POLITIEK OVERZICHT.
fabriek te Leeuwarden zijn Zaterdag
avond ongeveer xo® werklieden ontsla
gen. Daaronder zijn niet minder dan
3® hoofden van huisgezinnen.
Uit Workvm wordt gemeld:
Zondagnamiddag gingen vier jonge
lieden uit zeilen. Op het Zandmeer door
eene bui overvallen, is de boot gekan
teld een van het viertal is gered, de
andere drie, jongelieden van ïS- tot
ai-jarige® leeftijd, zjjn verdronken.
Uit Ooi tgens plaat wordt
gemeld
Drie jongens, waarvan de oudste on
geveer 16 jaar, oud, waren sedert eeni-
gen tijd in het bezit van eene revolver
en hadden zich buiten weten hunner
©uders scherpe patronen aangeschaft,
ten «inde zich in het schieten te oefe
nen.
Zondag ochtend, op den zolder van
de ouderlijke woning bijeen zijnde,
haalde men de revolver te voorschijn,
welke te voren door een der jongens met
vier patronen geladen was. De oudste
niet wetende dat het wapen geladen
was, trok den haan ©ver en trof den jon
geren broeder in den buik.
De kogel is diep doorgedrongen en zal
waarschijnlijk niet verwijderd kunnen
worde®.
De toestand van den gewonde is
zorgwekkend.
gezelschap tooneelistên van eigen land
aard te helpen, doch dat slechts enkele
artisten geneigd waren hierheen te komen
en dat deze te hooge eischen stelden.
- Den 14» April is het wachtschip
te Tandjong Priok, de Gedehontruimd,
omdat er zich in den laatsten tijd her
haaidelijk gevallen van cholera op hebben
voorgedaan, terwijl er op den wal vol
strekt geene voorkwamen. De officieren
en de bemanning zijn te Meester-Cor-
mlh onder dak gebracht en worden
voorloopig afgezonderd gehoudenhet
schip e&l met oververhitten stoom wor
den gedesinfecteerd.
KOLONIËN-
BATAVIA, if April.
Men leest in den Javahde van 12
April
Bij de regeering bestaat het voorne
men om voor Atjeh eene scheepvaart
regeling in te voeren. De heer Scherer,
resident van de Padangsche Boven
landen, is hierheen opontboden om in
deze van advies te dienen en heeft
reeds een paar conferenties met den
Gceverneur-Generaal gehad. Waarschijn
lijk zal hij ook met de uitvoering der
te nemen maatregelen worden belast.
Aan de geheele afsluiting van een deel
der Atjehsche kusten en aan de blokkade
zal door zulk eene regeling een einde
worden gemaakt, maar natuurlijk zal de
marine moeten meewerken om tegen
inbreuk op die regeling te waken.
Van den resident van Amboina
is hef volgende telegram, gedagteekend
xo dezer, ontvangen
„Algemeen® politieke toestand gunstig
met uitzondering van Tenimber en
B&hber. Gezondheidstoestand bevredi
gend."
In een bataviaschen brief van de
Deli Cf, leest men:
Ik wü u op eene Battak-aangeïegen
held wijzen, nl. op de bemoeiingen van
ons bestuur ter Oostkust met de Battak-
bevolking van Deli, Langkat en Serdang,
Allereerst wensch ik u mede te deelen
dat er bij de regeering een leerrijk
verslag ontvangen is van den contro
leur Westenberg over zijne laatste inte
ressante reis in het aan zijne toewij
ding toevertrouwde Battak-gebied.
Uit dat rapport blijkt, dat wij goed
op weg zijn om ons gezag daar uit te
dijen en dat gesteund door den met
een helderen blik begaafden resident
Michielsen die controleur de man
is om zijae belangrijke taak voort te
zetten en tot een oevredigend einde te
breDgen.
Ik voorzie dat de Oostkust met twee
nieuwe centroleurs-afdeelingen staat ver
rijkt te worden, nl. éen yoof de poli
tieke aanrakingen met de onafhanke
lijke Battaks en de doesoens van Ser
dang, Oedagei en Padang, welker be
langen thans reeds, zij het nog ten deele,
aan den heer Westenberg zijn opge
dragen, en éene afdeeling voor de Bat-
takbevolking van Deli en Langkat, be
stuurd door den heer Wagner.
