POLITIEK OVERZICHT.
iemand, die zich te Amsterdam voor
doet als duitsch „Rechtsanwalt", dnitsche
erilustigen valsche voorspiegelingen om
trent die zaak maakt en hun daardoor
geld uit den zak klopt, dan kunnen de
bedrogenen den officier van justitie
alhier tegen dien man te hulp roepen."
(N. R. C.)
De justitie vraagt opspo
ring en aanhouding van Adolph Lode
wijk de Leeuw, laatst kostschoolhouder
te Arnhem, veroordeeld tot i jaar
gevangenisstraf, wegens het verduisteren
van goederen uit den faillieten boedel.
Het Hbl. meldt: De wijzi
ging in het reisplan van den duitschen
keizer brengt verschillende veranderin
gen in de voorloopige plannen voor de
ontvangst te Amsterdam.
Het bezoek aan de hoofdstad zal een
dag korter duren, zoodat er minder
tijd blijft voor bezoeken en feesten. In
de tweede plaats heeft het opnemen
van Den Haag en Rotterdam in den
reistocht ten gevolge, dat alle plannen,
door de militaire overheid gemaakt,
weder op losse schroeven staan, om
niet aan Den Haag een groot deel van
het garnizoen en aan Rotterdam een
deel der mariniers te ontnemen. Wel
licht zullen nu in plaats van grenadiers
en jagers, andere regimenten infanterie
herwaarts komen.
De li eer F. Leenhoff, hoog
leeraar aan de rijks-academie voor
beeldende kunsten te Amsterdam, heeft
een levensgroot model ontworpen van
het standbeeld van Jan Pieterszoon
Coen, hetwelk te Hoorn zal geplaatst
worden.
Uit Amsterdam meldt men:
De leening van 5 ton voor de in
standhouding van het Concertgebouw
is ook Maandag niet volteekend. Men
zal echter nog het uiterste beproeven
om de schoone stichting voor de kunst
te behouden.
Volgens een der te Amster
dam verschijnende bla den heeft een
dezer dagen aldaar overleden particu
lier zijn vrij belangrijk vermogen voor
vermaakt aan het Dagblad voor
Nederland voor het overige achtste
deel aan het Handelsblad.
Een paar verre bloedverwanten moe
ten verzet hebben aangeteekend tegen
de uitvoering dezer wilsbeschikking,
op grond dat de overledene in zijn
laatste levensdagen aan hersenverwee
king leed.
De Bouwmaatschappij tot
verkrijging van eigen woningen te Am
sterdam zal spoedig weder overgaan tot
het bouwen van een blok woonhuizen.
Zij zal nl. op een terrein aan de ie en
2e Van Swinden- en Pontanusstraat 60
perceelen of 240 arbeiderswoningen doen
plaatsen. De aanbesteding heeft deze
maand plaats.
Een 69-jarige man, die
Maandagnacht als Waker dienst deed
op de aan den Binnen-Amstel te Am
sterdam liggende Rotterdammerboot,
is door het scheepsvolk meer dood dan
levend en deerlijk gebrand aangetrof
fen tusschen den stoomketel. Hij
vermoedelijk op dien ketel gaan zitten
en in slaap gevallen. Hij is naar het Bin
nen Gasthuis vervoerd.
Te Lutjebroek werd Zater-
dag gearresteerd zekere A. Z, uit Enk
huizen, wegens vermoedelijken diefstal
van een paard, dat hij voor ƒ40 had
verkocht.
Door de p o 1 i t i e t e L e i d e n
is aangehouden een niet daar te huis
behoorend persoon, die op heeterdaad
betrapt werd eene lade in eenen winkel
te lichten. Ook moet hij degene zijn,
die eene week te voren twee winkeliers
te Leiden bestal. Het bleek aan de
politie dat hij een oude bekonde der
justitie was,daar hij, ofschoon dat verzwij
gende, in April jl. uit de getangenis
te Leeuwarden was ontslagen, waar hij
wegens diefstal onder verzwarende om
standigheden eene gevangenisstraf van
acht jaren had ondergaan.
