NIEUWS- EN ADVEETENTIEBLAD. STADSNIEUWS. Het Lilliputter-paar. BINNENLAND. FEUILLETON. PSYCHE. No. 2470. 9e Jaargang. Zaterdag 25 Juli 1891. A BON N EM EN TSPRIJS ADVERTENTIËN: Hoofdagenten voor het Buitenland-. Compagnie Générale de Tdblioiii ~.Jt (f Co., JOHN F, J0NE8, Succ.9 Far%» 31 his Faubourg Afontmarére Haarlem, 24 Juli 1891. De eerstvolgende vergadering van den Gemeenteraad zal plaats hebben op Woensdag den 29» Juli a. s., des na middags te 1 uur. Bij de heden gehouden aanbesteding van het bijbouwen van kantoor-lokalen van den gemeente-ontvanger, vestibule, •wachtkamer enz., zijn ingekomen 6 in schrijvingen Laagste inschrijver H. London alhier, voor f 13986. Benoemd tot onderwijzer aan de school in het Ned. Herv. Weeshuis al hier, de heer P. H. Buisma, onderwijzer te Almkerk. De tentoonstelling van Ambachts scholen gehouden in den „Kraton," werd heden door 35 personen bezocht. De koninklijke liedertafel „Zang en Vriendschap" geeft, zooals reeds vroeger is gemeld, Zaterdag 25 Juli a. s., des namiddags ten 6 uur een, concert in het hotel „Prinzenhof", te Cleef, met medewerking van den zoon des direc teurs, den heer W. Robert Jr., viool. Het programma luidt als volgt: 1. a. Lentelied, koor. b. In 't bosch, koor. Verhulst; 2. a. Vineta, koor, Abt; b. Alt Niederlandisches Lied, koor, Kremser 3. Romance, (viool), Svend- sen 5- a. Schafers Sonntagslied, solo kwartet, ICreutzer; b. O, Wie wunder- schön, solo-kwartet, Abt5. Deus nostra Spes, (Psalm 46), koor, L. F. Brandts Buys; 0. Rudolph von Werdenberg, koor, Hegar; 7. a. Nocturne, viool, Riesb. Kuyawiak, viool, Wieniawski (Polnischer Nationaltanz). 8. a. Ihr liebe Vöglein, solo-kwarlet, Ménager; b. Heim- weh, solo-kwartet, Heim 9. Omhoog, koor, Heinze. Wij hopen dat het concert in alle opzichten goed moge slagen en „Zang en Vriendschap" ook nu weder in den vreemde haar goeden naam moge hand haven. De Haarlemsche Mannenzangvereeni- ging „Crescendo" heeft besloten, aan de Letterl. Vereeniging J. J. Cremer aan te bieden een verguld zilveren medaille voor den door Cremer uitgeschreven Tooneel wedstrijd. Heden is door de politie alhier aan houden een zekere B. van N., te En schede, die in het Algem. Politieblad', gesignaleerd stond tot het ondergaan! van een maand gevangenisstraf ter zake i diefstal. In de Zijlstraat 85 hebben Markiezin Louise en Markies Wolge hun intrek genomen en deze kleine menschjes zijn aldaar te bezichtigen van des voor middags 11 tot des avonds 10 uur. Wij brachten hun heden een bezoek en werden door deze waarlijk zeldzaam kleine producten van het menschenras met alle honneurs ontvangen. De markies, bracht zijn hand aan de muts (hij draagt een oostenrijkschen uniform) en de markiezin maakte een deftige révérence. Ze zijn geboortigde mar kiezin uit Rusland, de markies uit Hon garije. Hunne lengte is respectievelijk 29 en 28 Eng. duim en we hebben ons, o. a. van den markies, kunnen over tuigen, dat hij werkelijk den leeftyd bezat, die in de advertentie staat ge meld. Hij heeft een goed ontwikkelden baard en knevel, natuurlijk geëvenre- digd naar het lichaam. Dit dwergenpaar heeft geheel Europa en een groot deel der beschaafde streken van Afrika en Centraal Azië doorreisd. Ze zijn aan de hoven ontvangen en met geschenken overladen. Officieele bescheiden, die ons getoond zijn, bevestigen o. a. dat het fraaie sabeltje, dat de markies draagt een echte Toledo-kling is, hem ge schonken den 27^11 Februari 1887 door de Koningin Regentes van Spanje, ter wijl de markiezin met een diamanten parure prijkt, die zij onlangs van de Khediva van Egypte heeft gekregen. We hebben goed gelet op den lichaams bouw en de proportie dezer kleine menschen, maar vonden daarin niets, dat van den gewonen regel afweek. Wè kunnen een ieder het bezoek aan deze beide dwergen ten zeerste aan bevelen, men zal zich zeker het geringe entrée geld niet beklagen. In den Grooten IJpolder onder Sloten, is gisterenavond een paard door den bliksem gedood. Als een gevolg van het aanhoudend natte weer, vertoont