'toegekenden 3:1 prijs, op gïond dat op
den avond, toen zij optrad, een jurylid
niet tegenwoordig was, en dit voor haar
van groot belang is, aangezien dit lid bij
het optreden vanam'ere vereeuigingen wel
zitting in de jury had (Pad.)
Er blies een scherpe, gure
wind, zoo schrijft men aan de N. R.
Ci. uit Amsterdam, en slechts weinige
getrouwen waren opgekomen tot de
vergadering der „Vrije Vrouwenvereeni-
ging." Deze vergadering kenmerkte zich
door een standje en een merkwaardig
besluit.
Aan het einde der vergadering werd
het besluit genomen, in navolging der
engelschen en franschen, alle leden óf
„jonge juffrouw," zoo zij nog piepjong
zijn, öf boven de 25 jaar mevrouw te
noemen.
Het standje was, dat mej. Kendenberg
haar ontslag als secretaresse heett inge
diend, tengevolge van den onhcuschen
brief van mevrouw Mina Drucker, over
de kwestie van het al of niet bespreken
der plaatsen in het Odeon, tijdens de
lezing van mademoiselle Popelin.
Toen de gemoederen bedaard waren
en mevrouw Cohen tot presidente voor
éen avond was benoemd, ging mevrouw
'Mina Drucker over tot het voorlezen
der buitenlandsche correspondentie
uitvoerige brieven van 6 k 8 bladzijden
quarco.
De leesbeurt zou dezen avond worden
Meuleman,
waargenomen door
van Giukel
„Men had reeds zoo vaak over de rech
ten der vrouw gehandeld," zeide de
spreekster, dat zij thans eens drie vragen
wilde stellen
10. Is het genoeg lid te zijn eener
„Vrije-Vrouwen Vereeniging?r
20. Wat kan de ongehuwde vrouw
30. Wat kan de gehuwde vrouw daar
voor doen?
Van de gelegenheid tot debat werdl
geen gebruik gemaaktslechts enkele i
op- en aanmerkingen gewisseld en daar
kwam het merkwaardige besluit van den
Mevrouwstitel, niet voor de getrouwde
vrouw alleen; neen, als bewijs van ach
ting ook aan de ongehuwde te geven.
Mevrouw Mina Drucker stelde zelfs voor
de pers te interpelleeren, met welk recht
zij de slachtoffers van den brand in de
Huidenstraat „juffrouw" had genoemd.
Mevr. Schook stelde daarna voor, de
beide eerstvolgende cursus-avonden te
besteden aan het uitbrengen van een
verslag van de lezingen in de „Aula"
bijgewoond. Mevrouw van Gelder had
aangenomen die bij te wonen, en zal
dus het verslag doen.
Ondanks het late uur werd mevrouw
Stokvis, tot coramissaresse benoemd en
hiermede werd de vergadering der
„Vrije-Mevrouwen-vereeniging" geslO'
ten.
In de Woensdag te Amster-
dam gehouden raadsvergadering kwam
in een schrijven van prol. S. Hoekstra,
houdende verzoek om ontslag als hoog
leeraar aan de gemeente-universiteit,
daar hij den 7ojarigen leeftijd heeft
bereikt Het ontslag wordt eervol ver
leend met aanspraak op pensioen.
In een kroeg in de Warmoes-
straat te Amsterdam kreeg Dinsdag
avond een bezoeker twist met den
kastelein. Hij meende te veel betaald
te hebben, en om nu zijn geld te krij
gen ging hij den kastelein met een mes
te lijf en wondde hem levensgevaarlijk
in den nek. De dader vluchtte, maar
werd achterhaald op den Zeedijk.
H e t o f f ic ie e 1 e v e r s lag om
trent de visscherij te Katwijk aan Zee
gedurende het jaar 1891 bevat de vol
gende cijfers:
10. Haringvisscherij. Het aantal bom
schuiten bedroeg 65, met 590 koppen
bemand, die 225 reizen deden.
Aangebracht werdengave steur
haring 1,334,500 stuks, geschonden
haring 9200 stuks, haring aan tellers
8600, pekelharing 29,892,000, totaal
3I>244>3°°*
De opbrengst der steurharing was
19,263,18.
