fat een faMlant kan to
niet in het belang der sehuldeischers kan
geaeht worden.
De eerste steeokolenlagen
werden Donderdag te Heerlen gevonden
op het coneessieveld „Sarolea." Tele-
graphisch bericht daarvan is gezonden
aan het bestuur der mijnen.
Omtrent een der ofiieieele
maaltijden, door de Koningin-Regentes
gegeven, wordt een verhaaltje verteld
dat een eigenaardig licht werpt op het
verschil tusschen de leden van onze
tegenwoordige Staten-Generaal en die
van eenige tientallen jaren gelsden
Toen was ook daar veel meer deftig
heid te vinden de leden der Kamers
behoorden allen tot de hoogere standen,
althans tot bekende geslachten. Thans
heeft echter menigeen zitting, wiens
vader en die misschien zelf tot voor kor
ten tyd niet vermoedde, dat uit zijn
familie nog eens een «Edelmogende" zeu
groeien.
Het spreekt van zelt, dat die veran
dering niet is af te keuren, intege:
mits echter de gekozen persoon maar
de noodige bekwaamheid en handigheid
bezitte. Aan deze laatste bleek het ech
ter een nieuw gekozen lid te falen. De
man had blijkbaar nog niet den tijd
gehad, met zijn medeleden kennis te
maken, toen hij aan de koninklyke tafel
werd genoodigd. Intusschen scheen hij
niet te vermoeden, dat bij een diner,
aan de leden der Kamer aangeboden
door de Koningin-Regentes, ook
eenige andere heeren zouden aanzitten,
en zoo wendde hij zich tot éein der
adjudanten met de vraag, of hij ook
Kamerlid was, en toen deze ontkennend
antwoordde, vroeg hij verder, of hij dan
toch kwam mede-eten. Deadjudan', wel
wetende welken toon en welke soort
van uitdrukkingen de man het best zou
begrijpen, antwoordde, «dat hij zoo vrij
zou zijn, toch ook een aardappeltje te
komen meepikken."
Dit aardappeltje zal onzen braven
plattelander vermoedelijk nog al meege-
vallen zyn. MCt.)
De luitenant der infanteri
T. B., te Utrecht, die met den student
H. aldaar heeft geduelleerd, zal voor
een raad van eer moeten terechtstaan,
Ees jonkman te Leiden,die
bij geslaagd examen zijne vrienden wilde
trakteeren en wien de middelen daartoe
ontbraken, kwam op de gedachte eenen
winkelier voor een paar gouden dames
horloges op te lichten, en deed dit nog
wel op naam van een te Leiderdorp
gestationeerdeu gemeente - veldwachter.
Zoowel de dader als de horloges werden
door de politie opgespoord.
Door de politie te Leide
is aangGhouden een persooD, die zich
uit '8 Hage verwijderd bad met wagen
en paard van zijn patroon en van wien
het bleek dat hij ook gelden verduis
terd had.
Vermoedelijk door het sprin
gen van een rail ontspoorde Woensdag
avond even voorbij het station Dord
recht de sneltrein van Amsterdam naar
Parijs De eerste locomotief bleef op het
spoor, de tweede, een bagagewa
het postrijtuig lagen buiten de rails. C
route naar Rozendaal was dientenge
volge versperd en de reizigers moesten
in een andoren trein stappen. Vrijdag
nacht is men met het lichten van de
locomotief en wagens zoover gekomen,
dat het verkeer geene belemmering meer
ondervindt. Persoonlijke ongelukken zijn
niet te betreuren.
Onlangs vermeldden w y
arrestatie van een Buitscher, die, bij
visitatie door den wachtmeester der
marechaussees te Gulpen, in het bezit
werd bevonden van een gemeentestem
pel, netjes in lei uitgesneden, waarmede
zyne papieren en mogelijk ook die
zijner collega's afstempelde.
Dezelfde wachtmeester arresteerde
deze week weder een Duitscher, die een
dusdanig zegel bij zich droeg. Alvorens
tot het zetten over de grens werd
overgegaan, stempelde de wachtmeester
met den in beslag genomen valschen
stempel elke bladzijde van het reisboekjo
van den landlooper, zoodat, wilde hij nog
daarvan gebruik maken, andere autori
teiten zich kunnen vergewissen, dat
mans papieren niet vertrouwbaar zijn.
