FüLiTlEK VEEZICHT.
9EMENÖD NIEUWS.
doen blijken, dat óe dood niet plotse-
seling, maar eerst na een verschrikke
lijk lijden is ingetreden.
Naar men vermoedt, is ook het lijk
twee driemaal verlegd geworden, om
den diefstal mogeljjk te maken; de
diefstal zeif moet, wat het geld betreft,
grooter zijn dan aanvankelijk werd ge
meend, aangezien ook de opbrengst
van winkelgoederen in het bezit van de
verslagene was. Het totaal van net ont
vreemde moet dan ongeveer ƒ400 heb
ben bedragen.
Dat de moordenaar bij den diefstal
nog met oordeel is te werk gegaan,
kan daaruit blijken, dat alleen het hor
loge met ketting van wijlen O. is me
degenomen, en de ketting, aan den com
mensaal behoorende, is achtergelaten.
De gearresteerde verdachte moet wer
kelijk 's nachts naar Rotterdam zijn
geloopen en tusschen Gouda en Moor
drecht de or den rijksveldwachter G. zijn
ontmoet. Met den t veeden trein zou
hij dan van Rotterdam naar Amster
dam zijn vertrokken.
Het onderzoek in de woning aan den
Kleiweg schijnt gesloten te zijn, aan
gezien de goederen der verslagene
Dinsdag daaruit zijn verwijderd en naar
het verkoophuis zijn getransporteerd.
Zondagmiddag ongeveer 4
uur, toen een trein uit de richting van
Utrecht te Gouda arriveerde, zag de
machinist dat een gedeelte der rail, ter
lengte van een meter, op eenigen af
stand van het station was omgebogen.
Hoe dit geschied is, is nog een raadsel,
doch aan de oplettendheid van den
machinist, die direct stopte, is het te
danken, dat er geen ongelukken hebben
plaats gegrepen.
Na een oponthoud van ongeveer een
uur was de weg weder veilig.
Uit Winterswijk wordt van
4 April gemeld
Nauwelijks is de lijn hersteld, of op
hetzelfde baanvak Winterswijk—Essen
heeft wederom eene ontsporing plaats.
Yan den goederentrein, die te ruim 2
uren hier Zondag middag moest aan-
knmen, ontspoorde te Roerloo,tusschen
Borkee en Winterswijk, een zevental
waggons, waarvan 2 met steenkolen
beladen geheel omsloegen. De schade
aan materieel moet weer vrij aanzien
lijk zijn. Ten einde het personenver
keer te onderhouden, vertrokken hulp
treinen van hier om de reizigers op te
halen.
In de gemeente Wichen
(Geld.) zijn de pokken epidemisch ver
klaard.
Door de maréchaussées te
Tilburg is Dinsdag aangehouden en naar
Breda overgebracht een persoon, die
waarschijnlijk uit eene gevangenis ont
vlucht is. Althans was hij gekleed in
het grijze gevangenispak en barrevoets.
„ATaatje voor de rechtbank
In het lokaal van het heilsleger te
Bergen-op-Zoom had op den 17a Febr.
de gewone oefening plaats.
De heilskapitein stODd op het plat
form en riep Lin de taal van het leger
de zondaren 'op om schuld te belijden
en plaats te nemen op het zondaars
bankje.
Eenige nieuwsgierige jongelieden waren
in de zaal aanwezig, waaronder ook
iemand, die van af zijne kinderjaren den
mallen bijnaam van „Kaatje" droeg.
Zijn vriend stond naast hem, en deze
vroeg herhaaldelijk: Kaatje, voel je nog
niks
Hij werd gewaarschuwd door een
maréchaussee, maar herhaalde nu en
dan zijne vraag, die aanleiding schijnt
te zijn geworden tot storing der ver
gadering, zoodat procés verbaal tegen
hem werd opgemaakt.
Voor dat feit stond hij Donderdag
11. te Breda terecht. De getuigen een
luitenant van het heilsleger en een
maréchaussee verklaarden dat hij de
oorzaak was geweest van de orde ver
storing.
