Premie-Scheurkalender
NIEUWS- EN AD V ERTENTIEBLAD.
9e Jaargang.
Woensdag 23 December 1891.
No, 2599
ABON NEMEN TSPRIJS
ADVERTEN TIÉN
voor 1892.
Twintig Cents per Exemplaar.
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Een Wolf in Schaapsvacht.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummer». 0,05.
Dis blad jer8ch{Jnt dggeljjki, behalve op Zon- ea Feestdage».
Korean Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Tsle'oOEEiunmer 121.
van i5 regel# 50 Ceisle; iedere regel meer 1< Cest
Gros te letter» naa1 plsatïruiKte.
Bij Ahonnemesi «uwieBlijk rabat
Abonaementea es Advertesstiet word.» aaageaome, oc.r
onie agentes en dcor alle boekhasdelareB en conrantiers.
Directeur-Uitgever ,T. C. PSEKBBOOM,
Hoofdagenten voor tiet Buitenland: CoenragnU GtnèraU de Pwiiïcüd tftraepdee L BeiVBP i)o-, JOBif f. JOtfMS, Suce-, Barye 81 hit ]?svboHrf Montmtrtrt,
In de laatste dagen komen ten onzen Bureele nog herhaaldelijk
aanvragen in om een Scheurkalender voor 1892 van Geabonneer-
den, die den Bon over het hoofd gezien hebben, of bij wie deze in het
ongereede geraakt is.
Om hun een genoegen te doen, zal in het Nr. van "Woensdag
avond e k. nogmaals de Bon worden afgedrukt. Daar de voorraad
evenwel zeer klein is. kan alleen voor zoover die strekt, aan de aan
vragen worden voldaan.
DE DIRECTEUR-UITGEVER.
Haarlem, 22 December 1891.
$1, Tot marktmeester van de aardappe
len- en botermarkten, koolmarkt enz. is
benoemd L. Hijmensen alhier, voorleo-
pig voor den tijd van éen jaar,
In het genot van eene goede gezond
heid, herdenken de heer W. Grijm en
zijne echtgenoote Mcj. A. C. vanEijber-
gen, woonachtig op den Harmenjansweg
N°. 27, heden den dag van hunne 50 jarige
echtvereeniging.
Naar wij vernemen, is de toestand
van den heer C. A. Davenport (Sequah)
veel verbeterd, dech hij is nog zeer zwak
en zal vooreerst niet kunnen optreden.
Het maken van den inundatiedijk
over eene lengte van 7000 M. door
Haarlemmermeer, is gegund aan den
heer J. Smit, te Maassluis, vot
gulden.
voor 430,000
Louis Bouwmeester zal, volgens het
Volksbelang, in den zomer een kunstreis
door Duitschland maken met een duitsch
gezelschap en o. a. te Berlijn en te
Weenen in Shakespearerollen optreden
Volgens de Portefeuille volgt de
heer F. Van der Goes nar. Van Hall
•p als leeraar in de declamatie aan het
conservatorium te Amsterdam, en stu
deert de heer Brondgeest aan de Too-
neelschool aldaar.
Met 1 Januari a. s. wordt te Haar
lemmermeer in alle herbergen waar ver
gunning gegeven is tot het houden van
danslessen, die vergunning door het
hoofd der gemeente ingetrokken.
Letteren en Kaast,
Wij ontvingen een tweede proefnum
mer van het Nederl. Bibliogr. Archief.
Behalve van de Redactie, komea er
stukken in voor van mr M. W. F.
Treub, dr. A. Borgman, H. L. B(erc
kenhoff), R. Broere en mr. C. F. Sehoch.
De gewone audientifin van
de ministers van Oorlog en van Financiën
zullen op Donderdag 24, die van den
minister van Waterstaat, handel en nij
verheid op Zaterdag 26 en die van den
minister van Marine op Vrijdag 25 Dec.
en op Vrijdag 1 Jan. a. s. niet plaats
hebben.
Zonder militair eerbetoon
in allen eenvoud een kenmerk in
den overledene werd Maandagmor
gen elf uur het stoffelijk overschot van
den gepensionneerden kolonel der genie
van het O.-I. leger M. A. Van Wal-
chren, laatst directeur der Billiton-
Maatschappijop de Algemeene Be
graafplaats te 's Hage aan den schoot
der aarde toevertrouwd.
