NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
ABC® NEMENTSPBIJS
ADVERTENTIËN:
STADSNIEUWS.
CONCERT-EMMA NEVADA.
Ambachtsscholen.
FEUILLETON.
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEREBQOIïI en J. B. AVIS.
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door liet geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten|en door alle boekhandelaren en courantiers.
Hoofdagenten voor het BuitenlandComvaqnie Générale de Publicitë Eirangere G. LDAG BE Sf Co., JOHN F. JONESSucc., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Haarlem 12 November 1890.
Van do vijf aftredende leden van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken
alhier, de heeren nar. Joh. Enschedé, J-
J. Kerbert, J. H. Kersten, J. Sabeiisen
P. Dyserinck, zijn Dinsdagavond door do
Kieavereeniging „Vooruitgang" de vier
eerstgenoemde heeren opnieuw kandidaat
gestold, terwijl in plaats van den heer
P. Dyseriaek, die niet meer in aanmer
king wenschte te kom«iQ, is benoemd de
heer A. F. Kremer.
De firma Brüggemaan ®a Martens
alhier, is laagste inschrijver voor het
stukadoorwerk in de nieuw te bouwen
Stads-Gehoorzaal te Leiden, eo wel voor
12.130 gulden.
Aan de Koninkl. Lïedertafel „Zaag
eo Vriendschap" alhier is door een on
bekende een gesehenk gedaan van f100
met de bedoeling, dat daarvoor een toon
werk zal worden aangekocht, dat door
de liedertafel in studie genomen en ten
uitvoer zal worden gebracht.
Door de Franecke Opera zal Woensdag
I 19 dezer in den Nieuwen Schouwburg
alhier worden gegeven „La Barbier de
j Seville" van Rossini.
De alhier vermiste 21-jarige dienstbode
is teruggevonden bij hare ouders te
Steenwijkerwolde, werwaarts zij zich 11.
Maandagnamiddag had begeven. Van
daar heeft zij getelegrafeerd „Goed over
gekomen, brief volgt". Wij hopen later
te vernemen wat haar aanleiding heeft
gegeven tot deze vreemde handelingen.
Maandagavond, omstreeks 9 ure, heeft
een begin van brand plaats gohad ten
huize van den horlogemaker van der
Laan in de Groote Houtstraat door het
ontploffen van een brandende petroleum-
ip. De brand is door den bewoner
gebluaoht. De slangenwagen is nog der
waarts gegaan, maar heeft goene diensten
verricht.
Drie dames en vier heeren gaven
Maandagavond een „opera-concert" in de
sociëteit „de Vereeniging". De naam
van het eoncert was Nevada-concert en
zeer tereeht, daar Emma Nevada het
glanspunt van den avond uitmaakte.
Al was zy nog nooit in Haarlem op
getreden, men kende haar reeds uit de
gUDStige beoordeelingen der pers. En
zeer zeker is er aioejand gisterenavond
in de zaal geweest, die niet volkomen
instemde met die gunstige kritiek.
Emma Nevada heeft niet alleen een
zeer mooie sopraanstem dat hebben
velen mét haar - doch zij heeft ook
een uitnemende school doorloopenEn
wie zal het haar dan zoo hoog aanre
kenen, dat zij eene uiterst vrije opvat
ting heeft en zich niet beperkt in het
gebruik van points d' orgue? Immers
niemand, dan Nurks. En die telt niet
mee!
Zoowel de italiaauache (Verdi) mu
ziek, als de duitsche (Teubert, In der
Fremde en Vogel im Waldek koenen in
hare keel tot hun muzikaal recht. De
laatste vielen blykbaar het meest in den
smaak, hetgeen daaruit kan worden
verklaard, dat mon gaarne begrijpt wat
men hoort zingen en natuurlijk slechts
een enkele onder het publiek italiaansch
zal hebben verstaan. Da bouquet, die
haar reeds na hare aria uit Verdi werd
gebracht, en dus wel wat anticipeerde
op haar succes, was nietttemio welbe
steed.