De prijzen van de pekelharing per
ton en van de steurharing jper 1000
stuks bedroegen
Hoogste pr. Laagstepr Midd. pr.
Volle pekelhar. /Tg 30 ƒ1220 17,—
Ijle „I4.25..ix.X5;»7S
Volle steurhar. „27.80 „12.95 15.—
Ijle 11.10 10 80 11.
20. Zomer visscherij. Door 60 bom
schuiten, met 360 koppen bemand, die
1637 reizen hebben gedaanwerd
ƒ68,466,75 besomd. De scheivisch
kabeljauwvisscherij wordt niet meer uit
geoefend.
Op de Brouwersgracht te
's Hage moet zich een geval van nona
met doodelijken afloop hebben voorge
daan, bij een jongetje van 13 jaar.
Omstreeks 6 uur Woensdag
avond werd de brandweer te Rotterdam
gealarmeerd wegens een feilen uitslaan
den brand in de Nederlandsche Stoom-
brandeiij en Distilleerderij van den heer
E. Kiderlen (directeuren Veenenbos cn
Gieben) aan de Aelbrechtskade No. 146.
De brand, omstreeks een half uur te
voren door eene nog niet bekende oor
zaak ontstaan in den spirituskelder, nam
in een kort tijdsverloop een zoodani-
gen omvang, dat weldra de geheele
fabriek met ai hare werkplaatsen éen
vuurzee geleek. De handbrandspuiten
28, 22 27 waren kort na het uitbreken
aanwezig en gaven, onder leiding van
den hoofdman, den heer M. M. Lou-
rens, in deze volgorde onmiddellijk
water, zich echter meer bepalende tot
het nathouden der aangrenzende pan
den, daar toch aan het blusschen door
die spuiten niet te denken viel.
De burgemeester, evenals de andere
autoriteiten, onder welke vele hoofdlie
den der brandweer, spoedig aanwezig,
liet meer spuiten requireeren, zoodat
binnen den tijd van een uur na het
uitbreken water gaven 2 stoomspuiten,
3 bootjes van den havendienst en een
iotal handbrandspuiten.
Daar in den aanvang vrees voor
ontploffing bestond, werd de Aelbrechts
kade op last van den inspecteur van
politie, P. J. C. Bolle, belast met het
toezicht in Oud-Delftshaven ontruimd,
ter voorkoming van persoonlijke onge
lukken. Door de verschillende spuiten
werd inmiddels van alle zijden water
in het brandende gebouw geworpen
zonder dat men in den aanvang daar
van de uitwerking kon bespeuren, ter
wijl andere spuiten daarentegen belast
werden met het nathouden van de aan-
weerszijde grenzende panden en van de
boerderijen en hooibergen aan de over
zijde van de Delftshavensche Schie ge
legen, die door het overwaaien van
vonken bedreigd werden.
Om 7 uur vatte de lijst van het dak,
van het aan de zuidzijde aan het bran
dende perceel grenzende woonhuis van
den heer J Gagesteijn vlam, doch dit
begin van brand werd spoedig door de
werking van handbrandspuiten geb.uscht,
die tevens den muur van dat pand
voortdurend nat hielden.
Omstreeks 7% uur was men zóóverre
gevorderd, dat vrees voor andere pan
den geweken was, en de vlammen zich
bleven bepalen tot de fabriek en bijbe-
hoorende gebouwen.
Nu en dan hoorde men een vat met
cognac of ander geestrijk vocht met een
harden knal springen, af en toe afge
wisseld door het instorten van een stuk
van een zijgevel of binnenmuur. Intus-
schen woedden de vlammen voort, steeds
door alcoholische dranken gevoed wor
dende, waarmede het geheele gebouw,
door het springen van vaten, als het
ware doortrokken was. Het geheel ver
toont thans eene groote ruineniets
dan stukken van binten en binnenmuren
zijn staande gebleven.
genaamd, 45 jaar oud en te Slees wijk
geboren, toen ;de brand uitbrak werk
zaam op de 3e verdieping vaa het pand,
uit vrees voor ontploffing en zich
geen tijd gunnende langs den gewonen
weg het gebouw te verlaten, uit een
raam d;er verdieping gesprongen, ten
gevolge waarvan hij zijn linkerenkelbeen
brak. Hij is nrar het Ziekenhuis ge
bracht en daar ter verpleging opgeno
men.
