De Moordenaar van den Politie-commissarii. Naar het Fransch van MAXIME AUDOUIN- Om te beginnen moet ik bekennen, dat ik de huiselgkste man ter wereld ben, ik heb een afschuw van reizen en van spoorwegen en als ik eens in een tram stap, dan moeten wel bizonder gewichtige redenen mij daartoe nood zaken. Er is geen groot man, die niet zulk een eigenaardigheid heeftde een is bang van spinnen, de ander eet ze op en zoo heb ik nu een afkeer van het reizen. Op zekeren avond zit ik by de kachel (dat is nu zoowat veertien dagen geleden), rook kalmpjes mijn ouden pijp en lees in de krant dat een van onze politie commissarissen in een spoortrein vermoord is geworden. „Helaas," denk ik zoo, „alweer een ongelukkige vermoorde die nog leven zou als hg evenals ik met de spoorwegen niets te doen had willen hebben Op dat oogenblik brengt Sidonie, mijn dienstbode, mg een brief van mijn vriend Salabran. „Beste jongen," schrijft hg, „ik vertrek den 6en met de boot naai* Vera Cruz. Ik wil niet zoomaar langs St. Nazaire varen zonder mg te herinneren, dat gg daar woont. Ik zal dus een nacht in je gastvrije woning overblgveD." Salabran is iemand, die geld genoeg heeft. En zoo iemand, die rustig thuis kon big ven en met zgn vrienden een partg piketspelen, gaat naar VeraCruz en stelt zich bloot aan zeeziekte, schip breuk en gele koorts, wat een domoor Ik keerde mg tot mgn hond en vroeg hem „Is Salabran geen groote domkop, Pluto Pluto kneep zijn eene oog dicht en zei met zgn staart: „dat zou ik denken!" komaan Galurin, wat moed gevat. Sta op, anders varen ze nog met je weg. I" Want ge begrgpt wel dat ik volstrekt geen plan had, om eenige honderde mglon ver op een boot te varen de gele koorts, zeeziekte en dan die schipbreuken Maar intusschen zat ik op den grond als een oester op zijn baok. Eindelijk deed ik een geweldige inspanning„ai, aiIk stond. Toen ik op het dek kwam, was de boot al de haven uit en de nieuwsgierigen op (ie pieren die zak doeken hadden, waren voor mijn oog niets meer dan een massa zwarte en witte stippen. Was het niet, om de haren uit het hoofd te rukken De boot versnelde al zuchtende haar vaart het land week hoe langer zoo meer. Ik keek er naar met een half gesloten oog en du reeds met eene zon derlinge kriebeling in de maag. Iemand tikte rag op den schouder en toen ik mij omkeerde stond ik tusschen twee personen: de een klein, uik en op gezwollen, de ander lang, geel en mager, een roode kool en een asperge. De kleine dikke vroeg mg „Pardon, meneer, mag ik uw naam weten „Meneer." zei ik, terwgl ik dat ik groen werd, „ik heet Galurin „Dat is geen naam," zei de langi magere. „Heeft Er is in de wereld niets erger dan een agöist. Ik voor mg ben gelukkig geen «göist: ik houd wel van mgn gemak, maar ik hond ^ook van het gemak van mgn vrienden. Daarom ging ik dan ook op den 6den, toen Salabran met de douanen bezig was, de loopplank van de boot op, alleen om te kgken of er in de hut van mgn vriend, No. 87, wel genoeg eomfort aanwezig was. Het was in de smalle gangetjes zeer donker. Eindelgk vind ik No 37, duw de deur open en wil binnengaan. Maar ik vergeet om te bukken ge moet weten dat ik vijf voet, zes duim en een fractie van een duim groot ben) en bom... daar stoot ik mgn hoofd allergeweldigst tegen de lyst en dansen er millioenen lichten voor mgn oogen. Hoelang die illuminatie wel geduurd heeft, kan ik niet zeggen maar wel weet ik, dat ik opeens de stoomfluit hoorde. „Wat is dat ai, mgn hoofd ii dat de stoomfluit de boot vertrekt dus En jawel ik hoorde zeer duidelgk de bevelen van den kommandant, de