NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
9e Jaargang.
Maandag 31 Augustus 1891.
•2501
ABON NEMEN TSPRIJS
ADVERTENTIES:
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
STADSNIEUWS.
POLITIEK OVERZICHT.
FEUILLETON,
PSYCHE.
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers. 0,05.
Dit blad vorsefcjjtit dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Her eau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoommmmer 12$.
van 15 regel* 50 Cents; iedere regel msei 10Cent».
Groote letter» naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Abonnementen es Advertentie» worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en conrantïor».
Directeuren-Uitgevers J. C. PEEBEBOOM en J. B. AYIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de Publicity Btrangèrt Z. BAVBJS f Co», JOHP F» J0NB8, Succ., Parijs 31 bis Faubourg MotUmartrj
EERSTE BLAD.
Haarlem, 29 Augustus 1891.
VERGADERING van den Raad der
gemeente Haarlemop Dinsdag 1
Sept. 1891, des namiddags te 1 uur.
De volgende stukken en punten zullen
aan de orde worden gesteld.
1. Beëediging en installatie nieuw
inkomende leden 2. Mededeelingen en
ingekomen stukken. Adres W. Umans
om schadevergoeding. Proces-verbaal
keurmeester slachtvee. Goedgekeurde
besluiten 3. Voorstel B. en W.W. adres
bestuur teekenschool voor kunstnijver
heid; 4. Idem idem toelage aan den
ieeraar H. J. de Vries der Burgeravond-'
school; 5. Idem id, bestrating en rio-
leering van een deel der de Clercq-
straat6. Id. id. gratificatie Voorzitter
burgerlijk armbestuur7. Benoeming
tijdelijk wethouder; 8. Id. ambtenaren
burgerlijke stand (vacat. mrs. Enschedé,
de Haan Hugenholtz en jhr. v. Styrum)
9. Idem leden vaste commissiën10.
Id. commissarissen stadsapotheek; n.
Id. id. stadsbank van leening; 12. Id.
lid commissie bezwaarschriften pi. dir.
belasting13. Voordracht B. en W.W.
onderwijzeres 3® ld. kostel. school lett.
C.14. Id id. onderwijzer 3® klasse
opleidingsschool voor jongens; 15. Be
noeming stadsvroedvrouw16. Voorstel
idem benoeming drie assistenten teeken-
onderwijs aan de Burgeravondschool
17. Verslag opzichter gasverlichting over
de maand Juli.
Den avond van Maandag a. s., ver
jaardag van H. M. de Koningin, zullen
er, aanvangende te 8 uur, in den Hout
twee muziekuitvoeringen plaats hebben,
door ons Stedelijk Muziekkorps en door
het Ned. Opera-orkest, resp. in de mu
ziektent en in den muziekkoepel van de
buiten-sociëteit. De verschillende num
mers der beide programma's zullen om
beurten gegeven worden, eerst door het
Stedelijk Muziekkorps, daarna door ge
noemd orkest en zoo vervolgens.
De fontein zal in werking zijn en
hare omgeving geïllumineerd.
De lessen op de school voor Kunst
nijverheid alhier, zullen, wat den dag
cursus betreft, den eersten September
weder beginnende leerlingen kunnen
zich tot dien datum nog aanmelden. De
lessen van den Woensdag- en Zaterdag
middagcursus zullen den 2e^ September
heropend worden en de avondlessen
den iu October weder beginnen, zooals
uit achterstaande advertentie blijkt. Uit
goede bron vernemen wij dat over
het algemeen eenige wijzigingen in het
onderwijs zullen plaats hebben, hetgeen
zeer zeker tot de meerdere degelijkheid
er van zal bijdragen.
In de rotonde van het Museum van
Kunstnijverheid alhier zullen Zondag as.
de japansche voorwerpen uit de verzame
ling Bauduin nog tentoongesteld blijven.
Tevens is de verzameling, bestaande uit
diverse proeven van de meest verschil
lende reproductiën op het gebied der
graphische kunsten, die zoo welwillend
door de firma Emrik en Binger werd
afgestaan, aanstaanden Zondag nog te
zien. Zondag is de toegang vrij.
In ons verslag van de vergadering
van de nederlandsche vereeniging voor
gemeentebelangen, zijn de woorden van
den heer J. Loeff, burgemeester van
's Gravenmoer, niet voldoende geaccen -
tueerd teruggegeven.
Deze spreker heeft er nl. op gewezen,
dat het zoo wenschelij kis de jongelieden,
die zich aan liet examen onderwerpen;
te veroorloven wetboeken mede te bren
gen, mits natuurlijk geen commentaren.
Tegenwoordig is dit namelijk niet toe
gestaan, en stelt men dus aan de estami-
nandi den onbillijken eisch, dat zij de
wetten uit het hoofd zullen kennen.
