POLITIEK OVERZICHT.
te stellen, onder geleide van met hand -
werksnij verheid vertrouwde personen de
musea der Maatschappij te bezoeken en
de voorwerpen, die zij, naar aanleiding
van dergelijk bezoek, zullen maken, na
jaarlijksche tentoonstelling ter gelegen
heid van de algemeene vergadering, aan
te koopen voor den prijs door direc
teuren te bepalen, indien die voorwar
den, naar hun oordeel, blijk geven dat
de betrokken werkman de musea met
vrucht bezocht heeft.
Bedoelde voorwerpen kunnen ook
door particulieren, mits leden van de
Maatschappij, voor den bepaalden prijs
worden aangekocht.
Verder geeft de afdeeling in over
weging het stichten van teekenscholen
te bevorderen in gemeenten, waar die
nog niet bestaan, allereerst in plaatsen
waar de departementen gevestigd zijn.
Het praeadvies van het hoofdbestuur
hieromtrent luidt niet ten gunste van
het voorstel; men meent, dat de kosten
te groot zijn en de uitkomsten van het
bezoek aan de musea niet aan de ver
wachtiag zullen beantwoorden.
Na eenige voorstellen van het hoofd
bestuur wordt ten slotte na eenig debat
besloten.
io. om in gemeenten, waar departe
menten gevestigd zijn, degelijke werk
lieden in de gelegenheid te stellen de
musea te bezoeken tot oefening en
ontwikkeling van ambachtslieden, die
in de bouwvakken en in de vakken
van kunstnijverheid werkzaam zijn en
daardoor de veredeling van het ambacht
op deze en alle andere gepaste wijzen
in de hand te werken
20. tot het houden eener tentoonstel
ling van platen en voorwerpen uit het
Museum van K. N. te Haarlem, ten
einde de beoefenaars van ambachten
in de gelegenheid te stellen met goede
voorbeelden in hun vak kennis te
maken en hen voor de uitoefening van
hun vak te helpen bekwamen;
30. tot het brengen op de begrooting
in uitgaaf van een som van 200,
bestemd om de departementen die de
kosten niet kunnen dragen, daarin te
gemoel te komen in 1893
Aan de orde komt daaropSubsidie
voor een volkaleeszaal, op te richten te
Utrecht.
Departement Utrecht vraagt f 500
subsidie.
Directeuren meeneü echter, dat me
dewerking in deze buiten den werkkring
der Maatschappij ligt.
Na eenig debat wordt het voorstel
by acclamatie verworpen.
Daarna wordt behandeld: Volks- en
schoolbad.
Op verzoek van de oprichters vraagt
's Gravenhage een geldelijke tegemoet
koming voor de installation der in
richting.
Het praeadvies van directeuren luidt
ongunstig om dezelfde reden als bij
voorstel Utrecht genoemd.
Naar aanleiding eener korte discussie
trekt Den Haag zijn voorstel io.
VolgtPrijsvraag Proefneming met
Delftsche veekoek.
Naar aanleiding van een voorstel van
Delft, stellen directeuren voor, een
prijsvraag hieromtrent uit te schrijven
Een geamendeerd voorstel in dien
geest wordt verworpen met 97 tegen
69 stemmen.
Aan de orde komtPrijsvraag Nieuw
Diploma voor de bekroningea der
Maatschappij.
Directeuren stellen voor, naar aan
leiding van een verzoek van het depar
tement 's Gravenhage, een prijsvraag
uit te schrijven voor een nieuw diploma
en daarvoor een pr$s van f 100 uit te
loven met verguld zilveren medaille.
Een gewijzigd voorstel wordt daarop
met 107 tegen 39 stemmen aangenomen.
In den verderen loop der zitting
kwam aan de orde de behandeling der
begrooting.
's Gravenhage wil de uitgaven voor
de musea vau/2000 op 2500 brengen.
Wórdt verworpen.
De post „subsidie departementen"
wordt vastgesteld op 200 voor subsidie
aan kleine departementen met het oog
op de bezoeken aan de musea te
Haarlem.
