A. LAAIE. Kassier,
EÏÏOTHimiI
Ei
J .1. SCHMIDT,
C.CERBERJr.
Gierstraat 62,
Nieuwe Groenmarkt 18,
Kruisstraat 3, Haarlsm,
Specialiteit- in Brillen.
[pap
G. J. HEENK,
Kinderspeelgoed,
School- en TeeisuMoefa,
RUSTIGE,
Iiinilei, M\m en Repareeren,
GRANDS VINS DE CHAMPAGNE
DEUÏZIGELDERMUM a Ay.
BXPXBET RISICO".
tiöïiGEAU DE COLÖGl
ÜAEC&'s VleSikeiizeep
Firma J. y. d. PAYORD
zich niet den geringsten blik op mij te mijn brein. Zij zon daar achtergelaten! Zij glimlachte, het ijs was gebroken
warden in de verschrikkelijke koude, j bet ijs voor een gesprek, bedoel ik, want
werpen.
Wat mij betreft, ik maakte mij
vol ijver myn negende courant te gaan
lezen.
Moet ik het bekennen? Ik had meer
moeite dat negende blad te lezen dan
alle andere acht te zamen. Ik las den
zelfden regel twintig maal over. Ik ge
loof dat ik het blad den halveu tijd
schuin had laten afglijden.... Doch, kortom,
een Franschman is een Franschman en
gij kunt niet verwachten, dat een jong
man eefi lange reis zal gaan maken in
gezelschap van een aantrekkelijk schoone
vrouw, zonder voor baar eenige belang
stelling op to vatten. Ik stierf vou ver-
langen om met haar to praten, maar ik
kon gaon voorwendsel uitvinden of be
denken ora een gesprek aan te knoopen.
Over cis koude en die afgezaagde uit
vlucht van het raampje openen of slui
ten schenen mij van geen waarde. Wat
moest ik doen?
Do eeue of andere dwaze opmerking
maken over niets? Neon, dan maar hon
derdmaal liever gezwegen. Ik had onmid
dellijk ontdekt met het inzicht van den
ouden Parijzenaar, dat mijne reisgezellin
een vrouw van stand was. Haar plot
seling aanspreken zonder eene aanleiding
zou mij in hare oogen het voorkomen
hebben gegeven van den meest gewonen
handelsreiziger.
De eenige weg, die mogelijk was, be
stond in het vinden van iets, dat inder
daad prachtig oorspronkelijk was om haar
te kunnen zeggen.
Maar wat, wat; ik zocht te vergeefs.
Ik was nog zoekende, toon de trein
plotseling stilhield door dien nieuw ge-
patenteerden rein, zoo goed voor onge
lukken en zoo slecht voor de reiziger».
„Tonnerre! Vijf en twintig minuten
om uit to stappen," galmde de conduc
teur, toen hij de deur opende.
Mijne buurvrouw stond op, bevrijdde
zich vau hare dekens, die zy in den
wagen liet benevens hare drie koffertjes,
en stapte uit. Het was middag. Zy had
zeker honger gekregen. Zij begaf zich
naar het buffet aan de linkerzyde van
de wachtkamer.
Ik volgdo haar, op mya gemak hare
schoone gestalte bewonderend, die goed
afstak in haren langen engoluiteaden
mantel. Ik bemerkte eok de schoone don
kere krulletjes onder den haarvlecht, die
onder haar grijzen vilten hoed uitkwam,
en een paar zeer kleine voetjes.
Do eigenaar van de restauratie met
een flu woelen muts op en een sterke ge
lijkenis vertoonende met Napoleon III,
stond aan de deu? en wees met veel
waardigheid en een zwaai van zijn servet
de lange tafel, die de reizigers stormen
derhand innamen.
Ik werd opgedrongen door een stroom
haastige en driftige passagiers de ty
pische bezetting van een sneltrein.
Ik giDg zitten en verslond gretig de
menigte spijzen, die mij achtereenvolgens
werden opgedischt. Wat mijne reisge-
noote betreft, zij nam een kop bouillon
aan een apart tafeltje. Ik was een van
de eersten, die gereed waren, en ging
naar buiten om eene cigarette op het
platform te rooken. De vijf en twintig
minuten, zooals gewoonlijk tot twintig
teruggebracht, zouden spoedig orn zijd.
De reizigers verlieten in groepen d»
restauratie en namen kunne plaatsen in
den trein weder in. Ik bad de mijne
weder bezet. Mijne kleine reisgezellin
was niet weder verschenen. Ik kon haar
zien bij bet kleine boekenstalletje, aan
de andere zijde van de wachtkamer, de
boeken bekijkende, dio over de rekken
lagen uitgespreid.