be wegingen van de schroef en de grove stem van den loods. En ik zat daar plat op den grond, als vastgenageld door eene versuiflng, die in geen enkele taal kan worden weergegeven. Mgn ooren deden voort durend „hou, hou, hou, hou „Komaan, sta nu opzei ik tot mgzelven een passagekaart t" vroeg de ander. „Helaas neeD, ik b8n hier al» slacht offer van een ongelukkig toeval en ge heel tegen mijn zin." „Het spgt mij zeer, meneer, maar dan moet ik u volgens de scheepsvoorschrit ten gevaogen nemen. „Maar dat is immers niet noodig riep ik uit, „ik kan met den loods wel weer naar wal gaan." „U treft het zeer slecht, meneer, want de loods gaat niet meer van boord. Hg gaat met ons naar de Antillen, om eene erfenis in ontvangst te nemen. Genoeg gepraat. Volg mg naar het cachot 1" „Maar u schertst toch zeker 1" „Volstrekt niet!" En of ik al tegenspartelde als een waanzinnige het hielp mg niets: twee stevige matrozen; pakten mij beet en stopten mg in een benauwd hok, zonder licht of lucht, ergeos iu het ruim. O mgn gezellige kachelO, Pluto O mgn pijp! O, mgn pantoffels „O meneer Filard, mijn dankbaarheid is grenzeloos." Wg gingen samen naar de salon en daar gebruikte ik mgn eenigen rgksdaal- der, om met mija weldoener eene heele reeks bittertjes te drinken, want dat dnrf ik zeggen gierigheid is geen gebrek van mij. Hij was een wonderlijk mensch, die Filard. Hij sprak over niets anders dan over den moord op den commissaris van politie. „Een hardvochtige kerel was bet," zei hij, „en hij heeft zgn ver diende loon. In de plaats van den moor denaar zou ik ook zoo hebben gedaan, u „Ik niet, ik ben een schaap wat mijn karakter betreft en ik hond van rust." Een andermaal richtte bij van onder zgne wenkbrauwen een doorborenden blik op mij en zei met een zware stem „De justitie is er zeker van, dat de moordenaar aan boord van een bcot is gevlucht. Maar zij houdt een oog open....!" En dan sperde bij zijoe oogen zoo wijd open, dat ze op dankvensters geleken." Soms liet hij mij een klein album zien, vol met portretten va 1 ter dood veroor deelde boeven. Aan het einde daarvan was een coquette guillotine geteekend, met den wagen en de mand en daar naast hot portret van Deibier, den beul, ten voeten uit benevens dat van zijne helpers. Met een bgoa kleingeestige nauwgezetheid logde hij mg uit, hoe dat machinetje werkle, altgd met zgne groote oogen wijd opeogesperd. t Is zeker een Engelschman," dacht ik, „maar hg is stellig niet wel bg zgn verstand." Ia mijn droomen zag ik niets anders dan dat akelige werktuig. Maar vriend' schappelijk was hij. Op zekeren dag grijp ik bij ongelak een rondslingerend touw vast, een rukwind doet mg hoog tegen den mast aanbonzsn. „Houd je flink vast I" roept hg, en ik klem mij aan het touw en hij klautert op de ra, weet mg to grgpen en draagt mg, daar ik te duizelig was om zelf naar beneden te glijden, naar beoeden. „Voor altgd je vriend, op leven en dood!" roep ik en druk zgn beide handen vast in de mijne. „'tls niet de moeite waard, beate vriend." antwoordde hg eenvoudig. Nu zult gg mij toevoegen, dat ik toch wel mijne passage had kannen betalen. Maar dat was het nu juist, dat kon ik niet. Ik ben niet gewoon bankbiljetten van duizend francs in mijn zakken te dragen. Ik had in mg0 vestzak eéorgks- daalder, geen knoop meer. Ik verzeker u dat mgne overdenkingen verre van plezierig waren, terwgl ik daar zat in het donker, te midden van potten met verf en met teer, overgeleverd aan zeeziekte en met geen ander gezelschap dan een troep ratten die zoo familiaar waren, dat mgne zakken er vol van waren. Ik kon niet gaan zitten zonder er een paar dood te drukken. Mgn marteling duurde precies 24 uren. Na verloop van dien tijd kwam de kleine dikke mij uit mijn hok halen en bracht mij bg den langen magere. „Meneer wil uw passagegeld betalen," zei de dikke, „gg moogt hem wel dankbaar wezen!" „Mijnheer?" vroeg ik. „Mgn naam is Filard, om u te die nen," zei de langere magere met een buiging. 