Dinges schrijft van hier aan de
Loc. dat namens den heer Zeverijn en
eenige andere heeren in Nederland
pogingen zijn aangewend om ons aan een
De ©rde heeft niet opgehouden te
heerschen gedurende de verkiezing in
Griekenland.
De gewezen ministers Delyannis, Co-
moundores en Zalimis zijn niet herkozen
als afgevaardigden.
Overeenkomstig het gebruik heeft het
ministerie ontslag gevraagd, hetwelk de
Kqniag echter heeft geweigerd, onder op
merking dat alleen de Kamer van afge
vaardigden een hoofd der parlementaire
meerderheid zou kunnen aanwijzen,
welke aangewezene alsdan na de veri
fieatie der geloofsbrieven een ministerie
kan samenstellen.
Deligeorgis de rechterhand van Del
yannis, is niet herkozen.
De koninklijke familie vertrekt Woens
dag naar Kopenhagen.
Blijkens den uitslag der verkiezingen
zal Trikoupis im de nieuwe Kamer eene
verpletterende meerderheid, waarschijn
lijk zelfs van der stemmen hebben.
Alle oud-minisfers van het kabinet-
Trikoupis zijn gekozen.
De minister van landbouw is gevallen.
Alle gemeenteraden in Frankrjjk heb
ben Maandag demaires (burgemeesters)
benoemd. In de voornaamste steden zyn
meestal de vorige maires herkozen.
Te Marseille is voor de eerste maal
een socialist tot maire verkozen. Te
Roubaix is een verkooper van dagbla
den als zoodanig benoemd.
Te Nizza vertoeft op dit oogenblik
de koning van Zweden, die uit Mentona
is gekomen.
Sommigen bladen h?bben beweerd
datde iransche regeering voornemens
was éen wetsontwerp ia te dienen, be
doelende wijziging van de verhouding
tusschen Kerk en Staat. De Regeering
is dit evenwei volstrekt niet van plan
en denkt er niet aan, aan deze zaak te
gaan tornen.
De onrustige duitsche keizer is Zon
dagmiddag te Dantzig gekomen, heeft
daar een in aanbouw zijnden kruiser
bezichtigd en is daarop met zijn gevolg
aan boord van den Hohenzollern gaan
dineeren.
In ieder geval is dit een bezigheid waar
op niemand redelijkerwijze eenige aan
merking kan maken.
Een onderhoud iet keiïer Wilhelm.
Een correspondent van de „Pali Mali"
heeft toevallig een onderhoud gehad
met den duitschen keizer. De corres
pondent wandelde in het Grüaewald bij
Charlottenburg en we d overvallen door
een regenbui. Hij ontdekte een kleine
hut, trad binnen en stak een pijp op.
Plotseling hoorde hij haastige voetstap
pen en een ©ogenblik later trad er een
jonkman binnen, die de groen-grijze
kleeding der duitsche houtvesters droeg.
Het scheen dezen niet aangenaam,
schrijft de correspondent, dat er reeds
iemand binnen was, maar hij boog be
leefd en ging op een kleinen afstand
van mij zitten. Hij nam een pijp en
zocht tevergeefs in zijn zakken naar
een lucifer. Ik bood hem er een aan
„O, gij zijt een Engelschman
„En gij ook?" antwoordde ik.
„O, neenl* zei hij lachend.
„Het is verbazend, hoe goed de
duitschers vreemde talen leeren", riep
ik uit.
„Er is ook een groot verschil tusschen
onze scholen en de uwe".
„Ja, dat is er. Gij bedoelt, dat wij
niets leeren en g$ alles. Maar ik geef
toch de voorkeur aan onze scholen."
„Mag ik vragen waarom?"
„Omdat wy in onze scholen het
karakter vormen en dat doet gij niet.
Twee kleine neefjes van mij zijn op
een duitsche school, een Gymnasium,
zooals gij het noemt, maar de arme
atumperts worden tot slaven opgevoed."