Bij de geopende groeve werd het
woord gevoerd door den gepension
eerden luitenant-generaal jhr. G. M.
Verspyck.
Den 10 Januari 1890 gingen
in het geheel 630,500 kinderen boven
de zes jaar ©ud in ons land op de
lagere scholen. Zes-en-twintig percent,
of 163,800. ontvingen onderwijs op
gesubsidieerde bizonder e scholen. Er
waren toen 490 roomsch-katholieke
scholen deze hadden gemiddeld eene
talrijker bovolking dan de andere. Zij
ontvingen te zamen over het jaar 1891
ƒ406,000 aan subsidie, of ƒ4.77 per
leerling. De 485 protestantsche scholen
genoten ƒ395,400, of 5.14 per leerling.
De subsidie hangt af van het getal
onderwijzers
Volgens de tabellen blijkt nog, dat
er in ons land 171 katholieke en 107
protestantsche scholen zijn met over
bevolkte klassen.
Er is dus aan meer dan een derde
van de roomsch katholieke scholen in
ons land een te klein getal onderwij
zers verbonden; in Friesland, Groningen
en Overijsei zelfs aan ongeveer de helft.
Ditzelfde geldt van ruim een vijfde
der protestantsche scholen in OVerjjsel
van bijna, in Drentejvan ruim de helft.
Zondag j. 1. heeft mr. Treub
het bij een openbare vergadering der
timmerlieden - yereeniging „Door Een
dracht Sterk" in Frascati te Amster
dam, zeer hard te verantwoorden gehad,
bij gelegenheid, dat hij aldaar sprak
over middelen der bestrijding der wer
keloosheid.
Bij het debat noemde men die mid
delen ter verbetering zooals hij ze aan
gaf, lapwerk, en dat de heer Treub
daarmee durfde aankomen, bewees wel
hoe laag hij de werklieden stelde.
De werkman, beweerde een ander,
staat niet laag, en kan best zijne eigen
zaken behartigen, wanneer hem de mond
maar niet gesnoerd wordt door de
groote heeren, zooals mr. Treub. De
heer Treub durft niet zeggen wat hij
meent. Wanneer den heer Treub was
opgedragen den werklieden een rad
voor de oogen te draaien, of hen in de
luren te leggen, dan had hij zijn taak
goed vervuld en verdiende belooning
van den Raad. Tegen mannen als Treub
moet daarom ernstig gewaarschuwd
worden, daar zij zich bij verkiezingen
op den voorgrond stellen, veel beloven
maar niets doen.
't Was om van te walgen. Ja 't was
zelfs een kaakslag voor de vergadering,
dat het bestuur iemand als mr. Treub
had uitgenoodigd, zei men.
Te Amsterdam zal in den
loop van het volgend jaar een aanvang
gemaakt worden met den aanleg van
zoetwatervijvers, ten dienste van de
bevolking in oorlogstijd.
Zondagmiddag is brand
uitgebroken aan boord van den in de
Buitenhaven te IJmuiden liggenden
stoomzandzuiger Maasmond 13, toebe-
hoorende aan de heeren Volker
Bos.
Slechts na groote inspanning is men
er in kunnen slagen, den brand meester
te worden, doch eerst nadat aan het
vaartuig aanzienlijke schade was toege
bracht. Het geheele vooronder is. uit
gebrand: het dek en de romp zijn be
langrijk beschadigd.
Totdat Sequah hersteld zal
zijn, zal te Leiden deze week nu eiken
avond zijn vertegenwoordiger, de heer
Boy den, zijne werkzaamheden waarne
men, zoodat de séances niet behoeven
te worden gestaakt.
De „Vereeniging tot ondersteuning
van behoeftige kraamvrouwen" te Leiden
heelt de ƒ150, haar door Sequah ge
schonken, niet willen aannemen en ze
aan hem teruggezonden.
Het bij Noordwijk/aZee ge
strande eDgelsch schoenerschip Milo
zal a. s. Woensdag ten 2 ure publiek
verkocht worden.
Een wi nkelier t e Deventer
ontving van zekeren S. Winter te Am
sterdam, aanvraag om eene prijscourant
van eene indische uitrusting, die verzon
den werd. Een paar dagen daarna zond
Winter een flinke commissie, die dadelijk
na ontvangst per postwissel zou worden
betaald. De winkelier voerde de order
niet dadelijk uit, maar informeerde eerst
bij de politie te Amsterdam naar gemel-
den persoon, en ontving per keerende
post ten antwoord „De door u bedoelde
persoon behoort tot dat soort van lieden,
die veel koopen, doch niet betalen, de
z g. „zwarte bende."