Hij zelf en eenige getuigen k dé
charge (waaronder ook „Kaatje") ver
klaarden, dat hij niets anders had ge
daan dan vorenbedoelde vraag eenige
malen te herhalen.
Toen „Kaatje" op de vraag van den
verdediger, Mr. Pels Rijcken, had er
kend, dat „Kaatje" werkelijk zijn bijnaam
■was, zeide de ambtenaar van {het O.
Mdat bij du zeker dien naam voor
eerst niet kwijt zou wezen in Bergen-op-
Zoom.
„Kaatje" scheen daar echter nog al
getroost onder.
De substituut officier van justitie
eischte tegen den belangstellenden Vra
ger f 8 boete.
De verdediger mr. F. F. Pels Rijcken
zeide ongeveer het volgendeEdel.
Achtb. heerenHet is ons allen zeker
wel eens gebeurd, dat we in eene ver
gadering den spreker dingen hoorden
zeggen, die we niet dadelijk begrepen
Dan vroegen wij onwillekeurig aan onzen
buurman: vat je dat? Voel je dat? Nu
is het bij het leger des heiis gewoonte
om de menschen, die zich berouwvol
neerwerpen op het 'zondaarsbankje. af
te vragenvoel je nog niets Dat wil
zeggenis de geest nog niet vaardig
over u Ben je nog niet doordrongen
van schuld, voel je je nog niet gered
uit den booze Zoo heeft beklaagde
ook gevraagd aan zijn buurman Kaatje
voel je nog niks
Wat is hier nu het misdrijf? Niets
anders dan dat die buurman ongeluk
kigerwijze Kaatje wordt genoemd. Dat
wekte den lachlust op. Had hij Jan
geheeten, dan was er niets gebeurd,
En zoo is beklaagde gekomen op het
bankje der beschuldigden.
De ambtenaar van het openbaar mi
nisterie du schijnt de zaak ook niet
zoo heel donker in tc zien. Inderdaad,
zijn eisch is matig. Maar dit belet toch
niet, dat mijn client aanspraak maakt
op algeheele vrijspraak. En de gronden
daarvoor zijn aanwezig.
Want wat is het geval Er was leven
in de vergadering, dat is uit het ge
tuigenverhoor gebleken. Dat de maré-
chausée meent, dat mijn cliënt de aan
leiding daartoe was is geheel en al eene
zaak van appreciatie. In ieder geval
het opzet, om de vergadering te storen, was
niet aanwezig. Hij heeft niets geroepen
hij heeft eenvoudig iets gevraagd, na
melijk of „Kaatje nog niets voelde".
Op grond van al die gronden conclu
deerde pleiter tot vrijspraak.
N. B.C
De marechaussée Rob ij n
die 24 Januari te Berlikum door eenige
personen, die hem aanvielen, ernstig
aan het hoofd werd gewond, zal eer
lang het hospitaal te Leeuwarden, waar
hij thans reeds laüger dan 10 weken
wordt verpleegd, verlaten, waarop ook
de zaak voor de rechtbank kan dienen.
Ondanks de eerste hoop dat hij geheel
zou herstellen, is Robijn toch blind ge
bleven aan één oog, tengevolge waar
van hij vrij zeker voor den verderen
dienst zal worden afgekeurd, in welk
hij recht heeft op rijkspensioen.
Door een rijksveldwachter
Zaterdagavond naar Assen overge
bracht Lammegien O. van Annen, ver
dacht het door haar aldaar bewoonde
huis, dat Zaterdagmorgen door brand
werd vernield, te hebben in brand ge
stoken, met het oogmerk om zich de
assurantie-penningen toe te eigenen.
Bevel tot voorloopige inhechtenisneming
is verleend tegen deze vrouw, die
Maandag reeds de daad moet hebben
bekend. (P. D. 6.)
Depolitie te Groningen
heeft de hand gelegd op een 14-jarig
meisje uit de gemeente Haren, dat bij
onderscheidene neringdoenden in eerst-
gemelde plaats zich op naam van derden
schoenen en manufacturen had doen
afgeven en deze voorwerpen grooten-
deels had beleend.