Heur haar kwam mij een weinig
lichter voor dan in den trein, maar dat
was natuurlijk het gevolg van den af
stand.
Iedereen was gezeten en de conduc
teurs sloegen da portieren dicht.
/,Zou zij hier blijven? Zij is gek,"
dacht ik.
//Mevrouw, mevrouw!" riep ik uit het
raampje.
Een gefluit van de locomotief en
de treiu zette zich in beweging
Wat moest er gedaan worden? Een
gedachte schoot als een bliksemstraal door
zonder hare bagage en hare dekens. Had
zij dan ten minste hare goederen maar,
het arm© kleine ding
Ik nam de drie kokertjes en hare dekeDS
in ëen arm en wierp die een staiions-
beambte toe, die toevallig op het perron
naast den trein stond.
z/Aau die me, daarginds!" riep ik uit.
De beambte nam de voorwerpen op,
en begaf zich naar de dame aan hot
boekenstalletje.
Op hetzelfde oogenblik ging aan den
anderen kant van den wagon, den kant
van het platform, de deur open en ver
scheen mijne rnedereizigster. Zij wierp
zich op een bank en do trein vertrok.
O, schrikIk had mij in de dame
vergist. Die aan het boekenstalletje was
zij niet, en toch dezelfde mantel,
dezelfde bood, dezelfde houding van het
hoofd maar zij was het niet!
Het was eene reizigster, die niet reisde.
Hoe dwaas, dat twee vrouwen zich het
zelfde kleeddenIk had mij in een
leelijk geval gebracht.
Nauwelijks was zij den wagen binnen
getreden of zij uitte een kreet: //Mijne
koffers mijne koffers zijn gestolen!"
En voor de eerste maal zag zij mij aan,
maar, goede hemel, welk een blik. Ik
zal het mijn loven lang niet vergeten.
„Neen, mevrouw," stamelde ik, „uwe
koffers zija niet gestolen. Ze zijn te
Tonnerre achtergebleven."
w Te Tonnerre! Hoe
Ik deelde haar het geval made. Ik
zal niet trachten den tweeden blik te
beschrijven, dien zij my toewierp, maar
mijn bedoeling was goed, dat verzeker
ik u. //Ik dacht dat u den trein zoudt
missen, dat ge kouda zoudt vatten en ik
wilde niet, dat u koude zoudt vatten.
Inderdaad, wanneer u mij wilt vergeven,
wat ik gedaan heb, behoeft u niet be
zorgd te zijn over uwo koffertjes, ze
zijn in veilige handen een beambte
aan 't volgende station zult u tele-
grateeren wij zullen tclegrafeoren
en zij zullen onmiddellijk opgezonden
worden. O, u zult ze bepaald hebben,
ik zweer het a, ot ik zal zelf naar Ton
nerre terugkeereu em ze te halen."
/Genoeg, mijnheer," zaida zy. //Ik
weet uitmuntend wat mij te doen staat."
En zij zonk weer in haar hoekje terug,
spijtig aan hare handschoenen trekkende.
Maar helaas, arm vrouwtjo, zij had
niet aan de koude gedacht-, en zij had
niet meer hara goede, warme dekens.
Yoor er tien minuten waren verloopea,
begon zij te rillen. Tevergeefs veranderde
zy van houding, ea trok zij haar mantel
nauwer om haar fraai figuurtje.
//Mevrouw," zeide ik, //ik smeek u op
mijne knieën mijne deken te nemen. G§
zult koü vatten, en dat door myn schuld,
ik zal het mij nimmer vergeven."
z/Ik wenseh niet tot u te spreken,
mynheer," zeide zij droogjes.
Ik was zenuwachtig ©a zeer opgewea-
den. In de eerste plaats vond ik haar
zeer betooverend en in de tweede plaats
waa ik woedend ©ver mijne onzinnige
vergissing. Kortom, ik was in staat tot
den wanhopigsten stap.
/Mevrouw," zeide ik, „neem mijn
deken, of ik zweer u, dat ik my uit dea
trein zal werpen," en de deken tusseben
ons beiden werpend, opende ik het ven
ster en vatte den kruk aan de buiten
zijde van de deur.
Sprak ik waarlijk in ernst Sntre
nous niet inderdaad, onderstel ik; maar
hot Bchijefc dat ik er aoo moet hebben
uitgezien, want zij riep uit
z/Maar u is gek, mynheer, u is gek!"