Maandagmiddag is onder
de gemeente Zoeterwoude een persoon,
die vóór de stoomtram van Voorscho
ten komende, wilde overloopen, gestrui
keld en overreden, tengevolge waarvan
een zijner beenen en een voet werden
afgereden. In beklagenswaardigen toe
stand is hij naar het academisch zie
kenhuis te Leiden vervoerd, na alvo
rens door een geneeskundige ter plaatse
zoo goed mogelijk te zijn behandeld.
In de Zondagmiddag te
's Hage gehouden algemeene vergade
ring van den „Nederlandschen Journa
listenkring" is het voorstel tot stichting
van plaatselijke afdeelingen in beginsel
aangenomen.
In verband hiermede werden ver
schillende bepalingen in de statuten
gewijzigd. Omtrent de definitieve vast
stelling der statuten van den kring,
gelijk die thans zullen luiden, zal eene
volgende algemeene vergadering hebben
te besluiten.
Het utree htsch meisje,
dienstbode bij den heer Warnolds op
villa „Ruimzicht", te Scheveningen, die
verleden week uit de tram is gesprongen,
en wier linkervoet verbrijzeld is, is aan
de bekomen wond Zaterdagavond in
het gasthuis te 's-PIage overleden.
Zondagavond ontdekte een
reiziger in een der laatste treinen van
Arnhem naar Amsterdam, ter hoogte
van het station Zeist-Driebergen, dat
een der waggons door het warmloopen
der assen in brand was geraakt. On
middellijk werd aan den noodrem ge
trokken, waarna de passagiers uit dezen
waggon in een anderen overgingen
Te Zeist werd daarop de waggon afge
haakt.
aangehouden en ter beschikking van de
justitie gesteld, omdat hij op heeterdaad
betrapt was terwijl hij een schaap uit
de weide stal.
Op de SI o-ter meer is jl.
Vrijdag een schip, komend van Har-
lingen en bestemd naar De Lemmer,
zwaar geladen met hout en steenkool,
door den- hevigen wind op eene zand
bank geraakt.
Al spoedig geraakte het vaartuig lek,
waardoor het water met kracht naar
binnen drong, Voor de bemanning, be
staande uit man, vrouw en drie dochters,
werd de toestand alzoo gevaarlijk. Ge
lukkig kwam een visscher uit Woudsend
spoedig opdagen en redde hen.
geheel werd ruim 5,250,000 stuks ansjo
vis aangebrachtde prijzen liepen terug
van ƒ8 tot 6,50 per 1000.
Tessel, 14 Juni. Voor de rookerijen
had in de afgeloopen week nog al aan
voer plaats van scharren en poonen.
Scharren golden 2 a 3 en poonen 1
2 per mand. De palingvisscherij le
verde nog weinig op; de paling gold
van 20 tot 59 c. per kg. Door on
stuimig weder kon de Noordzeevloot
niet geregeld visschen en besomde van
25 tot 60 per schuit. Het rogvisschen
binnengaats gaf eene goede vangst. De
rog werd meerendeels naar de belgische
markt verscheept en gold hier 50 62
c. per stuk.
Letteren en Kunst.
Van den roman „Noodlot," door
Louis Couperus, is eene engelsche ver
taling te Londen bij Heinemann ver
schenen onder den titel „Footsteps of
Fate," door Clara Bell.
Leger en Vloot.
Krijgstucht.
In het ontwerp eener wet op de krijgs
tuchtdat, ingevolge opdracht van de
ministers van Justitie, van Marine en
van Oorlog, door de heeren prof. Van
der Hoeven, schout-bij-nacht Bogaert
en gen.-mai, Hennus is samengesteld
en bij den uitgever Brill te Leiden is
verkrijgbaar gesteld, wordt ook het be
klag over opgelegde krijgstuchtelijke
straffen geregeld. Weliswaar dragen de
voorgestelde bepalingen slechts een voor-
loopig karakter, daar de herziening van
het formeele recht, waartoe ook het
beklag behoort, eerst tot stand zal kun
nen worden gebracht, wanneer het ma
terieel militair strafrecht afdoende ge
Zaterdagnacht is de groote /wijzigd is, doch in afwachting hiervan
hofstede met het woonhuis van de wed.
