De Moordenaar van den
Politie-commissarii.
Naar het Fransch van
MAXIME AUDOUIN-
Om te beginnen moet ik bekennen,
dat ik de huiselgkste man ter wereld
ben, ik heb een afschuw van reizen en
van spoorwegen en als ik eens in een
tram stap, dan moeten wel bizonder
gewichtige redenen mij daartoe nood
zaken.
Er is geen groot man, die niet zulk
een eigenaardigheid heeftde een is
bang van spinnen, de ander eet ze op
en zoo heb ik nu een afkeer van het
reizen.
Op zekeren avond zit ik by de kachel
(dat is nu zoowat veertien dagen geleden),
rook kalmpjes mijn ouden pijp en lees
in de krant dat een van onze politie
commissarissen in een spoortrein vermoord
is geworden. „Helaas," denk ik zoo,
„alweer een ongelukkige vermoorde die
nog leven zou als hg evenals ik met de
spoorwegen niets te doen had willen
hebben
Op dat oogenblik brengt Sidonie, mijn
dienstbode, mg een brief van mijn
vriend Salabran.
„Beste jongen," schrijft hg, „ik vertrek
den 6en met de boot naai* Vera Cruz.
Ik wil niet zoomaar langs St. Nazaire
varen zonder mg te herinneren, dat gg
daar woont. Ik zal dus een nacht in je
gastvrije woning overblgveD."
Salabran is iemand, die geld genoeg
heeft. En zoo iemand, die rustig thuis
kon big ven en met zgn vrienden een
partg piketspelen, gaat naar VeraCruz
en stelt zich bloot aan zeeziekte, schip
breuk en gele koorts, wat een domoor
Ik keerde mg tot mgn hond en vroeg
hem
„Is Salabran geen groote domkop,
Pluto
Pluto kneep zijn eene oog dicht en
zei met zgn staart: „dat zou ik denken!"
komaan Galurin, wat moed gevat. Sta
op, anders varen ze nog met je weg. I"
Want ge begrgpt wel dat ik volstrekt
geen plan had, om eenige honderde
mglon ver op een boot te varen
de gele koorts, zeeziekte en dan die
schipbreuken
Maar intusschen zat ik op den grond
als een oester op zijn baok. Eindelijk
deed ik een geweldige inspanning„ai,
aiIk stond. Toen ik op het dek
kwam, was de boot al de haven uit en
de nieuwsgierigen op (ie pieren die zak
doeken hadden, waren voor mijn oog
niets meer dan een massa zwarte en
witte stippen.
Was het niet, om de haren uit het
hoofd te rukken
De boot versnelde al zuchtende haar
vaart het land week hoe langer zoo
meer. Ik keek er naar met een half
gesloten oog en du reeds met eene zon
derlinge kriebeling in de maag.
Iemand tikte rag op den schouder en
toen ik mij omkeerde stond ik tusschen
twee personen: de een klein, uik en op
gezwollen, de ander lang, geel en mager,
een roode kool en een asperge.
De kleine dikke vroeg mg
„Pardon, meneer, mag ik uw naam
weten
„Meneer." zei ik, terwgl ik
dat ik groen werd, „ik heet Galurin
„Dat is geen naam," zei de langi
magere.
„Heeft
Er is in de wereld niets erger dan een
agöist. Ik voor mg ben gelukkig geen
«göist: ik houd wel van mgn gemak,
maar ik hond ^ook van het gemak van
mgn vrienden. Daarom ging ik dan ook
op den 6den, toen Salabran met de
douanen bezig was, de loopplank van
de boot op, alleen om te kgken of er
in de hut van mgn vriend, No. 87,
wel genoeg eomfort aanwezig was.
Het was in de smalle gangetjes zeer
donker. Eindelgk vind ik No 37, duw
de deur open en wil binnengaan. Maar
ik vergeet om te bukken ge moet weten
dat ik vijf voet, zes duim en een fractie
van een duim groot ben) en bom... daar
stoot ik mgn hoofd allergeweldigst tegen
de lyst en dansen er millioenen lichten
voor mgn oogen.
Hoelang die illuminatie wel geduurd
heeft, kan ik niet zeggen maar wel weet
ik, dat ik opeens de stoomfluit hoorde.
„Wat is dat ai, mgn hoofd ii
dat de stoomfluit de boot vertrekt
dus
En jawel ik hoorde zeer duidelgk de
bevelen van den kommandant, de be
wegingen van de schroef en de grove
stem van den loods.
