Leger en Vloot.
i Venloo overgebracht. Volgens onvangen 1 r°g f 1 Per stuk, schelv. 47 't honderd,
te nemen, en j bericht> denkt raeilj dat hij niet hetkl. schol f 1.50 4 2.50 per mandje,
een anaerenleven behouden# De daders zijn schar 1.25 per mand en haring f 3
Latteren en Kunst»
POLITIEK OVERZICHT.
GEMENGD NIEUWS.
Hangende deze onderhandelingen is ongeluk overkwam, tegen
met beslistheid omtrent eene verplaat-1 verbod inhandelde, J
het stelligekon als bewijs gelden, dat men haar
door een riem op vroeger optrêden in dankbare heiinne-
sing van de bureaux naar elders noghet wiel te werpen, terwijl de machine ring bewaard heeft. Mevrouw Mielke
niets te zeggen, hoewel de mogelijkheid in gang was. i bleek nog te beschikken over vele
niet is uitgesloten dat, bijaldien del Door de politie te Delft is!schitterende hoedanigheden, en het be-
eischen van het gemeentebestuur van Vrijdag in den laten avond aangehouden j richt, dat zij als gast verbonden blijft
Utrecht in een of auder opzicht te hoog -p. J. W., oud 54 jaar, bijgenaamd „Lek- ;iaa het gezelschap, in de plaats van
moeten wezen, Amsterdam als de toe kere Kaas", zonder beroep en vaste |mevr. Sontag—Uhl, de verdienstelijke
korastige zetel der Maatschappij zal w00npla.ats. De aangehoudene, wiensprima donna, die naar elders vertrok,
worden aangewezen. opsporing eu aanhouding was verzochtSe5^. ^an 00^ alleszins reden tot ver-
In de Zaterdag te Amster dam ia het Algemeen Politicblad, is toi hetbUjding.
Behouden algemeene vergadering van ondergaan van hechrenisstrat naar liet j Ge fransche minister van schoone
SfAnm. 1 hniü van hftwfl.rinp- \e. 's-Hacfi over^e- kunsten wil entrée gaan heffen aan de
teneinde hiermede een in te
„caisse des musées" te stijven
aandeelhouders der Koninklijke Stoom-j huis van bewaring te 's-Mage overge.
weverij te Nijverdal, gevestigt te Almeloo,bracht.
is het door de directie ingediende' wij vernemen, dat de be-
voorstel tot wijziging van de statuten j trekkingen van een oud leerling der
met algemeene stemmen aangenomen j Ambachtsschool te Rotterdam, elders
en de aftredende commissaris, de heer j overleden, van zijn nalatenschap f 100 j ZQU
tt Qf-nri- I-a nMpnynni pk ynnHamV afgezonderd ten bate der sc iool,
C. F. Stork te Oldenzaal, als zoodanig
herkozen.Het dividend over het boekjaar
i Juli 1890 tot 30 Juni 1891 werd be
paald op 25 per gewoon aandeel en
op f 51 per aandeel in de overwinst^
De agent van de Sequali-
MaatschappijDavenport, heeft te Alk
musea,
stellen
uit welke men het onderhoud en in
zonderheid de verrijking voor een deel
zou bekostigen.
critici te Rome, die de alge
1 u~ v "w'roeeEe repetitie van Mascagni's Vriend
als eenbewijs van waardeenng van hel geff00nd £jn nieteen.
onderwijs, vroeger aldaar door hem stemmig 0^idUe dc'r kJunstwaarde
geno en. van be{. sblk_ Nochtans erkennen allen,
Door de politie te Rotter- dat er enkele „nummers" in de opera
dam wordt de opsporing en aanhouding voorkomen, welke buitengewoon schoon
gevraagd van den voormaligen uitgeverzjjQï
maar de groote zaal van de Harmonie j van bet weekblad Medusa, aldaar, die j Te Weenen repeteert men Rit ter
voor vier weken gehuurd, onder beding j eenige maanden gevangenisstraf moetpaSman," de nieuwe Opera van Johan
nog gedurende^ drie, weken over de ondergaan ter zake van smaad. I Strauss, waarin hij nog pas een nieuwe
In eene vergadering van d e wals iulaschte.
