NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
8e Jaargang.
Zaterdag 27 Juni 1891.
No. 2446.
ABONNEMENTSPRIJS
ADYERTENTIËN:
STADSNIEUWS.
DeTeilpstellittpaiJijralieif.
VIJFTIGJARIG BESTAAN
van de Synagoge
der M. Isr.Jremeente, alhier.
FEUILLETON.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Dit blad vsvechjjnt dagelijks, behalve op Zon. en Feestdagen,
ïiurean Kleiniv Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer
van 15 regels 50 Cent»; iedere regel meer 10Cent».
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen ess Advertenties worde® aangenomen doos*
onze agenten en door alle boekhandelaren ea courantiera.
Directeuren-Uitgevers J„ C. PEEREBOOM en J. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de FubliciU Eir&ngert. G0 L, BAÏJBM tj Co., JOHN F, JONES, SuccFarijs Slfo'g Faubourg Montmartre.
Haarlem, 26 Juni 1891.
De tentoonstelling van antieke ju
weelkistjes, bonbonnières, tabaksdoozen
etc., in het Museum van Kunstnijver
heid alhier, waarvoor nog steeds bij
dragen worden ontvangen, wekt zoozeer
de algemeene belangstelling, dat de
directie van genoemd Museum besloten
heeft den termijn van sluiting te wijzigen
en op den laatsten Juli vast te stellen,
waardoor zij ook nog gedurende de
algemeene vergadering der Maatschappij
van Nijverheid, die halt Juli alhier ge
houden wordt, geopend zal blijven.
De directie vertrouwt dat h.h. inzen
ders tegen deze wijziging geen bezwaar
hebben en zal zorg dragen, dat alle
inzendingen vóór medio Augustus in
goede orde aan de eigenaars worden
teruggezonden.
De teekeningen van de leerlingen der
decoratieschilderklasse blijven nog in
het traplokaal tentoongesteld.
Zondag is de toegang vrij.
Bij de Rijkskweekschool voor onder
wijzers alhier kunnen, na atgelegd
examen, 20 kweekelingen worden ge
plaatst, die op i° April j.l. hun 15e jaar
ingetreden zijn en op dien dag hun 16°
jaar nog niet volbracht hebben.
Aanmelding vóór 1 Juli e. k. bij den
directeur, den heer P. H. van der Ley,
met overlegging der geboorteakte, van
het bewijs van vaccine en van een ot
meer getuigschriften.
Bij gelijke bekwaamheid en aanleg
genieten diegenen de voorkeur, welke
zelf in de kosten van huisvesting en
verpleging willen voorzien.
Voor het programma van het examen
en de voorwaarden van toelating wordt
verwezen naar de JSêderlandsche Staats
courant van 1/2 Februari j.l. N°. 27 en
van 30 Mei j.l. N°. 124.
De Vereeniging tot verfraaiing van
Haarlem en omliggende Gemeenten en
tot bevordering van het Vreemdelin
genverkeer, is voornemens om behou
dens de goedkeuring van den minister
van Binnenl. Zaken en den Haarlem-
schen Gemeenteraad, op Vrijdag 17
Juli aan de afgevaardigden ten congresse
van de Maats. v. Nijverheid en aan de
leden der bovengenoemde vereeniging,
aan te bieden een Groot Paviljoen-Feest,
bestaande uit concert en bal-ehampêtre,
met verlichting door lampions van het
geheele front wan dat gebouw en ver--
siering van het terrein.
De commissie tot regeling van dat
feest, bestaat uit de heeren J. Ph. Dol
leman, E. von Saher, Jhr. J. J. Sandberg,
J. A. G. van der Steur en C. Witte-
veen Czn.
Spoedig deelen wij nadere bizonder-
heden mede.
Zooals reeds door ons is bericht, zal
ter gelegenheid van het congres in Juli
alhier te houden, van de Maats, van
Nijverheid, tevens eene 'tentoonstelling
plaats hebben van werkstukken, teeke
ningen en statistieken van een aantal
ambachtsscholen in ons land.