1IAAULEHMËU HALLETJES. Ben Zaterdagavondpraatje. CXXXII. De redactie van dit blad ontving gis teren van een harer geabonneerden het navolgende schrgven, dat de inzender als ingezonden stuk wenschte geplaatst te zien. Daar hg echter waarschgnlgk geen voorkeur heeft voor een bepaalde plaats in de courant en tevreden zal zgn, wan neer zgne opmerkingen onder de oogen van het publiek komen, volgt het stuk hier Aan heeren winkeliers te Haarlem. Ingevolge de uitnoodiging aan heeren winkeliers in Nederland tot teekenen van een adres voorkomende in Haarlem's Dagblad van 6 April 11., zou ik heeren winkeliers te Haarlem wel in overwe ging willen geven dat adres niet te teekenen en indien de west-europeesche gordeltgd wordt ingevoerd, eenvoudig des avonds een uur vroeger te sluiten nl. ten 9 uur. In plaats 20 minuten schade aan kuastlicht zullen we dan 40 minuten voordeel hebben en door veeljarige on dervinding als leverancier voornamelijk in den deftigen stand heb ik de volle overtuiging, dat die maatregel niemand zal schaden al blgft de tgdrekening zooals die nu is. Café'8 en dergelijke inrichtingen maken hierop uitzondering, doch waarom ver hitten wg onze winkels des zomers een uur langer met kunstlicht dan noodig is en hoe weinig zaken worden in den winter nog na 9 uur afgedaan in den regel. Hte publiek is steeds meegaande waar In volle zee ontmoetten wg een stoo- mer, die naar St. Nazaire ging. De ka pitein daarvan wilde ons wel opnemen, want Filard wilde mg niet meer ver laten, die goeie Filard, en zoo gingen wg op dien stoomer over. Filard betaal de voor ons beiden en eindelgk kwamen wij zonder noemenswaardige gebeurtenis sen in mijn woonplaats aan. Toen ik de sluizen weer zag en bedacht, dat ik mgne vrienden er weer zou zien wandelen, de sigaar in den mond, de handen in de zakken en den stok onder den arm, toen stroomde mgn hart over van dankbaar heid. „Beste Filard," zei ik, „nu zal ik je dan eindelgk mgn dankbaarheid kunnen toonen." „Integendeol, ik betuig u de mijie," beste Galurin. Dank zij u zal de detec tive Filard van avond een premie van 5000 francs ontvangen." „Hé wat zei ik. Ik was hoogst ver baasd. Filard knipte met de oogen. „Komaan grappenmaker, erken nu maar dat jij het bent „Ik wat ben ik „Wel, de moordenaar van den politie commissaris." yZeg eena, Filard, ben je gek ge worden Hg antwoordde mg niet, maar riep een agent van politie en wees op mij. „Wel kgk," zei die brave man; „ia u het, meneer Galurin Nu, u hebt ons handen vol werk gegeveD. We dachten allen, dat u vermoord waart en er wordt in de sluizen naar uw lijk gedregd Filard vloekte vreeselijk, keerde zich om en liep weg, den echten moordenaar achterna, denk ik. Ik schrgf ait bg de warme kachel, met mijn warme pantoffels aan de voeten mgn oude pgp in den mond. Pluto ligt naast mijn stoel te dutten. O, heerlijk tehuisVan mijn leven krijgt men mij niet weer op een boot ri adiköeurien dar Nad. Herv. Kerken TE HAARLEM op ZONDAG 10 April 1892. Groote Kerk Voorm. 10 ure, Moeton. Avondmaal. Nam. 2 ure, Barbas Dankzegging. 'a Avonds 6 ure, van Lennep. Dankzegging. Maandagavond 8 ure, Knottenbelt. Voorbereiding. Nieuwe Kerk Voorm. 