zich ook in de zuidelijke landbouwstreken van Noord- Holland in vrij hooge mate de aard appelziekte overigens is de kwaliteit vrij goed. Aanbestedingen. Haarlem, 23 Juli. Heden werd door den majoor eerstaanwezend in genieur bij enkele inschrijving aanbe steed het maken van eene rioleering aan het fort te IJmuiden, onder het beheer der genie alhier. Raming ƒ8500. Laagste inschrijver J. de Boer te En schedé voor J Si79. In de haagsche kringen loopt het gerucht, dat het nieuwe minis terie zou zijn samengesteld uit de hee- ren mr. G. van Tienhoven, voor Bin- nenlandsche Zaken; jhr. mr. W. H. de Beaufort, voor Buitenlandsche Zaken J. T. Cremer, voor Koloniën; mr. S. van Houten, voor Financien; mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, voor Waterstaat; C. Kruys, voor Marine en A. H. W. Seyffardt, voor Oorlog. De naam van den titularis voor Justitie wordt nog niet genoemd. AmstCt.) V'a 11 het r. k. gymnasium te Katwijk a d Rijn hebben zich dit jaar 10 leerlingen aangemeld voor het examen, dat toegang geeft tot de aca demische lessen, die allen geslaagd zijn, n. 1. de heeren Adr. Sogers van Rozen- daal Jos. Sieger en L Steger van 's HageE. van Rijckevorsel, van 's Bosch H. Bijvoet, van Berchem J. van Sonsbeeck, van AmsterdamA. Lasance en C Drenth, van Haarlem A. Pelster, van Rotterdam, en P. Aal- berse, van Leiden. Onze zuivelhandel. De heer dr. P. F. van Hamjel Roos schrijft in het jongste nummer van de Revue i?iternationale des falsifications „Ik ben in de gelegenheid geweest monsters boter, in blikken doozen be waard, te onderzoeken. Op dezen doo zen stond de naam van den verkooper rnet de bijvoeging ..eerste kwaliteit De inhoud geleek meer op kunstboter van slechte, dan op natuurboter van de allerslechtste hoedanigheid En dan moest ik nog vernemen, dat dit smerige goed in de O. I. bezittingen betaald werd met den zelfden prijs als echte boter! Op die manier lijkt het mijni t twijfelachtig, dat een eerlijk koopman de mededinging niet vol kan houden „Ik vestig de aandacht van ieder, dien het aangaat, op dezen staat van zaken. Is de boterwet in de koloniën niet van kracht, laat dan ten minste de voor die gewesten bestemde koopwaren onderzocht worden, terwijl zij nog in het land zijn waar ze vervaardigd worden. „Ik ben voornemens, met de meest mogelijke voorzorgen,monsters te nemen, ten einde zeker te zijn dat de naam, die op de vaten vermeld staat, ook die van den fabrikant is. Ik twijfel niet of de wet is in staat, dit bedrog te straffen, al houd ik het er ook voor, dat de bedriegers middelen zullen zoe ken om de wet te ontduiken. Zij zullen bijvoorbeeld hunne waar, bij den uit voer, opgeven voor hetgeen zij werkelijk1 is, bij voorbeeld „oud vet, eerste kwa liteit," en haar later, om ze te ver- koopen, weer den naam van boter geven. „Er is sedert kort te Londen eene Nederl. Kamer van Koophandel opge richt, met het doel de hollandsche zuivelnijverheid uit haar verval op te heffenmaar indien het onkruid niet wordt uitgeroeid op de plaats waar het groeit, dan staat het te vreezen, dat het engelsche snoeimes, hoe nuttig ook op zichzelf, niet de wortelen en de vertakkingen van het kwaad zal af snijden." De R h e n i s c h -W e s t Ct l i s ch e Zei tung bevat aan het hoofd harer kolommen eene „eerebetuiging van ne- derlandsche autoriteiten ten opzichte der duitsche ijzer-industrie". Het stuk is gedagteekend „Amsterdam am 20 en Juli" en begint aldus ,,Het gebeurde te Bochum heeft vele pennen en nog veel meer gemoederen in beweging gebracht. De almachtige pers heeft er voor gezorgd, dat tot de afgelegenste hoeken de mare doordrong van de wandaden der duitsche nij verheidsbarons, met welke titel de beurs- vorsten goedvinden, die mannen te be stempelen, we'ke deels door eigenhan- ;en arbeid, door eigen weten en risico, voor de duitsche industrie een eereplaats op de wereldmarkt hebben veroverd. Van eene buitenlandsche pers was het wel te verwachten, dat zij zich begeerlijk op het thema zou werpen, hetwelk haar eene goedkoope