POLITIEK OVERZICHT.
nuttig bestaan afgesneden.
Onverwachts, zonder de hand van
kinderen of vrienden tot afscheid te
hebben kunnen drukken, is Verloop
van ons weggegaan.
De overledene was behalve Ridder der
Orde v. d. Ned. Leeuw, nog Officier in de
Orde van de Eikenkroon, Ridder der St.
Stanislaus Orde en van de Gustaaf
Wasa Orde. (N. R. C.)
Ook aan den Hoofd-Agent
der Singer Manuf, Comp., welke reeds
herhaaldelijk enkele van de echte Singer
Naaimachines ten dienste van de Ko
ninklijke hofhouding mocht leveren, is
thans de onderscheiding verleend, het
wapen van H. M. de Koningin-Weduwe
te mogen voeren.
Uit Den Haag wordt g e-
meld
Aan de overzijde van het Kanaal,
een eind voorbij de Javastraat, is Don
derdagmiddag eene dame door de stocm-
tram overreden en gedood. Wandelende
met eene andere dame, wilde zij uitwij
ken voor een troep marcheerende sol
daten, toen zij zenuwachtig de rails
overstak, juist toen de tram vlak bij
haar was.
Een hevige brand vernielde
Donderdag de stoombranaerij van de
firma Wittkampf te Schiedam. De om
liggende panden werden beschadigd,
ofschoon de brandweer die zooveel
mogelijk trachtte te behouden.
Nader wordt gemeld:
De brand in de stoombranderij van
de firma B. A. J. Wittkampf, aan de
Nieuwe Haven te Schiedam, Donder
dagnamiddag, is, naar men zegt, ont
staan door het springen van het
van een distilleertoestel.
In korten tijd had het vuur zich door
de geheele inrichting verspreid en was
aan het behoud der fabriek niet meer te
denken.
Eene mouterij, aan de overzijde
staande, werd door de brandweer be
houden, doch bekwam toch eenige
schade.
Eene branderij aan den anderen kant
van het brandende perceel stond eenige
minuten letterlijk in vlam, doch werd
door het krachtig optreden der brand
weer voor verdere vernieling behoed.
Ten 2 uren was men den brand
meester, doch ook bij het afzenden van
dit bericht (5% uur nam. Dond.) smeulde
het vuur nog voort.
In de ruïne van de fabriek, die ruim
500 kilo gist per dag produceerde,
leveren de half gesmolten toestellen een
jammerlijken aanblik.
Daar de brand voor beurstijd uitbrak,
steeg de gistprïjs tot eene ongekende
hoogte.
De gebouwen waren op beurspolis.
de goederen bij the Imperial verzekerd,
Een brandweerman, die door een gla
zen dak viel, en een moutersjongen, die
door eene neervallende goot werd ge
troffen, bekwamen bij het ongeval be
langrijke kwetsuren.
Te St. Anna-parochie
Dinsdag weder een onwilllige huurder
langs gerechtelijken weg uit de woning
gezet. Deze had hij reeds 12 Mei moeten
verlaten, dewijl ze van den zomer ver
bouwd moest worden. Daar hij evenwel
geene nieuwe woning had gevonden,
bleef hij met toestemming van den ver
huurder voorloopig de oude bewonen.
Thans evenwel weigerde hij ze te
ontruimen, met dit gevolg, dat hij hiertoe
Dinsdag door den sterken arm genood
zaakt werd.
Te Merseloo, gemeente Ven
raai, is in eene kapel ingebroken en de
offerbus bestolen. Met achterlating van
een schop zijn de inbrekers verdwenen.
De vrouw van den landbou
wer N., te Elburg, die Dinsdag, toen
het paard op hol ging, van den wagen
sprong, is aan de bekomen inwendige
kneuzingen overleden.
Tegen eene dienstbode uit
Deventer zijn zware vermoedens ge
rezen van in de laatste weken ten huize
van de dames B. aldaar, bij wie zij
dienstbaar was, bij herhaling brand te
hebben gesticht.