„O, niet geheel en al", zei hij.
„Wel, het scheelt toch niet veel. Het
doel van de duitsche scholen schijnt te
wezen de jongens onderdanig temaken
en wij maken hen zelfstandig".
De jonge houtvester zweeg. Na een
poosje zei hy„Er komt verandering".
Meende hij in het weder? Ik keek
naar de lucht en zei„Ja ik hoop, dat
de zon begint te schijnen/
Hij glimlachte.
„Ik hoop het ookmaar ik dacht
juist over eene verandering in ons on
derwijs."
„Gij bedoelt de plannen van den jon
gen keizer."
„Ja van den jongen keizer." Hg
herhaalde dese woorden met eenigen
nadruk.
„Wel, hij tracht zijn best te doen/
zei ik. „Hij is een knappe jonge man
en ik stel groot belang in al wat hij
doet/"
„Ja, er zijn er genoeg die belang
in hem stellen, maar zy doen het
alleen om aanmerkingen op hem te
^maken."
„Dat komt er niet op aan. Hij heeft
natuurlijk zijn fouten. Er is een schrij
ver, die zegt dat ieder kind is gebo
ren met twee horens en dat hij die
aislijten moet voordat hij verstandig
wordt."
„En hij heeft zijn horens nog?'
„Gedeeltelijk zeker wel. In weerwil
daarvan is hij een merkwaardig man.
Gelooft gij dat ook nier?"
„Ik weet het niet."
„Gij moet bedenken wat hij ge
daan heeft. Toen hij op dea troon kwam,
volgde hg in alies Bismarck, totdat hij
zag, dat Bismarck niets dan een oule
tyran was. En toen zond hij hem naar
huis en poogde hervormingen in te
voeren hervormingen in iederen tak
van het openbare leven. Hij stelde her
vormingen voor met het ©og op de
scholen, het lezen, de maatschappelijke
wetgeving..."
„En daarom noemen zy hem wispel
turig
„Dat is hij ook. Hij wil alles in eens
doen. Hij denkt dat hij alles beter weet
dan een ander."
„Weineen, dat denkt hij niet.'
„Maar men zegt het toch."
„Ja, men zegt zoo veel. Ik geloof,
dat de keizer big zou wezen, als men
hem met rust liet."
„Maar dat kan slechts als hij af
treedt."
„Aftreden vroeg de jonge man op
een toon, alsof die gedachte hem ver
schrikkelijk voorkwam.
„Élke staatsman wordt beoordeeld
hij
Als hg het nu nog niet kan, dan
Sal hg het langzamerhand wel leeren.
Ik twijfel niet (of hij wordt een groot
man •- hij heeft het gevoel van zijn
plicht, zoowel tegenover God als tegen
over de menschen. Hij heeft geestkracht
en als hij een weinig bescheiden wordt,
dan zal h$ succes hebben op zijn
streven. Dat is te zeggen
De jonkman keek mg aandachtig aan
en zei: „Welnu?"
,Als de slechte staat van zijne ge
zondheid hem niet tegenwerkt."
Mijn metgezel stond plotseling op.
„Dank u," zei hij, „voor uw welwillend
oordeel. Met Gods hulp wil ik alles
ten beste van mijn volk doen. Ik ben
de Duitsche keizer 1"
Hij gaf mij de hand en schudde die
hartelijk. „Als gij uw landgenooten
spreekt, zeg hun, dat ik veel vaa hunne
oprechtheid houd. Leben Sie Wohl".
Hij hing zgn geweer over den schou
der en ging heen.
Toen ik bekomen was van mgne
verbazing, zag ik her® recht als een
kaars voortwandelen.
Dat was de Duitsche keizer I Die
eenvoudige, bescheiden jonge man, God
zegene hem. En niemand wage het in
mijne tegenwoordigheid kwaad van hem
te spreken.
ÖEMENÖD NIEUWS.
Te L®dz is de orde thans
geheel hersteld, maar tot nader order
blijft de staat van beleg toch van kracht.
De patroons zijn het onderling geheel
eens en hebben niets toegegeven aan
de werklieden. Deze laatsten hebben
evenwel het werk hervat.