gelegen heid aanbood om de industrie van haar eigen land op kosten van die een an der in een gunstig licht te plaatsen; doch men had dit niet mogen verwach ten ook van een gedeelte der duitsche pers, hetwelk nu met goed gespeelde verontwaardiging in een nog niet op gehelderd geval reeds een vonnis heeft uitgesproken. Het gebruik van in bi zonder netelige gevallen een scheids rechter te benoemen, die buiten de daarbij betrokken belangen staande, zijn oordeel uitbrengt, zou hier toch juist gepast zijn geweest. Wilde men niet wachten totdat de strafrechter zijn laat ste woord zou hebben gesproken, dan had men zulk een onpartijdige aan het woord moeten laten komenbij het publiek zou dan geen vooroordeel zijn verwekt en vele hatelijke woorden zouden dan onuitgesproken en onge- geschreven zijn gebleven. In de veel besproken zaak der spoorwegrails zou den er wel geene onpartijdiger rechters te vinden zijn dan Nederland in zijne deskundigen heeft. Het is bekend dat Nederland geene spoorwegrails produ ceert, over het algemeen geen spoor- wegmaterieel, benoodigd tot aanleg van ijzerconstructiënhet is louter consu ment, en wel een zeer groote consu ment, van duitsche staal en ijzer producten, hetgeen zich uit de nauwe betrekkingen van nabuurschap gereede- lijk laat verklaren. Men had mitsdien kunnen verwachten, dat de nederland- sche pers met het algemeen koor: „„Kruisigt henzou instemmen, of althans eeDe waarschuwing tot de niets vermoedende koopers zou hebben ge richt. Niets van dat allesDe hoog betamelijke toon der nederlandsche bladen bewees, dat men ter bevoegder plaatse overtuigd was van de onhoud baarheid dezer hatelijke lasteringen je gens de duitsche industrie, en door een persoonlijk gesprek, hetwelk schrijver dezes met de directeuren en hoofdin genieurs der gezamenlijke nederlandsche spoorwegen, der Nederlandsch Indische en Zuid-Afrikaansche spoorwegen heeft gehad, heeft hij de overtuiging verkre gen, dat de bedrieglijke machinatiën zelfs niet den geringsten indruk op de nederlandsche deskundigen hebben ge- maak. Het zijn de navolgende heeren, wier namen bij de ijzer industrieelen in alle landen wel bekend zullen zijn en die mij hebben gemachtigd, hunne verklaringen openbaar te maken Van N i v e 1, directeur bij den Nederland- schen staatsspoorweg; Ka Iff, chef- ingenieur bij dien spoorwegNier- strasz, chef van exploitatie en hoofdin genieur van den Hollandschen spoor weg R o e s i n g h van 11 e r s o n, chef-ingenieur, De Bruin, hoofdinge nieur en Zwartbol adjunct ingenieur bij den Hollandschen spoorweg; Mid del b e r g, chef van exploitatie en technisch directeur bij de Zuid Afri- kaansche en de Batavia Oosterspoor wegmaatschappij." De schrijver noemt zich niet, maar laat nu de verklaringen (sommige woor delijk) der genoemde heeren volgen, ten bewijze dat zij volstrekt geene reden vinden om in te stemmen met de bovenbedoelde aanvallen der duitsche bladen in de zoogenaamde Bochumer kwestie. De F liegende Platter ga ven onlangs een plaat, voorstellende een zanggezelschap, dat bij het zingen van „Das ist der Tag des Herrn" ge zamenlijk bij het woord „Herrn" door de tribune zakte. Een waardig tegenhanger hiervan werd dezer dagen te Harlingen ge leverd. Er zou een verkooping gehouden worden van den inhoud van een verf- winkel. Het stuk zou worden afgespeeld in den winkel zelf. Nauwelijks heeft de afslager het eerste stuk gepresenteerd en is erop geboden, of... eenmaal andermaal derde maaldaar wijkt de vloer, en deurwaarder, afslager, koop- 3) HOOFDSTUK II. „Wanneer ik niet zeker wist, dat gij het beroep van uw fa milie niet ter hand hebt willen nemen," zeide hij, „dan zou ik gedacht hebben, dat gij hier bij uw grootvader waart gekomen om het hier te verbergen, totdat gij het met de duisternis in veiligheid zoudt kunnen brengen. Niets dan kleeren; Goddank, dat vader hier niet is, wat zou hij tegen ons opgespeeld heb ben! Welnu, waarvoor zijt gij dan eigenlijk hier gekomen?" „Ik heb geld noodig „Gij wilt toch zeker geen huur hebben