/,De deken, of ik spring."
Zij nam de deken en zoide op ver
zachtenden toon
z/Maar gij, mijnheer ge zult ster
ven van koude."
„Bekommer u niet over mij, mevrouw.
Ik ben niet verwend; en zelfs als ik
kofi vat, zal het slechts de gerechte straf
zijn voor mijn onvergeeflijke domheid."
„Zeg liever uw haast, want 't spreekt
van zelf, zooals gij zegt, dat uw bedoe
ling goed was. Maar hoe kondt gij die
andere vrouw voor mij hebben ge-
houdeB
„Omdat zy zoo schoon was."
Adverfcentiën.
anders was ik van koude gaan klappertan
den. Maar hoe spoedig vergat ik de koude,
de reis alles. Zij was lief, fijngevoelig
aanbiddelijk, verstandig, vroolijk, geestig,
oorspronkelijk. Zy hield van reizen, zoo
als ik evenals ik was zij in Italië,
in Spanje geweest. Zij droomde ervan,
naar Egypte te gaan, juist zooals ik. In
letterkunde, in muziek, in alles, inder
daad, had zij denzelfden smaak als ik.
En dan, verbeeld u, zy was bevriend
met de Saint Chamea, met de Savonys,
bizonder met de Ment-Vazins. En te
bedenken dat ik haar misschien twintig
maal ten hunnen huize had ontmoet,
zonder aeht op haar te hebben gesla
gen.... Waar waren mijne oog'en, dat
wenschte ik wel te weten waar waren
mijne oogen
Zij sprak vrij, aangenaam, mat dien
deftigen eenvoud, dien ik altijd zoozeer
bewonder, met een weinig een zeer
weinig zuidelijk accent bijna onmerk
baar, byoa lispelend hetgeen aan haar
stem den klank gaf van die eens vogels.
Het was verrukkelijk.
Maar ofschoon ik alles deed om er
niet op te letten goede hemel, wat
was het koud I Te Dijon (2.20 n. m.)
kreeg ik kramp in de rechterhand. Wij
telegrafeerden naar Tonnerre om de kof
fertjes. Te Macou (4.25 n. m.) ging de
linkervoet denzelfden weg. Een telegram
van Tonnerre berichtte dat do bagage
den volgenden dag te Marseille zou
aankomen. Te Lyon-Perracbe (5.58 n. m.)
werd mijn linkerhand gevoelloos. Zij
vergat haar slaapwagen te reclameeren.
Te Yalance (9.59 n. m.) volgde mijn
rechtervoet het voorbeeld van mijn lin
ker. Ik vernam dat zij eene weduwe
was zonder hulpmiddelen. Mijn neus
kreeg eeu glansenden purparkleur. Ik
vernam dat zij haar eersten man nooit
had beuaind. Ta Marseille ten slotte
(vijf minuten na middernacht) niesde ik
dria maleo hevig. Zij gaf my mijn deken
torug en zeide bevallig: „Au revoir."
„Au revoir!" Ik was in den zevenden
hemel!
Ik braeht den naeht door in het hótel
te Noailles een rusteloozen nacht, met
gedachten aan haar vervuld. Dea vol
genden dag, toen ik wakker werd, had
k de verschrikkelijkste koude in 't hoofd,
die gij kuat bedenken. Mocht ik my in
zulk een toestand aan de Rombauds pr«-
senteeren! Ongelukkig, natuurlijk, maar
zy wisten, dat ik op reis was. Zij zou
den my moeten nemen zooals ik was,
en morgen zou ik genezen in den zonne
schijn van NizzaMaar, mijn waarde,
welk een verrassing wachtje mijDio
goede, beste Rsaibaud had verscheiden
vrienden gevraagd, om my te ontvan
gen en ouder deze vrienden was zy,
mijne reisgenoote, zij, d:e mij betoo-
verd had!
Toen ik aan haar werd voorgesteld;
kwam een onmerkbare glimlach om
hare lippen. Ik boog.
„En Tonnerre?" vroeg ik op zachton
toon.
„Ik heb ze," antwoordde zij op de
zelfde wyze.
Wij zetten ons aan de lunch.
„Wat ben jo verhouwen, ouwe joa-
sen zeide myn vriend Rombaud.