Vele onruststokers zijn Duitschers en
natuurlijk zal de russiache regeering hen
over de grens zetten.
Op de jaarvergadering te
Londen vau de Natieaal Society fer
the Prevention of Cruelty to Children,
die in Engeland sinds jaren zooveel
goed doet, bleek dat in 1891 8324 ge
vallen van mishandeling of verwaarloo
sing van 19.823 kinderen waren onder
zocht. Van die 8304 aanklachten bleken
7291 gegrond te zijo, dat is hgna
94% pet. In 4854 gevallen werden de
ouders, voogden enz. gewaarschuwd voor
herhalingen, 1115 personen werden ver
volgd, waarvan 1042 werden veroor
deeld tot gevangenisstraffen of boeten,
De politie helpt de vereeniging trouw
in het opsporen van verwaarloosde of
mishandelde kinderen. De jaarlijzsche
ontvangsten bedroegen 27,300 pd. st.
waarvan 13.000 pd. voor onderzoekingen
en vervolgingen werd uitgegeven en
270© pd. om kinderen ia gestichten te
plaatsen. Op de algemeene vergadering
spoorden de hertog van Fife, de Lord-
Mayor, de bisschop van Rochester en
de socialist Ben Tillett aaa tot steun
van de vereeniging, die zooveel ellende
bestrijdt en nog meer ellende voorkomt.
Te RowleyStaffordshireis
een werkman tot 6 maanden dwangar
beid veroordeeld, omdat hij zija kin
deren «et een gloeiend ijzer tuchtigde.
Die man werd vervolgd door de „So
ciety".
Albani geeft in Juni een concert voor
de vereeniging j twee jaar geleden bracht
een concert, door haar vo®r dat doel
gegeven, 900 pd. st. op.
d e n p o 1 i t i e r e ch t e r
Voor den politierechter te
moet daaraan wennen. Ik zou den j Londen verscheen dezer dagen een per-
keizer aanraden
te lezen."
„Waarom
veel engelsche bladen j soon, Barron genaamd,onder de aanklacht
j dat hij bodrog: liad gepléegd tege® Jö
i maatschappij eia van aeeverzekeriag.
Men vermoedt dat de beklaagde mede
plichtigen heeft, hetgeen hij voortzetting
van het onderzoek wellicht aan de®
dag zal komen.
De maritieme ten to stel-
llnr, welke in 1891 te Londen ge-
honden Is, heeft f 1,165 3*4 opgebracht
en 1,301,244 gekost. Het roordeolige
saldo ten bedrage van /534,12e ia
bestemd tot het verleenen van onder
stand aan de weduwen en weezen van
in 'e lands dienst overleden zeelieden»
Te Par ij s heeft een zware
brand gewoed. Deze ontstond Zondag
avond te halt tien in het slachthuis van
La Vilettc in de ossenafdeeling. Meer
dan 500 ossen en een zeker aantal
schapen waren op dat eogenblik opge
sloten. Hét vuur ontstond ®p de perste
verdieping welke 2©®o centenaars fou-
rage bevatte. De brandweerpost van
het slachthuis slaagde er in de osse&
naar buiten te drijven, alhoewel de
vlammen hen dol maakten. De schapen
weigerden naar buiten te gaan, zoodat
de brandweermannen ze moesten weg
dragen. Drie stoomspuiten waren on
middellijk gereed. Ongelukkig was er
gedurende meer dan drie kwart uurs.
gebrek aan water, zoodat men er niet
in slaagde den brand te beperken. De
ossenafdeeling is geheel vernield Een
adjudant van de brandweer en de in
specteur van het slachthuis werden ge
kwetst. De gebouwen zija vernield. Dê
schade wordt op 100,000 fr. geschat.
De bekende Tim gs-ao r r e
pondent te Parijs, de heer De Blowitz.
is Zaterdag naar Londen vertrokken
Volgens de figaro staat deze reis m
verband met een z^er belangrijk plan,
volgens hetwelk de Timet in 't vervolg
ook eene continentale editie zou krijgen
evenals de Dew York Herald eene
europeesehe editie heeft.
