MerlaiMfi SdMtterpaderlMfl. INGEZONDEN. POLITIEK OVERZICHT. Bij een kortstondig onwe- der is Vrijdagavond de bliksem geslagen in de woning van den herbergier Van Haperen, aan den Teteringschen dijk bij Breda. Een aantal dakpannen wer den naar beneden geslagen Een kind van den herbergier viel bewusteloos tegen den grond, kwam na eenigen tijd weder bij, doch bleek erge brandwonden aan de beenen te hebben bekomen. Mea meldt uit Utrecht: Zondag is de zesde jaarlijkscke algemeene vergadering gehouden, met herdenking van het vijfjarig bestaan van den Bond, bij welke gelegenheid tevens korpswed- strijden plaats hebben. Des voormiddags te 11% uur vereenigden zich de deelnemers aan deze feestviering in de lo kalen van i#Buitcnlust". Het was vooral aan de krachtige medewerking van de afdeeling Utrecht te danken, dat het vijfjarig bestaan van dezen Bond op recht feestelijke wijze kon worden her dacht. Tal van leden waren te zamen gekomen om elkaar kameraadschappelijk de hand te druk ken en de vriendschap te vernieuwen die onder de leden van Nederlands Schutterijkaderbond zoo oprecht bestaat, en om aan don door alle leden zoo hooggeachtou voorzitter, d*.a lieer D.unui, en den secretaris, den heer Van Embden, per soonlijk de verzekering te komen geven, dat hoe onzejeer de toekomst van Ncèrlands schutterij ook zijn mege, men in het kader der acnutterij trouw "blijft tot de laatste levensvonk, dat men zich niet laat ontmoedigen, maar pal staat en zich steeds oefent om als tliuke kaderledeu voor den dag te komen. De aangename en gezellige stemming die men onder de deelnemers opmerkte, was zeker wel een bewijs van ingenomenheid met deze feest viering. De regelingscommissie bestond uitmajoor A. M. Trom]) van Holst, te Amersfoort, eere-voor- z:tter; adj.-onderoff. lï. Damm, te Arnhem, voor zitter; adj. ondcroff. J. A. Pijselman, te Tiel, onder-voorzitterserg.-maj. D. G. van Embden jr., te Arnhem, secretaris; adj.-onderoff. I. Boll, te 'sHage, penningm.sergeant A. G. van Mou- rik, te Nijmegen, le commissarissergeant-ma joor J. C. W. Dieterick, te Utrecht, 2e commis saris. De Bond kon zich ook nu weder verheugen met een rijkssubsidie van 150 beuevens steun met rijksmunitie en tenten vanwege het depar tement van Oorlog, terwijl verscheidene korps commandanten en officieren fraaie medailles aan boden. De gemeente Utrecht schonk twee ver guld zilveren medailles. Al hadden er ook dit jaar geen personeele wedstrijden plaats, toch was de opkomst vau do nateurs en leden hoven verwachting. Bijna al de 31 afdeelingen waren vertegenwoordigd en overal zag men het van schniterijuniformen wemelen. Het schntterijkader mag tegenwoordig gezien worden. Op enkele uitzonderingen na zijn het allen flinke mannen, in de kracht van het leven, met goede militaire houding en uiterlijk. De Bond heeft, dat is zeker, tot de bruikbaarheid van het schutterijkader veel bijgebracht, en er veel toe bijgedragen dat, wat er ook van de schutterijen moge gezegd worden, verscheidene onderofficieren geschikt zullen zijn, zoo het zijn moet, eene eere-plaats in onze toekomstige land weer in te nemen. Vóór de opening der vergadering, werd het hoofdbestuur door den heer mr. A. H. Melcler- kamp, eere-voorzitter der Utrechtsche feestcom missie, iu welsprekende bewoordingen het welkom toegeroepen en de eerewijn aangeboden. Omstreeks 12 uur opende de eere-voorzitter, majoor Tromp v. Holst, de zesde algemeene ver gadering. Spr. wees