En ik zat daar plat op den grond,
als vastgenageld door eene versuiflng,
die in geen enkele taal kan worden
weergegeven. Mgn ooren deden voort
durend „hou, hou, hou, hou
„Komaan, sta nu opzei ik tot mgzelven
een passagekaart t" vroeg
de ander.
„Helaas neeD, ik b8n hier al» slacht
offer van een ongelukkig toeval en ge
heel tegen mijn zin."
„Het spgt mij zeer, meneer, maar dan
moet ik u volgens de scheepsvoorschrit
ten gevaogen nemen.
„Maar dat is immers niet noodig
riep ik uit, „ik kan met den loods wel
weer naar wal gaan."
„U treft het zeer slecht, meneer, want
de loods gaat niet meer van boord. Hg
gaat met ons naar de Antillen, om eene
erfenis in ontvangst te nemen. Genoeg
gepraat. Volg mg naar het cachot 1"
„Maar u schertst toch zeker 1"
„Volstrekt niet!"
En of ik al tegenspartelde als een
waanzinnige het hielp mg niets: twee
stevige matrozen; pakten mij beet en
stopten mg in een benauwd hok, zonder
licht of lucht, ergeos iu het ruim.
O mgn gezellige kachelO, Pluto O
mgn pijp! O, mgn pantoffels
„O meneer Filard, mijn dankbaarheid
is grenzeloos."
Wg gingen samen naar de salon en
daar gebruikte ik mgn eenigen rgksdaal-
der, om met mija weldoener eene heele
reeks bittertjes te drinken, want dat dnrf
ik zeggen gierigheid is geen gebrek
van mij.
Hij was een wonderlijk mensch, die
Filard. Hij sprak over niets anders dan
over den moord op den commissaris van
politie. „Een hardvochtige kerel was
bet," zei hij, „en hij heeft zgn ver
diende loon. In de plaats van den moor
denaar zou ik ook zoo hebben gedaan,
u
„Ik niet, ik ben een schaap wat
mijn karakter betreft en ik hond van
rust."
Een andermaal richtte bij van onder
zgne wenkbrauwen een doorborenden
blik op mij en zei met een zware stem
„De justitie is er zeker van, dat de
moordenaar aan boord van een bcot is
gevlucht. Maar zij houdt een oog open....!"
En dan sperde bij zijoe oogen zoo wijd
open, dat ze op dankvensters geleken."
Soms liet hij mij een klein album zien,
vol met portretten va 1 ter dood veroor
deelde boeven. Aan het einde daarvan
was een coquette guillotine geteekend,
met den wagen en de mand en daar
naast hot portret van Deibier, den beul,
ten voeten uit benevens dat van zijne
helpers. Met een bgoa kleingeestige
nauwgezetheid logde hij mg uit, hoe dat
machinetje werkle, altgd met zgne groote
oogen wijd opeogesperd. t Is zeker
een Engelschman," dacht ik, „maar hg
is stellig niet wel bg zgn verstand."
Ia mijn droomen zag ik niets anders
dan dat akelige werktuig. Maar vriend'
schappelijk was hij. Op zekeren dag grijp
ik bij ongelak een rondslingerend touw
vast, een rukwind doet mg hoog tegen
den mast aanbonzsn.
„Houd je flink vast I" roept hg, en
ik klem mij aan het touw en hij klautert
op de ra, weet mg to grgpen en draagt
mg, daar ik te duizelig was om zelf
naar beneden te glijden, naar beoeden.
„Voor altgd je vriend, op leven en dood!"
roep ik en druk zgn beide handen vast
in de mijne.
„'tls niet de moeite waard, beate vriend."
antwoordde hg eenvoudig.
Nu zult gg mij toevoegen, dat ik toch
wel mijne passage had kannen betalen.
Maar dat was het nu juist, dat kon
ik niet. Ik ben niet gewoon bankbiljetten
van duizend francs in mijn zakken te
dragen. Ik had in mg0 vestzak eéorgks-
daalder, geen knoop meer.
Ik verzeker u dat mgne overdenkingen
verre van plezierig waren, terwgl ik daar
zat in het donker, te midden van potten
met verf en met teer, overgeleverd aan
zeeziekte en met geen ander gezelschap
dan een troep ratten die zoo familiaar
waren, dat mgne zakken er vol van
waren. Ik kon niet gaan zitten zonder er
een paar dood te drukken.
Mgn marteling duurde precies 24 uren.