van het huisje, dat uw moeder, wanneer zij eenig gevoel van eerbied en plichtbesef had gehad, aan mij zou vermaakt hebben Hoor eens hier, mijn jongen, ik heb u naar een goede school gezonden en heb tot uw zestiende jaar voor u gezorgd en u een opvoeding gegeven als die van een lord. zoodat gij nu in de aanzienlijkste kringen kunt verkeeren en geschiktheid bezit voor een betrekking van secretaris, en ik heb uitgerekend, dat alle onkosten daarvoor meer hebben bedragen, dan het geld van Susanna, dat aan mij werd toevertrouwd." Ik wist zeer goed, hoeveel geld mijn moeder mij behalve het huis had nagelaten en hoeveel mijn grootvader voor mijn op voeding had uitgegeven. Er bleef nog een batig saldo voor mij over, terwijl hij bovendien nog nooit een cent huur voor het huis had betaald. Ik wist bovendien met zekerheid, dat hij en zijn vader ook nog wat geld bezaten, zoodat ik niet aarzelde om hem ronduit te vertellen, dat het mijn voornemen was om het huis te verkoopen, en dat, als hij het niet wilde koopen, ik het niet dadelijk den makelaar te Bonport in handen zou geven, daar deze mij reeds twee keer had geschreven om van mij te weten te komen, of ik ook genegen was om het te verkoopen. „Hebt gij er reeds aan gedacht, wat het lot zal zijn van uw armen grootvader, wanneer gij hem uit zijn huis en haard ver drijft, gij, hebzuchtige, ondankbare, hardvochtige jongen vroeg hij op een weeklagenden toon, die in een dot gebrom eindigde. „Uw vader bezit zelf geen huis; waarom zoudt gij er dan wel een noodig hebben vroeg ik. „Kunt gij niet bij elkaar gaan wonen „Met mijn vader samenwonen en wie zou mij dan des winters steenkolen en dekens géven en tabak om het geheele jaar mijn pijpje te kunnen rooken O, hoe gaarne wilde ik, dat de een of andere geestelijke hier kwam om uw hardvochtig gemoed te verzachten, leelijke, schijnheilige jongen Ik begaf mij naar de deur, maar hij sprong op en liep mij achterna. „Wacht nog een oogenblik, mijn jongen," riep hij *it, „zijt gij werkelijk van plan om dat huis aan den ouden Fenwick te verkoopen „Dat moet ik wel, wanneer gij het niet kunt koopen." Daar hij wel begreep, dat ik mij door weeklagen noch door schelden van mijn besluit zou laten afbrengen, nam hij een ge heel andere houding tegenover mij aan; een mengsel van vrees en listige berekening las ik uit zijne oogen, toen hij met zijn duim en vingers over zijne wangen streek. „Ik zal vader gaan opzoeken," zeide hij. „Hoeveel hebt gij noodig „Ik moet minstens honderd pond hebben." „Morgenochtend zult gij ze hebben," zeide hij. Ik aarzelde. „Fenwick," zoo vervolgde hij, „zou u het geld niet dadelijk geven Dit was mogelijk. „Het is goed," zeide ik. „Morgenochtend zal ik hier om tien uur terugkomen, en wanneer het geld dan gereed ligt, dan zal ik u het huis verkoopen." „En gij zult in dien tusschentijd niet naar Fenwick gaan?" „Neen, ik beloof het u." „Doe er dan een eed op, mijn jongen," zeide hij, „dan zal ik er ook een eed op doen, dat morgen het geld hier is. Wil daarop dan zweren." Ik herhaalde mijn belofte en vertrok, zeer verbaasd, dat de oude man nog zoozeer aan het bezit van dit huisje hechtte. Het bleek duidelijk, dat hij zelf het geld niet bezat, want daar hij vreesde, dut ik zonder zijn voorkennis het huisje aan een ander zou kunnen verkoopen, zou hij de betaling niet tot den anderen dag hebben uitgesteld, wanneer hij hiertoe niet gedwongen was. Zijn vader was blijkbaar nog armer dan hij, en wetende, hoe Directeuren.-Uitgevers J. C. PEEREBOOM en J. B. AVIS. Voor Haarlem per 3 maanden1,20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. 1—5 regels 50 Cents; iedere regel meer 10Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Djê biad verschijnt dagelijks, behaïvo op Zon- en Feestdagen. Bureau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Teiefccnniiaiaor J23U Abonnementen en Advertentiëu wordes aangenomen door onze agenten aa door alle boekhandelaren en coorantiers.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1891 | | pagina 1