In den n a c h t v an D i n s d a g
op Woensdag zijn ontvreemd uit de roef
van het vrachtschip, varende van Mid-
delstum op Groningen, na verbreking
van het hangslot, verschillende kleeding-
stukken, eenige gouden voorwerpen, eene
partij koffieboonen en edammer kaasjes.
Te Groningen is het 9ari g
zoontje van J. A. Deijmen, wonende
aan het Boterdiep, van de lijstgoot der
behuizing, waarop hij zich spelende be
geven had, naar beneden gevallen. Hij
was onmiddellijk dood.
Letteren en Kunst.
Gelijk bekend is, werd door de „Ver-
eeniging tot Verbetering van den Volks
zang" te Amsterdam, eenige maanden
geleden, uitgegeven een gewijzigd,, Wien
Neer lands ch bloeden een nieuw Wil
helmuslied beide van de hand van den
heer J. W. van Daltsen. Het Bestuur
der Vereeniging heeft zich veel moeite
gegeven, om deze liederen in korten
tijd een groote bekendheid te doen
verkrijgen, en het is in die poging uit
nemend geslaagd. In bijna alle dag-en
weekbladen van allerlei richting, welke
ons land verschijnen, zijn de liede
ren opgenomen, terwijl in weinige da
gen meer dan tweeduizend aanvragen
om toezending van afdrukken der
liederen bij den secretaris inkwamen.
Aan al die aanvragen werd voldaan
van het verlof tot nadrukken werd door
enkelen gebruik gemaaktdoor sommi
ge drukkers, particulieren en vereeni-
gingen zijn duizenden exemplaren ver
spreid en in enkele nieuw verschenen
liederbundels werden de beide volks
liederen opgenomen. Gerust kan dus
het Bestuur verklaren, dat zijn doel
voorloopig bereikt is en het geivijzigd
Wien Neerlandsch bloedvan de
Vereeniging lol Verbetering van den
Volkszang alreeds een groote bekend
heid in den lande heeft verkregen.
Met het oog op den aanstaanden
jaardag onzer jeugdige Koningin wenscht
het Bestuur thans weder de aandacht
op deze liederen te vestigen. Voor wie
er tot nu toe geen kennis mede maakte,
bestaat nog steeds gelegenheid gratis
een aldruk te ontvangen, op franco aan
vrage bij den ien Secretaris K. van der
Veen F reder ik Hendrik -plantsoen 7 te
AmsterdamVoor 't ontvangen van
grootere getallen wende men zich tot
Gebr. Tuinzing, drukkers te Rotterdam,
welke de liederen tegen billijken prijs
verkrijgbaar stellen.
Het Bestuur der Vereeniging hoopt
door die maatregelen een algemeene
bekendheid aan deze beide liederen te
geven en aldus het doel der Vereeni
ging, de verbetering van het volksge
zang, ook door het bevorderen der
eenheid in de keuze van volksliederen,
een stapje nader te komen. De Volks
liederen kosten, keurig gedrukt: 25 st.
f 0.3°, 50 st.: ƒ0.50 en 100 st.: /0.80,
zonder de verzendingskosten,
Bij den zang wedstrijd te Keulên zul
len met Cecilia van Den Haag in de derde
of hoogste afdeeling concurreeren 1 duit-
sche zangvereeniging (uit Aken) en 'L
belgische zangvereenigingen (uit Val
St. Lambert, Brussel en Verviers).
Voor de ie afdeeling zijn geen hol
landsche vereenigingen ingeschreven
voor de 2eApolloKu?ist en Broeder
schap, Kunst na arbeidOefening zij
ons Doel, alle van Amsterdam; Oefe-
ning en VermaakWaalwijk; Wor-
merveeVs Mannenkoor, Roerjnond sMan
nenkoorSouve?ür des Monlagnards
Tilburg; MamienkoorHeerle.
Dr. Alfred Stelzner te Wiesbaden
heeft een nieuw strijkinstrument uitge
vonden het midden houdende tusschen
alt en cello, dat hij violotta (ital.mid
del-viool) noemt.
Zaterdagavond werd het instrument
beproefd in een strijkquartet met viool,
alt en cello. Dr. Stelzner had eenige
quartetsatze gecomponeerd. Joachim, die
de proefneming bijwoonde, was zeer
ingenomen met het nieuwe instrument.