Typographische Vereeniging „A.rnhem",Te Dublin is de oorspronkelijke
te Arnhem, werd op voorstel van een i partituur van Haendels Messias ontdekt,
der leden besloten, hare leden ia de j die bij gelegenheid der eerste uitvoering
gelegenheid te stellen, door middel harer van het oratorium te Dublin, den 13
hulpkas, goedkoope brandstoffen te be-1 April 1743, is gegraveerd. Ter zijde
komen. Het bestuur heeft zich daartoe j van de muzieknoten staan tal van aan-
tot eenige leveranciers gewend om in i teekeningen.
schrijvingen bij groote hoeveelheid. Te Parijs loopt het gerucht, dat
t .leen van de tegenwoordige directeuren
Yridagavon ee I der Groote Opera, de heer Gailhard, met
schen Meppei en Staphorst eeni gedeelte Lainoureux een Feslspieihaus als dat te
van een goederentrein op den weg B tl 2ai 0 Fte Vers'aiUeB.
achter. De stationschef te Staphorst J L
zaal te kunnen beschikken, wanneer hij
dit verlangt.
Van Alkmaar begeeft Davenport zich
naar Haarlem, van daar naar Leidew,
en vervolgens naar Parijs. Echo
Zekere Pieter Goffin,een
alleenwonend man, te Amstenrade, heeft
men dood in zijne woning gevonden.
Daar men wist dat de man geld had,
doorzochten de erfgenamen 1.1. Donder
dag de woning.
Eerst nadat dit zoeken lang geduurd
had, en de moed bijna verloren was.
kwam eindelijk de aap uit de mouw, of
beter, uit.... eene kist gevuld met oud
ijzer op den zolder. Daarin werden ge
vonden 1050 mark aan papier, 80
mark in goud en 6 rijksdaalders, verder
vond men nog beneden in huis 28
mark.
Het huisonderzoek geschiedde in
tegenwoordigheid van een wethouder
en een veldwachter.
Uit Amsterdam wordt ge
meld Door B. en W. wordt den Raad
voorgesteld afwijzend te beschikken op
het adres van een belanghebbend koffie
huishouder om, naar aanleiding van
zijne bij herhaling afgewezen aanvrage
om vergunning tot verkoop van sterken
drank in het klein, gebruik te maken
van de bepaling (art. 2, al. 2) der wet,
om bij H. M. de Koningin de verhooging
van het maximum der in deze gemeente
te verleenen vergunning te vragen.
B. en W. grondden hun advies van
afwijzing o. a. op de omstandigheid, dat
het wettelijk maximum, ten gevolge der
overgangs: epalingen, alreeds belangrijk
is overschreden. Dit maximum is voor
deze gemeente 835, terwijl het werkelijk
aantal vergunningen op 31 Dec. 1890
nog 1484 bedroeg.
Uit Delft meldt men:
Vrijdag in den laten avond begaven
de
d.
bemerkte gelukkig dat het sluitsein aan
den trein ontbrak, en had nog gelegen
heid dit zoo tijdig aan het station
Meppei te seinen, dat men daar den
gereedstaanden personentrein van 6.10
uur kon iaten wachten, tot de weg weer
vrij was, waarmede 35 minuten ver
liepen.
Uit Middelburg wordt ge-
meld
In de moordenaarsgeschiedenis van
Meliskerke is nog niet bizonder veel
licht opgegaan. Bij het onderzoek der
kleederen van den verdachte A. Kem-
pe zouden geen sporen van bloed ge
vonden zijn. Bovendien is gebleken, dat
aan de gevonden knoop wel eene bruine,
doch geen bloedvlek zich bevindt. Ten
opzichte van de overeenkomst der ge
vonden knoop met de knoop aan
het kleed van den verdachte, wordt ge
meld, dat de kleermaker, die dit kleed
vervaardigd had, er wel tien had ge
maakt alle met dezelfde knoopen
buitendien oDtbraken er aan het kleed
van den verdachte niet éen, maar meer
knoopen. Ook wordt verzekerd, dat hij
kan bewijzen, waar hij den avond van
den moord is geweest.