op het belangrijke jaar, dat aohter den rug is, op het betreurde verlies van Z. M, den Koning, maar hoe nu geheel het land en in de eerste plaats de Kaderbond van trouw en liefde vervuld is voor de heide hooge Vorstinnen. Onder daverend applans werd besloten een telegram aan HH. MM. Majesteiten de Koningin en de Koningin-Regentes te zenden van den vol genden inhoud: «Do Ned. Schuttcrijkaderhond, vergaderd te Utrecht, biedt Uwe Majesteiten haar hulde en trouw aan.» Verder heette spreker allen welkom te Utrecht. zij, die niet3 doen dan de schutterijen aanvallen en er Diet op letten, dat alleen in de wet de schuld ligt, maar niet bij de personen, hebben veel op hun geweten, daar zij bij velen de am bitie zouden hebben kannen uitdooven. Vindt men het dan zoo afkeurenswaardig dat wij doen, wat er nog gedaan kaa worden, om het kader zoo bruikbaar mogelijk te makeu en een Bond te vormen die alle schutterijen ia ons land vriendschappelijk en eens van wil aan elkaar verbindt? Laten wij dan ook door onze daden een waardig protest aanteekenen tegen alle be schuldigingen (Daverend applaus). Na voorstelling der afgevaardigden werd het woord gegeven aan dea heer P. D. Mourik, voorzitter der sabcommissie voor de feestviering, die in hartelijke kameraadschappelijke woor den namens alle afdeelingen aan de heeren II. Damm te Arnhem, J. Boll te 's Hage en J. A. Peselraan tc Tiel, oprichters van den Bond en oudste leden van het hoofdbestuur, ieder eene fraiie zilveren medaille aanbiedt, welke dankbaar eu onder algemeene toejuiching aangenomen wordt. Het door den secretaris opgemaakte jaarver slag werd op voorstel van den voorzitter niet voorgelezen, maar zal in hot Bondsorgaan ver- schijaeu. Alleen worut melding gemaakt, dat de Boud op 23 Juli j.l. 31 afdeeliugeu telde, met 494 leden, 230 otficieren- en i'7 burger-dona teurs, beueveu 42 oudleden. De aftredende leden van het hoofdbestuur worden herkozen. Bij acclamatie werd besloten het tere-lidmaat- schap van den Bond aan tc bieden aanden kolonel Blankenheijm, te Rotterdam, den luit -kol. Band, te 's Hage, den majoor Rits, te 's-Bosch en dön majoor Canter Cremers, te Dordrecht. Vervolgens wordt over de plaats van bijeeu- komst voor het volgende jaar 1892 gesproken, maar daai omtrent geen besluit genomen. Tc 2 aren sloot de voorzitter de ve.gadering, na een hartelijk woord van dank aan alle aan wezigen en ook aan de verslaggevers dtr pers voor hunne tegenwoordigheid, en begaf men zich in den tuin van Buitenlust«, waar door het muziekkorps der Utrechtscbe schutterij, onder de direc'.ic vau den le-luit. Coeijen, een concert werd gegeven, aangeboden door hb. officieren der schutterij te Utrecht. Te 5% uur was er kamer >adschappclijk diner. Te 8 uren 's avonds ving de muziekuitvoering, aangeboden door de afdeeling Utrecht «Graal Jan vau Nassau» aan, en duurde tot laat in den avond. Deze uitvoering werd besloteu met een zeer geanimeerd bal, waar onder de grootste vroolijkheid en beste harmonie tal van bezoekers zich tot laat in den nacht of liever vroeg in den morgen met dansen vermaakten, en met dc alleraangenaamste herinnering aun het feest van het vijfjarig bestaan huiswaarts keerden. die als aas bij de botvisscherij worden gebruikt, wordt weinig naar bot ge- vischt. De vangst is anders vrij goed. RECHTSZAKEN. De zutfensche rechtbank heett J. V., oud 47 jaar, gepensioneerd O. I. militair, wegens laaghartige mishandeling