Nog daargelaten het onbillijke van
den eisch, schijnt het de vraag of het
gewenscht kan heeten, de aspiranten
op die manier te noodzaken tot het
zich machinaal inpompen van den in
houd der wetboeken. Bekwame rechts
geleerden aan wier wetskennis niemand
twijfelt, grijpen nog herhaaldelijk naar
hunne wetboeken, ook omdat men dik
wijls door het combineeren van ver
schillende artikelen de bedoeling van
den wetgever in bizondere gevallen
moet leeren kennen.
Hieromtrent deelde men ons eene
anecdote mede. Een boerenfamilie op
het platteland krijgt ruzie over de boe
delscheiding en de eene partij weigert
in het voorstel van den notaris te be
rusten en gaat naar Amsterdam om een
rechtskundig advies. Men komt bij een
onzer advokaten, een man die in zijn
vak vergrijsd is. Deze hoort de boeren
aan, slaat zijne wetboeken op, leest en
vergelijkt en komt tot de conclusie,
dat een proces niet is aan te raden,
omdat de malcontenten het stellig zullen
verliezen. Maar onze ontevredenen zijn
daarmee niet ingenomen en gaan naar
een jongen advokaat, die zijne sporen
nog moet verdienen. Deze kijkt naai
zij n wetboek niet om en adviseert on
middellijk tot procedeeren.
De boeren, van meening dat de laatste
veel knapper is dan zijn oudere collega,
„die zelf zijn zaken niet kende en die
in een wetboek moest nakijken", gaan
procedeeren en verliezen hun proces,
juist zooals de oudste raadsman gezegd
had.
De moraal is licht te maken
Vrijdagavond had op de bovenzaal
van het Café Brinkmann een vergade
ring plaats van de Schermvereeniging
„Ripperda." De president, de heer L.
F. Keijzer, bood den ijverigen instruc
teur der vereeniging, den heer A. J.
Robin, wegens diens vertrek naar den
Haag, een prachtige zilveren herinne
ringsmedaille aan. Hartelijk dankte de
heer Robin voor de hem
beambten te Agram zich mede in dien
geest uitlieten.
De toestand op Creta wordt met den
dag hachelijker. De Standard verneemt
van daar, dat de Mohammedanen drei-
eer en besloot met een toast uit ie gen de hulp van Engeland te zullen
brengen op het langdurig bestaan der inroepen, indien de Sultan aan de eischen
vereeniging „Ripperda." der Christenen toegeeft. De naar Assi
gonie gezonden troepen worden door
Sedert een paar dagen wordt in deze gewapende Christenen tot den terugtocht
gemeente vermist W. G. Appeldoorn, oud gedwongen, De inwoners zenden hunne
61 jaar, lang van gestalte, haar en volle
baard rossig, loopt een weinig kreupel,
gekleed met zwart lakensch pak en
donkergrijzen demi-saison, zwarten hoed
en reistasch.
Daar hij sedert eenigen tijd niet goed
bij het hoofd is, vreest men dat hem
een ongeluk is overkomen.
Namens zijne vrouw verzoekt de
commissaris van politie alhier zijne op
sporing en bericht.
Naar wij vernemen zal de commissie
tot aankoop van paarden voor het leger,
tot dat doel ook eenige bekende land
bouwstreken in deze provincie bezoeken.
Men schrijft ons
Met het oog op de zoo ongunstige
tijden voor den landbouwstand, is aan
eenige pachters in den Haarlemmermeer
polder vermindering van pacht toege
staan.
In zijkanaal E is door een visscher
een otter gevangen eer grootte van bijna
80 cM.
In Italië wil men van geene bezuini
gingen op het oorlogs-budget weten.
Men verzekert, dat de koning in de
groote bijeenkomst, die hij te Mendovi
met zijne ministers heeft gehouden, over
de ongewenschtheid van een bezuiniging
op de budgetten van oorlog en marine
heeft gesproken, en een korte maar wel
sprekende toespeling heeft gemaakt op
den hachelijken toestand van Europa.
De ministers zagen in 's konings woorden
een aanwijzing omtrent de te volgen
Men verzekert, dat men in den vol
genden ministerraad terug zal komen
op de bezuinigingen, welke te maken
zijn, maar met volkomen uitsluiting van
die op genoemde hoofdstukken.
Kroatië
Te Agram in Kroatië is eene ten
toonstelling geopend, die, evenals te
Praag het geval was, aanleiding tot die alleen duitschen magen uitstekend
vrouwen en kinderen naar het gebergte,
hetgeen gewoonlijk als een voorteeken
van eenen opstand geldt.
