NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
9e Jaargang:.
Zaterdag 16 April 1892.
No. 2695.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTED TIÉN:
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLET ON
RUBY.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Geïllustreerd Zondagiblad 3 0,30.
Afzonderlijke nummer»0,05,
Dit blad «erschjjat dagelijks, behalve op Zon- ea Feestdag*®.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. TelefeoaBuamer 133,
1—5 re#ek 50 Geste; iedere regrel meer 10 Geste
Gr»§t§ leiterg staar pi*ater*i»te
Bij Abo&aes&ffi&l MSiUmlijk y&fcal
$r& Advestestüës worden aasgeRORe» dec-
sg«nt«& éoet élk hoekhaBdeisFea courants»?
Directeur-Uiteer J, PfBXBIBÖOM,
Hoofdagenten toot het Buitenland: Compagnie Gfeérale de lailieU ütranfir» $i L. b* f JU JöxM, &*ee.} I&jjt 2**hwf
Het bijvoegsel van het blad dat
Zaterdagavond verschijnt, zal bevatten:
Het verhaal van den Pathan uit het
Engelsch van Rudyard Kipling.
Raarle?nmer Halletjes No. CXXX11I.
Binnenen Buitenlandsche berichte::,
Varia Kleine advertentie'n uil
het BlaadjeNo. XIV. Adver
tent iën enz.
Haarlem, 15 April 1892
Donderdagavond trad in de rotonde
van 't Museum van Kunstnijverheid
voor de afö. Haarlem van de Nederl.
Maats, ter bevordering van Nijverheid,
op de heer C. W. H. Verster, heral
dicus te Leiden, met eene rede over
„Middeneeuwsche kunst in *talgemeen
en miniatuur versieringskunst in 't bi
zonder.
Spreker verdeelde zijn rede in twee
deelen. Vóór de pauze sprak hij over
de middeneeuwsche bouwstijlen, ©ver de
gothiek vooral en over de renaissance;
na de pauze behandelde hij de minia
tuur-versieriogskunst, en hoe deze werd
beoefend door greote artisten, de toen
genaamde iiluminateurs of verluehters.
Zijn rede werd besloten door de voor
lezing van de kritiek van Staphorst in
de Nieuwe Gids over de schilderij van
Floris Derkinderen, eene proceseie voor
stellende.
Spreker had een groot aantal platen,
afbeeldingen en boeken medegebracht,
die men in de pauze kon bezien.
Alles aan deze voordracht verbonden,
was eigenaardig. Eigenaardig was de
voordracht zelf, ietwat fragmentarisch
misschien, maar daardoor juist te meer
een iutiem karakter dragende; eigen
aardig ook de rotonde, smaakvol tot
gehoorzaal ingericht en verlicht door
een drietal prachtige kronen, door den
heer J. T. Cremer welwillend ter leen
gegeven.
De conservator van het Museum, de
heer Ed. ven Saher, zergde in de pauze
voor eene aardige verpoozing. Door
zijne bemoeiïDg was de oud-hollandsche
kamer, die ingericht is uit het legaat
van den heer Van Vollenhoven, met
kaarsen verlicht, hetgeen een merk-
waardigen indruk maakte, temeer om
dat de wit marmeren gaüg,
deer moet voor men de kamer be
reikt, met roode lampions trefiend
maar fel, was verlicht. In de kamer
werd den aanwezigen een kop thee
aangeboden.
Voor deze eigenaardige verrassing
©ntvange de heer Von Saher hier een
woord van dank.
Naar wij vernemen, zijn de volgende
voorloopige candidaten op de lijst van
de kiesvereeniging „Vcoruitgang" ge
bracht, ter vervulling van vier vacatures
in Provinciale Staten. Drie daarvan zijn
ontstaan door de periodieke aftreding
van de heeren mr. E. A. Iordens (lib.).mr.
Van Waterschoot van de Gracht (r. k.),
Amsterdam, en G. B. 't Hooft (a. r.), te
Haarlemmermeer.
De voorloopige candidaten zijn: Mr. E.
A. Iordens, A. de Clercq, mr. J. de Clercq
van Weel, mr. Joh. Enschedé Jr., J.
H. M. Evelein, Haarlemmermeer, P.
Goedkoop Dzn., mr. A. Kist, D. Mijs-
berg, Beverwijk, J. Sabelis en F. W.
C. H. baron van Tuyl van Seroosker-
ken te Velsen.
Mr. E. A. Iordens is in al de 6 af-
deelingen van „Vooruitgang" met alge-
meene stemmen candidaat gesteld.
Dinsdag e. k. vergadert de kiesver
eeniging, om uit bovenstaande heeren
definitief vier candidaten te kiezen tot
besetting der vacante plaatsen.