Kerape is weder op vrije voeten ge
steld.
veld-artillerist. die
De bij het 2e reg. inf. nieuwbenoemde
2e-luits., herkomstig van de Militaire
School te Haarlem, zijn als volgt inge
deeld N. van Wingen, E. H. G. van
der Noordaa en E. R. Bouwmeester bij
de bataljons te MaastrichtH. Z. A.
van de Roemer en H. C. J. Meys bij
het 5<j bat. te 's-Bosch.
De bij het 38 reg. inf. tot 2e-luit.
benoemde volontair-sergeant G. Smit
Sibenga, is ingedeeld bij het bat.
te Bergen-op-Zoom.
Hoezeer het gebruik van rij wielen
in hét leger toeneemt, mag hieruit blij
ken, dat zelfs de generaal majoor in
specteur der cavalerie zich eiken dag
gedurende een uur op het rijwiel
oefent.
VISSCHERIJ.
J ry T Een VClU-aitiilClAOt. UlUi
schipperknechts G v. dZmi L. d {e Roermond doortwee
AN., wonende te Waddings veen, verraderlijke wijse werd'
liggende met hun vaartuig in de gracht j y -
Nieuwediep, 31 Oct. Door 103
korders en beugers werden hier heden
10 tot4o groote, 20 tot 100 kleine tongen,
2 tarbotten, 5 tot 20 roggen, 80 schelv.,
2 tot 10 mandjes kl. schol en 1 tot 4
- - aangevallen en zwaar verwond hij j manden schar, en door trekkere 100 tal
aan de Gasthuislaan aldaar, zich in het;bekwam 0# a# een I3 cM> diepe steek haring aangevoerd; gr. tong gold 50
hadden ae„d js naar hgt hospitaal te 85, kl. tong 20 et., tarbot f j i 9;
gloeiende ,r v A i-
0 V AT-ilnr» nvp
vooronder ter ruste,
onvoorzichtigheid een pot met
zulks na vooraf door
schipper op het gevaar daarvan te zijn
gewezen. Zaterdagmorgen, toen iemand
op de schuit te voorschijn kwam, werd
de politie gewaarschuwd, en bleek al
spoedig dat de beide personen waren
gestikt,
In eene in de nabijheid staande i
woning gebracht, kon de inmiddels
ontboden geneeskundige slechts den bjj
dood constateeren.
Het bericht omtrent het
ongeluk in de fabriek van den heer
voortvluchtig.
3.50. per tal.
Mevrouw Mielke, die Vrijdagavond! De agitatie te Cork houdt aan. Woens-
het duitsche Operagezelschap te i dag avond werd een kleinen jongen,
Amsterdam als ,^Fidelio" optrad, werd 1 die hoera schreeuwde voor den heer John
door een vrij talrijk publiek met veel j Redmond, den parnellistischen candidaat,
jhartelijkheid ontvangen. Herhaaldelijke met een stok een oog uitgeslagen.
Vermaes te Delft behoeft in zooverre terugroepingen waren haar deel, en de j Donderdagmiddag dreigden opnieuw
verbetering, dat de werkman, wien het aanbieding van een drietal bloemruikers wanordelijkheden; dank zij de koelbloe
digheid van de heeren O'Brien en O'Con-
ner werden zij voorkomen, 's Avonds
kwam het echter tot een uitbarsting. De
volgelingen van John Redmond hielden
een fakkeloptocht; in den stoet merkte
men zelfs vrouwen op, die blootsvoets
en met loshangende haren mede mani
festeerden. De heer Redmond was in
een rijtuig gezeten. Van een andere
zijde naderde de heer O'Conner aan het
hoofd van een gillende menigte, die
aanstonds de Parnellisten met een regen
van steenen begroette Deze laatsten
verdedigden zich en aanvankelijk tever
geefs trachtte de politie tesscnenbeide
te komen. Redmond en O'Conner werden
gewondde laatste door een politieagent.