Mile Phoebe Alexandra (sopraan)
hebben wij eveneens van harte toegejuicht.
Haar stem en voordracht beide zijn, als
hare verschijning zelf, ia hooge mate
sympathiek en de aria uit „Faust" zong
zij zeer verdienstelijk. Wat de derde der
dames betreft, Mile Sola Coadé, hst spijt
ons het te moeten zeggen, maar wij
achten het niet bepaald noodzakelijk, dat
zij ons in Holland komt laten hooren,
hoe er in Italië.... slecht gezongen wordt.
Van de heeren (Fornari, baritOD, Dante
del Papa, tenor en Rapp, bas) had de
laatste o. i. het mooiste geluid. Een bas
echter maakt niet zoo ongestraft mis
bruik van points d' orgue en wanneer
hij dan daarenboven nog alles aan el
kaar bindt, dan krijgt het geheel iets
eentonigs, ook wanneer men de mooiste
stem ter wereld bezit. Maar het geluid
is kolossaal, overweldigend. Dc heer
Dante del Papa zong zijne solo en
duetten met eene stem, die niet bp al
de frischheid der jeugd meer kon bogcD;
de bariton Fornari had, dunkt ons,
recht gehad op ietwat grooter waar
deering van het publiek. Zijne cava-
tine van Figaro uit Rossini's „Barbier"
werd verdienstelijk, rustig en met goede
8temmiddelen voorgedragen.
Een woord van lof voer het piano-
accompagnement van den heer Dami is
alleszins verdiend.
Toen wij de Vereeniging binnengin
gen was de toeloop zoo groot, dat wij
meer dan tien minuten noodig hebben
gehad om van de deur in de zaal te
komen. Bij zulke gelegenheden doet zich
het gebrek dubbel gevoelen van de wei
nige breedte der toegangen, en vooral
van de lastige omstandigheid, dat men
wachten moet op beD, die in de vestiaire
hunne overkleederen afgeven. Vooral
voor dames, die per rijtuig komen en
meestal blootshoofds zijn, is dat wachten
hoogst onaangenaam. Aan het Bestuur
der Verewoiging" zij beleefd in over
weging gegeven, een3 na te gaan, of
dit bezwaar zou kunnen worden opge
heven.
Dinsdagavond trad op uitnoodiging
van het departement Haarlem van de
Maats, van Nijverheid op met het on
derwerp ambachtsscholen, de heer J. G.
de Groot, leeraar aan de ambachtsschool
to Leeuwarden.
De spreker behandelde hot punt
„Welke oischen dient men te stellen aan
goed ambachtsoaderwijs, voor de bouw-
ambaohtea
In 1887 nam de Maats, van den
Werk. Stand de bepaling in haar reg
lement op: de maatschappij zal het
praktisch oaderwjs in ambachten zooveel
mogeljk bevorderen.
Spreker ging na de geschiedenis der
opleiding van den jeugdigen ambachts
man. In '61 werd door bovengenoemde
maatschappij de eerste, in '69 de tweede
ambachtsschool opgericht.
Daarop volgden Rotterdam, Arnhem,
's Hage, Leeuwarden en meer andere
andere steden ais b.v. Goes richtten
halve ambachtsscholen op, waar alleen
praktisch onderricht wordt gegeven.
Tot hiortoe werd er weinig voor den
ambachtsman gedaan. Het teekenonder-
wijs ep burgeravondscholen schijnt alleen
voor timmerlieden geschikt gemaakt te
worden; amedea en meubelmakers trek
ken er geen nut van. Bovendien is ook
voor timmerlieden het teekenonderwijs
er nadeelig, daar de constructie bekrom
pen is, omdat de schaal te klein is.