Door den heer Fr. Liettinck, lid van de
Tweede Kamer, zijn aan het kwartet
Lore ey alhier, voor den aanstaanden
nationalen kwartetten-wedstrijd vier zil
veren medailles als blijk van sympathie,
vereerd.
Hedenmiddag waren wij in de gele
genheid de hyacinten-pronkbakken in
het etablissement van de firma E. H.
Krelage Zoon, te zien. Wij komen
daarop nader terug.
Donderdagavond had in de boven
zaal van de „Vereeniging" de aange
kondigde bespreking plaats van „den
Gordeltijd", door den heer N. P. Kap-
teyn van Amsterdam. Als inleiding
hiertoe diende eene kerte bespreking
der beweging voor
van het ontstaan
het invoeren van een eenheid in maten, behoort
gewichten en een munt, welke beweging gordel, welke zich 7^ ten oosten en 7^ ten
die men'zich natuurlijkerwijze krachtiger open- j westen van Greenwich uitstrekt, terwijl
baarde, naarmate de handel en hei
verkeer met vreemde landen meer
toenam, en dus de bezwaren van een
ongelijken standaard zich meer deden
gevoelen.
Het vraagstuk van den tijd is echter
eerst in de laatste 50 jaren te berde
gebracht.
In het Korte overzicht, dat de spreker
gaf van de geschiedenis van den tijd,
deelde hij mede, hoe vóór het bestaan
van uurwerken de menschen den tijd
slechts berekenden in verschil van dag
en nacht, om die later ieder in 12 uur
te verdeelen. De fouten van zulk een
gebrekkige tijdrekening kwamen na
tuurlijk bij het gebruik van uurwerken
scherper uit.
Eerst in de 16e eeuw ging men tot
den grooten stap over om den tijd der
uurwerken te regelen naar den middag,
wanneer de zon in het zuiden staat.
Die berekening is echter niet zuiver,
vandaar de bepaling yan een zuiveren
en een middelbaren tijd. Alvorens over
te gaan tot de bespreking van het
wenschelijke om in ons land den west-
europeeschen tijd dan wel den midden-
europeeschen tijd in te voeren gaf de
heer Kapteijn een verklaring van het
geen wij onder localen tijd te verstaan
hebbeD, wat door hem met platen werd
verduidelijkt. Het streven naar een
gelijken tijd heeft zich het eerst geopen
baard in het aannemen van een gelijken
tijd voor de spoorwegen in ieder land
afzonderlijk. Het plan ©ra over den
ganschen aardbol een zelfden tijd aan
te nemen ward als te groote bezwaren
opleverende, zeer spoedig verworpen.
Op het algemeen congres te Washington
gehouden is men overeengekomen om
tusschen twee meridianen, die op 15°
afstands over den aardbol zijn getrokken
denzelfden tijd aan te nemen, en de
eerste meridiaan te trekken over Green
wich; vandaar nu het ontstaan van die
beweging in ons land over den gor
deltijd. De aarde is in 24 gordels
verdeeld, en hebben dus twee gordels
aan elkaar grenzende een verschil in
tijd van één uur. Met het oog op de
grenzen van sommige landen spreekt
het vanzelf dat die tijden met eenige
speling worden ingevoerd. Ons land
volgens zijne ligging tot den
de amsterdamsche klokken 20 minucen
later aanwijzen dan die van Greenwich.
Bij de spoorwegen nu zal met 1 Mei de
west-europeesche tijd worden aangeno
men en dus de klok 20 minuten ach
teruit worden gezet. Uit een economisch
en hygiënisch oogpunt zou het voor
ons groote nadeelen opleveren indien
wij dien tijd ook in het burgerlijk leven
invoerden, wat door den spreker duide
lijk werd gemaakt door tot voorbeeld
te nemen iemand die des morgens om
8 uur opstaat en zich te middernacht
ter ruste begeeft.
De heer Kapteyn eindigde met een
korte bespreking van het plan van prof.
Hubrecht om ons bij den midden-
europeeschen tijd aan te sluiten, en op
die wijze 40 minuten te winnen, welk
plan veel sympathie vindt en volgens
hem ook door de regeering. en de
spoorwegen goed wordt opgenomen.
Een der bestuursleden van „Volks
belang" sloot de bijeenkomst en bracht
den spreker haar dank over, tevens de
vrij talrgk aanwezigen opwekkende om
te teekenen op de ter vergadering aan
wezige lijst, en aldus hunne adhaesie te
betuigen voor het plan om op die wijze
bij de Regeering aan te dringen tot het
aannemen van den midden-europee-
schen tijd.