Nauwelijks had de af deeling Haarlem
van dtfc voornemen blijk gegeven, of
zij ontving van verschillende zijden de
meest ondubbelzinnige blijken van be
langstelling. Tot dusver had elke school
voor zichzelve gewerkt, zonder precies
te weten de wijze van arbeiden in de
andere scholen, zonder te kennen de
vakken waarop daarin de meeste nadruk
werd gelegd, zonder op de hoogte te
zijn van de door andere verkregen
resultaten.
Daarom is deze tentoonstelling een
zaak van niet te onderschatten betee-
kenis Elke ambachtsschool toch is an
ders, werkt anders dan eene andere.
Hier geeft men zich de meeste moeite
voor het timmervak, ginds voor het
meubelvak, elders weer legt men zich
meer toe op machine-bankwerken. Moet
men dit verschil toeschrijven aan voor
liefde der leeraars, aan plaatselijke
eischen, aan toevallige omstandigheden
De school te Rotterdam o. a. kreeg in
dertijd van den welbekenden ex-bankier
Pinncoffs eene groote stoommachine
cadeauis het wonder dat zij zich het
liefst en het meest bemoeit met bank
werken
En dat de belangstelling om zoo te
zeggen niet hol, maar wel degelijk echt
massief was, bewijzen de talrijke aan
vragen van deelneming. Reeds hebben
Rotterdam, Leiden, Utrecht, Breda,
Goes, Middelburg en Bodegraven (wist
men wel, dat zelfs ddar eene ambachts
school is) deelneming toegezegd, terwijl
voorwaardelijk van hunne medewerking
hebben doen blijken de scholen te
Arnhem en te Leeuwarden.
Bekend is, dat de tentoonstelling niet
plaats heeft in den Doelen,maar wegens de
talrijkheid der inzendingen, in denKraton,
op het Houtplein. Op Maandag, 13 Juli
e. k.p wordt de tentoonstelling geopend
en zal dat vermoedelijk vier weken lang
blijven. De commissie voor deze expo
sitie is samengesteld uit de navolgende
heeren Hk. Figée, lid van de firma
Geb. Figée, fabrikant, voorzitter, H. L.
Janssen van Raay, oud-dir. v. publ. wer
ken in Indië, E. von Saher, conservator
van het museum van Kunstnijverheid
en directeur der teekenschoolJ. J. F.
Beijnes, lid der firma J. J. Beijnes,
fabrikantJ. Merens, lid der firma
Gebr. Merens, fabrikant, secretaris.
Uit het negende jaarverslag van de
„Christelijke vereeniging voor de ver
pleging van lijders aan vallende ziekten
te Haarlem", nemen wij het volgende
over
Het aantal vrouwelijke verpleegden
bedroeg bij den aanvang van het verslag
jaar 56, en is tot 63 geklommen. Zeven
patiënten verlieten het gesticht, waar
van ééne, helaas, maar een krankzinni
gengesticht moest overgebracht worden,
terwijl vijf in den loop des jaars
stierven.
Het aantal mannelijke verpleegden was
57, terwijl er 18 bij kwamen, 12 heen
gingen en 2 overleden, zoodat het ge-
tol 61 bleef.
Het aantal verpleegdagen klom in dit
jaar tot 44,398.
Hoe moeielijk de verpleging is, blijkt
uit het feit, dat in het afgeloopen jaar
2652 zware, 401 lichte toevallen en 3089
duizelingen voorkwamen.
Het cijfer der aangekomen patiënten
zou grooter zijn. wanneer het mogelijk
ware, patiënten gratis of tegen verlaagd
tarief op te nemen.
Door een suppletiefonds tot stand te
brengen, wil het bestuur in dezen nood
voorzien. Het is zoo pijnlijk, zoovele
arme ongelukkigen af te moeten wijzen
omdat het noodige geld ontbreekt.