Twee jonge Duitschers, die
een paar dagen in een logoment te
Leeuwarden hadden vertoefd, zijn daar
nadat was gebleken, dat
valsche guldens vervaardigd en
uitgegeven hadden. Do inspecteur Ver
met het onderzoek belast, wist
met den agent van politie Ynia een der
daders te arresteeren ea nam bovendien
allerlei grondstoffen en gereedschappen,
die bij hel; vervaardigen der valsche
muntstukken hebbes gediend, in beslag.
De medeplichtige, die begreep dat de
politie hem op do hielen zat en spoor
loos was verdwenen, is Woensdagnair.id-
dag, op een telegram van den commis
saris van politie, te Harlingen aange
houden en naar Leeuwarden overge
bracht. Er werden nog eenig® valsche
munten (all® met het jaartal 1863 en
de beeltenis van Koning Willem III) bij
hem gevonden. Zeer waarschijnlijk heeft
men in dezen met een komplot
valsche munters te doen.
van de opbrengst van 250 onsen. On
danks dit seinde de Manager er bij dat
men hem onmiddellijk 1000 p®nd sterling
moest overzenden. Daags hierop ontving
mea een tweede telegram, waarin de
Manager adviseerde de batterij tijdelijk
te sluiten totdat nieuw kapitaal zou zijn
verkregen. De conelusie tot welke het
hefi bestuur kwam na deze mededeelin-
gen, was ©m nader af te wachten,
alvorens maatregelen te nemen.
De heer Jurriaansch vindt de rnede-
deelingen van dea Manager niet getrouw,
hetgeen hij bewijst uit vroegere mede-
daelingen van dien heer.
De heer P. van Dijk verdedigt den
Managerhoewel d© geschiktheid voor
zyne werkzaamheden door vele aanwe
zigen in twijfel getrokken wordt. Som
migen spraken zelfs van misleiding door
het b»stuur.
De heer JBroens wenacht likwidatie,
waartoe vooralsnog niet kan worden
besloten.
Hierna werd de vergadering gesloten
Letteren en Kunst.
Naar ons uit Amsterdam wordt bericht
heeft de heldenteaor van de Nederland-
sche Opera, de heer D. Pauwels, zich
voor het volgende seizoen weer aan die
opera verbonden.
De sopraanzangeres, die haren waren
naam verbergt onder dien van Meath
Piazza, zal de opera verlaten en keert
naar Parijs terug. Zooals men weet,
gaan ook de heeren Poons en Derickx
do Nederl. Opera verlaten de eerste is
als bariton door Prot geëngageerd, de
laatste gaat naar het Volkstheater in
Gent.
Misschien zal de Nederlaodsche Opera
bier ter stede (te Haarlem) als laatste
oorstelling van het abonnement opvoeren
«Albrecht Beiling", de Dieuweopera van
Brants Baijs.
De premiè-r® van de nieuwe opera «de
Bloem van IJsland", van Van 'tKruys,
zal inplaats van Zaterdag 11, eerst een
week later, op 18 April, plaats hebben.
Aan het Nederlandsch Tooneel is in
studie genomen «Schuldig" van Richard
Vobz, met Bouwmeesler in de rol van
Lehr en mevrouw Pauw«ls-van Biene als
Martha Lehr, zijee vrouw.
Mevrouw Frenkel-Bouwmeeeter is
Donderdag in het huwelijk getreden met
den heer D. A. Brondgeest,
luitenant der huzaren.
Door den heer A. Akkeriaga,
uitgever te Amsterdam, is de inteekeniag
opengesteld «p een zeer fraaie, in kleuren
druk uitgevoerd® plaat (2e druk), ver
stellende de begrafenis van wijion Z. M,
Koning Willem III. Het geheel, groot
76 bij 56 cM., wordt omlijst door oranje
en floers en bevat eea flink, sprekend
portret van den overleden vorst
medaillon), wapoDS en vlaggen van Ne
derland enz. De prijs is 1.25, in extra
formaat 2.50, De omstandigheid dat
reeds een herdruk noodig was, bewijst
wel dat de plaat veel aftrek vindt.
VISSCHEftlJ.
Nieuwediep, 9 April. Door 10
korders werden heden 3 tot 7 mandjes
kl. schol en 1 tot 3 manden schar, en
door trekkers 620 tal haring aangevoerd
kl. schol gold ƒ3 a 3.50 per mandje,
schar 2 per mand en haring 40 cent
f 1.60 per tal.