De afgebrande stoom branderij en
distilleerderij is verzekerd voor circa
f 200.000 op opstal verschillende ge
bouwen, op machiuerien, gereedschap
pen, enz., en pl. ni. voor 120,000 op
goederen, giondstoffen in de fabriek,
steenkolen op het terrein, enz. De in
lichting was tot den 22^ Maart j.l.,
da um van afloop der polis, in hoofdzaak
verzekerd aan de Roiterdarnsche Beurs
voor de verlenging dezer risico hadden
echter ditmaal verschillende Rotter-
darnsche assuradeuren bedankt, omdat
de post tegen lagere premie aangebo
den werd. Tengevolge hiervan is nu een
groot deel aan de Amsterdamsche beurs
afgesloten. De fabriek is hijpothecair
verbonden.
Bijna 50 werklieden zijn door dezen
braad werkeloos geworden.
I11 zake een te Gouda op de
weduwe P. van Oudshoorn, wonende
aan d en Kleiweg aldaar, gepleegden
moord is Woensdag jdr. A. C. Harte-
velt, assistent geneesheer in het z ekeu-
huis te Rotterdam, met de justitie van
daar derwaarts vertrokken. Die weduwe
werd met een tot aan den rugwe^vel
afgesneden hals in hare woniüg gevon
den. Dietötal schijnt aanleiding tot deze
misdaad geweest te zijn, aangezien bij
de politie te Rotterdam, de opsporing
van een gouden heèren- en een dito
dameshorloge, uit hare woning vermist,
verzocht wordt.
Uit dèn raad va?i Bergen-
op-Zoom. Na de afdoening van punt
5 wilde de voorzitter de vergadering
aiuiten.
De heer Ente vroeg echter het woord,
eu wel om zijne verbazing te uiten, over
het teit, dat de voorz. bij den aanvang
der zitting de discussie o/er dc plaats
gehad hebbende ongeregeldheden had
gesmooid.
De voorzitter viel hem ia de rede met
de driftige opmerking, dat cie zaak niet
in den raad thuis behoord;
De heer Ente washet hiermede volstrekt
niet eens en zeioe, dat een lid van den
raad wel degelijk het recht had zaken,
die in de stad voorvallen, hier te be
spreken. Nog eens, hij vond het zeer
vieemd, dat de voorz. kortweg de dis
cussie daarover gesmoord had
Voorzitter lachende) Het is wonder,
dat wij juist van de bevoegde macht
éen compliment hebben gekregen voor
ons doelmatig en krachtig optreden
Dr. Verlinden (driftig) Maar mijn
heer de voorzitter, u lacht er maar mee.
Ik verzoek u niet te lachen als ik
spreek! U neemt alles altijd maar kalm
op
Voorzitter Dat doe ik ook ik ben
altijd kalm en ik wou dat iedereen zoo
was
Dr. Verlinden Ik constateer, dat u
hebt toegelaten, dat men ongestoord de
woning van een ingezetene heeft kunnen
stuk gooien
Voorzitter Ik Heb ik dat toegelaten
Welnu, dan moet ge u adresseeren aan
de bevoegde macht en een klacht in
dienenIk kan niet optreden, zoolang
ik niets weet
Dr. Verlinden: U wist het wel! Ik
constateer dat u het wistIk heb u ten
3 uur voor het raam zien zitten
Voorzitter: Dat is niet waar! Wel'
heb ik thuis, eenig rumoer op de straat
gehoord, maar op de vraag, wat dit te
beteekenen had, zeide men „och, zeker
een dronken kerel, die naar het kotje
wordt gebracht
Dr. Verlinden Te circa 3 uur waren
er zeker 300 a 400 menschen voor uwe
woning.
Voorzitter: Niet voor mijne woning
maar aan het hospitaal stonden er zoo
wat.
Dr. Verlinden Als dit niet vo»r uwe
woning is, dan weet ik het niet.
Nog eens, ik betreur het, dat het
mogelijk is geweest, 's middags 0111 3
uur de woning van een inwoner te ver
woesten
Voorzitter: Verwoesten? Er zijn toch
enkel maar eenige ruiten gebroken!