In het maandblad „Het Diakonaat"
heeft de directeur over de noodzake
lijkheid van zulk een fonds dikwijls
gesproken en voor eenige maanden een
extra nommer van het blad laten ver
spreiden om aan te dringen op vele
gaven, ten einde zulk een fonds op te
kunnen richten. Dat hij een grooter
resultaat van de 1500 exemplaren, die
door het land gingen, om het gesticht
bekend te maken, verwachtte, kan men
begrijpen, daar slechts op dit schrijven
ƒ517,35 inkwam. De onbekendheid in
ons land met deze zoo nuttige inrichting
bracht een tekort van 13,017.30 te
weeg.
Dat het gesticht veel sympathie vindt
bij hen, die het kennen, ziet men uit
de giften, die inkwamen en waaronder
de f 10,000 voor eene nieuwe wasch-,
droog- en badinrichting in de eerste
plaats mag genoemd worden.
De giften bedroegen ƒ4311.83, de
contributiën 3433.50 en de verpleeg -
gelden ƒ31,749.67. Alle ontvangsten
waren 56,051.29.
Heden waren wij in de gelegenheid
bij de firma A. van der Steur en Zoon,
kleermakers, Groote Houtstraat alhier,
een gala-kostuum voor hofmaarschalk
te bezichtigen, dat gedeeltelijk in de
ateliers van genoemde firma is vervaar
digd: het kostuum is daar gesneden en
gemaakt en het goudborduursel is elders
er op aangebracht. Dit fraaie kleeding-
stuk, dat sierlijkheid aan soliditeit paart
en geheel volgens de regelen is gemaakt,
kost de bagatel van ƒ700.
De feestelijkheden ter gelegenheid
van de viering van het 50-jarige bestaan
der Synagoge te Haarlem (26 Juni
1891, volgens de israëlitische jaartelling
20 Siwan 5651 (vingen reeds Donder
dagavond aan.
Door de commissie uit de gemeente
leden werd, bij monde van haren voor
zitter, den heer A. J. Cats, met eene
schoone toespraak aan de kerk ten ge
schenke aangeboden een achttal prach
tige cuivre poli kerkkronen. Eene com
missie van jonge dames, voor wie het
woord werd gevoerd door hare presi
dente mej. B. Weill, gaf de kerk een
drietal kleeden en een zilveren beker
ten geschenke.
Nog meer blijken van waardeering
mocht de feestvierende gemeente ont
vangen. Zoo schonk eene commissie uit
de amsterdamsche zangvereeniging de
„Harpe Davids", een sierlijk" bewerkt
gebedeboek, ten gebruike van den
voorzangerde voorzitter van den
kerkeraad, de heer P. H. L. Konijn,
schonk een prachtigen katheder en de
heer M. J. Nopol een diamant, om te
worden geplaatst in den zilveren wijs - i
vinger, waarmede op de wetsrollen I
wordt aangewezen.
De feestelijkheid ging gepaard met
plechtige toespraken. j
Hedenmiddag had in de Synagoge
zelve het kerkelijke feest plaats. Te half
drie werd het gebouw voor gemeente-1
leden en genoodigden geopend door de i
ceremoniemeesters. Een half uur van j
te voren waren in het gemeentelokaal j
de leden van het zangkoor „Harpe j
Davids", (onder directie van den heer
Arnold de Leeuw) ontvangen. Een
hunner had ^50 jaar geleden ook bij de
inwijding meegezongen. Te drie uur
ving de feestviering aan en werd de
Synagoge gesloten.
Na een inleiding, door het koor ge
zongen, werd met een gelegenheidsge
dicht in het hebreeuwsch, uitgesproken
door den leeraar der gemeente, den heer
S. J. Cauveren, het feest geopend. Daar
op volgde de openingsrede door den
voorzitter van het kerkbestuur, den heer
P. H. L Konijn, in het nederlandsch,
waarbij spreker 0. a. in dikwijls bezielde
woorden de geschiedenis der gemeente
in de laatste 50 jaar herdacht en daarop,
na een lied van het koor, de feest
rede, door den opperrabbijn uit Am
sterdam, dr. J. H Dünner.