De continentale editie zou natuurl|k
ook te Parijs verschijnen. Op die wijze
zou mes de ochtendposten 12 uren
vroeger kunnen gebruiken dan te Lol
den en dus alle andere engelsche bladen
12 uren vé$r zijn.
_De parijsehe Times zou overigens het
vierde of vijfde blad zijn dat te Parijs
in het Engelsch werd uitgegeven. De
andere zijn de Hew York Herald ia
zijn europeeschen vorm, de Galignani,
de American Register en de Morning
News, van welk laatste blad alleen de
iransche vertaling is blijven bestaan
onder dèa naam van Le Maf in.
In de ltlgreeven Malem-
bert en Grandmiison bij inpers 'neb
ben zich ge-veldige verzakkingen voor
gedaan. Een jongeling van 16 jaar is
daarbij omgekomen, vele huizen in dm
omtrek scheuren of dreigen in te stor
ten en 300 arbeiders zijn werkeloos.
In een f ransche kostschool
stierven binnen eenige jaren 6 meisjes
aan tering, bij allen was eegenschijniyk
geen erfelijke aanleg, maar het bleek dat
de thans geslachte koe, wier melk in de
kostschool werd gebruikt, tuberculeus
was.
Uit Berlijn- -wordt gemeld:
Zondagmiddag is hier uit de Spree
opgehaald het lijk van een jeugdig
man elegant gekleed, van wien ver
moed wordt dat hy Nederlander en uit
Rotterdam afkomstig is. Naar schatting
was hij tusschen de 2© en 25 jaar oud
Hij had geen baard of knevel. Zijn
linnengoed was gemerkt met de letters
C. O. Bij de lijkschouwing vond de
politie bij hem een gouden horlogie
eenige photographien, alle vervaar-
„Hij zou dan over zichzelven veel Hij zou paarden tegen veel hooger waarde
kunnen lezen wat gelogen is, maar ook
zeer veel wat waar is
„Goed. Hij leest ze."
„Men zegt, dat hij boos geworden is
op Punch."
De jonge man lachte. „Gij meent,
digd door de firma Faassen. te Rotter
dam. Eene dezer photographien is een
dan zij bezaten, hebben verzekerd voor vrouwenportret en busts op de keer-
vervo. r over zee, en dan werden die zijde daarvan staat in het hollandsch
paarden op reis vergiftigd en aldus dei^Bij zijn vertrek n? ar Remscheid mij «en
assurantiepenmagen ingevorderd. Bij beminden broeder Richard aangeb ;den,
twee paarden is - toen de verzekeraar ter herinnering aan zijne liefhebbende
achterdocht kreeg en een veearts af- zuster Estella." Een Nederlander, wiens
vreemde accent
vroeger hij zich nog herinnerde.
„Nu, Gale," aldus begon Esden, toen de deur achter hen ge
sloten was, „mij dunkt, gij zult wel kunnen vermoeden, wat ons
hierheen voert."
„Ja, misschien zou ik dat wel kunnen vermoeden, mijnheer,"
antwoordde Gale, die eene afwachtende houding aannam.
„Priekett heeft mij verteld wat er gisteravond en hedenmor
gen is voorgevallen," zeide Wyncott. In toon en houding was hij
zeer kort en afgemeten. „Gij hebt den tijd gehad om er over
na te denken. Hebt gij dat breekijzer gemaakt?"
„Mijnheer Esden," zeide Gale met zijne groote, onnoozele
oogen op hem gericht, „ik kan u zeggen, dat ik u zooveel mo
gelijk zal helpen, maar men moet mij ook willen vertrouwen."
„Dat is goed," zeide Wyncott en wierp een vluchtigen blik op
Prickett. „Welnu dan, Gale
„Het breekijzer is door mij gemaakt, mijnheer, dat weet ik
zeker. Het is geheel gelijk aan dit, mijnheer Priekett. Ik heb er
drie van dit model gemaakt en ze alle van de hand gedaan. Ik
heb degenen opgezocht, aan welke ik twee er van had verkocht,
maar ze hebben ze nog in hun bezit. Ik ben nog niet in de ge
legenheid geweest om dengene, die de derde bezat> te bezoeken}
maar ik denk wel, dat ik hedenavond in de gelegenheid zal zijn er
met hem over te spreken."