10 ure, Swaan. Avondmaal. Jam-Kerk Voorm. 10 ure, Veen Vrije beurt. Üakenesser Kerk. Voorm. 10 ure, Hoog. A.ondmaal. Eglise Wallonne. Dix hcures, Debry. Confirmation des uouveaux membres. linmteuy/t Gere/ormeoide Gemeente Gedempte Oude Gracht. Voorm. 10 ure, 's Av. 5 ure, Mulder. Klein Heiligland. Voorm. 10 ure, s Av. 5 ure, Schotel. Luthersch a Kerk. Voorm. 10 ure, Mees Bevestiging en Doop van nieuwe leden, 's Avoüds 6% ure, Poolman. Bevestiging vaa lidmaten en Voorbereiding. Kerk der Yereemg de Doopsgezinden. Voorm. 10 ure, de Vr.es. Avondmaal, 's Avonds 6 ure, Hesta. Dankzegging. Reuunstrantsche Kerk. Voorm. l'J ure, Tideman. Bevestiging van nieuwe leden met mede werking van bet Zing koor. Kerk der Broedergemeente. Voorm. 10 are, Weiss. Lijdensgeschiedenis. Maandagavond 8 ure, Weiss. Dinsdagavond 8 ure Weiss. Woensdagavond 8 ure, Weiss. Voorbereiding. Donderdagavond 8 ure, Weiss. Noorder kerk Ridderstraat.) Voorm. 10 ure, 'a Av. 6 ure, J. Langbout. Openbire belijdenis en doopsbediening. Vrijdagavond 7% ore, J. Langhout. Donderdagavond 7% ure, H. Waardenbarg, Bij bell,. Zaterdagavond 7% ure, B. vau Zweden, BijbelL landvoort. Voorm. 10 ure C. Barneveld. Bevestiging van lidmaten. Nam. 2 ure, C. Barneveld. Voorbereiding en Doopsbediening. V A li I A. het in het belang is van velen en wan neer er eensgezindheid is onder HH. winkeliers, zullen als het regel is 9 uur sluiten evenveel zaken afgedaan zijn als nu ten 10 uur. Onder beleefde dank aan de redactie. Een Winkelier te Haarlem. Nu zal de geachte inzender mg zeker wel toestaan, een en ander over zgn voorstel in het midden te brengen. Ten eerste is het niet het eenige voordeel van het adres van professor Hubrecht, dat de winkeliers des avonds minder licht zullen moeten gebruiken er zgn ook nog andere voordeelen verbonden aan het plan van den professor om den tijd met 40 minuten te vervroegen. Wg Nederlanders leven over het alge meen laat, staan laat op en gaat laat aaar bed. Wat wij dos winnen als wij volgens professor Hnbrechts plan, den midden-duitschen tijd krggen, is40 minuten langer daglicht. Zoo zal bgvoor beeld een zomeravond vergeleken bg de tegenwoordige tgdrekening veertig minu ten langer duren. He jeugd die des middags uit de scholen komt, wint 40 minuten aan dag en zonlicht, om van de onderwijzers nu niet te spreken. Behalve misschien de eigenaar van een gasfabriek, zal iedereen toch liever in daglicht, dan bg kunst licht leven en door het plan van pro fessor Hubrecht verlengen wg dus het daglicht en verkorten het kunstlicht met veertig minuten, Ik weet wel, dat daartegen over staat, dat de menschen die voor hun arbeid vroeg opstaan, veertig minuten langer kunstlicht moeten gebruiken. Groote fabrieken, die des morgens zeer vroeg aanvangen, zullen derhalve een deel van het jaar ietwat meer licht verbranden, Nederd. Herv. Kerk. Bennebroek. Voorm. 10 are, J. A. Gertb van Wijk, Beverwyk. Voorm. 10 ure, J. C. Boon. Evang Luthersche Kerk. Voorm. lü ure, K. A. Gonlag. üooosgezinde Kerk. Voorm. 10 ure, J. Sepp. Bloemendal»! Voorm. 10 ure, J. D. van Arkel. Heemstede. Voorm. 10 ure, Kuylman. Itïllegom. Voorm. 10 ure, M. Bucbli Fest. Bevestiging van lidmaten, flloutryk en ft"olanen. Voorm. 10 ure, C. van Koetsveld C Fz., Nam. 1J£ ure, Zondagschool. Santpoort. Voorm. 10 ure, J. van Loeneu Martinet. Spaaradam. Voorm. 10 ure, T. Hoog. Avondmaal. Velsen. Voorm. 10 ure, H. Waardenburg. Bevestiging van lidmaten, 'a Avonds 5 ure, H. Waardenbarg. 