De Köln. Zeit. bevatte dezer dagen een
hatelijk artikel tegen de keizerin van Rus
land, dat tegelijkertijd een insinuatie
bevatte tegen het deensche hof, als zou
dit in deze dagen, nu de koning van
Denemarken weder als elk jaar zijn
kinderen om zich vereenigd heeft, het
middelpunt van allerlei politieke intriges
zijn. Begrijpelijkerwijze is men te Ko
penhagen over deze verdachtmakingen
van het oude reptielenblad zeer ont
stemd en een officieus orgaan heeft zich
gehaast het sensatie bericht van de
Köln. Ztg. in krachtige bewoordingen
te wederleggen.
Dergelijke insinuatiën verzekert de
National Tidende beoogen iets an
ders dan opzien te baren en strekken
alleen om tweedracht te zaaien tusschen
den czaar, de czarina en de koningin
van Denemarken, doch dit is vergeef-
sche moeite bij de goede harmonie,
welke er tusschen de vorstelijke per
sonen op Fredensborg bestaat.
Volgens het deensche blad heeft men
Denemarken en Rusland tegen elkander
in het harnas willen jagen. Pruisen ech
ter is zich wel bewust, hoe verkeert
het jegens Denemarken heeft gehan
deld, waaraan het beloften heeft gedaan,
die nimmer zijn vervuld. Van den an
deren kant ziet Pruisen bovendien in
dat de beruchte keizerlijke politiek in het
binnenland en het buitenland geen ander
resultaat heeft gehad, dan dat de czaar
de fransche republiek formeel heeft
erkend.
Dit psychologisch verschijnsel ver
klaart de National Tidende voor den
oorsprong van de lage insinuaties, welke
men te berde heeft gebracht tegen de
russische keizerlijke familie, de konink
lijke familie van Denemarken, tegén den
russischen gezant te Parijs, baron Von
Mohrenheim, en tegen den deenschen
minster van Oorlog en waaruit de duit -
sche reptielen een heksensoep brouwen
staatkundige betoogingen heeft gegeven.schijnt te bekomen.
Ongeveer 250 Dalmatiërs kwamen de j Met „de-beloften die altijd onvervuld
tentoonstelling bezoeken en werden metzijn gebleven" bedoelt het deensche blad
geestdrift ontvangen. Dalmatië is sedert! art. 5 van het prager tractaat, waarbij
1841 een oostenrijksche provincie, doch werd bepaald, dat, „wanneer de bevol-
de Kroatiërs blijven steeds beweren, dat i king der noordelijke districten van
Sleeswijk door stemming haren wensch
te kennen gaf om weder bij Denemar
ken te worden gevoegd, die districten
aan Denemarken moeten worden terug
gegeven." Tot die stemming heeft
het gebied tot hun land behoort. Door den
burgemeester der stad werd eene rede
voering gehouden, die den voorstanders
van eene vereeniging der beide landen
zeer welkom was, en zelfs beweert men,
dat hooggeplaatste hongaarsche staats-Pruisen het nooit laten komen en later
hebben Pruisen en Oostenrijk wel een
pennestreek gehaald door art. 5 van
het Piager-tractaat, doch de Denen
kunnen zich nog altijd niet nederleggen
bij een eigenmachtige handeling om ge
schreven en duur bezworen rechten
alleen op grond van het recht van den
sterksten uit te wisschen.
Op den 25" Aug. 1.1. waren juist vijf
en twintig jaren verloopen, sedert dat
tractaat door Denemarken ondertee
kend werd. Men heeft te Kopenhagen
dien datum niet ongemerkt laten voor
bijgaan, want de hoop op herstel van
het geleden onrecht is daar nog niet
geheel uitgewischt.
Dit blijkt ook uit de herinnering der
National Tidende aan de „onvervuld
gelaten beloften." Onmogelijk is het niet,
dat de hoop der Denen zelfs nieuw
voedsel heeft gekregen door hetgeen
den laatsten tijd op buitenlandsch staat
kundig terrein is gebeurd, en zij daarin
moed vinden Pruisen te herinneren aan
de oude schuld, welke het nog aan hun
vaderland heeft af te doen.
In verband met al hetgeen in den
laatsten tijd over een wijziging in de
internationale politieke omstandigheden
is aangeduid of geschreven, wordt dub
bel aandacht geschonken aan het weder
telkens opduikend gerucht over een reis
van de russische keizerin naar de
fransche hoofdstad. Terwijl de Matin
het gerucht over een bezoek der czarina
aan Parijs voor een verzinsel verklaart,
wordt uit Kopenhagen als zeker aan
het Journal des Débais medegedeeld,
dat de reis der czarina naar Frankrijk
vaststaat en nog vóór October zal
plaats vinden. Reeds zou de fransche
regeering van het voornemen der
keizerin in kennis zijn gesteld.
Volgens de laatste berichten uit Chili
hebben de congres-troepen eene be
slissende overwinning op het leger van
Balmaceda behaald, en kan de burger
oorlog in die republiek daarmede als
geëindigd worden beschouwd.