Voor prijzen en belooningen wordt
uitgetrokken 250, voor het tijdschrift
2600.
In ontvangsten en uitgaven wordt
dus de begrooting voor 1893 met
f 11.910,50 vastgesteld.
De conclusiën, ia de zittingen van
het congres genomen, worden daarop
achtereenvolgens door de algemeene
vergadering goedgekeurd.
Vervolgens worden benoemd ter ver
vulling van vacaturen ontstaan door
aftreding
Tot directeuren de heeren H. Figee
te Haarlem, mr. A. J. Enschedé te id.
en dr. D. de Loos te Leiden.
T©t voorzitter uit directeuren de heer
S. J. graaf van Limburg Stirum by
derde stemming.
Vóór den aanvang der stemming
deelde de afgevaardigde uit 's Graven
hage mede, dat de heer J. F. W.
Conrad verzocht had buiten stemming
te blijven. Bij de eerste stemming ver
kreeg de heer J. Heemskerk Az. 69
vau 149 stemmen en verzocht daarop
bij de volgende vrije stemming niet in
aanmerking te komen. Toch werden
een aantal stemmen op den heer
Heemskerk uitgebracht, zoodat herstem
ming moest plaats hebben tusschen de
heeren Heemskerk en Van Limburg
Stirum. Uitgebracht werden 161 geldige
stemmen, waarvan 87 op den heer Van
Lirabu.g Stirum. Deze maakte evenwel
zwaar in verband met zijn voorzitter
schap van den raad voor het museum
van kunstnijverheid.
Bij acclamatie werd de gekozene
overreed de benoeming te aanvaarden,
die zich ten slotte bereid verklaarde.
Tot eereleden der maatschappij de
heeren
F. J. Pahud de Mortanges, oud-resi
dent van Ned.-Indië te Parijs.
J. A. Maronier, suiker-technicus in
de residentie Tegal.
Leon van de Polder, nederiandsche
zaakgelastigde te Tokio (Japan).
Ten slotte wordt bij acclamatie
Utrecht aangewezen als de plaats waar
de volgende algemeene vergadering ge
houden zal worden.
Na voorlezing der notulen en de ge
wone plichtplegingen werd de 115e al
gemeene vergadering daarop door den
voorzitter gesloten.
Maandag avond is aan den
Molen onder Ginneken een kind van
iK jaar door eene hooikar overreden en
gedood. De voerman lag op de kar en
had zoodoende het kind niet opgemerkt.
Dinsdag middag is in de
rivier dea IJsel, onder Zalk, drijvende
gevonden het lijk van een onbekend
mans-persoon, lang pl. m. 1.65 m., haar
en knevel blond, tamelijk gezet, ouder
dom 40 k 50 jaar, gekleed met jas,
broek en vest van kamgaren, zwarte
kousen en lage rijgschoenen. Bij hem
gevonden en zilveren horloge met ket
ting, een oud beursje waarin een gulden
een zakboekje, benevens eene aanvrage
om opneming in het gesticht voor oog
lijders te Utrecht, waarop de naam van
J. H. Dirkes voorkomt. Vermoede
lijk is het de passagier die de vorige
week van de nachtboot ÜwolleAmster
dam is gevallen.
Een herbergier te Venloo
wist zich gedurende een jaar lang gratis
gaslicht te verschaffen door, nadat zijn
gasmeter weggenomen was, de verbro
ken leiding met eene elastieke buis te
verbinden. De heldere gasvlammen waren
Dinsdag avond oorzaak, dat dit bedrog
ontdekt en procesverbaal tegen hem
opgemaakt werd.
Woensdag namiddag om
streeks 1 uur ontlastte zich eene zware
onweersbui boven Leeuwarden en om
trek. Ruim een uur lang regende het
letterlijk bij stroomen, het geleek wel
een wolkbreuk. Op verscheidene punten
der stad stond het water hoog op de
straat, iets dat tot de grootste zeld
zaamheden behoorter waren vele
kelders ondergeloopen. Het was zoo
donker ge wot den, dat in verscheidene
huizen licht moest worden aangestoken.