's Avonds 7% ure, B. van Zweden, Evangeliever maar dat halen zg door de bezuiniging op den avond gemakkelgk in. Op werk plaatsen begint men in den regel des winters niet voor zeven uur en slechts korten tijd van den winter komt de zon later dan 7 uur op. Nu stelt de inzender van bovenver meld stukje voor, dat de winkeliers een parig zullen sluiten des avonds te negen, inplaats van te tien uur. Ik zou zulk een maatregel van heeler harte toejuichen. Waartoe dient het, dat een winkelier die den ganschen dag onafgebroken gelegen heid geeft om in zgn magazgn te koopen, al zijn vrgheid prijs geeft door tot tien uur open te big ven Wat hg in dat laatste uur verkoopt, is (de St. Nicolaastgd uitgezonderd) van weinig beteekenis en het publiek heeft gelegen heid genoeg om zich tusschen des mor gene acht (of negen) en des avonds negen uur van het noodige te voorzien. Te negen uur sluiten zou een weldaad zijn voor den winkelier, die den ganBchen dag aan de toonbank als het ware ge kluisterd is en evengoed als ieder ander mensch, behoefte heeft aan eenige ont spanning. Ik zou evenwel willen vragenwaar om heeft men het al niet lang gedaan Met het invoeren van den nieuwen tgd heeft de maatregel van te 9 uur sluiten niet rechtstreeks te maken. Men kan ook bij de tegenwoordige tijdrekening zeer goed te 9 uur sluiten en het voor deel daarvan voor hen die winkelzaken doen, ligt zdo voor de hand, dat men vraagt: „waarom is het al niet lang Wat een redacteur zoo al te slikken krijgtc De man, die 't ieder naar den zin maakt, moet nog gevonden worden. Door velen wordt echter verlangd dat een redac teur zoo'n man is. Dat vinden wij in de volgende mededeelingen uit de portefeuille van een der bladen bewaarheid 1. Wanneer zal u toch eens met dat gezanik over de waterleiding ophouden# Uw leaers verveelt het reeds lang. Uw abonné P. 2. Wanneer krggen wij nog eens een artikel over de waterleiding Of denkt de redactie daaraan heelemaal niet meer? X. 8. Ala u niet zorgt, dat nw courant beter op tgd komt, zeg ik mijn abonne ment op. 4. Uw courant moet 't laatste nieuws ook opnemen, anders neem ik liever de,.., die altijd telegrammen geeft. 5. Het papier van uw courant is zo© dun, dat men de artikelen op de andere ;gde aan den voorkant kan lezen. Kan dat niet veranderen 6. Mgn vrouw gebruikt de ou1!© cou rant om worst in te draaien. Kunt u mgn courant niet wat minder vet druk ken? 7. Laat die zwetsredeneeringen over hooge politiek, die niemand leest, toch weg. Lever liever een landbouw-artikel 11 De artikelen over het mesten van varkens zgn goed voor bniten. Uw courant mag er wel aan denken, dat zijn 300 abonnés in de stad aan die varkensartikelen bedroefd weinig heb ben. 9. Uw overzicht over de verkoopin- gen is goed; kan u daarbg ook nog niet de verhoringen van meiden en knechts opnemen Dit zon van veel belang zijn voor alle dienstboden, die uw courant allen lezeD. 10. U bespreekt de gebeurtenissen op politiek gebied niet uitvoerig genoeg. Denk daar eens aan 11. Ik doe aan geen politiek; waf kunnen mij die politieke tinnegieters schelen, die uw redacteur zelf niet ga- loof t 12. Waarom brengt u geen weer- profetieën meer Ik weet wel, dat zg niet veel om de hakken hebben, maar zg zgn wel aardig. 13. Mr. de redacteur, wie schrgft toch, in vredes naam, die dolle artikelen over het weer Meent u, dat iemand daaraan gelooft Geef liever een over zicht over de windrichtingen, zooals de Hollandsche bladen. 14. Bij uwe bekende bereidwilligheid verzoek ik u, ook de nieten der loterij op te nemeD. U zal daardoor velen ver plichten. 15. Wie heeft u toch aan de loterg geholpen? Het loten werkt slecht op volkLaat ze liever sparen en schrijf er tegen. 