Hedenmorgen ten 10 ure is brand
uitgebroKen in de werkplaats van den
meubelmaker W. F, Schouten, gelegen
aan de Zoetestraat no. 44 vermoedelijk
ontstaan door onvoorzichtigheid van een
der werklieden bij het aansteken van
een pijp waarbij hg de lucifer heeft
weggeworpen. Eenig materieel en meube
len zijn verbrand maar alles is verzekerd.
De brand werd spoedig ontdekt en is
gebluscht door de politie met haar
slangen wagen.
Heden morgen heeft ten huize van
den Heer G. L. van Lennep woonachtig
aan den Dreef no 4 een schoorsteen
brand plaats gehad, ontstaan door het
te fel stoken van de kachel. De brand
is door een schoorsteenveger gebluscht.
De slangenwagen is nog derwaarts ge
zonden maar heeft geene diensten ver
richt.
De twee inwoners van Stekene, die
onder Haarlem in hechtenis waren ge
nomen en Maandag met de wed. Die-
leman onder Zaamslag geconfronteerd
werden, zijn weder in vrijheid gesteld.
Graan- en Zaadmarkt gehouden te
Hoofddorp Haarlemmermeer, 14 April
1892; Witte tarwe 5.90, k f 8.20,
Rogge ƒ6.k f6.60, Haver ƒ6.25
ƒ7.15, Chevaliergerst 4.75 ƒ5.25,
Wintergerst 4.f 4.50, Zomergerst
ƒ4.Duivenboonen ƒ6.85 f 7'1
Paardenboonen ƒ6.ƒ6.15, Bruine-
boonen ƒ8.f 9.15, Groene erwten
ƒ6.25 9>2°> Kanariezaad ƒ5.75
f6.-.
HaarlemZandvoort Spoor w eg-Maat
schappij. October 1891.
Opbrengst reizigers 1738.43.
idem goederen 375-33%»
Te zaraen 2113.76X.
Per dag en per kilometer 8.02
Het Dagblad spreekt tegen
de juistheid der berichten, die nog
dagelijks in de buitenlandsche pers en
in navolging daarvan in de nederland-
sche bladen voorkomen, over reisplan
nen van de koninginnen naar Duitsch-
land en meer in 't bizonder naar
Berlijn.
Omtrent een aanstaand bezoek, te
Berlijn of te Potsdam te brengen, is
tot dusver niets hoegenaamd bepaald
en dit is zelfs nog onzeker.
Mocht; dit echter plaats hebben, dan
zal nog moeten worden vastgesteld of
het zal geschieden in dit vooijaar of in
't najaar, terwijl voor dit geval het be
zoek niet langer dan twee dagen zou
duren.
Naar aanleiding van de
klacht over het weigeren door de post
ambtenaren van op kaartpapier ged rukte
stukken waarop op de adreszijde de
naam van den afzender of andere ge
drukte mededeeiingen voorkomen, deelt
men mede, dat de nieuwe instructie der
postambtenaren luidt
,Op kaartpapier gedrukte stukken,
kunnen zonder omslag of strook verzon
den worden.
Op de eene zijde, uitsluitend voor hot
39)
HOOFDSTUK XXIV.
(Slol.)
Marmaóuke Harbottle van Harbottle Hall, vrederechter van het
graafschap Kent, had een hoog-denkbeeld van zichzelf, en was
gewoon met veel ontzag te -worden behandeld. De wijze, waarop
de rechter hem toesprak, beviel hem volstrekt niet, en hij ant
woordde tamelijk scherp:
„Ik kan niet nalaten, mijnheer, te veronderstellen, dat gij beter
de 'waardigheid van de rechtbank zoudt ophouden, als gij jegens
anderen een weinig van die beleeldheid aan den dag legde, die
gij voor uzelf eischt. Ik deed mijn plicht evenals gij, naar ik
veronderstel, in dienzelfden tijd den uwen vervuldet."
,Wat hebt gij met mijn plicht te maken?" riep de rechter
vertoornd uit.
„Ik veronderstel, dat gij beproefdet een onschuldig man te
doen veroordeelen, terwijl ik trachtte hem te redden," was het
antwoord. „Ja, mijnheer, ik kom hier als een eerlijk man om te
getuigen en verkies niet onbeleefd behandeld te worden door
eenig lid van de rechtbank. Als gij mij wilt veroordeelen, dan
zal ik mij op het Hoogerhuis beroepen, en gij weet zeer goed,
dat ik daar goede vrienden heb."
Baron Hempley was hiervan inderdaad volkomen op de hoogte
en was nu evenals alle schreeuwers door een Hinken tegenstand
dadelijk onderworpen; hij viel in zijn stoel neer en gaf den ge-
tuige een teeken om voort te gaan.
Nadat de rechter den eed had afgelegd, gaf hij een gelijke
verklaring van het gebeurde als van Grootz, haalde teen een
papier uit de zak en zeide „Dit is het getuigenis van Matthew
Shapland, dat naar behooren geteekend en gezegeld is.'