van een zeer jeugdig meisje te Deventer, veroordeeld tot i jaar gevangenisstraf. Letteren en Kunst. Naar het haagsche Dagbl. verneemt, zal dr. H. J. A. M. Schaepman de nederlandsche Regeering vertegenwoor digen op het aanstaande XXIe Taai en Letterkundig Congres te Gent. Leger en Yloot. De ie luit. F. C. L. Ovink, van het 6« reg. inf. te Geertruidenberg, wordt met i Sept. overgeplaatst bij het 7e reg. inf. te Hoorn. - Op last van den minister van Oor log zijn bij de korpsen der ie divisie inf., welke den 25e!! Aug, de legerplaats bij Zeist zullen betrekken, commission van officieren benoemd ter voorberei ding van de militaire feesten, bij gele genheid van den verjaardag van H. M. de Koningin in die legerplaats te houden. Op die dag en zullen er behalve de groote parade geene andere oefeningen plaats hebben. KOLONIËN. Met het lichten van het te Tand" jong-Priok gezonken ijzeren cylinderdok vordert men goed; het is op ruim twee derde van de lengte gebroken, en het grootste is reeds boven water, terwijl het kleinste deel spoedig ook gelicht zal zijn, waarna men de beide stukken weer aaneen zal zetten. Volgens bericht van den resident van Rembang zijn in de afdeelingen Bodjonegoro, Blora en Toeban, ten gevolge van langdurige droogte,de meeste padi aanplantingen van Februari en Maart misluktblijkens globale opga ven bedroeg de uitgestrektheid daarvan respectievelijk 11,810, 11,000 en 8000 bouws. Een van den resident van Bantam ontvangen rapport meldt, dat op 15 dezer, ten gevolge van onvoorzichtig heid, brand is ontstaan in de dessa Anjer-lor der afdeeling Anjer, waardoor 96 inlandsche woningen in de asch werden gelegd de schade wordt be groot op ƒ6.487.50. MILITAIR DEPARTEMENT. Verleend: een twéej. verlof naar Europa, wegens ziekte, aan den kapt. der genie H. A. G. vou Dentzsch; aau den kapt. der inf. H. G. L. Frackers; aan dan off. van gez. 2e kl. J. B. van Deventer en aan den leapt, der inf. J. H. ,T. Reiche; wegens vijftien jaren onafgebroken dienst in Ned.-Iudië, aan dtn kapt. der art. W. F. G. L. Kerrcoijn. Trouw-, Geboorte- en Doodberichten. (Uit de iud. bladen van 20 tot 26 Juui.) Geboorten M. S. J. AgerbeekBenjamins d.J. L. van der Houtde Meij van Streef kerk d.E. van HaastertBerkholst d-, allen Batavia. - C. J. v. BrugHarmeijer z. Indramajoe. - A. S. G. BertschSchmeider d. J. BergersKlaase z., heide te Seinarang. - J. HouptPenuij d. - W. C. BoppKloppert d.- M. MuskettJeer d. - F. KamermanV03 z. Paiembang. - E. Berger z. Prineondmi (Making). TeuteiinkKravl z. Tegal. - M. W. te Winkel Lammers Lisnet z. Blitar. - S. E. v. Haften Dessa.uvagie d. Djombang. - D. H. L. Bijker Tusch. d. Meuado. - UhlenheckStnten d. Medan. Gehuwd: H. J. Davelaaren T. M. v. Bloemen Waanders, Gomhaog-Banjoemas. - P. Olive en C. C. Douwes, Semarang. - H. Oldham Foster en M. A. L. Loudon, Batavia. - Til. K. J. van Kuijk cu J. van Ckambon, Batavia. Overleden J. A. Marcks 67 j. Semarang. - E. van Horn 11 m. Seinarang. - Kindje van W. B. Oort. Mr.