Zondag middag is te Zwart
sluis binnengesleept het ijzeren tjalkschip,
bevaren door schipper De Vries, dat
landagavond even boven Schokland
door een windhoos omgeslagen en gezon
ken is. De drie lijken der vrouw en twee
zoontjes vond men in het vooronder.
Dat van den schipper is nog niet ge
vonden.
De persoon, die te Kleef in
de gevangenis zich uitgelaten heeft, als
zoude hij inlichtingen kunnen geven
omtrent den moord te Gennep op Huls
man gepleegd, wordt nu verdacht zelf
de dader te zijn. Hij zal aan onze regee
ring worden uitgeleverd.
Hoewel bij het nieuwe reg
lement van tucht de verpleegden bij
ontvluchting uit de Rijkswerkinrichting
te Veenhuizen met 60 dagen celstraf
worden bedreigd, hebben toch weder
een tweetal zich aan desertie schuldig
gemaakt.
De postbode van Sneek op
Rauwerd is Zaterdag avond jl. in hech
tenis genomen, beschuldigd yan valsch
heid in geschrifte en verduistering van
brieven. De B. heeft alles bekend en is
ter beschikking gesteld van de officier
van justitie.
De Zigeunerbende, die obn
langs bij Gronau de grenzen trachtte
over te trekken, doet thane moeite ons
land door de gemeente Schoonebeek
binnen te komen.
De zoutsmokkelarij aan de
belgische grens is thans weer in vollen
gang. Zoo zag men t* Rijsbergen Zon
dag-namiddag eene bende van 101 (zeg
ge honderd en één) kerels, van 't Heike,
Spruddel en Etten, naar de belgische
grens optrekken, ten einde zich te Meersel
ieder van een zak zout te voorzien en
daarmede in den nacht den terugtocht
te aanvaarden. Of de kommiezen er een
enkele van te pakken gekregen hebben,
is tot heden niet bekend geworden.
VISSCHERIJ.
Katwijk aan Zee, 20December.
Omtrent de financieele uitkomsten der
haringvisscherij in 1890 kunnen wij het
volgende melden. De totale netto
besomming bedroeg in 1891 door de
65 schuiten alhier thuis behoorende,
ƒ441.382 of ƒ6790,50 per vaartuig. In
1890, toen de vangst ruim !A meer be
droeg was de geheele opbrengst
54,173 50 minder, n.l. ƒ387,208.50,
zijnde ƒ5866.80 per bom. De reederij,
die het ongelukkigst wasmaakte
ƒ4215, terwijl de het meest door de
fortuin begunstigde ƒ8410 per schuit
besomde. Als een bewijs hoe groot de
rol is, die het geluk in deze visscherij
speelt, kan het feit gelden, dat van 2
reeders, die ieder 2 schuiten bezitten,
de eene netto ƒ8430 en de andere
15,381 besomde. Enkele bommen
maakten slechts 2, de meeste 3, sommige
4 reizen.
KOLONIËN.
Aan het verslag der voornaamste
gebeurtenissen in het goevernement
Atjeh en onderhoorigheden, loopende
van 25 Oct. tot en met 8 dezer, wordt
het volgende ontleend:
GrootAtjeh. Enkele onzer ver
sterkingen en patrouilles worden af
en toe, doch zonder succes beschoten.
Het stoomschip Maetsuycker der Ko
ninklijke Paketvaartmaatschappij kwam
den 6n dezer van Padang te reede
Oleh-leh aan met de quarantainevlag
in top.
Het bleek dat zich aan boord
onder de bemanning een cholerageval
met doodelijken afloop had voorge
daan.
Na geneeskundig advies werd 's na
middags tot de debarkeering der pas
sagiers overgegaan en het schip gedes
infecteerd. Van de gedebarkeerde
passagiers overleed nog eene inlandsche
3;
HOOFDSTUK II.
Dyke Darrel sloeg zijn overjas open, waardoor zijn metgezel
een zilveren ster op zijn jas zag.