(Uit de Arbeids-enquête).
II.
Financieele mededeelingen.
Donderdag had de verdaagde vergade-
dering der Dierste IVederlandsohe Trans
vaal Goudmijn Maatschappij plaats
«Eensgezindheid", te Amsterdam. Gede
puteerd waren 1186 aandeelen, recht
gevende op 81 stemmen. De voorgestelde
wijziging der statuten werd met alge-
meene stemmen aangenomen, daarop zal
nu de koninklijke bewilliging worden
aangevraagd.
Door den voorzitter werd het rapport
over Februari voorgelezen waaruit bleek,
dat niet alleen onzuiverheid van het
water, maar ook reparatiewerk aan ma
chines en gebrek aan stevige palen
aan kolen de oorzaken waren dut de
exploitatie slechte resultaten afwierp,
omdat het gehalte van het goud niet aan
de verwachtingen beantwoordde. Uit een
telegram, den 6n April oetvangea, bleek
dat er gestampt was 960 ton erts, waap-
Uitvoerige mededeelingen deed de heer
Stork verder aangaande de inrichting
van het pensioenfonds. Elke werkman
betaalt in het pensioenfonds 3 pet. van
zijn Iood. welke contributie wordt afge
houden van het overstukgeld. Voor
werklieden, die niet op stuk werken,
sjouwers en sommige ambachtslieden,
wordt 3 pet. door de firma betaald. De
eigen bijdragen van de werklieden wor
den geboekt op een afzonderlijk h®ofd
A, en vaar hun stortingen wordt elk
jaar 4 pet. bijgeschreven. Voorts kent
de firma een zeker aandeel in de winst
toe. In de laatste jaren heeft dit bedra-
f 5000 per jaar. Die bijdrage van
de firma w«rdt op rekening gesteld van
de hoofden der werklieden, in verhouding
van de deor hen zelf gestorte bijdragen
het wordt afzonderlijk gebo«kt op het
hoofd B, en daarop ook elk jaar 4 pet.
rente bijgeschreven.
Hetgeen meéï gemaakt wordt aan
rente daD wordt bijgeschreven, wordt
weder op een afzonderlijke rekening ge
boekt, en dient om in geval van over
lijden van een werkman zijn weduwe
en weezen te hulp te komen. De uit-
keering van hetgeen op de hoofden A en
B gebracht is, heeft plaats overeenkom
stig het bepaalde kij de statuten. Als
een werkman de fabriek verlaat voor
zijn 60ste jaar, kan hij in ieder geval
vorderen de uitbetaling van het op hoofd
A geboekte bedrag (eigen storting met
rente), en zal hij het recht op uitkeeriDg
van hoofd B alleen verliezen, indien hij
de fabriek bv. wegens wangedrag ver
laat. Anders wordt het voor hem op
hoofd B geboekte bedrag uitgekeerd en
aan hem zelf op zijn 60ste jaar, en bij
vroeger overlijden aan zijn naastbestaan-
den. Die werklieden, die op hun 60ste
jaar nog aan de fabriek zijn, krijgen
dan uitgekeerd wat op beide hoofden is
geboekt, overlyden zy vroeger, dan krij
gen de weduwen en weezen wat hun an
ders zelf zou toekomen.
Zoowel het ziekenfonds als het pensi
oenfonds staat «nder een bestuur van
acht leden, waarvan drie leden worden
aangewezen door de firma en vijf door de
meerderjarige leden van het fonds. Het
directe beheer is toevertrouwd aan een
boekhouder, door de firma bezoldigd.
Ook bestaat er aan de fabriek nog
een afzonderlijk weduwen- en weezen-
fonds. Daarvan kan ieder lid van het
lid worden, die zich verbindt
tot betaling eener contributie, welke
noodig is voor een uitkeering bij over
lijden van minstens f500 bij het Ned.
Werkliedenfonds. Die contributie is af
hankelijk van het inkomen van het gezin,
waarvan het hoofd lid is, en van de
grootte van het gezin, en is zoodanig
geregeld, dat werklieden, die het kleiaste
inkomen hebben b. v. tusschen f 7
f8 en een gezia van 5 4 6 kinderen,
niet meer behoeven te betalen dan zij
zonden betalen bij een gewoon begrafe
nisfonds, dat hun slechts een uitkeering
van f 50 bij overlijden verzekert. De
contributie klimt geleidelijk, zoodaü b. v.
een huisvader met f 20 inkomen en 7
kinderen de volle contributie betaalt.