„Ik zal er voor zorgen, Gale," zeide Wyncott, „dat, wanneer
gij in deze zaak naar beheoren te werk gaat, gij goed wordt
beloond. Gg hebt nog eene verplichting aan mg, zoodat ik, vol
gens mijne meening, iets van u kan eischen."
„Mijnheer Esden," antwoordde Gale, „ik zal mijn best doen.
en hij zei, terwijl hij zijn pijp aanstak, dat gedicht over „Struwelpeter". Ik zond in de maag strichnine gevondenfamilienaam met de letter O. begint, is
in vloeiend Engelsch, zonder het minste j zou zeggen, dat de keizer zulke dingen i hetzelfde is gebleken bij een ander paard, hier te Berlijn en ook bij" de politie
wel verdragen kan." I dat voor 1000 pd. st. was verzekerd.nief bekend.
zucht.
Zijne gedachten hielden hem zoo geheel bezig, dat hij onwille
keurig opstond en zonder iets te beseffen in het kleine vertrek
op en neer liep, met zijne handen onder de panden van zijn
deftigen jas, en met een uitdruk van verbijstering op het gelaat.
Plotseling deed zich een vlugge stap in den winkel hooren, de
deur werd geopend en Wyncott Esden stond doodsbleek voor
hem. Gale zag heoa stilzwijgend aan, liet zich in een stoel neer
vallen, noodigde met een gebaar Esden uit zijn voorbeeld te
volgen, en nam eene gemakkelijke houding aan. Esden sloot de
deur en legde zijn eene hand op den stoel, dien Gale hem had
aangewezen.
Er heerschte een minuut lang stilte.
„Welnu?" zeide Esden eindelijk met schorre stem, alsof hem
iets in de keel zat.
„Welnu, mijnheer?" zeide Gale.
„Wel vervloekt, kerel, spreek op!" zeide Esden hartstochtelijk.
„Wat weet gij
„Ja, mijnheer/' antwoordde Gale, die geen oogenblik zijne
vleiende nederigheid in zijn spreken verloor, „ik geloof, dat ik
genoeg weet."
Wordt vervolgd 'f
Eerst wil ik echter nog iets met de heeren afspreken. Men moet
mijne gangen niet nagaan, mijnheer Priekett Ik wil een handje
in deze zaak helpen, omdat mijnheer Wyncott Esden er in be
trokken is, maar ik wil niet de verdenking laten vallen op iemand,
die door mij, hoewel hij onschuldig was in de gevangenis zou
worden gebracht."
„Kunt gg u daarmede vereenigen, Prickett?" vroeg Esden.
„Ik zou er wel iets voor over hebben om uwe gedachten te
kunnen lezen, Reuben," zeide Prickett in twyfel zijn hoofd
schuddende.
„Welnu, heeren," antwoordde Gale, „wanneer men mij die be
lofte doet, dan weet ik, dat ik ze kan vertrouwen; in het andere
geval steek ik geen hand uit."
„Het is goed dan," zeide Prickett zich met ernst in het on
vermijdelijke schikkende, #gij zult ze hebben."
„Dus heb ik de belofte?" vroeg Gale.
„Gij hebt ze tot morgenmiddag twaalf uur," antwoordde Pric
kett. „Daarna...." Hij stond op, knikte en zette zijn hoed op.
„Dus gij hebt nu verder niets te zeggen vroeg Wyncott
ook opstaande. „Het zal beter voor u zijn om de een of andere
mededeeling aan mij te richten dan aan Prickett. Gg zult liever
niet met de politie gezien willen worden. Ik ben hedenavond
van tien tot twaalf uur op mijn kamer."
Prickett keurde deze schikking goed en vertrok met den ad-
vokaat Gale, die alleen achterbleef, zat hoofdschuddend en met
eene uitdrukking van de g-rootste verbazing op het gelaat, in
zichzelf te praten.
„Dit overtreft alles," zeide hij ten laatste met een lange, diepe