Sommigen meorien, dat men geen am
bacht kan leeren op een school en grij
pen gaarne de omstandigheid aan, dat
het onderwys aan sommige scholen niet
zeer goed is, om tegen alle ambachts
scholen te velde te trekken.
Door de Maats, van Bouwkunde werd
in een rapport aangenomen, dat het am-
bachts-dagschool-onderw ja recht van be
staan heeft. Het onderwj's kan nooit in
een werkplaats zoo goed worden gege
ven als in een ambaehts-dagschool.
Vroeger wa3 dat anders, toen de band
tu8schen baas en leerjongen beter was.
Er bestond toen een stil contract, dat
de patroon aannam zijn leerjongen te
vormen tot een degelijk werkman.
Nu is de band zoogoed als verbroken
tusschen patroon en knecht. Beiden zijn
op eigen voordeel bedacht en laten el
i kaar los, als men financieel beter terecht
i kan. Als een patroon den leerjongen
tegenwoordig opleiden wou, zou hij ook
1 niet zeker wezen, dat de door bom op-
I geleide werkman bij hem blejef. De pa-
troon op zijn beurt moet zooveel mogelijk
j van den jongen profiteeren, wegens de
scherps concurrentie,
j Bovendien is de baaa dikwijls geen
I man van verstand van het vak, maar
eenvoudig iemand die geld heeft en een
bekwame onderbaas het werk laat leiden.
De knechts kunnen zich natuurlijk met
de opleiding van den knaap niet be
moeien.
In de eerste 3 jaren bestaat het werk
van een krullejongert in schoenpoetsen,
kachelpoetsen, op het kind passen, bood
schappen doen of jenever voor de knechts
halen. Dan komt hij aan de bank en zal
dan mot veel moeite een dragelijk werk
man worden. Achter de loopjes of ge
heimen komt hij zeer moeilijk.
Uit ean financieel oogpunt is de toe
stand eveneens zeer ongunstig. Na 3
jaar zal de jongen, als hij zich goedhoadt,
2 ct. per uur verdienen.
In kleine steden is de toestand niet
zoo slecht als in de groote, omdat mes
in de laatste den leerling bij de groote
werken vaak uit het oog verliest.
Weinigen worden volleerde ambachts
lieden, door de slechte opleiding.
De eerste eisch, te stellen aan geed
ambaehtsonderwijs, ia dat het praktisch
en theoretisch onderwijs elkander aan
vullen. De onderwijzers moeten vooral
praktische ervaring bezitten, evenals de
teekenleeraar.
Voortgezet lager onderwijs is eveneens
noodig. Het rekenen moet worden toe
gepast op des werkman8 vak; verder is noo
dig het maken van opstellen over het am
bacht, het schrijven van brieven, kennis
van de grondstoffen van zijne gereed
schappen en eenige elementaire begrip
pen van werktuigkunde en natuurkunde.
Het enderwijs moet geleidelijk ont
wikkelend zijn, het constructief gedeelte
dringt hst meest op den voorgrond.
Daarom moeten alle construction zoo
veel mogelijk op de ware grootte
worden uitgevoerd. Verder moet de
leerling onder geregeld toezicht staan
en, hoe kooger hij in studiejaren klimt,
des te minder gesteund worden, om zelf
standiger te zijn als hij de school verlaat.
Dan kan hij, volgeDS den loonstandaard
van 16 a 17 cent, 6 a 7 ct. verdienen.
In '89 hebben eenige jougelui van de
ambachtsschool te Leeuwarden te Am'
sterdam werk gevonden tegen 10 en 11
cents per uur.
Allerlei bezwaren worden tegen de
ambachtsscholen gemaakt.