A. Luijsterburg te Vinkenbroek bij Ro-
zendaal geheel afgebrand. Het vee is
gered, doch van de inboedels niets.
Eene kostbare verzameling oud porse
lein en 2400 aan bankbiljetten gingen
mede verloren.
Eene vreemde historie!
Uit Maastricht wordt van 14 Juni
gemeld
Heden namiddag bezocht eene fami
lie uit Argenteau, een heer met dames,
met eigen rijtuig Maastricht en stapte
af aan de sociëteit „Momus", waar zij
den kellner verzochten het paard te
stallen. Deze verklaarde'het onmiddel
lijk te zullen doen en vertrok bloots
hoofds met het rijtuig, waarin de man
tels en regenschermen der dames ge
bleven waren. Toen men een tijd daarna
aan de hospita vroeg, waar het rijtuig
gestald was, om de mantels te halen,
vernam men dat er geen stal was en
dus de kellner er blijkbaar met het
rijtuig van door was. Er werd naar
Valkenburg en Gulpen getelegrafeerd,
en men vernam van twee ruiters, dat
hij met het rijtuig op den weg naar
Meersen was gezien, Tegen 7 uur kwam
het rijtuig in eenigszins gehavenden
toestand te Maastricht terug, met den
vluchteling, het hoofd omwonden met
doeken (hij was uit het rij tuig gevallen.)
Een boerenknecht zat als koetsier op
den bok.
Te Dorenweerd is Zondag
een 9-jarig knaapje al spelende tusschen
het rad van een watermolen en een
muur bekneld geraakt, met dat gevolg,
dat hij inwendig zoo zwaar werd ge
kneusd, dat de dood er onmiddellijk
op volgde.
J. B., te Haamstede, b ij von
nis der rechtbank te Zierikzee failliet
verklaard, is Maandag, terwijl hij zich
met zijn gezin te Antwerpen aan boord j wonen,
begaf om naar Amerika te vertrekken,
door de justitie aangehouden, als ver
dacht van frauduleuze handelingen.
Door de politie te Gronin
gen is een kleermaker, zekere S. D.,
kunnen reeds enkele gebreken van den
bestaanden toestand worden weggeno
men, die reeds tot veel geschrijf hebben
aanleiding gegeven.
In de eerste plaats stelt de commissie
voor, de onhoudbare bepaling te doen
vervallen, dat een militair, die over een
straf reclameert, zich in arrest moet
begeven.
Tvveedens zal de reclamant verplicht
zijn in de eerste plaats zijn bezwaren
kenbaar te maken aan een boven den
strafoplegger gestelden militair. Volgens
de nu geldende bepalingen heeft een
klager de keuze tusschen een hoogere
autoriteit en den krijgsraad. Reclame
zaken zullen voorts nimmer meer voor
den krijgsraad, doch, in geval een be
klag tot in hoogste ressort wordt voort
gezet, voor het Hoog Militair Gerechts
hof behandeld worden.
Vervolgens wordt voorgesteld te be
palen, dat de gestraite militair niet meer
gelijk thans onmiddellijk na de
strafoplegging zal kunnen reclameeren,
doch eerst na verloop van 2 dagen.
Hierdoor zullen overijlde reclames voor
komen worden.
Ten slotte wordt in het ontwerp het
oud en juist militair beginsel gehuldigd,
dat de gestrafte moet beginnen met te
gehoorzamen, en dat dus het ondergaan
van de straf, door het indienen van het
beklag, niet wordt geschorst, met uit
zondering evenwel, dat de militair, die
gestraft wordt met plaatsing in de klasse
van discipline, bij eventueele reclame,
die straf niet behoeft te ondergaan,
zoolang de reclame hangende is.
De volontairs sergeanten van het
oudste studiejaar der Militaire School
te Haarlem zijn naar de legerplaats
bij Oldebroek vertrokken, ten einde
aldaar gedurende 3 dagen de schiet
oefeningen der vesting-artillerie bij te
KOLONIËN.
BATAVIA, 15 Mei,
De Deli Ct. van 24 April meldde
dat de heer Rittersberg op Hessa in
Assahan door Javanen was omgebracht.