-Cornelis. - M. A. C. Reijneke Gouiju 45 j. Batavia. W. O. Huizen U/2 J. K. F. Koppers 10 ra.; S. M. Dinebach 4 j. J. C. Huizen 15 j.M. J. H. Hol S j.C. Thetard 58 j.; C. J. H. Correljé 15 m., allen te Soerabaia. L. W. Steevensz 22 j. Semarang. - H. J. Lambregt3, Semarang. - O. M. W. Biirger 34 j. Ambarawa. - II. I). Tjeenk Wil link. Kotta Radja. - Wed. Broes Jans 93 j. Batavia. - Wed. KeijerOhr 58 j. Semarang. - C. P. de Bruijn 52 j Batavia. VISSCHERIJ. Te ss el, 26 Juli. De vangst van paling in de binnenwateren was ook in de afgeloopen week gering De paling waar op 14 Msa'rt 1886 de Bond gegrondvest J gold 20 a 50 C. per kg. Eenige rog- werd door het initiatief ven deonderoff. ver- j visschers hadden eene behoorlijke vangst; eeniging „Arnhemsche Schutterij". Ten slotter werd meest naar België gezon- hood spreker, als hink vau hulde aan de mannen, 0 F A r die den stichtte. en tot heden bestaarden, den en werd hier betaald met 45 d 65 het hoofdbestuur een zeer fraaien inktkoker met i C. per stuk. Door de Noordzee Visschers zilver gemonteerd aan. I werd van 40 tot f 80 besomd per Hierna nam de voorzitter, de heer Damm, j schuit. Er had flinke aanvoer plaats het woord en wees op den bloei van den Bond, die zonder zich in politieke strijdvragen te ver diepen, kalm zijnen weg gaat tot verhoogiog der geoefendheid en verbetering van het gehalte van het schutterijkader. Hij betuigde namens den Bond dank aan de hooge regeering, de lcorps- commandanten en allen die steun verleenden, en hoopte, dat alle afdeelingsbesturen zullen medewerken om op den ingeslagen weg voort te voor de rookerijen van scharren tegen f 3 4, en van poonen en pieterman nen tegen 1 k 2 per mand. Enkhuizen, 26 Juli. Gedurende de vorige week werd alhier aangevoerd 4300 kg. bot, prijs f 0.13 a 0.16 per kg. en 3200 kg. paling, prijs f 0.30 a wacu urn uw uuu '"5—""fc,"" ""O0 1 En dat wel, trots alle miskenning, want1 0.43 per kg. Bij gebrek aan garnalen, grond zijn ontbloot. De Porte is niet toegetreden en zal niet toetreden tot de triple alliantie. Geen enkel vroeger feit, niets, volstrekt niets, is er voorgevallen dat zelfs de onderstelling kan wettigen, dat de Sultan er aan denkt om van zijne taktiek van strikte onzijdigheid af te zien, die hij heeft aangenomen. Wan neer hij Kiamil pasha al aanhoudt, die doorgaat voor een vriend van het drie voudig verbond en van Engeland, dan is dat omdat zijne vervan ging door een ander staatsman nog beteekenisvoller zou kunnen schij nen. De benoeming van Chakir pasha bij voorbeeld, of van een anderen ambte naar, die eenigszins op politiek gebied in gevoelen met Kiamil-pasha zou ver schillen, zou een gevaarlijken indruk te weeg brengen. Turkije is onzijdig en staat erop on^ zjjdig te blijven, zoowel tegenover de*^ triple alliantie als tegenover Frankrijk en Ruslanddat is een politieke dragslijn. welke de sultan reeds g< rende zes jaren volgt. Niets wijst er op, dat hij die wil verlaten. Hij zou geen ander voorwendsel daartoe hebben dan wanneer de triple alliantie van alle hout timmerhout makende, en ongeduldig om hare krachten eens te meten, door een meer krachtigen druk, Turkije wilde dwingen zich bij haar aan te sluiten, maar dat zou geenszins voorzichtig zijn Want wanneer Turkije bedreigd werd, zou het zich in de armen van Rusland kunnen werpen en in die van Frankrijkj en aldus zou men juist het diploma tieke feit uitlokken, dat men wil voor komen. Men zal zegt de Indtp. wel doen met dit te Berlijn, te Weenen en vooral te Londen te overwegen. Het is intusschen niet minder waar, dat de voortdurende vergrooting van de russische vloot in de Zwarte Zee eenige ongerustheid te Constanti- nopel wekt. Het is zeker dat Rusland buitengewone pogingen doet om in deze zee te overheerschen, terwijl de turksche vloot en hare instructie nog zooveel te wenschen overlaten. Allen, die haar van nabij hebben gezien