Na verloop van dien tijd kwam de kleine
dikke mij uit mijn hok halen en bracht
mij bg den langen magere. „Meneer wil
uw passagegeld betalen," zei de dikke,
„gg moogt hem wel dankbaar wezen!"
„Mijnheer?" vroeg ik.
„Mgn naam is Filard, om u te die
nen," zei de langere magere met een
buiging.
1IAAULEHMËU HALLETJES.
Ben Zaterdagavondpraatje.
CXXXII.
De redactie van dit blad ontving gis
teren van een harer geabonneerden het
navolgende schrgven, dat de inzender
als ingezonden stuk wenschte geplaatst te
zien. Daar hg echter waarschgnlgk geen
voorkeur heeft voor een bepaalde plaats
in de courant en tevreden zal zgn, wan
neer zgne opmerkingen onder de oogen
van het publiek komen, volgt het stuk
hier
Aan heeren winkeliers te Haarlem.
Ingevolge de uitnoodiging aan heeren
winkeliers in Nederland tot teekenen
van een adres voorkomende in Haarlem's
Dagblad van 6 April 11., zou ik heeren
winkeliers te Haarlem wel in overwe
ging willen geven dat adres niet te
teekenen en indien de west-europeesche
gordeltgd wordt ingevoerd, eenvoudig des
avonds een uur vroeger te sluiten nl.
ten 9 uur.
In plaats 20 minuten schade aan
kuastlicht zullen we dan 40 minuten
voordeel hebben en door veeljarige on
dervinding als leverancier voornamelijk
in den deftigen stand heb ik de volle
overtuiging, dat die maatregel niemand
zal schaden al blgft de tgdrekening
zooals die nu is.
Café'8 en dergelijke inrichtingen maken
hierop uitzondering, doch waarom ver
hitten wg onze winkels des zomers een
uur langer met kunstlicht dan noodig
is en hoe weinig zaken worden in den
winter nog na 9 uur afgedaan in den
regel.
Hte publiek is steeds meegaande waar
In volle zee ontmoetten wg een stoo-
mer, die naar St. Nazaire ging. De ka
pitein daarvan wilde ons wel opnemen,
want Filard wilde mg niet meer ver
laten, die goeie Filard, en zoo gingen
wg op dien stoomer over. Filard betaal
de voor ons beiden en eindelgk kwamen
wij zonder noemenswaardige gebeurtenis
sen in mijn woonplaats aan. Toen ik de
sluizen weer zag en bedacht, dat ik mgne
vrienden er weer zou zien wandelen, de
sigaar in den mond, de handen in de
zakken en den stok onder den arm, toen
stroomde mgn hart over van dankbaar
heid. „Beste Filard," zei ik, „nu zal
ik je dan eindelgk mgn dankbaarheid
kunnen toonen."
„Integendeol, ik betuig u de mijie,"
beste Galurin. Dank zij u zal de detec
tive Filard van avond een premie van
5000 francs ontvangen."
„Hé wat zei ik. Ik was hoogst ver
baasd.
Filard knipte met de oogen.
„Komaan grappenmaker, erken nu maar
dat jij het bent
„Ik wat ben ik
„Wel, de moordenaar van den politie
commissaris."
yZeg eena, Filard, ben je gek ge
worden
Hg antwoordde mg niet, maar riep
een agent van politie en wees op mij.
„Wel kgk," zei die brave man; „ia
u het, meneer Galurin Nu, u hebt ons
handen vol werk gegeveD. We dachten
allen, dat u vermoord waart en er wordt
in de sluizen naar uw lijk gedregd
Filard vloekte vreeselijk, keerde zich
om en liep weg, den echten moordenaar
achterna, denk ik.
Ik schrgf ait bg de warme kachel,
met mijn warme pantoffels aan de voeten
mgn oude pgp in den mond. Pluto
ligt naast mijn stoel te dutten.
O, heerlijk tehuisVan mijn leven
krijgt men mij niet weer op een boot
ri adiköeurien dar Nad. Herv. Kerken
TE HAARLEM
op ZONDAG 10 April 1892.
Groote Kerk
Voorm. 10 ure, Moeton. Avondmaal.
Nam. 2 ure, Barbas Dankzegging.
'a Avonds 6 ure, van Lennep. Dankzegging.
Maandagavond 8 ure, Knottenbelt.
Voorbereiding.
Nieuwe Kerk
Voorm. 10 ure, Swaan. Avondmaal.
Jam-Kerk
Voorm. 10 ure, Veen Vrije beurt.
Üakenesser Kerk.