Hij nam een gedeelte van de violotta-
partij over en bestelde den uitvinder
oogenblikkelijk een exemplaar, dat hij
zelf bespelen wil.
Bij het Nederland Tooneel is in
studie: Het Genadebrood, vanTurgen
jew. Hotel Godelot, dat ook in studie
genomen werd, is van Sardou en Crisa
ful li.
Afl. 7 van Viotta's Maandblad
voor Muziek bevat: Een duitsch mu
sicus te Parijs, door P.; Parsifal door
I. L. De Casembroot; Berichten, en
de Bayreuth-opvoeringen.
les Devonport, zich noemende Sequah.
Het requisttoir strekt tot veroordee
ling tot 300 boete, subsidiar 60 dagen
hechtenis, wegens het onbevoegd uit
oefenen van geneeskundige praktijk en
200 boete, subsidiair 40 dagen hech
tenis, wegens het onbevoegd verkoopen
van geneesmiddelen.
VISSCH ERIJ.
Nieuwediep, 13 Aug. Door 34
korders werden hier heden 10 tot 60
groote-, 20 tot 100 kl. tongen, 2 tar
botten, 3 tot 10 roggen, 1 tot 3 mandjes
kl, schol en 1 tot 2 manden schar aan
gevoerd; gr. tong gold 50 k 60 cent,
kleine id. 20 cent, tarbot 8^/9, rog
90 cent a 1 per stuk, kl. schol 2.50
2- f 3-5° Per mandje en schar f 3.50
per mand.
Leger en Yloot.
KOLONIËN.
BATAVIA, 10 Juli.
Men schrijft ons uit Amsterdam
De adelborsten van het fransche
oorlogsschip la Bougainvilledat thans
te Amsterdam ligt, hadden Woensdag
de cadetten en adelborsten uit de
hoofdstad en enkelen uit de residentie
te gast. Toen om 9 u. 50 de Plagenaars
arriveerden, stond een achttal kameraden
van de Bougainville aan het Centraal
station om hen te verwelkomen.
Bij aankomst aan boord werden ze
met hoerah's begroet; de Amsterdam
mers waren er reeds en 't schip werd
geheel doorkruist. Alles moest men
zien, de machines, de kanonnen en de
geweren, de verschillende vertrekken enz.
De eetzaal, waar tevens door de
élèves geslapen wordt, was prachtig
versierd met oranje- en nationale vlag
gen. Toen men alles bewonderd had,
nam men plaats aan de tafels, waar
gebak, warme punch, kummel en sigaren
werden gepresenteerd. Daarna namen
de toosten een aanvang.
Er werd een dronk gewijd aan het
Huis van Oranje, aan de Koningin en
aan de Regentes, en een dronk op den
president Carnot. Men dronk op de
verschillende korpsen, op de natiën, op
de camaraderie enz. enz. De cadetten
boden hierop een presentexemplaar van
hun almanak, voorzien van de hand-
teekeningen der aanwezigen, het fransche
korps als souvenir aan. Deze aanbie
ding werd gevolgd door de nationale
liederen en de korpsliederen, zoowel
fransche als nederlandsche. De oudste
der aanwezige gastende cadet-korporaal
C. B., dankte hierop de élèves der
fransche Marine voor hun schitterende
en kameraadschappelijke ontvangst en
dronk het heil van de fransche vloot.
Onder daverend handgeklap en storm
achtige hoera's moest hij toen met alle
fransche adelborsten klinken. Groepen
adelborsten gingen daarop met hun
hollandsche gasten hier en daar lunchen
en ook aan 't dejeuner werd nog menig
hartelijk woord gesproken. De middag
werd doorgebracht met bezoeken aan
het Panopticum, Artis, het Rijksmuseum
enz., terwijl ook de Beurs ('t was trom
meldag) bezocht werd. Bij Kras, in
Riche of aan boord werd gedineerd en
's avonds kwamen de jongelui weder
samen in een café, waar toepasselijke
liederen werden voorgedragen.