Wat de zaak betreft, er hebben op
ruiingen plaats gehad
Dr. Verlinden Dat weten we
Voorzitter Zóó, weet u dat Nu dau
houd ik mij zeer aanbevolen voor in
lichting
Dr. Verlinden: Dat wil zeggen, het
is toch bekend
Voorzitter: Er is n©g niets bekend!
De zaak is nog in onderzoek. Het heele
tumult heeft circa 5 minuten ge
duurd
Dr. Verlinden Neen, circa 1 Va uur.
VoorzitterNu, ik heb het straks
reeds gezegd: dien een klacht in bij
den commissaris des koniQgs der
koningiu wil ik zeggen, en niet enkel
daar, maar ook bij den procureur-
generaal, dat ik aan mijn plicht ben te
kort geschoten! Maar nu geen praatjes,
maar doen 1
Dr. VerlindenGoed. Dat was nog
heeft hij het thans teruggeëischt. Naar
men zegt, zou het thans bestemd wor
den om de kosten te dekken van een
proces, dat men de commissie wil aan
doen om haar te dwingen tot verdee
ling der ingekomen som onder de
noodlijdenden. (Avondp.)
Men schrijft uit Vlissin-
gen:
„Generaal" Booth kwam Dinsdag
avond met den mailtrein van 10 ure
alhier aan, vergezeld van de kolonels
Nicol (secretaris), Pollart, Oiiphant en
Mevr. Oiiphant Schoch., benevens de
adjudanten Clark, Bonthuis, Vellema en
adjudante Luppens en de statkapiteins
Go vaars en Powell.
Door de officieren en de soldaten
van Vlissingen en omliggende korpsen
werd de generaal aan den trein onder
de pontonhai opgewacht en begroet
met Hallelujah. De generaal beant
woordde deze ovatie met eene toe-
k, die d :or een zijner kolonels
onmiddellijk in het Hollaudsch werd
vertaald. Hij dankte hen dat zij, niet
tegenstaande het koude weder, nog naar
hier waren gekomen oin hem te begroe
ten. Gaarne had hij ook hier hunne
oefening geleid, doch hij had geen tijd
meer, het speet hem wel, maar het is
nu eenmaal niet anders. Bij had in
Bolland veel, ja zeer veel sympathie
ondervonden en drukte hun op het
hart goede heilsoldaten te zijn en te
blijven hij zou voor hen allen bidden.
Hallelujah 1
Hierna begaf hij zieh, vergezeld van
zijn staf, naar de tot vertrek gereed
liggende mailboot. Door de politie was
het terrein iu de hal afgezet, zoodanig,
dat de generaal ongehinderd kon pas-
seeren en de begroeting ontvangen, en
dat het talrijk aauwezig publiek tevens
de gelegenheid niet ontnomen was om
hem te zien ea te hioren.
VISSCHERIJ.
Schëveningen, 30 Maart. Van
de visscherij kwamen terug drie zooge
naamde noordvaarders (die in de bui
tenzee vischten), en besommingen maak
ten van f 117, 125 en 157. Voor de
buitenl. schol werd f 7 it 8, scharren
ƒ2.50 k 3, rog ƒ3 50 k 4 per mand
gemaakt tarbot deed 7 k 8, kabeljauw
1 k 1 25 per siuk.
Vijf schuiten die binnen vischten
markten hunne visch en maakten be
sommingen van 48 tot ƒ69. De prij
zen waren tongen 50 k 75 cf, schol
binnenl., ƒ4.50 k 4.75 rog f 4 k 4.25,
braad ƒ3 k 350, kokaat f2 k 2.50.,
Er kwamen geene rchuiten in zee.
Voorzitter: Ik sluit de vergadering zoo kwaad niet ona het eeas te doen.
Dr. Verlinden (Driftig)Mijnheer
dc voorzitter, ik vraag het woord om
zaken te bespreken, rakende het belang
der gemeente, en dat woord mag u mij
niet weigeren
VoorzitterWanneer u bedoelt de
proclamatie, die zaak raakt mij alleen 1
Dr. VerlindenMaar de raad heett
toch het recht om die zaken te bespre
ken I
Voorzitter: Neen, waarachtig niet!