Zondagavond is de water
molen „De Leeuw" onder Ten Boer,
toebehoorende aan het waterschap „Em-
menwoude", geheel afgebrand. Vermoe
delijk is deze brand door kwaadwillig
heid veroorzaakt.
VISSCHERIJ.
Scheveningen, 5 April. Eene
partij gezouten scnelv. werd voor f6
en 7 per ton verkocht.
üe booten hadden weder geringe
vangst., slechts 1 en 2 mand garnalen
waarvoor 7 en 8 per mand werd be
steed.
Dezen avond kwamen nog een 20
schuiten aan die ƒ40 tot 85 besomden,
de prijzen der visch stonden gelij k aan
die van heden ochtend. Verreweg
de meesten vertrekken de schuiten weder
naar zee.
Niewediep, 5 April. Door 10
korders werden hier heden 400 mand
jes kl. schol, 15 manden schar en 25
roggen en door trekkers 170 tal haring
aangevoerdkl. schol gold 180 f 2
per mandje, schar f 2 per mand, rog
65 cent per stuk en haring 80 cent k
f 1 per tal.
De legatie dreigt heen te gaan, wan
neer dit ontwerp tot wet mocht worden
verheven en men mag dan ook vragen,
wat zij er nog langer zou doen, wan
neer hare landgenooten in de republiek
worden geweerd.
Uit Bueeos-Ayres wordt aan de
Times gemeld dat het oorlogsschip,
aanboord waarvan de hoofden der ra
dicale partij gevangen worden gehou
den, buiten de reede geankerd blijft.
Het kolonisseren en protegeereu in
onbeschaafde landen mag een goede
gelegenheid zijn voor jongelieden om
carrière te maken, het moederland zelf
plukt niet altijd zoete vruchten. Zoowel
uit Sénegambië als uit Dahomey zijn
in Parijs onrustbarende berichten geko
men. De goeverneur van Senegambië
heeft van luitenant Marcaand bericht
ontvangen, dat in Routienne een gerucht
gaat, ais zou de de geheele missie
onder leiding van Menazel, door inlan
ders van Samori vermoord zijn gewor-
den.
De regeering ontving uit Porto Novo
de tijding, dat de Dahomeyanen een
aantal dorpen hebben in de asch gelegd.
Hun macht bestaat uit 6000 goed ge
wapende mannen. Op het oogenblik,
dat het bericht werd afgezonden, waren
zij vier uur van Porto Novo gekampeerd
en maakten zich gereed, om de stad aan
te vallen. De koning van Dahomey
zond een luitenant-goeverneur van
Frankrijk een zeer onbeschaamden
brief.
De ministerraad heeft besloten, groote
versterkingen naar Dahomey te zenden.
Te hopen is het, dat die niet te laat
komt.
De engelsche regeering is blijkbaar
bang voor een mogelijk besluit van
Frankrijk, om de anarchisten het ver
blijf in den lande te ontzeggen. Althans
de heer Matthews verklaarde in het
Lagerhuis, dat wanneer Frankrijk daartoe
1 overging, de engelsche regeering aan
het parlement bizondere bevoegdheid
zal aanvragen in het belang der open
bare orde. Zoo zou het den anarchisten
kunnen vergaan als den Zigeuners, die
voortdurend door het eene land aan
het andere toegezonden en door geen
natie geherbergd worden.
liet bericht over den voorgenomen
opstand in Peru wordt tegengesproken
door het pêruaansche consulaat te Parijs.
Van eene beweging in het land ten
voordeele van den voormaligen presi
dent Pierola zou geen sprake kunnen
zijn, daar deze eenvoudig en als
rustig burger te Parijs leeft en zeker
vandaar de diaden eener samenzwering
in Peru niet besturen kan.
Er zijn op dit oogenblik nog meer
ontevreden diplomaten, en wel de
heeren van de chineesche legatie in
Washington. Dezen zijn (en niet ten
onrechte) weinig geflatteerd door een
wetsontwerp, waarbij geen enkele
Chinees meer in de Vereenigde Staten
zal worden toegelaten, met uitzondering
van de leden der legatie.