Ver
volgens overhandigde hij het aan den griffier der rechtbank, die op
een teeken van den rechter het volgende las:
,,Ik Matthew Shapland, eigenaar van den logger „Saucy
Sarah", doe uit vrijen wil deze bekentenis, opdat ze door
een ieder gelezen zal kunnen worden. Op den avond van
den i6en Juli was ik onder de smokkelaars, die een groote
hoeveelheid smokkelwaar van de kust naar hunne schuilplaatsen
in het binnenland vervoerden. Het was een zeer donkere en
stormachtige nacht en wij werden niet door douanen in ons werk
gehinderd. De kapitein van de bende beval mij eene zijweg
in te slaan om te zien of er ook spipnnen in de buurt rond-
zworveü. Evenals de andere mannen, had ik veel gedronken;
ik zat echter nog vast in den zadel. Toen ik daar zoo alleen
voortreed, werd ik een weinig prikkelbaar door den drank,
de eenzaamheid en het onweer en allerlei vreemde geschie
denissen, waarvan ik wel eens gehoord had. Eensklaps
hoorde ik eene stem uitroepen„afgewezen l ik zou
mijne ziel wel willen verkoopen, als ik mij daarmee
op hem kon wreken en wou mijn leven geven als
ik hem daardoor van het zijne kon berooven I" Toen hoorde
ik een gil en bijna op hetzelfde oogenblik kwam eene ge
daante, wier lang, zwart haar in den wind fladderde, uit de
duisternis op mij toesnellen. Ik was door deze verschijning
erg gesohrikt evenals mijn paard, dat hevig begon te stei
geren en mij bijna uit den zadel wierp. Ik haalde een pistool
uit mijn gordel en voegde de vrouw toe„blijf staan of ik
schiet u neer;" ze scheen mij evenwel niet te hooren en kwam
naderbij tot zij op den rand van de groeve stond, toen eerst
scheen zij my te zien, en terwijl zij haar arm ophief, maakte
zij eene beweging om te naderen. Mijne tanden knarsten,
en terwijl ik mijne oogen sloot, haalde ik den haan van
mijn pistool over. Ik hoorde een gil en toen ik ragne ©ogen
weer opende zag ik, dat de vrouw neergeveld lag aan den
kant van de groeve. Eensklaps verdween de gedaante en
ik hoorde een hevigen val op de steenen op den bodem
van de kuil. De vreeselijke gedachte kwam bij mij op, da
ik haar gedood had, en ik zat nog te bedenken, wie het
zijn kon, toen mijnheer Landsberg kwam aanloopen. Dol van
den drank en van de wroeging over wat ik gedaan had,
wilde ik hem neersabelen, toen hij een pistool op mij af
schoot. De wonde door den kogel veroorzaakt, was doode-
lijk; ik lig nu op mijn sterfbed, maar ik moet bezweren, dat
hij het uit zelfverdediging deed."
Dit dokument was behoorlijk door Marmaduke Harbottle ge
zegeld en onderteekend door Matthew Shapland en Jozef van
Grootz.
„Dit is mijne verdediging, mijnheer," zeide Karl Landsberg
zoo luid, dat men het zelfs achter in de zaal kon hooren.
Baron Hempley keek zeer kwaadaardig en sprak geen woord.
De rechters gingen nu dadelijk met elkaar raadplegen en toen
de hootdrechter verklaarden, dat zij gereed waren klonk de
uitspraak„Onschuldig."
Onder de toejuichingen der menigte, deelde baron Hempley
zonder eenige gelukwenschen, den gevangene mee, dat hij de
gerechtszaal kon verlaten; Karl ging nu met zijne schoone vrouw
aan den arm den gang door naar het rijtuig, dat van Grootz had
laten wachten.
Velen wenschten hem geluk en reikten hem de hand, maar
Karl antwoordde slechts door een paar koele woorden van dank
en eene buiging, want hij vond, dat zijne zoogenaamde vrienden
hem te haastig veroordeeld hadden.
„Gaat mee, kinderen," zeide van Grootz. „Het verhoor heeft u
beiden ontroerd. Gaat met mij naar het zonnige zuiden. De plaats
mijner bestemming is nu Tanger, daar zult gij de menschen
hartelijker vinden. Sluit uw huis voor een poosje. Paula von
Klipspohr slaapt reeds onder een fraai witmarmeren monument^
dat uwe vrouw, niettegenstaande al haar verdriet en angst op
haar graf heeft doen plaatsen. Ga mee, en bedenk, dat uw ge
luk zal voortduren zooals het begonnen is, daar gij de gelukkige
bezitter van een onschatbare Robijn (Ruby) zijt."