Nader vernam het blad echter, dat
niet de heer Rittersberg, maar de heer
Röckl en wel te Tandjong Alam werd
vermoord.
Volgens te Deli ontvangen tele
gram zijn Beek en Jourdin door den
raad van justitie te Batavia wegens
doodslag op een chineeschen koelie
veroordeeld elk tot een jaar gevange
nisstrat, en de Tandil tot twee iaar
dwangarbeid. Allen werden vrijgespro
ken van de beschuldiging van onwet
tige gevangenhouding.
De officier van justitie heeft appèl
aangeteekend van dat vonnis.
Naar aanleiding hiervan merkt de
Deli- Courant op
„Hetgeen den heeren B. en J. blij
kens de akte van beschuldiging ten laste
wordt gelegd is niet eene gewone cor
rectie, zooals in dit gewest misschien
dagelijks voorkomt, nu op deze en dan
op gene estate, doch mishande
ling, niet in eene vlaag van veront
waardiging, doch herhaaldelijk en dus
met opzet gepleegd. Nagenoeg geen
enkele administrateur zal de handel
wijze dier heeren billijken, noch zelfs
de openbare orde hier bedreigd achten,
wanneer hen een zwaarder vonnis werd
opgelegd, dan nu is uitgesproken.
„Zeker is het noodig dat de admini
strateur de stilzwijgende bevoegdheid
heeft cm een weerspannigen of over
mced gen koelie eenige slagen te laten
toedienen, doch tusschen eene eenvou
dige correctie en eene herhaalde mis
handeling is een groot verschil."
VISSCHERIJ.
Enkhuizen, 14 Juni. Gisteren
werd alhier aangevoerd 760,000 stuks
ansjovis, prijs ƒ6.50 per 1000. In het
De Ha?nburger Nachrichtenhet blad,
dat na Bismarcks val nogal eens ter
sprake kwam, antwoordt thans op de
verschillende artikelen van bladen, die
over de verhouding van Rusland en
Duitschland liepen, en verklaart, dat
hetgeen men dienaangaande heeft ge
zegd niet overeenkomstig de waar
heid is.
Op het oogenblik zegt het blad
dat de Czaar en Bismarck elkander voor
het laatst ontmoet hebben, in October
1888, was de verhouding tusschen beide
rijken zoo goed als men slechts kon
wenschen.
De keizer van Rusland heeft, bij die
gelegenheid, zijn volkomen vertrouwen
uitgedrukt in de toenmalige duitsche
regeering en meer in 't bizonder in den
persoon van den prins van Bismarck.
Men heeft dezen laatsten verweten,
de krachten van Rusland te hoog te
hebben geschat en zich daardoor te
hebben laten influenceeren in zijn dor-
deel.
Dat verwijt is niet gerechtvaardigd.
De oud kanselier kende de russische
aangelegenheden beter dan vele andere
staatslieden. Maar de prins heeft inder
daad, in tegenstelling met vele politici,
altijd getwijfeld of een oorlog met Rus
land in 't voordeel van Duitschland kon
zijn; hij was altijd van meening dat
zelfs in een overwinnenden krijg
Duitschland in verhouding tot zijne po^
gingen geen voordeel zou behalen van
eenig belang.
Daartegenover zou een ongunstige
afloop, vooral indien Frankrijk zich er
plotseling in zou mengen, groote ge
varen voor het rijk opleveren.
Volgens de overtuiging van prins
Bismarck, zou een oorlog tusschen
Duitschland en Rusland dan alleen
plaats mogen hebben, in het geval dat
de verdediging der duitsche onafhanke
lijkheid en van Duitschlands belangen
hem noodig maakte. Daarom heeft de
prins alles gedaan om een oorlog tus
schen Oostenrijk en Rusland te voor
komen.