Yan den engelschen reizi-
ger J. Macdonold Cameron, lid van
het parlement, zal binnenkort {een reis
verhaal liet licht zien. Hij heeft in
gevolge eene opdracht van eenige
engelschen, die belang stellen in de
natuurlijke rijkdommen en de middelen
tot ontwikkeling van den maleischen
archipel, eene reis over Borneo gedaan.
Te Samarinda, de hoofdplaats van Koetei
op de Oostkust geland, is hij de Ma-
hakam of Koetei rivier opgevaren tot
ver in het binnenland, waar volgens
hem nog nooit een Europeaan den voet
gezet had. Hij heeft onder de koppen-
snellende Dayaks vertoefd, met twee
Europeanen en eenige inlanders als
reisgezellen, en nergens moeilijkheid
ondervonden. Hij roemt zeer de hulp
vaardigheid van den sultan van Koetei,
wieüs beschaving en verlichte denkwijs
ook aan het nederlandsche goeverne-
raent overvloedig bekend is. Over het
nederlandsch-indische bestuur is Came
ron's oordeel gunstig. Hij zegt dat onze
ambtenaren uitmuntend slag hebben om
met de inboorlingen om te gaan, en heD
onder den duim weten te houden zon
der hun onafhankelijkheidsgevoel te
krenken. Het nederlandsch-indisch goe>
vernement, verzekert hij, wil niets liever
dan de ontwikkeling der onder zijn
gezag staande eilanden bevorderen, ook
door het toelaten van vreemde onder
nemers, op voorwaarde alleen dat zij
zich aan de nederlandsche wetten on
derwerpen. Van den goeverneur-generaal
en alle mindere ambtenaren heeft de
reiziger medewerking ondervonden en
de assistent-resident te Samarinda, de
heer, De Heer, heeft al het mogelijke
gedaan om zijne reis aangenaam te maken.
Men zal zich herinneren,
dat eene aanzienlijke engelsche dame,
mevrouw Montague, den dood heeft
veroorzaakt van een karer kinderen,
dat zij met den arm in een donker hok
aan een spijker had gebonden. Het
arme wicht dat pas 3^ jaar oud was,
stierf tengevolge van de angst en de
pogingen die het deed, om zich los te
rukken.
Deze barbaarsche moeder heeft zeven
kinderen, die alle even streng door haar
worden behandeld, „uit beginsel". De
rechtbank heeft haar, onder toejuiching
van het publiek, veroordeeld tot gevan
genisstraf van een jaar.
De werkstakers van de k 0
lenmijneii in Durham nemen geweld te
baat, om zich levensmiddelen te ver
schaffen. Zij hebben getracht, de winkels
te plunderen, doch dit is hun belet
geworden. Dinsdagmorgen hebben 20000
hunner in eene meeting besloten, op
het punt van het loon niets toe te
geven.
Deeming, die aanvankelijk
van den hem toegevoegden verdediger3
Mr.Lyle, niets wou weten, heeft nu einde
lijk op diens vragen geantwoord. Hij
ontkent tegenover hem al zijne misda
den.
De schelm wilde miss Rounsevell,
met wie hij zou trouwen toen hij ge
vangen werd genomen, gaarne spreken,
maar het meisje, dat zoo ternauwernood
aan een droevig lot ontkomen is, heeft
wijselijk geweigerd.
Tot dusver waren de pogingen om
hem te photograieeren alle mislukt daar
hij altijd door scheve gezichten te
trekken zich onherkenbaar maakte. Een
wakkere gevangenbewaarder heeft hem
op een oogenblik met een zaktoestel
plotseling gephotografeerd, wat de in
structie zeker heel wat zal vergemak
kelijken.
Erfprins Ferdinand van
Rumenië is verloofd met prinses Marie
van Edinburg
De procureur generaal
Qnesnay de Beaurepaire heelt te
Parijs eene verdieping van een ander
huis betrokken. Toen de overige huur
ders vernamen wie hij was, verzochten
zij gezamenlijk aan den eigenaar, „den
gevaarlijken bewoner" de huur op te
zeggen.