erkennen, dat Turkije in ernst hoogstens slechts twee of drie pantserschepen in 't vnur zou kun nen brengen en dan nog niet eens ter stond, want zij verkeeren in een slechten toestand. Dit is een ernstig onderwerp van overdenking voor Turkije, wanneer de Engelschen spreken van het forceeren der Dardanellen, wanneer de Russen te Sebastopol en elders reuzenpogingen doen en ten laatste wanneer Griekenland zich tot den laatsten druppel het bloed afperst orn een nieuwe zeemacht te verkrijgen, die in staat is de turksche vloot in de Middellandsche Zee uit te dagen. Dit laatste gevaar is misschien het eenige onmiddellijke. De turksche bladen heffen telkens noodkreten aan, wanneer zij weder hooren van eene nieuwe be stelling van oorlogsvaartuigen door de Grieken in Frankrijk gedaan. Volgens hen zou Griekenland beter doen met zich kalm en vreedzaam inwendig te ontwikkelen en alle eerzuchtige bedoe lingen beslist terzijde te zetten. Maar de grieksche staatslieden zijn niet ge woon in Constantinopel hun wachtwoord te gaan vragen. De groote bladen gewagen op 't oogenblik niet van bizonder belangrijke politieke feiten. De jonge koning van Servië is reeds op reis gegaan naar Petersburg en hij trek uit Gastein, werwaarts hij gegaan was, een langdurig gesprek heeft gehad met den heer W. White, den gezant van Engeland te Constantinopel. Men twij felt er niet aan of het onderhoud heeft geloopen over de erkenning van den prins als bulgaarsch souverein. Men is nog steeds druk aan 't zoeken naar den bedrijver van den aanslag met knalkwik op de drie in ons vorig num mer genoemde fransche regeeringsper- sonen, maar heeft nog niets ontdekt. Men gelooft echter stellig dat de helsche machines in het arsenaal van Toulon zijn vervaardigd en gaat ernstig met het onderzoek voort. Foor den jgjjhoud dezer rubriek stelt de Redactie nc/i niet aansprakelijk.) Daar het gewoonte geworden is te denken, dat de landen zelfs Rusland heeft men genoemd die keizer Wilhelm bezoekt, meteen maar toetreden tot het groote Staten-verbond, was het geen wonder dat er praatjes liepen, als zou ook Turkije zich daarbij hebben aan gesloten. Niets moet echter minder waar zijn dan ditalthans de correspondent van de lndé.penda?ice te Constantinopel, die beweert uitmuntend ingelicht te zijn i werd niet een keizerlijken trein van de (wat wij vooralsnog maar eens zullen§rens Z1JQS lands^ afgehaald. Generaal aannemen) zegt, wat trouwens ook hetArapofi en een aide-de-camp van den gevoelen der redactie van genoemd blad czaar werden den jeugdigen monarch toe- is, dat deze toetreding geheel tegenge- j gevoegd. Hij mag ook zijn mama nog steld zou zijn aan de politiek, welke deeens ontmoeten en wel op zijn land- Porte volgt, en dat overigens alle com-;Soed Naghoni mentaren, die men in dat opzicht heeftHet trekt zeer de aandacht dat prins gemaakt, inde werkelijkheid van allen i Fer^nan(^ van Bulgarije, voor zijnver- Aan \en heer JH. W. Habemi^ Mijnheer Toen ik in het no. van 25 Juli dezer courant mijn stukje „een onzuivere ver kiezing" inzond, had ik wel verwacht en ook gehoopt, dat het tegengespro ken zou worden. Ik had het verwacht, omdat ik weet, dat niet iedereen „poli tieke" zaken begrijpt en uit onwetend heid zou tegensprekenik had het ge hoopt, omdat ik meen, dat de aandacht der haarlemsche kiezers niet genoeg op zoo'n laakbare fout kan worden ge - vestigden er dus door wrijving van gedachten, meer op gelet zou worden. Tot