Woensdagnamiddag circa 12 uur brak
boven het dorp Heteren een hevig
onweer los, dat vergezeld was van yeel
hagel. Veel schade werd berokkend
aan bessen, tuinvruchten en bloemen,
terwijl de tabak op enkele akkers geüeel
en al vernield werd.
Men meldt uit Boksmeer, dat de heer
J. J. Ipping, rijksambtenaar, en de zoon
van zijnen kostheer door den bliksem
gedood zijn.
Te Renkura, u Woensdag, bij een
hevig onweder, de bliksem geslagen in
de woning van Gebr. Lubberhuizen,
die met den iaboedel eene prooi der
lammen is geworden. Bijna gelijktijdig
sloeg de bliksem in eene schuur staande
bij de woning van M. ten Bönmer, die
mede in korten tijd tot den giond is
afgebrand. Alles was verzekerd.
Te Dorenv/eerd ging het onweder
vergezeld door hagelslag, zoodat op
sommige akkers aan de te veli staande
boekweit veel schade is toegebracht.
Onder de gemeente Wageningen
sloeg de bliksem in het hotel „Nol in
't Bosch," richtte eenige schaac a*D,
doch braad is niet ontslaan. De bewo
ners en de talrijke logés bleven onge
deerd.
Eveneens sloeg Woensdag de bliksem
in den tot woning ingerichten water
molen te Stein, gemeente Reeuwijk.
Nadat hij eenige schade aan de kap
en het riet had gemaakt, werd door
de spoedig aangerukte brandspuit de
brand gestuit.
RECHTSZAKEN-
Door het gerechtshof te Leeuwarden
bevestigd het vonnis van de arron
dissements-rechtbank te Winschoten
waarbij de bekende ia- en uitbreker W.
Schroder is veroordeeld tot eeae ge
vangenisstraf van negen jaren.
Ter aanvulling van een bericht
omtrent de vervolging ingesteld tegen
den heer H. Soeterheiigymnast te
Groningen, wordt het volgende mede
gedeeld door den heer rnr. Rutgers van
der Loefi, advocaat aldaar. De heer
Soeter werd vervolgd wegeas de plaat
sing van drie verschillende advertentiën.
Ter zake vau eene dier advertentiën
werd hij door den kantonrechter te
Groningen veroordeeldmaar voor de
beide andere adverteutiën, als geen
strafbaar feit medebreageude, van rechts
vervolging ontslagen. Niet de heer Soeter
kwam in appel, maar wel het Openbaar
Ministerie, ea de rechtbank te Groningen
heeft toen geen uitspraak gedran over
eenkomstig het requisitoir, dat de strek
king had om ook voor die beide adver
tentiën verooideeling te verkrijgen, maar
heeft het vonnis bevestigd en den Staat
verwezen in de kosten van het appel.
Ook was de heer Soeter vervolgd
wegens twee feiten, waarin het Openbaar
Ministerie onbevoegde uitoefening der
geneeskunde zag. De kantonrechter ver
oordeelde ter zake van het eene feit,
maar gaf vrijspraak voor het andere
feit. Zoowel Openbaar Ministerie als
veroordeelde hebben geappelleerd, maar
het vonnis werd bevestigd zoowel wat
de veroordeeling als wat de vrijspraak
betreft, terwijl de kosten van het appel
tusschen beide partijen zijn verdeeld.
KOLONIËN-
BATAVIA, 10 Juni.
Naar wij ver nepen, gaat de expeditie
naar Lombok niet door, omdat de radj -
ai de hem door de regeering gestelde
voorwaarden heeft aangenomen. Welke
die voorwaarden zijn, is ons niet bekend,
en dus weten wij ook niet of nu de
Sasaks hun verzet zullen staken.
Javabode
Den n«n Juni vertrekt de com
mandant der zeemacht, vergezeld van
den chef der 6de afdeeling van het
departement der Marine, kapitein-lui
tenant ter zee Van Doorn, naar Soera-
baja ter inspectie. De reis wordt met
de Lucifer gemaakt.