Men prutst en knoeit er, zegt mendat
een enkele dat deed, bewijst niets tegen
de ambachtsscholen op sommige scholen
wordt, ongelukkig, op te kleine schaal
gewerkt. Dat het geen mod'-bschool is,
J zooala men zegt, blijkt daaruit, dat altijd
j de vakmannen er het meest aan hebben ge
daan.Het onderwijs i3 te duur,zegt men.Het
is duur, maar mag dat een bezwaar zijn,
waar het een belang geldt voor don werk
man terwijl doktoren, advokaten en
anderen een zoo goede en dure opleiding
genieten De school vormt opzichters en
werkbazen, zegt men; neen, de meeste
joDgelui moeten eo zullen werklieden
blijven, omdat er zoo velen zijn en slechts
weinigen geld hebben. En voor den
enkele, dien het gelukt hooger te komen,
is dat zeer voreerend.
De jongens zijn eigenwijs en onbe-
jholpen, klaagt men. Dit is geen alge
meen verschijnsel. Zulke jongens kan
men op een ambachtsschool beter wijzen
op hunne slechte karaktertrekken dan
elders.
Wat het onbeholpen zijn betreft, de
overgang is groot, van de school in het
leven, maar een halfjaar is voldoende
om do schoollucht te verdrijven. In Leeu
warden plaatsen do bazen hunne zoons
op de ambachtsschool, sterker bewijs voor
de school is moeilyk te leveren.
De laatste grief is, dat de ambachtsschool
concurreert met patroons on werklieden.
Het is sterk af te keuren, dat b. v. de
Quellinusschcol 2 jaar lang concurreerde
met de bazen. Dat kwaad heeft men io
den wortel aangetast en zal nu wel uit zijn.
Men moet voorzichtig zijn met het
aannemen van werk, daar men in
het verband van den leergang niet
altijd maken kan wat mon opkrijgt.
Men houdt te Leeuwarden jaarlijks eene
verloting h 1 per let. Dit neemt dat
bozwaar weg. Ten vorige jare werden
1200 dier loten geplaatst.
Er is alleen gesproken over het on
derwijs voor de bouwambachten, doch
andere vakken hebben ook teekenen
noodig. Horlogemakers b. v., bakkers en
dames, die het teekenen noodig hebben
voor confectie, profiteeren eveneens van
de ambachtsschool te Leeuwarden.
Grondige projectielaer, perspectief en
ornamentleer is vooral noodig.
Thans hield de spreker eene pauze,
waarvan vele aanwezige gebruik maak
ten, om de talrijke teekeniegeu en werk
stukken, die de heer de Groot van de
school te Leeuwarden had medegebracht,
te bezichtigen. Daarna gïag de spreker
den leergang der school aan do hand
van die werkstukken na; eerst van tim
meren, waarvoor vijf uur per dag ge
timmerd en drie uur geteekend wordt.
De meubelmaker krijgt ook les in
boetseeren, houtsnijden en houtdraaien.
Het smeden bestaat uit bank- en vuur
werk.
Thans geeft de voorz. gelegenheid tot
het doen van vragen en opmerkingen
BE V10ÏW YAH BES SPSUS.
Naar het engelsch
van
JAMES WYTTON.
51)
HOOFDSTUK XXX.
//Gij hier riep zij uit op droeven toon; „owaarom zijt gij
litr gehomen, mijnheer Fowler?"
Zij keek my weer ernstig aan en hare mooie, door tranen be
vochtigde oogen schitterden als juweelen; zij trad haastig op mij
too, omvatte mijne armen met hare handen en zeide met ontroerde
stem „Er is iets gebeurd, ik weet, dat er iets verschrikkelijks
is gebeurdZeg het mij, mijnheer Fowler, waarom zijt gij hier
ïk kan nog niet goed denken, ik begrijp het niet," vervolgde zij
op smeekenden toon; „ik heb zeker mijn bewustzijn verloren," en
mijn arm loslatende, bedekte zij haar gelaat weer met beide han
den. Zij liet hare armen spoedig weer zakken en zeide tot my
ii Wat moet dat beteekenen P Waarom zijt gij hier? Er is iets ge
beurd iets vreeselijks. Wacht, laat mij eens nadenken
Na een oogenblik van stilzwijgen, wendde zij zich naar den
hoek, waar zij had gelegen, neergeknield voor haar man, toen ik
door myn weltoegebrachten slag haar het leven had gered. Met
den vinger naar dien hoek wijzende, riep zij uit op angstigen
toon„Ik herinner mij alles AliesMijn echtgenoot stond, met
den hamer boven zijn hoofd geheven, voor mij met dien vree-
selyken trek in zijn gelaat en zijn van woede flikkerende oogen.