Later slaagde de politie er in, aan het
kabaal een einde te maken.
De verkiezing is nu op Vrijdag be
paaldZaterdag zal het resultaat bekend
worden.
In de ziekenhuizen liggen 92 perso
nen, die bij de verschillende ongeregeld
heden gewond werden.
Aan den heer Dillon is bereden politie
toegevoegd, teneinde hem te beschermen,
De zonderlinge onzekerheid, welke
gedurende de laatste dagen bleek of
scheen te bestaan in de reisplannen van
Czaar Alexander, die zijne reis eerst via
Fridericia, toen via Stettin volbrengen
wilde en ten slotte in allerijl over
DaDtzig is gegaan, geeft hier aanleiding
tot allerlei geruchten.
Van doorgaans goed ingelichte zijde
werd verzekerd, dat de Czaar geenszins
uit boos opzet Berlijn vermeed, maar
dat men ook hier moet denken -an zijne
bijna ziekelijke menschenschuwheid. De
Czaar vindt het zeer onaangenaam met
vreemde personen samen te zijn eu het
middelpunt te worden van groote offici-
eele feesten en betoogingen.
Anderen weder beweren, dat de Czaar
en zijne omgeving in den laatsten tijd
weder tal van dreigbrieven ontvingen,
welke hem zeer gedrukt stemden. Op
de spoorlijnen waren dan ook zeer
gest) enge maatregelen van politietoezicht
genomeu, daar de russische overheid
na de vroegere aanslagen altoos onge
rust is.
Uit Odessa wordt aan de Daily Neius
gemeld, dat in de vorige week ruim
vijfhonderd joden uit Constantinopel
zijn teruggekeerd, en dat nog zeven
honderd er achterblijven, terwijl er zes
honderd te AlexandriC op vergunning
wachten om naar Palestina te trekken.
Het joden-comité te Constantinopel
verklaart zich buiten staat om zulk een
groot aantal behoeftigen op den duur
te onderhouden en zendt hen daarom
geleidelijk naar Odessa terug, waar de
turksche consul thans alle passen van
joden weigert te teekenen. De meeste
joden in Rusland verkiezen den raad
van baron Hirsch niet op te volgen en
gaan ondanks alle vermaningen van de
joden-comités voort met uit het land te
trekken. De goeve neurs in Zuidelijk
Rusland hebben bevel ontvangen kos
teloos aan joden passen uit te reiken.
Te Odessa is door de joodsche burgerij
eene landbouw-kweekschool voor joden
in de nabijheid der stad ingewijd. Aan
het bij die gelegenheid gehouden feest
maal zat ook de goeverneur der stad
aan, die in zijnen heildronk de hoofden
der joden gemeente aanspoorde, hunne
geloofsgenooten terug te houden van
verhuizing naar andere landen, waar
hen groote ontberingen wachten. In
Palestina hadden o. a. de aanvoerders
der joden hem gesmeekt de immigratie
verder te verhinderen. De gouverneur
achtte het oneindig beter onder de Joden
in Rusland kennis van den landbouw
aan te kweeken.
Uit Starodoeb (goev. Tsjernijofï) wordt
nader gemeld dat bij het oproer tegen
de joden 20 dooden gevallen zijn,
waaronder 5 meisjes gruwelijk mishan
deld. Ook te Balta (gouv. Podolie)
werd een oproer tegen de joden be
proefd, en met moeite voorkomen.