Voorm. 10 ure, Hoog. A.ondmaal.
Eglise Wallonne.
Dix hcures, Debry.
Confirmation des uouveaux membres.
linmteuy/t Gere/ormeoide Gemeente
Gedempte Oude Gracht.
Voorm. 10 ure, 's Av. 5 ure, Mulder.
Klein Heiligland.
Voorm. 10 ure, s Av. 5 ure, Schotel.
Luthersch a Kerk.
Voorm. 10 ure, Mees
Bevestiging en Doop van nieuwe leden,
's Avoüds 6% ure, Poolman.
Bevestiging vaa lidmaten en Voorbereiding.
Kerk der Yereemg de Doopsgezinden.
Voorm. 10 ure, de Vr.es. Avondmaal,
's Avonds 6 ure, Hesta. Dankzegging.
Reuunstrantsche Kerk.
Voorm. l'J ure, Tideman.
Bevestiging van nieuwe leden met mede
werking van bet Zing koor.
Kerk der Broedergemeente.
Voorm. 10 are, Weiss. Lijdensgeschiedenis.
Maandagavond 8 ure, Weiss.
Dinsdagavond 8 ure Weiss.
Woensdagavond 8 ure, Weiss.
Voorbereiding.
Donderdagavond 8 ure, Weiss.
Noorder kerk Ridderstraat.)
Voorm. 10 ure, 'a Av. 6 ure, J. Langbout.
Openbire belijdenis en doopsbediening.
Vrijdagavond 7% ore, J. Langhout.
Donderdagavond 7% ure, H. Waardenbarg, Bij bell,.
Zaterdagavond 7% ure, B. vau Zweden, BijbelL
landvoort.
Voorm. 10 ure C. Barneveld.
Bevestiging van lidmaten.
Nam. 2 ure, C. Barneveld.
Voorbereiding en Doopsbediening.
V A li I A.
het in het belang is van velen en wan
neer er eensgezindheid is onder HH.
winkeliers, zullen als het regel is 9 uur
sluiten evenveel zaken afgedaan zijn als
nu ten 10 uur.
Onder beleefde dank aan
de redactie.
Een Winkelier te Haarlem.
Nu zal de geachte inzender mg zeker
wel toestaan, een en ander over zgn
voorstel in het midden te brengen. Ten
eerste is het niet het eenige voordeel
van het adres van professor Hubrecht,
dat de winkeliers des avonds minder
licht zullen moeten gebruiken er zgn
ook nog andere voordeelen verbonden
aan het plan van den professor om den
tijd met 40 minuten te vervroegen.
Wg Nederlanders leven over het alge
meen laat, staan laat op en gaat laat
aaar bed. Wat wij dos winnen als wij
volgens professor Hnbrechts plan, den
midden-duitschen tijd krggen, is40
minuten langer daglicht. Zoo zal bgvoor
beeld een zomeravond vergeleken bg de
tegenwoordige tgdrekening veertig minu
ten langer duren.
He jeugd die des middags uit de
scholen komt, wint 40 minuten aan dag
en zonlicht, om van de onderwijzers nu
niet te spreken. Behalve misschien de
eigenaar van een gasfabriek, zal iedereen
toch liever in daglicht, dan bg kunst
licht leven en door het plan van pro
fessor Hubrecht verlengen wg dus het
daglicht en verkorten het kunstlicht met
veertig minuten,
Ik weet wel, dat daartegen over staat,
dat de menschen die voor hun arbeid
vroeg opstaan, veertig minuten langer
kunstlicht moeten gebruiken. Groote
fabrieken, die des morgens zeer vroeg
aanvangen, zullen derhalve een deel van
het jaar ietwat meer licht verbranden,
Nederd. Herv. Kerk.
Bennebroek.
Voorm. 10 are, J. A. Gertb van Wijk,
Beverwyk.
Voorm. 10 ure, J. C. Boon.
Evang Luthersche Kerk.
Voorm. lü ure, K. A. Gonlag.
üooosgezinde Kerk.
Voorm. 10 ure, J. Sepp.
Bloemendal»!
Voorm. 10 ure, J. D. van Arkel.
Heemstede.
Voorm. 10 ure, Kuylman.
Itïllegom.
Voorm. 10 ure, M. Bucbli Fest.
Bevestiging van lidmaten,
flloutryk en ft"olanen.
Voorm. 10 ure, C. van Koetsveld C Fz.,
Nam. 1J£ ure, Zondagschool.
Santpoort.
Voorm. 10 ure, J. van Loeneu Martinet.