genoemde catagorie van tegensprekers moet ik u te oordeelen naar het ingezonden van gisteren ook rangschikten. U besteedt de helft van uw ingezon den stuk om mij nogal meesterach tig te vertellen, wat ik natuurlijk wel weet en om te betoogen, dat er verschillende stembriefjes noodig waren met het oog op de aftredingen der te verkiezen leden. Daargelaten nog het dwaze van het denkbeeld, dat een kie zer rekening zou moeten houden met de aftreding der te kiezen raadsleden welke leden weet de kiezer N. B. zelf niet eens is uw betoog lang niet schrander. Hadden B. en W., volgens den door u aangelegden maatstaf, stem briefjes rondgezonden, dan hadden we gekregenvolgens uw eigen reke ning een wit biljet dienstig voor 10 man, k 6 jaar, een groen, dienstig voor 2 man k 4 jaar en nog een u moogt de kleur zelf kiezen voor 2 man k 2 jaar. Maar hiermede hadden de kie zers dingen gedaan, waar ze, volgens den gewonen gang van zaken, niet mee te maken hebben. Ze hadden dan vooruit bepaald meneer X behandelt m'n zaken 6 jaar, meneer IJ 4 jaar en meneer Z. 2 jaar. Let er op, meneer, dat de heeren X, IJ en Z, in de meeste gevallen bij een dergelijke ver kiezing, onbekende grootheden zijn. Dat deze verkiezing op verschillende tijden had moeten plaats hebben en dus duurder zou moeten worden, is gansch niet noodig. Als B. en W. moet ik dat u nu nog zeggen één briefje hadden afgegeven, waarop 14 namen moesten worden ingevuld, dan was de stemming, in dat opzicht, noodzakelijk zuiver geworden. U wijt verder de verwarring aan de kiesvereenigingen en vooral aan het zoo genaamd ,;monsterverboncl". In de eerste plaats heb ik de eer u te melden, dat ik niet meegedaan heb aan dat „monster verbond". De afd. Haarlem van den Ned. Bond voor Algem. kies- en stem recht, waarvan ik voorzitter ben, heeft juist aan deze onzuivere verkiezing niet willen meedoen. Maar, meneer Habermehl, u zijt on derwijzer, nietwaar, en misschien vader. Welnu, wat doet ge als paedagoog en hoofd van de klas of van 't gezin. Brengt ge uw pupillen of kinderen geheel om einde van het touw in mijn hand zou vasthouden. Eindelijk be merkte ik tot mijn groote vreugde, dat ik den bodem van den put had bereikt, terwijl ik nog een flink stuk van het touw overhield. Ik zag niets anders dm een flauwe schemering van het daglicht in het waschhuis boven mijn hoofd, maar verder was ik geheel door duisternis omringd. Rechts van mij hoorde ik een bijna onhoorbaar geluid, zoodat ik bukte en uit den emmer een wapen zocht om mij daarmee in geval van nood te verdedigen. Ik greep het knipmes, opende het en stond gereed om iederen aan val af te weren, terwijl ik terzelfdertijd uitriep met een stem, waaraan ik zooveel mogelijk vastheid trachtte te geven: „Wie hier ook moge zijn, ik ben een vriend." Er kwam geen antwoord, geen enkelen weerklank, en ik ben van meening, dat deze stilte mij meer angst aanjoeg dan het geval zou zijn geweest, wanneer een luide, dreigende stem op mijne woorden had geantwoord. Het was mij alsof een onzicht bare vijand §een armlengte van mij verwijderd was en op het punt stond om op mij los te springen. Om een einde temaken aar» deze pijnlijke onzekerheid, hield ik het geopende mes tus- schen mijne tanden vast en stak een lucifer aan. Zooals ik verwachtte, zag ik een gemetselde opening voor mij, maar het licht van den lucifer was niet sterk genoeg om mij verder dan eenige voeten voor mij uit te doen zien; dieper