't Gaat u niet aan! Wel wanneer er
bepaalde klachten waren ingekomen
ot als de proclamatie niet was inge
trokken
Dr. Verlinden Welnu dan heb ik iets
anders in het midden te brengen 1 Ik
wil mijne afkeuring uitdrukken over het
slechte optreden der openbare macht.
Ik vind het onverantwoordelijk, dat in
eene stad als de onze, op klaarlichten dag,
eenige kwajongens anderhalf uur lang on
gestoord de woning van een ingezetene
kunnen vernielen
Voorzitter Maar daarvan heb ik niets
geweten voor halt vijf 1
Dr. Verlinden: Dat u daarvan niets
geweten hebt, daarmee is de man niet
geholpen I U, als hoofd der politie,
Voorzitter: Nog eens, ik sluii de ver
gadering om over te gaan in besloten
zitting.
En de hamer viel.
Te Nieuwstad (Limburg) is
eene onderwijzeres benoemd, die om-
streeks
Een kurkensnijder, Jurger Niemann,»»^/ er van weten!
FULiTIM U VEEZICHT.
Men zal zich herinneren dat eenigea
tijd geleden een anarchistisch komplot
in Engeland is ontdekt, het zooge
naamde Walsall-c.>mpiot. Blijkbaar hecht
de regeering groot gewicht aan deze
strafzaak, waut iu de akte van be-
40 jaren buiten dj practijk isschuldigiog verklaarde de procureur-
geweest eu 58 jaren telt. De benoemde j generaal Webster, die haar zelf voorlas,
„„1 11-•dat de club van Walsall, waarvan de
zal wel al hare krachten moeten inspan
nen om weer op de hoogte van het
onderwijs te komen.
In de drentsche veenkolo
niën zijn dit jaar de prijzen van het
boveuveen zoowel als die der veen-
putten bij verhuring daarvan overal on
zes beklaagden deel uitmaakten, zonder
eenigen twijfel in relatie stond met
anarchistische vereenigingen op het
vasteland van Europa.
Volgens berichten uit New-York
woonden Dinsdag omstreeks 5000 leren
Iu:;
gekend hoog geworden. Op vele veen-'de vergadering bij der Nationale Fede-
plaatsen in de Eksloér, Valther enlratie, uitgeschreven desor anti-Parnei-
Weerdingen monden, waar tot nog toe listen. Daar echter de helft der aan-
niet verveend werd, zal overal de veen- j wezigeu Parnellisten waren, ontaardde
vergraving een aanvang nemen. In de de gedachtenwisseling weldra in een
Buinen en Drouwenermonden neemt hevig rumoer en eene algemeene vecht -
echter de veen exploitatie jaarlijks af.partij, hoewel herhaaldelijk de politie
naardien er daar veel veen vergraven is de ergste rumoermakers de zaal uitwierp,
en de dalgronden reeds tot land zijn 1 Het spektakel belette de meeste sprekers
bereid. te hooren. Gladstone's naam lokte zoo-
Men s e h r ij 11 uit Beets (Fr.): wel toejuichingen als gesis uit.
Door den socialist I. Nawqn was een i Volgens telegram aan de Standard
som van f283 voor de noodlijdenden uit Constantinepel blijkt de vertraging,
te Beets ontvangen. Na dit geld eerstwelke de verzeading van den firman
aan de commissie afgedragen te hebben tot installatie van den Khedwe voort-
niet vertellen wat er van haar geworden is. Na een zeer pijnlijk
onderhoud snelde zij het huis uit, en ofschoon ik overal naar
haar gezocht heb, kon ik geen spoor van haar vinden."
„Een pijnlijk onderhoud hernam Ruby peinzend, „dan kan
ik waarschijnlijk den aard er wel van raden. Denk maar niet,
beste Karl, dat ik blind ben geweest Ik heb, zooals gij weet,
het vermogen om alles op te merken wat om mij heen gebeurt,
en zonder dat zouden de woorden van mijn pleegvader mij wel
de oogen geopend hebben. Toen hij vertrok zeide hij tot mij
Ruby, als de barones von Klipspohr soms eens bij u aan huis
mocht komen, houd haar dan in 't oog. Zij zal pogingen in het
werk stellen om uw echtgenoot door hare verblindende schoon
heid te betooveren en hem in haar net te vangen; gij behoeft
hier echter niet bang voor te zijn, want Karl heeft u te lief om
aan eene andere vrouw te denken, doch zij kon hem wel eens
op eene andere wijze willen benadeelen, wees dus op uwe hoede.