Wat de gebeurtenissen van 1875 be
treft, de historische waarheid is de vol
gende: Sinds 1871 heeft prins Gortchakoff
voortdurend getracht om bij keizer
Alexander II haat tegen Duitschland op te
wekken. Met dit doel heeft de russische
oud-kanselier er toe bijgedragen om in
Frankrijk telkens valsche alarmkreten
te doen opgaan ten opzichte van voor
gewende oorlogsplannen van Duitsch
land. Het is grootendeels dit gebrek
aan goeden trouw dat de oorzaak is
dat de verwijdering, die prins Gortcha
koff voor Bismarck gevoelde, wederkee-
rig is geworden.
De betrekkingen tusschen de beide
rijken hebben geen verkoeling onder
gaan, dan alleen toen de aanvrage, door
Rusland aan de duitsche regeering ge
richt, ten opzichte van hare onpartij
digheid in het geval van een russisch-
oostenrijkschen oorlog, in geen gunstigen
zin werd beantwoord
Slechts toen heeft Rusland zich tot
Oostenrijk gewend en heeft daarmede
onderhandelingen aangeknoopt, welke
tot uitslag hadden het traktaat van
Reichstadt, waarop de bezetting van
Bosnië door Oostenrijk met goedvinden
van Rusland is gevolgd.
Uit Constantinopel wordt, onder dag-
teekening van den 13e<i gemeld, dat de
stam der Affyrs, de belangrijkste in de
geheele provincie Yemen, in opstand
gekomen is en het detachement, het
welk gezonden werd om dien opstand
te dempen, verslagen is en 100 man
benevens vele officieren verloren heeft.
De goeverneui van Y"emen vermeldt
als een feit, dat de Affyrs snelvurende
geweren hebben van engelsche fabrikaat
en zelfs Hotchkiss-kanonnen. Hij vraagt
dringend belangrijke en spoedige ver
sterkingen, ten einde te kunnen beletten
dat zich nog andere stammen bij de
Affyrs aansluiten. Men zegt dat een
deel der turksche troepen op de vlucht
geslagen is.
Ingevolge deze ernstige berichten zijn
de ministers Donderdag en Zaterdag in
buitengewone zitting te Yildiz-Kiosk ver
gaderd geweest, en is er besloten dat
terstond 10,000 man der in Syrië lig
gende troepen naar de provincie Yemen
zullen gaan.
In turksche kringen meent men in
dezen opstand de hand van Engeland
te zien, maar dit gerucht verdient met
het uiterste voorbehoud te worden
vermeld, daar er geen enkele aanwij
zing is tot bevestiging daarvan.
De sensatieberichten, dat de prins
van Wales voornemens zou zijn van
zijn rang in het leger en zijne rechten
op den troon afstand te doen ten
gunste van zijn oudsten zoon, wekken
te Londen niet weinig hilariteit.
De dimes meldt uit St. Petersburg
dat de overheid een daar ter stede
gedrukt zeer gematigd vlugschrift tot
toelichting der jodenkwestie heeft laten
verbranden. De Times bevat hierover
een bitter hoofdartikel.
Aan de Times wordt gemeld, dat te
Zanzibar aangekomen is kapitein Stairs,
die eene expeditie naar Cantanga or
ganiseert in opdracht van den Congo-
Toen hij zich vervolgens ontkleedde, voelde hij de dobbel-
steenen in zijn vestzakken. Hij haalde ze te voorschijn en legde
ze drie aan drie op de tafel. Hij nam vervolgens een klein
drinkglas van de waschtafel, deed daarin drie dobbelsteenen,
schudde het glas en wierp de dobbelsteenen op de tafel; dit
herhaalde hij een half dozijn malen, maar nooit kon hij boven
dertien oogen werpen. Nu beproefde hij het tweede drietal, doch
hoe geheel anders was de uitkomststeeds wierp hij zeventien
oogen, twee zessen en een vijf. Daarna beproefde hij desteenen
afzonderlijk, met twee wierp hij steeds zes en met den derden
vijf oogen. Hij onderzocht nu iederen steen zeer nauwkeurig en
zeide„Die steenen zijn ongetwijfeld eens mijn eigendom ge
weest. Er werd wel geld mee verdiend, maar ik ben bijna be
trapt geworden. Eens en voor altijd, ik speel niet meer met
valsche dobbelsteenen of kaarten." Hij vergat echter, dat hij tegen
zijn neef George Studley, wiens geheim hij kende, weer een
valsch spel zou spelen, want iemand, die met het geheim, dat
hij alleen kent, zich wil verrijken ten koste van een vriend, dién
hij in het verderf stort, speelt met valsehe kaarten.