„Nu is 't in orde," zeide Wilks. „Ik ben van meening, dat
Skinny Joe wel de persoon is, dien gij goed in 't oog moet
houden, kapitein. Ik zal met u naar zijn oud huisje gaan, om
te zien of wij daar ook iets verdachts kunnen vinden."
Mijnheer Wilks scheen bizonder veel belang in deze zaak te
stellen. Dyke Darrel was van nature achterdochtig en was niet
geneigd om alles wat men hem vertelde, voor waarheid aan
te nemen. Natuurlijk was de ruime belooning een aansporing
v®or de menschen om goed op hun quivive te zijn om de moor
denaars op te sporen en de belangstelling van zijn metgezel
moest aan deze beweegreden toegeschreven worden.
„Ziet gij, ik was Arnold Nicholson's vriend, en ik zou wel
door een vuur willen loopen, als ik daardoor de schurken, die
hem vermoord hebben, hunne gerechte strat koiï doen onder
gaan; ik wil alle pogingen in het werk stellen om ze te ontdek
ken, ook al krijg ik geen cent belooning," verklaarde de rem
mer eensklaps.
„Zeker," antwoordde Dyke Darrel, „ik kan zeer goed begrij
pen, dat iemand, die in denzelfden trein was, waarin de misdaad
gepleegd werd, een levendig belang in die treurige zaak stelt.
Wilt gij nu met mij naar Clarkstreet gaan?"
„Neen, nu kan ik niet."
„Wanneer dan
„Ik zal dezen avond weer hier komen, dan kunnen wij den
tijd bepalen."
„Zeer goed. Mag ik u nu een glas wijn aanbieden?"
„Neen, dank u."
Dyke Darrel stond op om de kamer te verlaten.
„Vergeet niet vanavond hier te zijn."
„Neen mijnheer."
De detective ging heen. Toen Wilks hem uit het oog had
verloren, kwam er eene groote vergadering op het gelaat van
den jongen remmer. De aangename trek verdween en maakte
plaats voor een tersgstootende uitdrukking.
„Ga maar heen, Dyke Darrel, ik begrijp wel wat gij denkt.
Gij wantrouwt mij, maar toch heb ik je mooi beet gehad. Het
is vreemd, dat gij den jongen vergeten zijt, dien gij vijf jaar
geleden gevangenisstraf hebt bezoigd, omdat hij valsch geld in
omloop bracht. Ik heb het niet vergeten, en dat zal ik ook
nooit doen."
Toen verliet ook Wilks de kamer, terwijl hij nog knarsetandde
van woede, als hij aan die gevangenschap dacht. Aan het buffet
gebruikte hij een glas brandewijn en liep toen de straat op.
Het was een iuwe Aprildag. Wilks keek de geheele straat
langs en vervolgde toen zijn weg. Toen hij Clarkstreet bereikte,
spoedde hij zich door een nauw straatje en kwam zoo in eene
beruchte buurt. Hier trad hij een vuil houten huisje binnen,
waar eene vrouw bij het licht, dat door een smal raam binnen
viel, haar oude pantoffels zat te verstellen.
„Gij schijnt wel alleen te zijn, Madge Scarlet," zeide Wilks.
„Ik ben gewoonlijk alleen," zeide de vrouw, die stil bleef
zitten werken.
Zij was haar eerste jeugd reeds voorbij en haar gelaat, dat
eens schoon was geweest, was nu door diepe rimpels ontsierd.
Haar kleeding was eenvoudig maar niet zeer zindelijk. De kamer
waarin zij zich bevond, was klein en op den kalen vloer stonden
weinig meubels.
„Madge, waar zijn Nick en Sam?"
„Dat weet ik niet."
„Zijn zij vandaag niet thuis geweest?"
„Neen, in drie dagen al niet."
„Dat is vreemd."
„Dat vind ik zeer geweon. Zij zullen wel weer in de dorpen
loopen bedelen of nog slechter dingen doen. Ik wou, Watson,
dat gij zulk gezelschap liet varen en je goed wildet gedragen.^?
Dezen wensch werd door den jongen man met een sarkastisch
lachje beantwoord.
„Wel, tante Madge, wat denkt gij wel? Rekent gij uw dier
baren neef tot eene slechte daad in staat Ben ik niet een voor
beeld van volmaaktheid?"
Watson Wilks trok bij deze woorden een zeer stemmig gezicht'