Ja! ja! nu zie ik alles weer voor mij. Mijne handen, welke ik
boven mijn hoofd had geheven, werden weggerukt mijn echt
genoot, waanzinnig door den drank, zag my in het gelaatzijne
trekken waren door den hartstocht verwrongen hij stond ge
reed om den hamer op mijn hoofd te doen neerkomen. O, welk
een vreeselijke doodsangstIk sloot mijne oogen, om het ver
schrikkelijke wapen niet te zien, en van angBt verstijfd, wachtte
ik den slag af. En toen.... en toen.... en toen...." zij barstte in een
zenuwachtig lachen uit, „zag ik u voor mij staan, met droevig
gelaat. Het afschrikwekkende gelaat van mijn echtgenoot was
verdwenen en gij stonde voor mij, als de engel mijner droomen."
Na deze woorden gezegd te hebbeD, wierp zij zich aan mijn
borst, sloeg hare armen om mijn hals, als om bij mij bescherming
te zoeken; zij snikte en lachte een woeste, onnatuurlijke lach.
Plotseling werd zij kalm, haar hoofd viel op mijn borst; zij was
voor de tweede maal in zwijm gevallen.
Deze handelwijze, welsprekend door hare vrouwelijke zwakheid
en vertrouwelijkheid, deed myn hart van zalige vreugde luider
kloppen.
Niet in staat om geregeld te kunnen denken door hetgeen er
gebeurd was, uitgeput door het harde werken en het lijden, had
het nooit falende instinct der vrouw er haar toegebracht, om zich
in de ure van nood aan mij toe te vertrouwen en bij mij bescher
ming te zoeken tegen de gewelddadigheden van haar eigen echt
genoot. Geen wonder, dat ik haar tenger liehaam aan mijn hart
drukte. Geen wonder, dat, toen zij bewusteloos in mijne armen
lag, ik mijne lippen op haar voorhoofd drukte en een plechtigen
eed zwoer om haar, wat het mij ook mocht kosten, tegen haar
echtgenoot te verdedigen. Wat er ook mocht gebeuren, ik moest
hem het hoofd bieden. Door hetgeen ik van hem wist, zou ik hem
noodzaken zijn vrouw voortaan beter te behandeleü.
In welk een laag, verachtelijk daglicht verscheen hij my, ter
wijl hij daar op den grond lag, gevoelloos, niet zoozeer tengevolge
van den slag, dien ik hem met mijn wandelstok had toegebracht,
want deze was op zijn hoofd neergekomen zonder hem ernstig te
kwetsen, maar de drank had heen beneveld, hetgeen mij duidelijk
bleek uit de dranklucht, die hij uitademde en die de atmosfeer in
het bedompte, kleine vertrek geheel verpestte.
Ik heb reeds meermalen gezegd, dat ik iemand bea van plot
selinge opwellingen. Op dit oogenblik kwam er ook weer eensklaps
een van die opwellingen in mijne brein op. Zou ik niet met haar
kunnen wegloopen Zou ik haar niet in mijne armen opnemen,
dit vervloekte huis den rug toekeeren en haar Daar myn eigen
tehuis overbrengen, waar het geluk haar wachtte en waar de zor
gen werdeD buitengesloten
In haar wanhoop had zij mij duidelijker dan met woorden om
hulp gesmeekt door zich in mijne armen te werpeD, en trillende
van vrees, als een gevaogen duif aan mijn borst bescherming iu