Om 10 uur was het taptoe en daar
mede de dag geëindigd, die niet spoedig
door de feestgenooten vergeten zal
worden. Vad
RECHTSZAKEN.
In de Donderdag gehouden openbare
rechtszitting van de arrondissements
rechtbank te Bergen-op-Zoom werd, in
tegenwoordigheid van een zeer talrijk
publiek, de zaak behandeld tegen Char
Aan een particulier schrijven uit Atjeh.
dd. 9 dezer, is het vclgende ontleend
Eergisteren avond hadden onze flinke
maréchaussées eene ontmoeting, die ge
rust met gulden letteren in de indische
krijgsgeschiedenis geboekstaafd zal mogen
worden. Anderhalve brigade onder com
mando van den europeeschen sergeant
Werner en den bekenden amboineeschen
sergeant B. Balthazar (die sinds 1875.
eerst bij het 3e baltaljon alhier en sinds
October 1890 bij het korps maréchaus
sées geplaats was, versierd o. m. met
de bronzen medaille van moed en trouw)
gingen tegen 71 uur 's avonds op weg
om zich,nabij de linie tusschen Lampermei
en Siroen, in hinderlaag te leggen.
Nabij de plaats gekomen, waar
hunne stelling in zouden nemen, werden
zij plotseling door eene pl. m. 70 man
groote bende in de flank en in het
front en een oogenblik daarna nog van
een anderen kant door pl. m. 30 Atje-
hers, met een kogelregen begroet. „At-
takeeren" luidde onmiddellijk het com
mando van de twee sergeanten, „attakee-
ren" riep ons dapper troepje hun aan
voerder na en „attakeer" en „madjoe
maresose" riepen de Atjehers 1 Bij het
eerste treffen vielen de dappere Balt
hazar, door een kogel in het hoofd ge
troffen, een Ambonees met een schot
in den buik en drie Javanen, met scho
ten in de beenen, nederde eerste om,
helaas, spoedig den laatsten adem uit
te blazen. De maréchaussées hielden
manmoedig stand, en deze dappere
kerels attakeerden, door den sergeant
"Werner geïnspireerd, na elk salvo met
hunne beaumont- karabijntjes de Atjehers
die telkens, dan van eene dan van eene
andere zijde met den klewang opdron
gen, en dreven den vijand onmiddellijk
terug. (Zooals u bekend, dragen de
maréchausées behalve de karabijn een
tot sabel geconfectionneerden klewang
en een rentjong). Het gevecht tegen den
vermoedelijk 5 maal sterkeren vijand
duurde 18 minuten, voor dat de vijand,
beducht dat hij, door het oprukken van
de troepen uit de omliggende bentings,
zou afgesneden worden om naar buiten
terug te keeren, aftrok, tal van dooden
en gewonden op het veld achterlatende.
Door het vervoer van onzen doode
gewonden naar Lambaroe en het
nachtelijk duister, wist de vijand later
zijne dooden en gewonden op te zoeken
en weg te voeren. Van onze zijde heb
ben we geene meerdere verliezen ge
had; geen enkel wapen werd door den
vijand buit gemaakt.
Is dit een bewijs dat onze maréchaus
sées als leeuwen gevochten en het veld
behouden hebben, aan den anderen kant
bewijst het, dat de klewangvrees bij hen
niet bestaat, en zij integendeel den vij
and het bewijs geleverd hebben, dat
met een klewangaanval onzerzijds zeer
veel ontzag en vrees aan den Atjeher
ingeboezemd kan worden.
Gisteren middag werd de dappere
Balthazar met ridderhonneurs en gevolgd
door bijna alle hoofd- en mindere offi.
eieren, ambtenaren en burgers grafwaarts
geleid. De commandant van het corps
maréchanssées, -kapitein Notten, en
vooral onze amboineesche voorganger ■-
Pattiselano, hielden treffende redevoe-
ringen op het graf.