Het was een heldere, zonnige trouwdag. De zon scheen zoo
schoon, alsof zij de bruid een onbewolkte toekomst moest voor
spellen, toen George Studley haar met trots van het altaar
wegvoerde, en zij met oranjebloesems in het haar op den krach-
tigen arm van den squire geleund, als zijn vrouw uit het kerk
portaal te voorschijn kwam om over een pad, letterlijk met rozen
bestrooid, naar de rijtuigen te worden gevoerd, die daar wachtten
om alle gasten naar Manor House terug te brengen, waar de
feestdisch hen wachtte.
De kapitein had zijn woord gehouden en had de waardigheid
van bruidsjonker vervuld. Twee dagen vóór de voltrekking van
het huwelijk, was hij uit Parijs teruggekeerd. Op de vragen, die
George hem deed, gaf hij ten antwoord:
„Ik heb niets belangrijks gevonden, het waren hoofdzakelijk
brieven van personen, welke zij had misleid; verder eenige on
beduidende prullen, die ik aan madame Nicole heb vermaakt
dat was alles! Tracht nu alles te vergeten, en zeg er maar niets
van aan uw vrouw, en nooit zal er zich een wolkje vertoonen
aan den hemel van uw huwelijksleven."
„Gij zijt toch een goede kerel, Charley," had de squire ge
antwoord en had deze woorden van een stevigen handdruk ver
gezeld doen gaan.
De kapitein had voortdurend zijn rol als bruidsjonker van zijn
neef uitstekend vervuld, en toch had Grace hem gedurende de
gansche plechtigheid slechts met één blik verwaardigd en wel
met zulk een verachtelijke uitdrukking in hare oogen, dat hoe
gewend hij ook was aan den omgang met vrouwen, hij toch
voor dien blik terugdeinsde. Toen hij in de consistorie-kamer
dan ook gekruik wilde maken van zijn recht als bruidsjonker
om de bruid na de plechtigheid den eersten kus te geven, begon
Charles met te zeggen:
„Ik meen, dat mij het voorrecht gegund is om de bruid den
eersten kus te geven;" maar de felle, verachtelijke blik, dien Grace
nu op hem wierp, zeide hem, dat hij zich op zeer gevaarlijk
terrein bevond, en hij besloot dan ook met de woorden„het
is volgens mijn oordeel echter een te onrechtvaardig gebruik
ten nadeele van den jongen echtgenoot. Ik sta dus mijn recht
aan u af, George," een vergunning, waarvan zijn neef zoo spoe
dig mogelijk gebruik maakte.
Dit kleine voorval ontging echter niet aan de aandacht van
Lottie Preston, want zij fluisterde den jongen Percy in het oor,
terwijl deze naast haar stond en ook wel dien morgen, in het
huwelijksbootje had willen stappen met een zeker iemand:
„Mijnheer Willie, zoo edelmoedig zoudt gij zeker niet zijn."
„Wanneer gij daarentegen de bruid waart, dan zoudt gij, evenals
Grace waarschijnlijk, van meening zijn, dat Beverley's edelmoe
digheid zeer misplaatst is," merkte Willie op.
„Dat is best mogelijk," hernam Lottie, „de kapitein is echter
jegens dames niet zoo onaangenaam in zijn spreken."
„Alles wat de kapitein doet is steeds even mooi en goed in
de oogen van een zekere dame," zeide hij weer.
„En alles wat gij doet is verkeerd," was haar oordeel.
Hun gesprek werd afgebroken, doordat allen de consistorie
kamer verlieten.
Weldra zaten de gasten om den huwelijksdisch geschaard, en
alles v/as uitmuntend ingericht. Mevrouw Studley had er op aan
gedrongen, dat dit feest zou doorgaan, hoewel zij, doordat zij
lijdende was, niet aan tafel kon verschijnen. Het was een feest,
dat niets te wenschen overliet.
Wordt vervolgd