in heerschte een zwarte duisternis. Ik haalde een van de kaarsen te voorschijn en stak haar aan, terwijl ik den lucifer liet vallen. Toen ik het volgende oogenblik uit den emmer wilde slappen, hoorde ik een scherp gesis, en toen ik met de kaars boven mijn hoofd naar beneden keek, zag ik, dat wanneer ik uit den emmer was gestapt, waarschijnlijk mijn laatste uurtje zou zijn geslagen. Ik bevond mij nog niet op den bodem van den put, maar slechts op een plank daarboven; het sissend geluid was veroorzaakt door den lucifer, die brandende in het water daar beneden was gevallen. Hieruit bleek de sluwheid der oude smokkelaars, die den put hadden gebruikt als een verborgen toegang tot de gewelven, want als de plank werd verwijderd, dan had men water uit den put kunnen ophalen om allen achterdocht van de douanen te doen verdwijnen. Deze gelukkige ontsnapping aan zulk een groot gevaar bracht een hevigen schok toe aan mijne zenuwen, zoodat ik met nog meer omzichtigheid te werk ging. Met de brandende kaars in mijn linkerhand, en met het mes open in mijn rechterhand, be woog ik mij langzaam voorwaarts door den gemetselden gang met een zeer onaangename, angstige gewaarwording. Weldra be vond ik mij aan den ingang van een hoog, ruim hol, hier en daar door planken en zware balken gestut. Het licht der kaars werd weerkaatst door dén witten kalksteen, zoodat het tamelijk licht was in het hol. Voor mij bevond zich een massa puin, tot aan het gewelf opgehoopt, en daar dus was de ingang van den zeekant door de neergevallen klip geslotenik zag noch hoorde echter een te eken van leven. Plotseling werd de stilte verbroken door een luid gekras, en toen ik de kaars van plaats deed veranderen, zag ik een spleet, die door de schaduw van een balk in duisternis was gehuld met een geheel vlakken bodem, en daarop stond de waterkruik, welke ik dien morgen in den put had laten neerdalen, en daarnaast lag een stuk broody waarop een kraai stond. Met hare grijze oogen keek zij mij een oogenblik aan, en begaf zich toen weer aan den arbeid, door heftig in het brood te pikken. Dat kon toch de gevangene de beer, niet zijn, en toch zag ik niemand anders. Ik begaf mij naar de nis in den rotswand; de kraai hield op met pikken, keek mij tersluiks aan en mijn uiterlijk niet ver trouwende, vloog zij weg en verdween in de duisternis. Ik volgde het dier en kwam tot de ontdekking, dat die spleet toegang verleende tot een tweede hol. Op den bodem lagen eenige vodden netjes op een hoop, zoo dat zij een kussen vormden. Ik twijfelde nu niet of ik zou den werkeiijken gevangene in het tweede gewelf vinden. Dit was zeer juist geoordeeld, maar welk een zonderlinge gevangene. Een voor de tweedemaal herhaald krassen van de kraai deed mij den blik naar den linkerkant van het hol wenden en daar zag ik in het tweede hol, in een soort alkoof, met veelkleurige lappen als sieraad om het lijf, op een legerstede van stroo, en met dekens bedekt, een kind liggen met lang haar, dat tot ver over de schou ders hing. De kraai zat op een van de schouders van het kind, en in tegenstelling met de kleur van hare veeren was het haar van dit kind bijna wit. Ik kon het gelaat niet onderscheiden want. het kind hield de dunne, blanke handen voor het gelaat, daar de kaarsvlam een voor mij zwak licht voor hare oogen aan de duisternis gewend, een verblindend licht uitstraalde. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1891 | | pagina 2