Hetgeen tekort komt aan de premie,
wordt gevonden uit vrijwillige bijdragen
van de firma, van de directie en van de
beambten. Aan dat weduwenfonds zijn
ongeveer 80 van de 200 gehuwde werk
lieden deelgerechtigd. De directie vindt
trouwens een uitkeering van f 500 bij
overlijden in vele gevallen nog onvol
doende, en is nu bezig voor het pen
sioenfonds een zoodanige regeling te tref
fen, dat daaruit aan de weduwen er
weezen kan worden gegeven wat zy noo
dig hebben, totdat zij geen ondersteuning
meer behoeven.
Ook heeft men nog een fabrieksspaar-
kas. Ieder kan daar een deel van zijn
loon laten staan en ontvangt daarvoor
5 pet. rente. Daarvan wordt vael ge
bruik gemaakt. Het aatal hoofden, die
spaarpenningen hebben ingebpaeht, be
draagt ongeveer 200, en het tegoed is
ongeveer f 20.000.
Maar behalve do vrijwillige spaarkas
bestaan er aan de fabriek ook nog be
palingen betreffende de uitbetaling van
loonen aan minderjarige werklieden
Vroeger werden de loonen dor jongens
betrekkelijk laag gehouden, zoodat het
een zeldzaamheid was als een jongen van
10 jaar meer dan 10 cents per uur ver
diende, omdat men het verkeerd vond,
dat de jongens een betrekkelijk, hoog loon
in handen kregen en daarmsde den baas
den tegenover hun ouders. En dit
was toch dikwyls het geval. Een joegen,
die bijna evenveel verdiende als zijn
vader, zeide dan, dat hij wel kostgeld
wilde betalen, maar dat hij het overige
loon zelf wilde behouden, en dat hy, zoo
zijn vader dat niet goedrond, elders wel
een kosthuis zou zoeken. Ook zag men
deze jongen dikwijls veel grootor ver
teringen maken dan door jongens in
andere standen. Toen werd besloten de
loonen veel spoediger te laten opklim
men, maar een deel in te houden.
Als regel is nu aangenomen, dat 5
gld. per week zou worden uitgekeerd
en dat 60 pCt. van 't geen de jongen
meer verdiende, zou worden ingehouden.
Een jongen, die 7 verdient, krijgt op
die wijze 5,80 in handen, terwijl van
de overblijvende ƒ1,20 de helft wordt
ingeschreven op het hoofd van den vader
en de helft op het hoofd van den zoon.
Om aan bezwaren van de ouders tege
moet te komen, werd er bij bepaald, dat
geen jongen minder in handen zou krij
gen, dan hij had op het oogenblik, dat
de maatregel werd ingevoord, en dat
niemand minder zou verdienen dan het
gemiddelde loon, dat op het tijdstip van
de invoering der bepaling voor de jon
gens van verschillenden leeftyd bestond.
Bij de invoering der bepaling bedroeg
het gemiddelde loon bijv. van een 20-
jarigen werkman 9J/a centsedert zijn de
loonen zoo gestegen, dat dit gemiddelde
thans 14l;/i> oeot bedraagt. Men begint
nu het voordeel der bepaling in te zien.
Meer dan eens is het voorgekomen, dat
een vader, wiens jongen op de fabriek
werkte, de directie kwam bedanken, om
dat hij op 23-jarigen leeftijd al een
aardig kapitaal had bespaard. Soms liet
de vader bij die gelegenheid wat op zijn
hoofd was bespaard, op het hoofd van
zijn zoon overschrijven. De voordeelen
van deze bepaling vallen in het oog. In
hun jeugd verdienen de werklieden meeF
dan zij noodig hebben. Maar er komt
een tyd, dat zij trouwen en kinderen
krijgen vaak nogal veel. Dan is het
zelfs bij booge loosen dikwijls moeilijk
rond te komen. Later wordt het beter
als de kinderen ook wat gaan verdienen.