16. Wat hebben uw lezers aan die vervelende reeks cijfers der Staatsloterij?' Zet er liever een mooien roman voor in de plaats. 17. Dat vrgen en trouwen is schering inslag in uw feuilletons. Neem ook eens iets anders op, bijv. een weten schappelijk feuilleton. Mg dnokt: omdat men heeft ingezien, dat het in de praktijk niet uitvoerbaar is. Ik ban mij voorstellen, dat op een dorp bg voorbeeld twee sigarenhandelaars zouden afspreken, na 9 uur niet meer te verkoopen, maar in een stad waar zoovele tientallen een zelfde vak uit oefenen, is een dergelgke maatregel moei lijk uitvoerbaar. Eenige jaren geleden heeft men in de Kalvtrstraat te Amsterdam dezelfde po ging gedaan. Ze is niet gelukt. Waarom niet? Ja, omdat men wel wilde en toch ook weer niet wilde. Men vreesde, dat de klanten naar een concurrent zouden gaan, die wel niet in de Kalverstraat woonde, maar zgn winkel tot 10 uur open hield. Nu zal de geachte inzender antwoor den, dat wg hier geen Kalverstraat hebben en dat men al de winkeliers in Haarlem er toe moet zien te bewegen Maar stel nu eens (en dat is zeer goed denkbaar) dat in elk vak éen winkelier een maar, niet met het plan meegaat, omdat hij toch niet nitgaat, of omdat hg gewoon is een goeden klant na 9 uur te helpen dan zal zoo iemand den maatregel voor iedereen onmogelgk ma ken, want zij die wkl willen, zullen zeggen: „ja, als hg niet te 9 uur sluit doe ik het ook niet." Ik herinner mij, dat nog niet zoo heel lang geleden eene beweging op touw werd gezet, die ten doel had dat de winkeliers in tabak en sigaren des Zon dags hunne winkels zouden sluiten. Na een paar vergaderingen is de eaak blij ven rosten, omdat niet iedereen te be wegen was om er aan mede te doen, Zoo zou, geloof ik, het plan om ge regeld te 9 uur te sluiten, op diezelfde wgze en om diezelfde redenen schipbreuk lgden. Zoo ik het te donker inzie, zal mij dat aangenaam wezen, want ik gun den winkelier die een langen en ver- moeienden dag achter den rug heeft, gaarne een paar uur ontspanning. Over den nieuwen tgd zal ik verder maar niets zeggen, er is wezenlyk al zooveel over geschreven, dat een mensch over de verschillende voorstellen meer in de war raakt, dan het invoeren van den nieuwen tgd zelf hem in de war zal brengen. Toch zal ik het over tijd hebben. Waarvoor is het in deze dagen de tgd? om zich te verheugen in den terugkeer van de heerlijke lente, om te gaan kgken naar de hyacinten die zoowaar nu al in bloei staan om zich voor Paschen te tooien met nieuwe kleeren. En als ik vraag„is het ook niet de tgd, om nogeens weldadigheid te bewgzen aan hen, die dat noodig hebben dan zult ge mg uitlachen en antwoorden „maar, mgn goeie man, de winter is toch voorbg en er is in 't voorjaar volop werk. Onze steun voor de armen is nu niet meer noodig 1" Toch wel, hg is wel noodig. In het jaarverslag van de vereenigiüg „Welda digheid naar Vermogen" wordt er de aandacht op gevestigd, dat onder ondersteunde gezinnen (620 in getal) zich 275 weduwen bevinden, die geen kostwinner meer hebben en tal yan zieken, gebrekkigen on ouden van dagen. Deze allen kunnen ook des zomers de hulp van de Vereeniging niet ontberen, Komaan dan, laat ons de armen die wij in den winter helpen, in den zomer niet in den steek laten. In de schoone natuur blikt ons de liefelgke zon zoo vriendelgk tegen door een kleine gave kunnen wg ook het zonnetje van binnen ontsteken in de harten der behoeftigen. Laat ons in dit liefdewerk niet achter blijven FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1892 | | pagina 6