Deze hoogwaardigheidsbekleder wees
er 0. a. op, hoe de bouw van de Syna
goge voor de gemeente het begin van
een tijdperk van godsdienstigen bloei
was geworden, zoodat deze thans eene
eereplaats inneemt onder de joodsche
gemeenten in het land.
Thans zong het koor bij de geopende
Arke een gebed voor H. M. de Ko
ningin, dat aldus luidde
„Hij, die den koningen hulp, den
„gezalfden heerschappij verleent; wiens
„rijk het rijk van alle eeuwigheid is
„die zijn dienaar David redde van hef
„onheilbrengend zwaarddie in de zee
„eenen weg, in geweldige wateren een
„pad baant; Hij zegene, behoede, be
scherm e, helpe, verheffe, verhooge, doe
„groot in aanzien zijn
onze Gebiedster B. M. Koningin Wil-
helminaHoogverheven blijve Hare
heerlijkheidHare Moederde Koningin
Regejiiesen het gansche Koninklijke
Huishoogverheven blijve Zijne heer
lijkheid.
„De Koning aller Koningen in Zijne
„albarmhartigheid behoude Haar ten
„leven, bescherme Haar en redde Haar
„van elke smart, nood of schade, Hij
„doe volkeren aan Haar zich onder-
werpenHij doe Hare vijanden voor
„Haar vallenHij schenke Haar voor-
Spoed, waar zij zich wende. De Ko-
„ning aller Koningen neige het hart
„van onze Koningin en het hart van
„Hare Moeder de Koningin-Regentes
„en dat van al Hare raadsheeren en
„vorsten tot welwillendheid om ons en
„gansch Israël wel te doen. In hare en
„in onze dagen worde Juda geholpen
„en Israël wone in veiligheid. Moge de
„Verlosser te Zion komen. Moge dit
„Gode welgevallig zijnAmen."
Nadat nog door den leeraar der
gemeente eveneens bij geopende Arke,
een gelegenheidsgedicht en een gebed,
beide in het hebreeuwsch, waren uit
gesproken, werd de plechtigheid geslo
ten met het zingen van Psalm 150 door
het koor.
De Synagoge was geheel bezet en
zeer feestelijk en smaakvol versierd.
Vrijdagavond en Zaterdagmorgen
worden godsdienstoefeningen gehouden
met medewerking van het koor. Zon
dagavond zal in de groote zaal van de
sociëteit „de Kroon" een groot vocaal
en instrumentaal concert plaats hebben,
gevolgd door bal en souper voor 400
personen.
19)
HOOFDSTUK VI.
„Zijt gij hier, Willie!" zeide de vicaris eindelijk met een
diepen zucht.
„Hoe gaat het met mevrouw Studley vroeg de jonge man.
„Zij schijnt nu veel kalmer, de arme vrouwantwoordde
miss Midgley.
„Het is slechts schijn; somtijds denk ik, dat alles in het leven
slechts schijn is," zeide de vicaris, „jeugd, gezondheid, kracht
en geluk. De goeden moeten deze wereld verlaten en de slechten
blijven leven."
„Ik moet zeggen, dat dit niet zeer vleiend voor ons is, dok
ter Selby," zeide de oude vrijster heftig, en zich daarna tot
Willie wendend, vervolgde zij: „Wat is dat zonderlfcg, William
Henry, dat mijnheer Studley geen testament heeft nagelaten.
Alle maatregelen waren reeds genomen, heeft mijnheer Jeates, de
notaris, mij verteld, maar de squire heeft verzuimd de stukken
te teekenen. Ja, die mannen zijn zoo zorgeloos, hoewel mijn
eer Studley nog wel een van de besten was," vervolgde rij.