Spaaradam.
Voorm. 10 ure, T. Hoog.
Avondmaal.
Velsen.
Voorm. 10 ure, H. Waardenburg.
Bevestiging van lidmaten,
'a Avonds 5 ure, H. Waardenbarg.
's Avonds 7% ure, B. van Zweden, Evangeliever
maar dat halen zg door de bezuiniging
op den avond gemakkelgk in. Op werk
plaatsen begint men in den regel des
winters niet voor zeven uur en slechts
korten tijd van den winter komt de zon
later dan 7 uur op.
Nu stelt de inzender van bovenver
meld stukje voor, dat de winkeliers een
parig zullen sluiten des avonds te negen,
inplaats van te tien uur. Ik zou zulk
een maatregel van heeler harte toejuichen.
Waartoe dient het, dat een winkelier die
den ganschen dag onafgebroken gelegen
heid geeft om in zgn magazgn te
koopen, al zijn vrgheid prijs geeft
door tot tien uur open te big ven Wat
hg in dat laatste uur verkoopt, is (de
St. Nicolaastgd uitgezonderd) van weinig
beteekenis en het publiek heeft gelegen
heid genoeg om zich tusschen des mor
gene acht (of negen) en des avonds
negen uur van het noodige te voorzien.
Te negen uur sluiten zou een weldaad
zijn voor den winkelier, die den ganBchen
dag aan de toonbank als het ware ge
kluisterd is en evengoed als ieder ander
mensch, behoefte heeft aan eenige ont
spanning.
Ik zou evenwel willen vragenwaar
om heeft men het al niet lang gedaan
Met het invoeren van den nieuwen tgd
heeft de maatregel van te 9 uur sluiten
niet rechtstreeks te maken. Men kan
ook bij de tegenwoordige tijdrekening
zeer goed te 9 uur sluiten en het voor
deel daarvan voor hen die winkelzaken
doen, ligt zdo voor de hand, dat men
vraagt: „waarom is het al niet lang
Wat een redacteur zoo al te slikken krijgtc
De man, die 't ieder naar den zin
maakt, moet nog gevonden worden. Door
velen wordt echter verlangd dat een redac
teur zoo'n man is. Dat vinden wij in de
volgende mededeelingen uit de portefeuille
van een der bladen bewaarheid
1. Wanneer zal u toch eens met dat
gezanik over de waterleiding ophouden#
Uw leaers verveelt het reeds lang. Uw
abonné P.
2. Wanneer krggen wij nog eens een
artikel over de waterleiding Of denkt
de redactie daaraan heelemaal niet
meer? X.
8. Ala u niet zorgt, dat nw courant
beter op tgd komt, zeg ik mijn abonne
ment op.
4. Uw courant moet 't laatste nieuws
ook opnemen, anders neem ik liever de,..,
die altijd telegrammen geeft.
5. Het papier van uw courant is zo©
dun, dat men de artikelen op de andere
;gde aan den voorkant kan lezen. Kan
dat niet veranderen
6. Mgn vrouw gebruikt de ou1!© cou
rant om worst in te draaien. Kunt u
mgn courant niet wat minder vet druk
ken?
7. Laat die zwetsredeneeringen over
hooge politiek, die niemand leest, toch weg.
Lever liever een landbouw-artikel 11
De artikelen over het mesten van
varkens zgn goed voor bniten. Uw
courant mag er wel aan denken, dat
zijn 300 abonnés in de stad aan die
varkensartikelen bedroefd weinig heb
ben.
9. Uw overzicht over de verkoopin-
gen is goed; kan u daarbg ook nog niet
de verhoringen van meiden en knechts
opnemen Dit zon van veel belang zijn
voor alle dienstboden, die uw courant
allen lezeD.
10. U bespreekt de gebeurtenissen op
politiek gebied niet uitvoerig genoeg.
Denk daar eens aan
11. Ik doe aan geen politiek; waf
kunnen mij die politieke tinnegieters
schelen, die uw redacteur zelf niet ga-
loof t
12. Waarom brengt u geen weer-
profetieën meer Ik weet wel, dat zg
niet veel om de hakken hebben, maar
zg zgn wel aardig.
13. Mr. de redacteur, wie schrgft
toch, in vredes naam, die dolle artikelen
over het weer Meent u, dat iemand
daaraan gelooft Geef liever een over
zicht over de windrichtingen, zooals
de Hollandsche bladen.
14. Bij uwe bekende bereidwilligheid
verzoek ik u, ook de nieten der loterij
op te nemeD. U zal daardoor velen ver
plichten.