In het Bat. Nbld. komt een tele
gram voor uit Lalïat, volgens hetwelk
daar den 8en Juni des ochtends om 5
uur 25 minuten drie hevige schokken
van aardbeving zijn gevoeld. Deuren
klepperden en lampen slingerden, ter
wijl verscheidene klokken stil stonden
de richting was van noord naar zuid.
Volgens de Soer. Ct. is door de
regeering besloten tot het nemen van
eene proef op beperkte schaal met eene
opium-iégie, en is aan den heer Groe
neveldt de organisatie van alle voor
bereidende werkzaamheden opgedragen
de proef zou in een ander te bepalen
gewest worden genomen.
- De raad van justitie heeft terecht
stelling bevolen van den gewezen kom-
mies-veldmeester te Tangerang J. E. M.,
wegens het verduisteren van gelden
die hij als openbaar ambtenaar onder
zich had.
De raad van justitie heeft de
„stoomvaart-maatschappij Deli" failliet
verklaard.
De redact mr van de Javabodede
heer Tersteeg, schrijft
In het Bat. Hbld. van 2, 3 en 8
Juni komen artikelen voor van den
redacteur mr. Haakman, en van P. F.,
die de strekking hebben aan tetoonen,
dat de heer Bolland ui 1 zijne betrekking
van leeraar in de engelsche taal aan de
hoogere burgerschool te Batavia behoort
te wordenj ontslagen, omdat hij opstel
len sehryft over theologische onder
werpen, waarin hij historische kritiek
op de bijbelboeken toepast. Tegen die
strekking wensch ik »et een enkel
woord op te komen. Wauneer de heer
Bolland zijne beschouwingen over het
Johannes-evangelie door zijne leerlingen
in het engelsen liet vertalen, zou men
daarentegen bezwaar kunnen hebben,
maar nu hij bij zyn onderwijs geen
andere dan de gewone hulpmiddelen
gebruikt, mag men hem als leeraar niet
ongeschikt verklaren, omdat hij de wor
ding der bijbelboeken bestudeert.
Onlangs meldde de Soer. Ctdat
prof. Douglas Archibald,, die met een
fonograaf over Java reist, den heer
Eijssell, redacteur van genoemd blad,
op diens kantoor geslagen had, omdat
deze zijne vertooningen ongunstig had
beoordeeld. Thans meldt de Loc. dat
de genoemde professor te Semaraug
gevangen is genomen krachtens een
vonnis van rechtsingang met bevel van
gevangenneming door den raad van
justitie te Soerabaja te dier zake tegen
hem gewezen. De heer Douglas Archi
bald is gevankelijk naar Soerabaja ge
voerd.
Den 70 Juni is te Batavia de te
rechtzitting begonnen in de strafzaak
vau A. Holst en zijae vier medebe-
klaagden. De tweede kamer van den
worden genoodzaakt, dat dit niet in het
belaag der kinderen zou zyn, dat de eer
van beklaagde by het overspel was bi.
trokken, en dat de publieke moraliteit
zich tegen eene openbare behandeling
verzette. 6
De officier van justitie, mr. Clignett
vond voor het hoofdfeit de behandeling
met gesloten deuren niet noodig, doch
had daartegen geen bezwaar; evenmin
rar. Teilegen, verdediger van de vier
Inlandsche medebeklaagden.
De Raad verklaarde na eene korte
beraadslaging dat het verzoek van den
verdediger billijk was en dat, nu de
beklaagde zelf het bad ondersteund, de
zaak met gesloten deuren zou worden
behandeld. Het niet overtalryke publiek
verliet daarna de rechtzaal.
-7- Het Bat' Nieuwsblad geeft van de
zitting van den raad van justitie, waarin
bepaald werd dat de zaak met gesloten
deuren behandeld zou worden, een ver.
slag waaraan wij het volgende ontlee-
cen
De beklaagde Axel Holst, oud 4$
jaar, agent te Batavia der Int. Cred. en
Hand. Ver. Rotterdam, is intussehen
met de andere beklaagden binnenge
leid.