Uit Buitenzorg schrijft menIn
de fava-Bode van Dinsdag lazen wef-
dat 120 veroordeelden te Soerabaja lij.
dende aan beri-beri in het daarvoor
bestemde gesticht alhier zullen worden
opgenomen. Als men in het veen is,
ziet men op geen turfje, en dus zal die
vermeerdering hier wel niet erg gevoeld
worden. Wanneer men echter ingaat dat f,
zeker minstens twaalfhonderd veroor-
deelden hier worden verpleegd, staat
men verwonderd over het feit dat er I
zoo betrekkelijk weinig ongeregeldhe
den voorvallen, hoewel het toezicht zoo
goed als nul is. De directeur der inrich-
ting vertoeft namelijk reeds sinds maan-
den wegens ziekte te Batavia, zoodat
de overgroote bevolking van het beri-
beri-gesticht alleen onder het toezicht
van eenige inlandsche mandoers, mis
schien ook nog van een cipier, staat, j j
Hoewel er dus aan den vredigen aard der
beri-beri-lijders weinig te twijfelen valt, !.p
zou het mogelijk niet kwaad kunnen,
een weinig meer voorzorg te nemen,
bijv. door het plaatsen van eene mili
taire wacht of iets dergelijks.
Op Garoet heeft een inlander U
eene slang met twee koppen gevonden. I
Het was een gewone Sawa slang, doch
die de inlander naga (draak) noemt. De
koppen van het beest zijn goed ge- i
vormd de linkerkop was echter min
der breed en niet zoo krachtig als de
andere. De neus van den linkerkop is
afgeplat en niet goed zichtbaar, die van
den rechter was door een gleuf in tweeën
gedeeld. Het beest kan zich verbazend
snel bewegenin een oogenblik was
het boven in een steilen boom gekro
pen, zoo dat men moeite had het te
pakken. De slang is door een Europeaan
naar Batavia meegenomen.
De inlander Wongso alias Ka sim
stond in de Bagelen bekend als iemand,
die zich herhaaldelijk had schuldig ge
maakt aan het beramen en aanvoeren
van roofpartijen. Door zijne geslepen
heid heeft hij zich steeds buiten het
bereik van den strafrechter weten te
houden. Nog onlangs moest afgezien
worden van eene strafrechterlijke ver
volging tegen hem, wegens deelaeming
aan een rooftocht. Thans echter is uit
verklaringen, door twee zijner hand
langers afgelegd, overtuigend bewezen,
dat hij o. a. heeft deelgenomen aan een
in October 1890 ten huize van zekeren
loerah in Banjoemaas plaats gehad heb-
bende ketjoepartij. Hem ter zake straf
rechterlijk te vervolgen, werd ontraden,
omdat het niet raadzaam geacht werd
de kans te loopen, dat hij, die als ge
vaarlijk voor de openbare rust en orde
te beschouwen is, zou worden vrijge
sproken. Daarom werd hij naar Ma-
,r verbannen.
De belgische minister-president Beer-
naert heeft in de Kamer in antwoord
op eene vraag, ontkend dat er eenig
tractaat bestond, dat buitenlandsche
mogendheden het recht geeft, belgische
forten te bezetten. De mogendheden
hebben Belgiö's onzijdigheid en onaf
hankelijkheid gewaarborgd, maar niet
om zijne forten te bezetten.
De heer Janson, lid der oppositie,
sloot zich geheel aan bij de verklaringen
des ministers.
Volgens de mededeelingen der weener
dagbladen zouden de onderhandelingen,
die met Zwitserland geopend zijn tot
wat in den nacht gedaan moest worden. Vader rook lont en
zeide, dat, als het kontrabande was, hij dan rijkelijk betaald
moest worden, voor het gevaar, dat hij liep. De man bekende,
dat het kontrabande was en dat wij noch iemand anders het
kistje mochten openen; en hij zou ons iets moois geven, als wij
het er goed afbrachten, maar niets, als dat niet het geval was.