15. Wie heeft u toch aan de loterg
geholpen? Het loten werkt slecht op
volkLaat ze liever sparen en schrijf
er tegen.
16. Wat hebben uw lezers aan die
vervelende reeks cijfers der Staatsloterij?'
Zet er liever een mooien roman voor in
de plaats.
17. Dat vrgen en trouwen is schering
inslag in uw feuilletons. Neem ook
eens iets anders op, bijv. een weten
schappelijk feuilleton.
Mg dnokt: omdat men heeft ingezien,
dat het in de praktijk niet uitvoerbaar
is. Ik ban mij voorstellen, dat op een
dorp bg voorbeeld twee sigarenhandelaars
zouden afspreken, na 9 uur niet meer
te verkoopen, maar in een stad waar
zoovele tientallen een zelfde vak uit
oefenen, is een dergelgke maatregel moei
lijk uitvoerbaar.
Eenige jaren geleden heeft men in de
Kalvtrstraat te Amsterdam dezelfde po
ging gedaan. Ze is niet gelukt. Waarom
niet? Ja, omdat men wel wilde en toch
ook weer niet wilde. Men vreesde, dat
de klanten naar een concurrent zouden
gaan, die wel niet in de Kalverstraat
woonde, maar zgn winkel tot 10 uur
open hield.
Nu zal de geachte inzender antwoor
den, dat wg hier geen Kalverstraat
hebben en dat men al de winkeliers in
Haarlem er toe moet zien te bewegen
Maar stel nu eens (en dat is zeer goed
denkbaar) dat in elk vak éen winkelier
een maar, niet met het plan meegaat,
omdat hij toch niet nitgaat, of omdat hg
gewoon is een goeden klant na 9 uur
te helpen dan zal zoo iemand den
maatregel voor iedereen onmogelgk ma
ken, want zij die wkl willen, zullen
zeggen: „ja, als hg niet te 9 uur sluit
doe ik het ook niet."
Ik herinner mij, dat nog niet zoo heel
lang geleden eene beweging op touw
werd gezet, die ten doel had dat de
winkeliers in tabak en sigaren des Zon
dags hunne winkels zouden sluiten. Na
een paar vergaderingen is de eaak blij
ven rosten, omdat niet iedereen te be
wegen was om er aan mede te doen,
Zoo zou, geloof ik, het plan om ge
regeld te 9 uur te sluiten, op diezelfde
wgze en om diezelfde redenen schipbreuk
lgden. Zoo ik het te donker inzie, zal
mij dat aangenaam wezen, want ik gun
den winkelier die een langen en ver-
moeienden dag achter den rug heeft,
gaarne een paar uur ontspanning.
Over den nieuwen tgd zal ik verder
maar niets zeggen, er is wezenlyk al
zooveel over geschreven, dat een mensch
over de verschillende voorstellen meer
in de war raakt, dan het invoeren van
den nieuwen tgd zelf hem in de war zal
brengen.
Toch zal ik het over tijd hebben.
Waarvoor is het in deze dagen de tgd?
om zich te verheugen in den terugkeer
van de heerlijke lente, om te gaan kgken
naar de hyacinten die zoowaar nu al in
bloei staan om zich voor Paschen te
tooien met nieuwe kleeren. En als ik
vraag„is het ook niet de tgd, om
nogeens weldadigheid te bewgzen aan
hen, die dat noodig hebben dan zult
ge mg uitlachen en antwoorden „maar,
mgn goeie man, de winter is toch voorbg
en er is in 't voorjaar volop werk. Onze
steun voor de armen is nu niet meer
noodig 1"
Toch wel, hg is wel noodig. In het
jaarverslag van de vereenigiüg „Welda
digheid naar Vermogen" wordt er de
aandacht op gevestigd, dat onder
ondersteunde gezinnen (620 in getal)
zich 275 weduwen bevinden, die geen
kostwinner meer hebben en tal yan
zieken, gebrekkigen on ouden van dagen.
Deze allen kunnen ook des zomers de
hulp van de Vereeniging niet ontberen,
Komaan dan, laat ons de armen die
wij in den winter helpen, in den zomer
niet in den steek laten. In de schoone
natuur blikt ons de liefelgke zon zoo
vriendelgk tegen door een kleine gave
kunnen wg ook het zonnetje van binnen
ontsteken in de harten der behoeftigen.
Laat ons in dit liefdewerk niet achter
blijven
FIDELIO.