De barones dacht, dat ik haar dupe was, maar in werkelijkheid
was zij de mijne. Zoolang gij afwezig waart heb ik haar nooit
alleen gelaten, maar als gij thuis waart verminderde ik mijne
oplettendheid, omdat ik wist, dat ik u kon vertrouwen."
Karl boog zich over zjjne vrouw heen en kuste haar hartelijk.
„Gij zijt de beste vrouw, waarmee ooit eenig man gezegend
was en gij kunt niet meer vertrouwen stellen in mij, dan ik in
u. Luister naar mij, want ik heb uw raad en inlichting noodig
in datgene, wat dezen avond heeft plaatsgegrepen."
Met deze woorden zette Karl zich bij zijne vrouw neer en met
haar hand in de zijne geklemd, deelde hij haar het geheele
onderhoud met d: barones mee en vertelde haar ook van haar
vlucht. Ruby luisterde toe zonder een woord te zeggen en drukte
slechts nu en dan de hand van haar echtgenoot wat vaster; toen
hij geëindigd had vroeg zij „Weet gij wel zeker, dat zij den
tuin verlaten heeft. In de duisternis had zij gemakkelijk weer
kunnen binnenkomen om in haar eigen kamer eene schuilplaats
te zoeken."
Karl belde en toen de bediende op zijn bellen verscheen vroeg
hij hem of de barones op haar kamer was.
De man keek hem aan alsof hij een onbeschaamd antwoord
op de lippen had, maar zeide, na zich even bedacht te hebben
„Ik zal eens gaan zien, mijnheer." Binnen weinige oogenblikken
keerde hij terug en zeide„Ik heb Louise, de meid van de
barones, naar de kamer gezonden, maar de barones is niet thuis.
Ik heb daarna in alle kamers gekeken, maar kon geen spoor
van haar ontdekken."
„Wat kan er met haar gebeurd zijn?" riep Ruby uit, terwijl
zij haar handen ineensloeg.
„Dat moet gij mijnheer maar vragen, mevrouw," antwoordde
de man onbeschaamd,
„Wat bedoelt gij hiermee, kerel vroeg Karl, terwijl hij
opsprong.
„Wat ik zeg?" antwoordde de man norsch, „en als ik het
soms op eene andere plaats moet zeggen, dan zal ik niets ver
zwijgen, dat kan ik u wel vertellen."
„Wat meent gij met deze onbeschaamdheid?" vroeg Karl,
terwijl hij voorwaarts trad en een dreigend gebaar maakte.
„Kom, hebt giy vanavond nog niet genoeg gedaan?" ant
woordde de lakei. „Ik zie, dat gij uw werktuig bij de hand hebt,
maar als gij mijn raad wilt aannemen, moet gij dat leelijk be
wijs daar van uwe mouw afwasschen," en met een grijns op het
gelaat verliet de man de kamer en trok de deur met eene har
den slag achter zich toe.
„Wat kan dat te beduiden hebben vroeg Karl, die zijne
vrouw zeer verwonderd aankeek. „Denkt gij, dat hij dron
ken is
Ruby's gelaat werd plotseling zeer bleek toen haar blik viel op
de bloedvlek op Landsberg's mouw.
„Wat is dat?" bracht zij met moeite uit.
„Ik heb eene ontmoeting met een smokkelaar gehad," ant
woordde Karl onverschillig en moest in zelfverdediging een schot
lossen op den schurk uit wiens wonde dit bloed waarschijnlijk
is gespoten."
Ruby huiverde bij de gedachte aan het gevaar, waaraan haar
echtgenoot was blootgesteld geweest, maar toen zij weer een wei
nig van den schrik bekomen was, zeide zij„Wij moesten nog
maar wat opblijven, misschien komt de barones nog thuis; hoe
ren wij echter niets van haar, dan moet er morgen een onder
zoen naar haar worden ingesteld."
Man en vrouw bleven den geheelen nacht op en spraken
ernstig over de vreemde gebeurtenissen, die hadden plaatsgegre
pen en die hun onbewolkten huwelyksherael zoo verduisterden.
Wordt vervolgd,