Btaarlom,
bezorgt den in- en verkoop van
Effecten koopt lossing-en en Coupons,
neemt en geeft gelden op prolonga
tie, verleent voorschot in Rekening-
Courant, opent Rekening-Courant
met Rentevergoeding, Chèque-Re-
kening, verschaft Reiswissels, in
casseert en verstrekt Binnen- en
Buitenlandsche Wissels, neemt gel
den h deposito tegen langen en kor
ten termijn.
Zuid-Hollandsclie
gsvestiyd Is Rïïtterdam.
Voor het sluiten van leenin-
gen, aflosbaar in annuiteiten eui0
eens, vervoege men zich tot den
Agent A. P. VERVOORN,
Jansmeq 50.
Hoofdagent der Levensverzekering-
Mij. Assurances Générales
sur la Vie te Parijs.
Assureerd Diverse Uitlotingen.
Koopt Coupons tot hooge prijzen
en belast zich met het uitvoeren van
Effectenorders.
Neemt gelden op onderstaande
conditiën
Met een dag vooraf opvragens 2 pCt.
Voor een maand vast prolongatie
rente.
Voor drie maanden vast.,
.T (öw de sioriute
Voor zes maandenvast 1 - -
Opticien
AMSTERDAM.
(Magazijn „de Gouden Bril").
GROOTSTE
Sedert 12 jaar wekelijks in Haar
lem te spreken, des
Zijlstraat 55.
in prima kwaliteit, tegen ongekend
lage prijzen verkrijgbaar
bij
Damstraat 15, Haarlem,
Voor een jaar vast.
s bepalm.
ijflunyuf
ONTVANGEN:
Eene ruime keuze
PrentenboekenPrenten en
VerschÜlendB Spelen.
Alles tot de laagste prijzen.
BREESTRAAT 4.
bi SsS
Magazijn van iuziekinstrumenten,
Snaren enz.
Oude Groenmarkt 28,
hoek Lange Veerstraat, Haarlem.
Cabinet demi-Sec /3,85
„Waar t«r wereld heb je dat opgedaanJockey Club, Sec 3;85
Misschien op reis?"
„Misschien," antwoordde
ik, „maar ik
heb er waarlyk geen spijt van
Niemand begreep dat merkwaardige
antwoord, inaar mijn® schoons maderei-
zigster zond. my een teedereri ea liefde-
vellen blik toe over deu grilligon wasom
vaa den heerlijken ragout, die de tafel
versierde, en ik was tevredeD.
Wat zal ik u nog meer zeggea, myn
waarde
Ik ging den volgenden dag niet naar
Nizza, en over veertien dagen ga ik
trouwen.
Gold Lack (goüt anglais)
Extra Sec4,30.
pr. 1/1 flesch. Halve flesachec
met ƒ0,25 verhooging per 2/2 fl.
In voorraad bij
W. JAGER GERLINGS,
firma .T. H. Enschedé,
Wijnhandelaren.
HAARLEM, Spaarne 86/8.
HELDER, Keizerstraat 103.
KI. Houtstraat 115,
maakt CORSETTEN naar con
stitutie.
Geneeskundig goedgekeurd.
Bekroond op de Tentoonstelling
van 1881.
Bracdwaarborgmaatschappij te Groningen,
van weinig gevaarlijke panden,
inboedels en goederen.
Verzekering van het belang
van den hypotheekhouder.
Vaste en lage premies met aan
deel in de winst.
PREMIE voor le klasse Heeren-
huizen 40 ets. per ƒ1000,
Vertegenwoordiger te Haarlem
de Heer T. C. HIEPÏÏAUS,
Nassaulaan 27.
De Directie herinnert hun, die bij
deze Maatschappij wenschen over
te gaan, dat de meeste polissec, 3,
6 of 12 maanden vóór het eindt
moeten worden opgezegd.
Jöeeren!
De nette en grootste BARBIERS
WINKEL vindt U
SctarinBssen aanzetten 15 Cis
Uw dm. dienaar
JAN RUSTIGE.
VAN
J. BIJLOOSCoiffeur Alkmaar.
Deze Hoofd-Eau de Cologne
doodt onmiddellijk en onfeilbaar, tot
zelfs de onzichtbaarste kiemen. De
zelve is door haar werkdadige kraeli
geheel onschadelijk en uiterst billijk
in prijs Onovertrefbaaronmisbar!
voor schoolgaande kinderen. Prijs
per flacon 35 en 50 Cants.
Verkrijgbaar bij P. .1. DE LAAT.
Botermarkt en P. J. BERLAGE,
Groote Markt.
verwijdert iedere vlek uit elke stof,
zonder dezelve te beschadigen, po'
stuk 10 Cents.