Wat ook de uitspraak van het recht
in deze moge zijn; welke verzachtende
of verzwarende omstandigheden het lot
van dezen beschul ligde mogen leiden;
dat alles kan niet toe- ot afdoen arm
de deelneming, die elk moet gevoelen
bij dén aanblik van dezen mau, die
eenige maanden geleden nog een schit
terende positie in het maatschappelijk
leven bekleedde.
In de kracht van zijn leven aan het
hoofd gesteld vau een groot handels
lichaam; getrouwd met eene jonge,
schoone vrouw; zelf van een gunstig
voorkomen: door zijne relatiën en positie
in de beste kringen verkeerende, voad
deze beschuldigde nog slechts korten
tijd geleden tal vaa benijders.
Niemand echter, die hem thans nog
benijdt; weinigen slechts, die hem nog
beklagen. Vergrijsd is het blonde hoofd,
afgeleefd eo vermagerd, het eens zoo
levenslustige eu gevulde gelaat, thans
omlijst met een slordigeo grijzen baard.
Diepe rimpels loopen als zware voran
van onder de hol liggende oogen langs
den neus naar de wangen. Een suffe
grijsaard is thans geworden hij, dis een
half jaar geleden nog een krachtig min
was.
Van zijne medebeklaagden, die ge
boeid binnengeleid, in de zaal zelve eerst
ontboeid werden, valt weinig op te mer
ken als de meeste inlanders schikken
zij zich, uiterlijk althans, met volkoraer
gelatenheid in hun lot.
Een talrijk publiek, meest uit d(
handelswereld, woont de eerste zitting
bij.
In deze zaak zullen eea twintigtal ge
tuigen worden gehoord:
Jonkvrouw A. M. van RadersW
J. Brugman, handelsemployé; mr. J.P
Metman, resident; mr. M. J. Meijer,
boekhouder weeskamer (bevindt zich
met binnenlaudsch verlof wegens ziekte
buiten Batavia); A. C. Leget, ststdsvroed-
meesteres; dr. J. A. van Hasselt, dr,
A. C. van Dijk, off. van gezondheid;
A. W. V. Hinne, schout; Mis Tjokro
di Wirio, adjudant; Moehadjdin Moes-
raad van justitie bestond uit de heeren mr. tatir, ie wijkmeester Kebon SerieMin-
H. Wichers, (vice-president) voorzitter, goe, mandoer politie op Kebon Sirie;
Van der Zwaan en Van Benthum Jut-]Sarip, politie-oppasserRahmoen, Sad
ting, leden. De verdediger van den I die en Kasoem, alleu politie oppassers
eersten beklaagde, mr. T. Henny, ver
zocht den raad de zitting te houden
met gesloten deuren, op grond dat op
den bodem der zaak overspel en de in
tieme verstandhouding van man en
vrouw lagen, dat de beklaagde die din
gen bij de instructie ter zijde had gela
ten, dat hij dit ook op de terechtzitting
wenschte te doen, dat hij tot nog toe
geen stappen had gedaan tot echtschei-1 In België wordt aller aandacht ge
ding, en daartoe door eene openbare j trokken door de kwestie van de g
behandeling allicht tegen zijnen wil zou I wetsherziening.
Aw&l, Midi, Resan en Oedia, alleo kor-
poraal piekenierC. J. Ludolph, kapitein
artillerie; M. C. Kirckpatrik en L. Holst
geb. Netseher, beiden naar Europa ver
trokken.
In mijn korten loopbaan van detective ben ik tot de ontdek
king gekomen, en deze aanmerkingen zijn ook gemaakt door
collega's van veel grooter ervaring, dat wanneer men bemerkt,
dat iemand geneigd is om zich aan een leugen schuldig te ma
ken, men de mogelijkheid mag aannemen niet meer dan de
mogelijkheid echter tot iedere andere misdaad. Hij, die kan
liegen, is ook tot een moord in staat.
Uit alle feiten was deze gevolgtrekking te maken, dat de jonge
dame miss Simpkinson, ik veronderstelde, dat zij zoo heette
zeer goed wist, wat de koffer inhieldDit op zichzelf was al op
merkelijk genoeg. Alles was voor mij mogelijk.