Het is daarom goed, dat er van den 16
tot 23-jarigen leeftyd gespaard wordt
opdat de jongelieden, als zij trouwen'
hun huishouden, zonder sohuld te i 5
ken, kunnen inriehten dan zyn ajj aj
dadelyk een heel eind verder.
Naar de meening van den heer Stork
die overigens geen voorstander is van wet'
telijken dwang, zou het wel wensi
zyn bij de wet te bepalen, dat het loon
vaa den minderjarige aan den vader
moet worden uitbetaald, zoo dezo hot
verlangt. «Dikwijls komt hei voor,'/
zeide hij, «dat de kinderen den vader
de baas zijn. De ouderlijke tucht is in
de werkmansgezinnen niet groot en zou
door een wettelyken steun, als door mij
beoogd wordt, gebaat worden. Ik weet
wel, dat er ook slechte vaders zijn, die
geen goed gebruik van het geld zullen
makets, maar in den regel zal de toe-
stand toch beter worden dan hij nu is.
Ik geloof, dat de tegenwoordige rege-
ling, waarby de jongelieden zelf het
loon in handen krijgen, schadelijk werkt
en eon ongunstigen invloed uitoefent op
het jongere geslacht."
Nog andere inrichtingen ten
van den werkman zyn in werking. Zoo
bestaat er een zoogenaamde leesavond,
waarvoor de werklieden boven 18 jaar'
zich kunnen aansluiten. Er worden voor
drachten gehouden over populaire onder
werpen van staatsinrichting, staathuis
houdkunde, geschiedenis, aardrijkskunde
en letterkundige onderwerpen. Meestal
zyn er op éen avond vier sprekors,
zoodat ieder niet langer dan een halfuur
aan het woord is. Die voordrachten wek
ken veel belangstelling.
Dat kan men ook ieggen var: de
fabrieksbibliotheek, die ongeveer 600
boekdeelen telt. Over 1889 werd er door
112 personen gebruik van gemaakt, die
te zamen 1453 boeken hebben
De meeste lezers zijn onder de jongere
werklieden.
Van de badinrichting wordt niet zeer
druk gebruik gemaakt, ofschoon
kosteloos een bad kan nemen. Er wordt
gerekend op 40 baden per avond en
Zaterdags op 100, dus zoo wat
baden in de week na werktijd. Er ia
echter het vorige jaar niet meer dan 70
pCt. van het aantal beschikbare baden
werkelijk gebruikt.
Verder vallen nog te ver molden een
Vereenigingsgebouw, een tooneelgezel-
sohap en éea fanfare-korps voor een
groot deel bestaande uit werklieden van
do fabriek. Van meer belang is echter
de Vereeniging «De Kern", met wolke
door de directie verschillende belangen
van de fabriek geregeld besproken wor
den. De «Kern" is te beschouwen ale
e«n vertegenwoordiging van heb perso
neel. Zij bestaat uit de ehefs der hoofd-
afdeeliogen en uit werklieden .oe chefs
ten getale van 9, de werklieden in elke
werkplaats minstens 1 op de 25.
Tegenwoordig bedraagt het aantal
werklieden-leden 18. Het is eea advisee-
rend lichaam voor de directie en heeft
geau beslissende stem, ofschoon de be
slissingen, die door de «Kern" genomen
worden, haast altijd door de directie
worden geëerbiedigd. De directie heelt
nl. de beraadslaging zoo te leiden, dat
dit mogelijk is. In de «Kern" is het
groete voordeel, dat zij gelegenheid geeft;
om klachten ea grieven te kunnen uiten,
©n dat zij zoodoende aan een goede
samenwerking tusschen directie en
neel bevorderlijk is.
En dat er een goede geest in de fa
briek is, bewijst ook hetgeen de heer
Stork meedeelde aangaande de invoering
va® een tijdelijke loonsverlaging ia
Het was zeer slap aan de fabriek en de
directie had slechts de keus otn 5f den
werktijd aanmerkelijk te verminderen,6f
de loonen te verlagen. Zij stelde toen
aan d© «Kern" voor om alle loonen
salarissen, ook de rente van hot kapitaal
met 10 pet. te verlagen, zoodat ook
beambten, de directie en de firma zouden
declen in de tijdelijke verlaging. Met
algemeene stemmen werd dat voorotel
in de «Kern" goedgeksurd. De firma
verbond zich echter om de korting, die
plaats had, aan het einde van het b<
jaar terug te betalen, indien uit de
lansen bleek, dat er nog winst werd
die mij kon helpen ik noem geen namen, want ik wil nie
mand in het verderf storten en spoedig wist ik met zeker
heid, dat hij de juweelen nog bezat. Daarna trachtte ik op ver
schillende wijzen mij den toegang tot hem te verschaffen; hij
was echter buitengewoon voorzichtig en werd voortdurend be
waakt door twee kampvechters, zijne beide zoons en door zijn
khitmutgar.