Eenig fabrikant C. JH. HAECK,
Zwolle.
Alleen verkoop voor Haarlem:
ëewicut uit de koninklijke apartementen is gestolen. De man, die het
stal, is oak bekend, dat is buiten twijfel; men heeft gezien dat
hij het nam. Het is eveneens bekend, dat het nog in zijn
bezit is."
„Hoe is dat bekend?" vroeg Dupin.
„Dat vloeit blijkbaar voort," antwoordde de prefect, „uit den
aard van het document, en uit het niet daaruit voortkomen van
zekere resultaten, die terstond kenbaar zouden worden, wanneer
het uit het bezit van den dief geraakte; dat wil zeggen, wan
neer hij het gebruikte zooals hij ten slotte zal moeten besluiten
het te gebruiken."
„Wees wftt duidelijker," zeide ik.
„Welnu, ik mag zoover gaan van te zeggen dat het papier den
houder een zekere maeht geeft in zekere kringen hier ter stede,
waar zulk een macht van onmetelijke waarde is." De prefect drukte
zich gaarne op diplomatieke wijze uit.
„Nog begrijp ik u niet geheel," zeide Dupin.
„Niet? Welnu; de openbaring van den brief aan een derde,
wiens naam wij niet zullen noemeD, zou de eer van een persoon
van het hoogste aanzien in twijfel brengen en dit feit geeft de
houder van den brief een overwicht op het doorluchtige personage
•wiens eer en rust zoo worden bedreigd."
„Maar dat overwicht," bracht ik in 't midden, „zou afhangen van
des diefs bekendheid en des verliezers bekendheid met den dief.
Wie zou durven...."
„De dief, zeide G., is minister D., die alles durft, zoowel wat
een man past, als niet past. De manier, waarop de diefstal werd
gepleegd, was niet minder schrander dan stoutmoedig. Het onder
havige document met name een brief, is ontvangen ge
worden door het personage, dat bestolen is, terwijl dit zi«h alleen
in het koninklijke boudoir bevond. Zij hield den brief in de hand
en had de enveloppe reeds geopend, toen zij plotseling werd ge
stoord door het binnenkomen van den anderen hooggeplaatsten
persoon voor wien zij juist het meest den brief wilde verborgen
houden. Na een haastige en vergeefsehe poging om hem in een
tafellade te verbergen, was aéj genoodzaakt hem geopend als hij
was, op een tafel te leggen. Het adres echter was van boven@d,
do inhoud dus onzichtbaar, zou de brief aan de aandacht ontsnap
pen. Op dit oogenblik komt minister D. binnen. Zijn lynx-oog
ontdekt onmiddellijk het papier, herkent het handschrift van het
adres, bemerkt de verwarring van de persoon aan wie het is
gericht en bevroedt het geheim. Na eenige zaken te hebben af
gedaan op de hem eigen haastige wijze, verschaft hij zich een
brief ongeveer gelijk aan den bewuste, opent hem, doet alsof hij
hem leest en plaatst hem daarna nevens den andere. Nogmaals
bespreekt hij, ongeveer een kwartier lang, de zaken des lands.
Ten laatsto atscbyid nemende, neemt hij ook vau de talwl dea
brief weg, waarop by geen recht had. Zijn rechtmatige eigenares
zag het, maar natuurlijk dorst zij de aandacht niot op
te vestigen in tegenwoordigheid van den derden persoon, die aan
haar elleboog stond. De minister vertrok en liet zijn .eigen bi
dia van geen belang was op de tafel.
„Welnu dan," zeide Dupin tot my, „hier hebt ge precies^
gij wilde om het overwicht of de macht van den persoffn over
den ander compleet te maken des diefs bekendheid en
verliezers bekendheid met den dief."
„Ja", antwoordde de prefect; „en de aldus verkregen macht kan
binnen enkele maanden de gevaarlijkste staatkundige gevolgen b
Da bestolen persoon is volkomen doordrongen van de noodza
kelijkheid haar brief te trachten te krijgen. Maar dit kan natuur'
lijk niet openlijk worden gedaas. Kortom, tot wanhoop gedreven,
heeft zy mij do zaak medegedeeld.
„Want," zeide D®pin fe midden van een dikke rookwolk,
agent had zy in den arm kunnen nemen, die beter geschikt wf-3
voor haar doel?"
„Ge vleit mij," antwoordde de prefect; „maar het is c
dat zy eene zoodanige onderstelling kan hebben gemaakt.
Wordt vervolgd-)