Tcch kon ik myzelf niet overtuigen, dat miss Simpkinson de
werkelijke moordenares was.
Indrukken en voorgevoelens, wanneer deze goed worden ge
leid (daar zit hem de knoop), kunnen er veel toe bijdragen om
een goeden detective te vormen. Ik had eene ingeving, dat miss
Simpkinson zou blijken niet de persoon te zijn, die de misdaad
had begaan, ofschoon het duidelijk bleek, dat zy er op de een
of andere wijze mee was verbonden. In hoeverre moest de tijd
leeren.
De geheele zaak, zult gij zeggen, ging mij niet aan. Ik aarzel
niet om dat toe te geven. Ik had niet het recht om er een
onderzoek naar in te stellen, en had daarvoor ook weinig ge
legenheid, maar toch voelde ik er mij onweerstaanbaar toe aan
getrokken. Mijne gedachten verwijlden steeds bij dat tooneel in
de douane-zaal.
Dat smalle, oude gelaat met die starende oogen scheen mij
it alle winkeluitstallingen aan te grijnzen. Wie had die arme
vrouw vermoord? Waarom was zij vermoord? Ik begreep, dat
ik mij met dit onderwerp moest bezighouden of ik het wilde
of niet.
HOOFDSTUK IV.
De twee heeren Hubert.
Ik heb gezegd, dat ik weinig gelegenheid had om mij met die
zaak in te laten. Om de waarheid te zeggen, had ik toevallig
het geluk, zeer toevallig, om iets naders omtrent de zaak te
weten te komen.
Tengevolge van mijne betrekking was ik eenige maanden ge
leden in aanraking gekomen met een commissaris van politie.
Mijne chefs droegen mij steeds het wérk op voor het vasteland,
omdat ik in mijn jeugd het fransch uitstekend had geleerd. Men
had mij voor een zaak van misbruik van vertrouwen naar Parijs
gezonden, en toen ik daar verplicht was met Dubert, zoo heette
de commissaris, samen te werken, had ik de gelegenheid om hem
een kleinen dienst te bewijzen. Sedert dien tijd had ik hem niet
meer gezien, en ik besloot nu hem op te zoeken. De mogelijk
heid, dat hij in staat zou zijn m(j op de een of andere wijze
te helpen, was zeer gering, maar men kan nooit weten.
Ik vond den commissaris i% zijn klein bureau nabij het
Pantheon. Daar was zijn district. Hij was blijkbaar zeer verheugd
mij te zien, hoewel, naar het oordeel van een Engelschman, hij
dit wel wat te luidruchtig aan den dag legde. Hij wist tot dus
verre nog niets van hetgeen er een paar uur geleden aan het
Gare du Nord was gebeurd. Ik vertelde hem openhartig, datil
gaarne die geheimzinnige zaak zou willen behandelen, en voegdi
er bij, dat misschien het Fransche Goevernement in staat zoi
zijn ©m gebruik te maken van mijn toevallige tegenwoor
digheid.
En het lot was mij zeer gunstig. Neen, daarmee heb ik eigen
lijk te veel gezegd. Er was ongetwijfeld niets bizonders in he
feit, dat Dubert, ofschoon hij niet in de zaak was gemoeid, eol
lega's kende, die er ongetwijfeld bij betrokken moesten zijn
Toevallig was echter de commissaris van het door mij bedoeld
district een bloedverwant van hem. Ik zie evenwel niet in, da
dit iets ten gunste van mij uitwerkte. Ik ben nu vergeten of di
man een broeder of een neef was. Ik vermoed, dat hij een nee
moet zijn geweest, in ieder geval droegen zy denzelfden naam
Mijn vriend Dubert was Léon en de commissaris van het anden
station heette Frangeis,
Mijn vriend bood mij ©ogenblikkelijk aan mij naar zijn nee
te vergezellen wanneer het tenminste een neef was. Hij hac
nog een halt uur dienst, gedurende welken tijd ik mijn ongedulc
zoo goed mogelijk moest bedwingen, en mij moest bezighoudei
met het lezen van de ontelbare kleine voorschriften voor der
franschen politiedienst.
Wordt vervolgd