Op zekeren dag echter vernam ik de tijding, dat hij op zijn
stertbed lag. Ik snelde dadelijk naar zijn tuin, half waanzinnig
bij de gedachte, dat hij op die wijze nog aan mijn wraak zou
ontkomen; toen ik door het venster keek, zag ik hem in zijn
bed liggen, terwijl zijn beide zoons er naast stonden. Ik zou
naar binnen zijn gedrongen en hen alle drie hebben getrotseerd,
wanneer ik op dat oogenblik niet gezien had, dat zijne gelaats
trekken zich in den doodstrijd verwrongen, en ik dus wel be
greep, dat het met hem gedaan was. Dienzelfden «acht nog,
drong ik zijn kamer binnen en doorsnuffelde zijne papieren, om
te zien, of er ook eenige aanwijzing te vinden was met betrek
king tot den verborgen schat. Er was evenwel niets te vinden,
zoodat ik met woede en teleurstelling in het hart moest terug-
keeren. Alvorens ik de kamer verliet, bedacht ik, dat, wanneer
ik ooit weer mijne drie makkers mocht ontmoeten, het voor hen
een groote voldoening zou zijn om te weten, dat ik een bewijs
van onzen onverzoenlijken haat had achtergelaten; ik krabbelde
dus op een stukje papier de handteekening der vier en hechtte
dit met een pen op zijn borst vast. Hij kon toch niet naar het
graf worden gedragen, zonder een aandenken van de mannen,
die hij bestolen en bedrogen had.
Wij verdienden in dien tijd onzen kost, doordat ik den armen
Tonga bij kermissen en dergelijke gelegenheden als een zwarten
menscheneter voor geld liet zien. Hij at dan rauw vleesch en
danste den krijgsdans, zoodat wij iederen avond een-El&rdig aan
tal stuivers hadden ingezameld. Ik bleef nog voortdurend op de
hoogte van hetgeen er te Pondicherry Lodge gebeurde; gedu
rende de eerste jaren vernam ik niets anders, dan dat er naar
den schat werd gezocht. Eindelijk en ten laatste gebeurde er,
wat ik steeds zoo vurig had verlangd. De schat werd gevonden.
Plij bevond zich boven in het huis, in het laboratorium van
Bartholomew Sholto. Ik begaf mij er dadelijk heen op een ver
kenningstocht, maar ik zag wel, dat bet voor mij met mijn hou
ten been onmogelijk was om naar boven te klauteren. Ik ver
nam echter, dat er een luik in het dak was, bovendien wist ik
op welken tijd de heer Sholto gewoon was om te soupeeren.
Ik was nu van meening, dat ik, met behulp van Tonga, deze
zaak uiterst gemakkelijk zou kunnen klaarspelen. Ik bracht hem
met mij mee, na eerst een lang touw om zijn lichaam te hebben
gewikkeld. Hij kon klimmen als een kat, en had zich weldra
door het dakluik den toegang tot het huis verschaft, het ongeluk
wilde echter, dat Bartholomew Sholto zich nog op zijn kamer
bevond. Tonga meende zeer verstandig t© handelen door hem
te vermoorden, want toen ik langs het touw naar boven
geklommen en de kamer had bereikt, liep hij zoo trotsch als
een pauw het vertrek op en neer. Hij was zeer verwonderd^
toen ik het uiteinde van het touw op zijn rug deed neerkomen
en hem vopr een bloeddorstigen hond uitschold. Ik maakte mii
meester van het kistje, liet het naar beneden zakken en volgde
toen zelf langs dien weg, na eerst de handteekening der vier
op de tafel te hebben achtergelaten, om te toonen, dat de
juweelen eindelijk weer in de handen waren van de rechtmatige
eigenaars. Tonga haalde toen het touw weer naar boven, «loot
het raam en vertrok op dezelfde wijze als hij gekomen was.
{Slot volgt)