Berichten uit Washington melden dat
sommige groote bladen eenen oorlogs-
zuchtigen toon tegen Chili aanslaan. De
gezant van Chili moet de onverwijlde
terugroeping van Egan gevraagd hebben,
devvijl de regeering niet langer in aan
raking met dezen wil komen. Egan is
inderdaad de grootste hinderpaal van
een mogelijk vergelijk, dewijl hij zoowel
in Chili als in de V. S. gehaat is. Velen
verdenken hera dat hij de dépêche der
regeering te Washington niet goed aan
die te Santiago heeft overgebracht, aan
gezien het antwoord van Chili er niet
juist ©p slaat. Vele ernstige bladen be
schouwen eckter de oorlogsgeruchten
belachelijk, dewijl de president geen
oorlog verklaren kan zonder goedkeu
ring door het Congres. Bovendien is
de Unie niet op het voeren van oorlog
voorbereid. De Daily Jelegraph ver
neemt uit Washington dat er een ernstig
verschil van gevoelen bestaat tusschen
den president en den staats secretaris
Blaine. Eerstgenoemde wil Egan terug
roepen, hetgeen Blaine niet wil. Deze
laatste is vooralsnog tegen het nemen
van hevige maatregelen, terwijl de Pre
sident zonder uitstel het Congres zou
willen bijeenroepen.
Volgens uit Noord-Amerika ontvangen
tijding, zou men uit Valparaiso bericht
hebben ontvangen, dat de amerikaan-
sche matrozen, na aangerand te zijn,
gedwongen zouden zijn een in het
spaansch gesteld stuk te teekenen, waarin
zij de onschuld der politie er-eenden
De fransche minister van
Oorlog heeft bevolen, dat de soldaten
op schildwacht voortaan weer den ransel
op den rug* moeten hebben. Deze
maatregel was door generaal Boulanger,
als minister van Oorlog, afgeschaft.
Den 248tea dezer is liet ste-
delijk elcctrieiteitswerk te Dusseldorf,
in tegenwoordigheid van de gemeente
en provinciale besturen, op feestelijke
wijze geopend.
Het electriciteitswerk omvat op het
oogenblik een centraalstation en drie
accumulatoren-onderstations. Het cen
traalstation ligt in de onmiddellijke nabij
heid van de stedelijke gasfabriek, waar
door een gemeenschappelijk beheer en
een gemeenschappelijke aanvoer van
steenkolen mogelijk is. De drie onder
stations zijn op een gemiddelden atstand
van o. a. at£ K.M. van het centraalsta
tion gelegen, en wel in de „Bleich-
strasse", bij de „Bade-Anstalt", en in
de „Karlstrasse". De electrische stroom,
welke in het centraalstation opgewekt
wordt, dient gedeeltelijk tot het laden
van de accumulatoren in de ondei-
stations. gedeeltelijk wordt hij direct
aan het leidingnet afgegeven De accu
mulatoren nemen overdag dien stroom
op, welken de machines bij normale
belasting meer kunnen gevendan
direct voor kracht of licht noodig is
gedurende de uren van het grootste
stoomverbruik geven zij gemeenschap
pelijk met de machines den benoodigden
stroom, terwijl zij dan 's nachts het ver
bruik alièen kunnen dekken. Op deze
wijze werken dus de machines altijd
met hare normale belasting, dus met
het grootst mogelijke nuttig effect.
De voorloopige aanleg is berekend
voor 10,000 gelijktijdig brandende gloei
lampen, het kabelnet daarentegen voor
25,000.
Het kabelnet strekt zich over een
zeer groot gedeelte van de stad uit,
waardoor eene spoedige ontwikkeling
mogelijk is.
Het centraalstation beslaat eene opper
vlakte van 1000 M2. en bevat 3 bui
zenketels uit de fabriek „Hohenzollern",
te Dusseldorf. Elke ketel een ver war
mings-oppervlak van 150 M*. (Eén ketel
keeren het onderwerp van het gesprek.
„Hij heeft een uitnemend verstand," zeide Jacob, „en een
hart van goud."
„Ja," zeide Andries. „Reeds langen tijd sla ik hem oplettend
gade en ontdek eiken keer nieuwe, goede eigenschappen in hem.
Ik acht hem zeer hoog en zal daar later wel bewijzen van geven.
Ik wilde ondertusschen nu wel iets voor dezen braven man doen.