Het huis wordt door twee politieagen
ten dag en nacht bewaakt.
Guy de Maupassant wordt
beter. Lezen is hem nog verboden,
maar hij ontvangt vele bezoeken.
B. a v a c li 0 1 heeft de misdaad
van Chambles erkend, maar ontkent
iets te weten van de catastrophe te St.
Etienne. Tot verdediger heeft hij een
jong advokaat, Lagasse, gekozen.
De familie Ravachol stamt af uit de
Kide eeuw en haar wapen was toen
maals zilver op azuur en drie gouden
rozen.
A n het station te St. Ouen is in
beslag genomen een groote kist, ge
adresseerd aan den gevluchten anarchist
Gustave Mathieu, den medeplichtige
van Ravachol. L)e kist bevatte een
groot aantal revolvers en pationen.
Keizer Wilhelm zond be-
looiiing'eii aan de manschappen der
reddingsboot, die de passagiers der voor
Wight gestrande Eider redden. De
dochter van een der manschappen ont
ving 's keizer portret met eigenhandig
onderschrift, daar zij eveneens dapper
aan de redding had medegeholpen.
Hoewel Hans von Bülow
de vorige week inde Philhaimmie te
Berlijn openlijk het beriijnscli stol' van
zijn schoenen heeft afgeklopt is hij
weer naar de hoofdstad teruggeKeerd en
leidde Zondagmorgen de repetitie van
het Maandagavond door hem geredi
geerde concert in de Philharmonie,,
waarbij Beethovens 99 symphonic ter
uitvoering werd gebracht.
De repetitie werd door velen bijge
woond. Aan het begin en aan het slot
werd de excentrieke componist luide
toegejuicht. Na herhaaldelijk terugge
roepen te zjjn, hield hij de hand voor
den mond, een veelzeggend gebaar dat
met groote hilariteit door het publiek
werd begroet.
De Deutsche Medic. Wochen-
schrift bericht, dat de oosten: ijksche
gezondheidsraad zich ten voordeele der
lijkverbranding heeft uitgespioken, als
het beste middel om de nadeelen der
begraving te voorkomen. Voorls meldt
het blad, dat het denkbeeld der lijk
verbranding ook te Berlijn veld wint*
Het crimineel gerechtshof
te Berlijn was voor een paar dagen
getuige van eeu zeldzaam tooueel. Een
werkman, Rau§ geheeten, die wegens
majesteitsschennis terechtstond, braakte
met een aan waanzin grenzende roeke
loosheid de ernstigste beleedigingen uit
tegen den keizer, den rechter en de
regeering. Hij werd tot twee jaren ge
vangenisstraf veroordeeld. Toen hij uit
de zaal werd weggeleid, wiep hij een
reporter op den grond, die hem m den
weg kwam, doch hem verder niets mis
daan had en schopte daarop zijn ver
dediger. Toen de bewaarders hem nu
poogden te bedwingen, sloeg hij woest
naar alle kanten tot hij op den grond
geraakte. Een der bewaarders beet hij
in een vinger tot op het been en hij
werd eerst overmeesterd, nadat een
ander bewaarder eeu voet op zijne keel
zette en hem bijna deed stikken. Met
zulk een woestaard had men in het
berlijnsche gerechtshof nog nooit te
doen gehad.
De daders van den dyna-
„Scheen mijnheer Landsberg opgewonden of ontsteld?" vroeg
de rechter.
„Hij was wel geschokt door het voorval, maar ik kan niet
zeggen, dat hij blijken gaf van gejaagdheid of zenuwachtigheid
door een gevoel van schuld."
„Was hij alleen, toen gij hem ondervroegt
„Zijne vrouw was gedurende ons geheele gesprek aanwezig,"
antwoordde de magistraat.
„Maakte zij geene opmerkingen
„Zij bezwoer hem alles te zeggen, zooals hij haar had gedaan,
maar hij weigerde."
Op deze woorden sprong Karl op. „Mijnheer de rechter,"
zeide hij met eene stem, die van opgewondenheid beefde, „mijne
lieve vrouw Ruby alleen weet den inhoud van het gesprek, maar
gij zult haar mond even gesloten vinden als den mijne."