TELEGRAMMEN.
WASHINGTON, 29 Aug., {Reuter).
Gisteren is hier een officieel telegram
ontvangen, uit Valparaiso, waarin wordt
gemeldt, dat Donderdag (27 Aug.) bij
Valparaiso slag is geleverd tusschen de
Congrestroepen en het leger van Bal
maceda. De troepen der regeering werden
geslagen. Aan weerszijden werden zware
verliezen geleden. De stad heeft zich
overgegeven aan de Crongres-Junta,
maar onder bemiddeling van de ame-
rikaansche, duitsche, fransche en en-
gelsche consuls, die voor de hand
having van de orde zullen zorg dragen.
De gemeenschap met Santiago is ver
broken. De troepen der Congrespartij
trekken de stad binnen. Het telegram
was geteekend Moreary, consul te V al-
paraiso.
ROME 29 Aug. ReuterDe Po-
polo Romanode Tribunaen de Opi-
nione beantwoorden een artikel, dat de
parijsche Temps aan den toestand der
34;
HOOFDSTUK XXIV.
(Slot.)
„Wat is er toch te doen?" vroeg ik.
„Gij kunt spreken, als men u iets vraagt, en niet eer, Bernard,
of het zal even slecht met u afloopen als met de geheele familie."
Nadat hij een tijd stilzwijgend doorliep om deze waarschuwing
goed kracht bij te zetten, begon qij weer:
„Ik weet niet wat nut het heeft. Daar heb je nu vader, die
al een maand weg is en maar niet terug komt: het geeft niets
of ik al geen borreltjes drink en den geheelen tijd bijbelteksten
lees, hij komt maar niet terug en nu is er weer onrust. Alsof
het nog niet genoeg is, dat ik eiken nacht van dat jonge ding
droom en huiverende en met schrik wakker wordt, omdat ik
denk, dat ik vergeten heb haar eten te geven. Hij hield op en
keek zeer terneergeslagen naar de zee. Het gezicht op zijn huisje
wekte hem op. Hij keerde zich om, en terwijl hij zijne wenk
brauwen froesde, zeide hij
„Gij moet weer eens in dat hol afdalen, Bernard."
Ik was stil en ijsde bij de gedachte, dat ik de plaats waar de
arme Psyche gevangen had gezeten, zou moeten weerzien.
„Kom, je moet gaan," zeide hij. „Ik zou zelf gaan, als ik er
de kracht voor hadde vrees dat ik niet weer boven zou komen,
weerhoudt mij niet eens. Ik weet niet wat nut er insteekt dat
zoo'n oude man, als ik, nog blijft leven."
„Wie is daar beneden vroeg ik.
„Hij is er, Sir Heniy Duncan,"
„Hoe lang is hij daar geweest?"
„Eene maand, Bernard. Hij kwam bij mij en zeide dat ik het
huisje zou hebben zoo lang als ik leefde, als ik hem bediende
zooals het kind. Ik stemde er in toe. Eiken dag heb ik hem
toegefloten, zooa's ik het vroeger haar deedmaar ik kreeg geen
aardig liedje tot antwoordhij ledigde de mand geheel, maar
gisteren kwam er den geheelen dag, hoe ik ook riep en floot,
geen geluid, en dezen morgen waren de levensmiddelen nog ge
heel onaangeroerd in het mandje. Gij moet dus eens naar be
neden gaan en zien wat er aan scheelt."
Ik ging in vreeselijken angst naar beneden. Nog eens stak ik
de kaars aan en vond al tastende den weg naar het donkere
hol. Ik vond hem dood uitgestrekt op Psyche's bed liggen, met
de bewijzen van Psyche's leven naast hem. In het alkoof boven
zijn hoofd hingen de stukken vlaggedoek, die zij daar als ver
sierselen had opgehangenaan de muren de uitgesneden stukken
krijt; in het zand stond een afdruk van haar kleinen voet.
Welke plaats, welke middelen waren geschikter voor deze vree-
selijke boetedoening?
De wolken zijn verdwenen; de zon schijnt nu. Ethel is mijne
vrouw; als ik haar hand in de mijne houd, dan gevoel ik dat
al het geluk, dat de hemel kan schenken mij gegeven is. Gis
terenavond bleven wij een tijdlang in den tuin nadat de laatste
zonnestralen al lang verdwenen waren; de hemel was vol sterren
en wij wandelden langzaam, ons geluk genietende verder.
„Luister," zeide Ethel, terwijl zij stilhield. „Hoordetgij iets?"
Een zwak geluid werd gehoord, dat langzamerhand wegstierf.
„Daar is het weer," fluisterde zij zacht. „Het is de eerste
nachtegaal."
Het klonk mij in de ooren als de stem van Psyche, die van
het nieuwe geluk van eené nieuwe wereld zong.