Hij is te trotsch om iets aan te nemen, wat hij niet verdiend
meent te hebben. Maar heeft hij geen broer en eene moeder?"
„Zijn broer is een ondeugende knaap," antwoordde de grijs
aard, „maar hij is nog jong, dus kan misschien verbeteren.
Zijne moeder heeft zich de achting en liefde van allen, die haar
kennen, weten te verwerven."
„Is zij nog al in den goeden doen
„Zij moet haar eigen brood verdienen."
„Op welke wijze
„Met porselein schilderen. Zij heeft leerlingen en tal van werk
sters. Zij heeft door eigen arbeid de opvoeding van haar zoon
moeten bekostigen."
„En de vader?"
„Die is sedert lang dood. Zijne weduwe heeft na zijn dood
nooit den rouw afgelegd. Hare buren noemen haar „„de zwarte
dame.""
„Ik zal haar eens gaan opzoeken. Waar woont jrij
„In Belleville." Jacob gaf hem haar adres.
Den volgenden morgen kwam Dalvimare reeds voor het huis,
welks nummer men hem had opgegeven.
Hij vroeg naar juffrouw Jean Baptiste.
Men kende haar niet.
Andries dacht eerst, dat Jacob zich vergist had. Toch keerde
hij weer terug en zeide
„Deze juffrouw heeft een atelier voor porseleinschilderen. Zij
heeft twee zoons, waarvan de oudste, Jean Baptiste, werkbaas in
mijn fabriek is."
„O," riep de persoon uit, tot wien hij zich gewend had, uit,
„dan bedoelt gij juffrouw Humbert
Bij dezen naam beefde Dalvimare van het hoofd tot de
voeten.
„Humbert," mompelde hij. „Als zij de vrouw eens was van....
Neen, dat zou haar zoon niet hebben durven doen. Maar toch
moet ik mij hieromtrent zekerheid verschaffen."
En nog bevende van aandoening, begon de grijsaard de trap
te beklimmen.
In het vertrek, dat hij het eerst bereikte en waar alles orde
en netheid ademde, zaten eenige werksters stilzwijgend te
schilderen.
Een van haar stond op ora den vreemdeling bij hare meeste
res te brengen.
Nadat zij een nette voorkamer waren doorgegaan, opende zij
een deur, liet den grijsaard voor zich uitgaan en sloot haar ach
ter hem.
Hij bevond zich in de tegenwoordigheid van juffrouw Humbert;
Nauwelijks hadden hunne blikken elkaar ontmoet of men
hoorde hen tegelijkertijd uitroepen
„Mijnheer Dalvimare
„Gij?'
De grijsaard werd doodsbleek, wankelde en deed eene poging
om de deur te bereiken.
De moeder van Jean Baptiste versperde hem den weg.
„Daar gij hier nu gekomen zijt, moet gij mij ook aanhooren,
Ik smeek het u ik wil het."
In hare houding, blik en stem was zooveel smart dat de
grijsaard zich in den armstoel liet vallen, dien de vrouw
des huizes aanwees.
Stilzwijgend zat hij haar eenige oogenblikken met verwonde
ring te beschouwen.
Zij was eene indrukwekkende verschijning; haar zwarte kleeren
deden haar bleekheid nog meer uitkomen. Heur haar was bijna
geheel wit, maar dat scheen meer het gevolg te zijn van ver
driet, dan van hoogen leeftijd.
Zij was verre van eene oude vrouw. In de uitdrukking van
haar treurig maar kalm gelaat, en in den blik van hare groote,
zwarte oogen las men geestkracht en een sterken wil.
„Mijnheer Dalvimare," zeide zij, „het ongeluk geeft iemanc
niet het recht om onrechtvaardig te zijn. Gij zoudt het misschien
jegens mijn zoon zijn, zooals gij het eertijds voor zijn vader
waart."
Hij viel haar in de rede.
„Waarvoor zouden wij onaangename herinneringen in het ge
heugen terugroepen zeide hij. „Ik bezweer u, juffrouw Made
leine, laat die zaak rusten."
Wordt vervolgd