De rechter sloeg geen acht op deze opmerking, maar vervolgde
tot den laatsten getuige „Hebt gij nog iets te zeggen, mijnheer
„Alleen dit," hernam de magistraat, „dat ik, na mijnheer
Landsberg's huis verlaten te hebben, naar den kuil ben gereden,
waar het lijk is gevonden en den rand van den kuil nauwkeurig
heb beschouwd. Ik vond eenige afdruksels van een voet, die ik
in gips heb doen overnemen en waarvan het eene precies met
den voet van den vermoorde overeenkomt, terwijl het andere de-
zellde grootte en breedte heeft als den voet van mijnheer Landsberg."
Toen hij deze woorden gesproken had, kwam een man met
een houten doos in de hand, de kamer binnen. De doos bevatte
de gipsen afdruksels van den voet.
„Zaagt gij ook sporen van paardenhoeven?" vroeg de rechter.
„Och, overal ziet men die hier op dit oogenblik," antwoordde
de magistraat met een sluwen blik, die den rechter deed glim
lachen.
De volgende getuige was éene dienstbode, Keziah Coote ge
heeten, die verklaarde de vreemde dame tot kamenier gediend
te hebben in het huis van mijnheer Landsberg. De vermoorde
was zeer aardig jegens haar geweest, placht veel met haar te
spreken en vroeg allerlei dingen omtrent haar meester en mees
teres. De barones had o. a. aan de kamenier verteld, dat mijn
heer Landsberg haar een groot jaargeld had verschaft en dat
zij er zich dikwijls over verwonderde hoe hij zoo rijk was om
dat te kunnen betalen. Verder had zij aar eens medegedeeld,
dat mijnheer Landsberg vroeger haar verloofde was geweest,
maar dat het huwelijk was afgesprongen, omdat hg toen geene
middelen bezat. Keziah Coote herinnerde zich, dat de vreemde
dame dikwijls opmerkingen had gemaakt over den grooten voet
waarop mijnheer Landsberg leefde, en dat zij vaak de vrees had
geuit, dat mijnheer Landsberg haar toelage zou verminderen.
„Scheen de barones voor haar leven bezorgd te zijn, of had zij an
dere reden tot ongerustheid
„Neen, maar zij was eeDe vreemde opgewonden vrouw, en sprak
dikwijls tot zichzelf in eene taal, die ik niet verstond. Eens zeide
zij, dat mijnheer Landsberg wel blij zou zijn als zij dood was,
daar hij dan al zijn geld kon geven aan die blonde vrouw,
waarmede zij mevrouw Ruby bedoelde/'
Toen de getuigen nu allen gehoord waren, herhaalde de rechter
de voornaamste punten der zaak en gaf als zijne meening te
kennen, dat in de getuigenis der dienstbode de reden van de
misdaad schuilde, die men tot nu toe nog gemist had.
De rechters zaten gedurende eenige oogenblikken te be
raadslagen en waren in een druk gesprek gewikkeld, maar ein
delijk kwamen zij tot de conclusie dat de barones vermoord
was geworden door Karl Landsberg.
De rechter onderteekende nu een bevel tot diens inhechtenis
neming, dat onmiddellijk ten uitvoer werd gebracht.
HOOFDSTUK XXI.
Hoewel Ruby het ongeluk, dat haar echtgenoot getroffen had.
diep gevoelde, was zij er toch de vrouw niet naar om lijdend
neer te zitten en zich er door te laten verpletteren. Nadat zij
gezorgd had, dat het hem in zijn cel zoo aangenaam mogelijk
was gemaakt, gevoelde zg, dat het nu haar plicht was om bij
de zitting van het gerechtshof, waarop hij zich beroepen had,
zijne vrijspraak te krijgen. Zij was echter maar eene zwakke,
machtelooze vrouw, die geheel alleen stond, want de vreeselijke
verdenking, die op haar man gevallen was, had al hunne zoo
genaamde vrienden doen verdwijnen, die in vroeger tijd Kar!
zoo geregeld bezocht hadden.
Wordt vervolgd.)