Vader zei zeer trotsch, ik ben van jongsaf tot nu een en zeven
tig jaar lang hij was toen 82 een smokkelaar geweest en
heb nooit iets verloren; en ik begrijp niet, waarom ik nu minder
slim zou zijn. De man antwoordde, dat hij van vaders slimheid
had gehoord en dat hij zich daarom tot hem gewend had. Zoo
werd er afgesproken, dat vader met den vloed een boot zou
klaar hebben bij Kaap Deadman. Vader wilde de karrewei alleen
doen, maar kon niemand bewegen hem een boot te leenen, want
zie je, men mocht hem niet in Bonport en vertrouwde hem niet
erg, daar hij juist zeven jaar gezeten had. Daarom kwam hij bij
mij, en daar ik geregeld te kerk ga, leende een broeder van
Plymouth mij 's avonds zijn boot om naar Towerbridge te roeien,
daar ik voorgaf, dat de rhumatiek mij het loopen belette. Ik
namde jjboot en bleef tot den nacht viel stil liggen, op eene
plaats, waar ik niet gezien kon worden. De nacht was zoo mooi
om te smokkelen als ik nog nooit gezien heb; de wind kwam
vlak uit het zuidwesten, en het regende, dat het goot. Om half
elf brachten wij de boot op het strand en een half uur daarna
kwam de man met zijn kistje. Er werd geen woord gesproken;
we zetten |[het kistje in de boot, staken in zee en de karrewei
was zoo goed als gedaan. Wij roeiden weg zonder licht totdat
wij op éen mijl afstandsfwaren en toen haalde vader een lan
taarntje uit zijn zak en stak het aan. Vader, zei ik, wij hebben
geen licht noodig voor dit werk en het lantaarntje zal ons mis
schien nadeel doen. Spreek, als men je iets vraagt, jongen
jongen noemde hij mij, ofschoon ik over de 60 was spreek,
wanneer je iets gevraagd wordt. Ik ga eens zien, wat hier in dit
kistje is. Het is niet de eerste keer, dat lafaards gestolen goed
wegwierpen, uit vrees voor ontdekking. En hierop haalde hij een
beitel en lichtte het deksel er af. Vervloekt, zeide hij, terwijl hij
met de lamp bijlichtte, 't is maar een kind. En toen ik mij
vooroverboog om te zien, zag ik een kind, dat gerust in slaap
scheen te zijn en welks haar in den wind wapperde. Is het dood,
vroeg ik. Natuurlijk, zeide hij. Denkt gij, dat het daar anders
zoo stil zou liggen? En hij was op 't punt om het kistje weg
te gooien, toen ik hem tegenhield, want bij God, ik zag het kind
door het licht zijne oogen openen. De wind en de regen hadden
het weer bijgebracht, denk ik. Vader, zei ik, het leeft. Wel
wij zullen het geen tijd gunnen om lastig te worden, zeide hij,
terwijl hij het deksel liet vallen. Nu had ik, Bernard, nog nooit
zoo'n karrewei bij de hand gehad en ik werd akelig bij de ge
dachte om dat levende kind als een jongen hond in zee te wer
pen, want zij zag er net uit als mijn Sukey, toen die nog klein
was. Toen vader nu beslag legde op de kist om haar weg te
slingeren, werd ik woedend, en wat ik nooit tot mijn vader had
durven zeggen, deed ik nu, met eene stem, die niet de mijne
scheen. Ik zeide hem, dat hij er voor zou moeten hangen, als
hij het deed. Vader scheen grooten lust te hebben mij de boot
uit te stooten van woede, maar hij bedacht zich en deed het
niet. Nadat hij eenige oogenblikken had nagedacht, zeide hij
als wij de kleine niet verdrinken, wat moeten wij dan met haar
beginnen Ik begrijp niet waarom wij de belooning van dit
karreweitje moeten verliezen. Wel, zeg ik, gij roeit mij naar
Pringle's hol, en ik loop met haar naar huis wat ik zeer goed
kan doen omdat ik in zoo'n heerlijken nacht als deze wel nie
mand zal ontmoeten. Dan kom ik terug en roeien wij te samen
naar Kaap Deadman om daar het geld van den man te ontvan
gen. Dat is alles goed voor dezen nacht, maar wat zult gij mor- j
gen en later met het kind beginnen. Er mee beginnen zeide ik; 1
ik wil het opvoeden alsof het mijn eigen kind was.
Wij twistten nog langen tijd, maar eindelijk gaf vader toe en
wij deden zooals wij afgesproken hadden de man keek in
het bootje en ging zeer tevreden heen."
Wordt vervolgd.)