„Ik noem het ook zjeer zorgeloos van George," stemde de
vicaris toe Gelukkig is het geen punt van overwegend belang,
Grace zal als zijn weduwe een levenslang jaargeld hebben en
natuurlijk is haar zoon de erfgenaam van het landgoed, wanneer
hij meerderjarig is en de bezittingen zijn zeer aanzienlijk."
Op dat oogenblik trad Lottie Preston de bibliotheek binnen,
en de vicaris zeide tot haar„Hoe gelukkig, Lottie, dat gij
Grace in deze droevige dagen kunt troosten en bemoedigen."
„Het zou haar iïiet aan troost van een vriendin ontbroken
hebben, al was Lottie er niet geweest," zeide miss Mathilda met
een nijdigen hoofdknik. „Kom, dokter," vervolgde zij en maakte
aanstalten om te gaan, „het wordt tijd om te eten."
„Tijd om te eten vroeg de vicaris eenigszins verstrooid.
„Ik heb het vandaag wat vroeger laten klaarmaken, omdat wij
vanmorgen niets gegeten hebben. Kom, ga mee, Lottie. Goeden
dag, mijnheer Percy of gaat gij met ons mee?"
„Met genoegen," antwoordde Willie, zeer verheugd, dat hij
gedurende de wandeling naar de pastorie een geschikte gelegen
heid zou hebben om zich met Lottie te onderhouden.
„Ga dan mee," zeide miss Midgley en zij verliet met den
vicaris het vertrek, „anders moeten wij weer als gewoonlijk
koud eten."
Zij werden ©ogenblikkelijk gevolgd door Willie en Lottie,
maar door allerlei hulpmiddeltjes wist Willie het zoover te krij
gen, dat het oudo paar voorop liep, en wel zoö, dat z!j rijne
woorden niet konden hooren, en toen begon hij het gesprek,
hoewel niet in vloeiende en goed gekozen bewoordingen^ met
,J... ja, het doet mij veel genoegen, dat gij teruggekomen
zijt, miss Preston, Het is een zeer treurige geschiedenis. Ik be*
doel bedoel natuurlijk niet uw terugkomst, maar het vreese-
uiteinde van den armen George."
„Zeer treurig," stemde Lottie toe, „en het is ook verschrik
kelijk voor hen, die de arme Grace in haar wanhoop moeten
troosten."
„Het moet een bedroevend werk zijn om iemand in zulke
omstandigheden te trachten te troosten," gaf hij ten antwoord, „en
vooral, wanneer men zelf zoo bedroefd is, moet het moeilijk zijn
om niets verkeerds te zeggen. Ik doe dat altijd, en het is des
te erger, wanneer men dat zelf gevoelt."
„Woorden zijn zulke zwakke troostmiddelen," zeide zij. „En
moet ik dat nu vaD u hooren, die steeds op zoo beminnelijke
wijze iets kunt zeggen."
„Zoo hebt gij niet altijd over mij gedacht," zeide zij.
„O ja, toch wel!" gaf hij haastig ten antwoord. „Dat neemt
evenwel natuurlijk niet weg, dat gij in staat zijt om, wanneer
gij dat wilt, iemand zeer harde woorden toe te voegen."
„En ik wilde dat maar al te dikwijls doen, nietwaar?" vroeg
Lottie glimlachend.
„Ja, wanneer iemand er van hield, dan was ik het stellig niet,"
antwoordde Willie op eenigszins somberen toon.
„Ik vrees, dat ik u vroeger dikwijls wel eens wat al te hard
heb toegesproken," zeide Lottie uiterst vriendelijk.
„Ja, gij waart toen somtijds zeer heftig tegen een zeker iemand
inderdaad zeer heftig," zeide Willie toestemmend.
fcja, maar ik ben nu verstandjes dan vroeger. Ik ben immers
ip dien tijd zes jaar ouder geworden," hernam zij.
„Is dat waar?" vroeg hij verbaasd. „Natuurlijk is het zoo9