijn stoel sloeg.
z/David," begon zij weer eensklaps, ;/uw salaris bedraagt 600
pd. st. per jaar. Gij kunt vrij zeker op verhooging hopen. Gy
hebt een aardig spaarduitje in de Bank. Waarom trouwt gijniet?
Gij moet trouwen, beste jongenzij begon nu gemoedelijk te
worden. //Het leven van een vrijgezel, mijn beste vriend, is een
verschrikkelijk, eenzaam, zelfzuchtig leven. Het doet u genoegen,
dat ik u vannacht gezelschap houd. Daarvan zijt gij voor uzelf
overtuigd. Stel u voor," het kleine gelaat grinnikte van plezier,
//verheugd over het gezelschap van een parapluieHahaha