NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
DE ZWARTE KOFFÉR.
10e Jaargang.
Dinsdag 16 Augustus 1892.
No. 2796.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADYERTENTIËN:
STADSNIEUWS,
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,374-
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiere.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publidté Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Haarlem, 15 Aug. 1892.
Wij ontvingen zooeven de rekening
van ontvangsten en uitgaven der ge
meente Haarlem over het dienstjaar 1891.
De ontvangen inkomsten bedroegen
ƒ1359,479.91, die der gemandateerde
uitgaven 1295,033.97^, zeodat het
dienstjaar een voordeelig saldo oplevert
van 64,445.93^.
Door den waarn. commissaris der
Koningin is bepaald, dat het getal loten
voor de verloting van geschonken voor
werpen, waarvan de opbrengst zal strek
ken ten dienste van armen en nood
lijdenden, te houden door het bestuur
der vereeniging van den H. Elizabeth,
zal mogen bedragen 3000 stuks 50
cents per stuk.
Men meldt uit den Bosch aan het
Handelsèl.
De benoeming van den tegenwoor-
digen commissaris van politie tot com
missaris te Haarlem werd hier vrij al-
gemeen met vreugde vernomen. Jammer
dat iemand zijn vreugde meende te
moeten uiten op eene wijze, die aan
leiding gaf tot ongeregeldheden. Hij stak
de vlag uit en plaatste op den nok van
het huis een cylinderhoed (wanneer er
hier sprake is van „den hoogen hoed„
¥eet men wie bedoeld wordt).
Daarmee niet tevreden, had hij
's avonds de „aardigheid,, licht te bran-
dec. Honderden en honderden kwamen
'ter been om het schouwspel te „genie
ten." Het duurde niet lang of men
hoorde het oude deuntje. Te 10 uur
werd aan de Pensmarkt een groote
menigte zingenden uiteengedreven. Daar
na was alles rustig.
Ook aan de woning van den com
missaris was het gedurende den avond
woelig geweest.
Als aanvulling van het bericht in ons
vorig Nummer over het jubileum van
den Eerw. heer P. J. Thunnissen,
pastoor aan de O. L. V. kerk alhier,
deelt men ons nog het volgende mede
Zondagmiddag vier uur werd Z.Eerw.
in het stampvolle kerkgebouw ingehaald
door zijn kapelaans en misdienaars.
Gevolgd door het kerkbestuur ging
men tot aan het priesterkoor, waarna
de aanwezigen een toepasselijk
gezongen en met een plechtig
deze hulde aan den pastoor werd
besloten.
Hedenmorgen reeds lang voor het
bestemde uur waarop de plechtigheden
een aanvang zouden nemen was he
ruime kerkgebouw wederom geheel*
met belangstellenden gevuld. Te hal{
elf uur werd door den jubilaris het
H. misoffer opgedragen, waaronder door
Z.Eerw. een treffende toespraak werd
gehouden die op de aanwezigen een diepen
indruk maakte. {Zichtbaar aangedaan
verliet Z.Eerw. het spreekgestoelte.
Het zangkoor der kerk „Laudate
Deum" voerde de navolgende toonwer
ken uit: Van Balen'sjVeni Creator; Missa
Jesu Rex adrairabilis, een moeilijke1
doch zeer fraaie vijfstemmige mis van
Haller, waarin vooral de jongensstemmen
die de alt en sopraanpartij zongen uit
stekend waren; voorts te Deum van
Witt, vierstemmig tantum ergo van jas
pers. Na de mis werd de vijfstemmige
feestcantate gezongen, eene compositie
van den heer C. Haagh, redemptorist.
De heer Thunnissen begon zijn loop
baan als kapelaan te Ooster Blokker
en werd in 1887 pastoor.
Niet minder dan 22 jaar van zijn
priesterlijk leven bracht de heer Thun
nissen te Haarlem door, waar hij veel
goeds heeft tot stand gebracht, o. a.
den bouw en versiering van de
Spaarnekerk,
De armen der par®chie zyn allen
ter gelegenheid van dezen feestdag
rijkelijk bedeeld.
Bij de Zaterdag te Clingendaal ge
houden wedrennen zijn door den heer
A. A. van den Berg de volgende prij
zen behaald:
Bij de intern, harddraverij voor span
nen paarden, afstand pl. m. 2100 M.
Hasselaar en Flevo, premie/100.
Bij de aanmoedigings harddraverij
voo r Nederlandsche paarden, afstand
ongeveer 2100 M. Carl, 30 aangekomene
15°-
Aan het bestuur der vereeniging van
de Zusters van Liefde is door wijlen
den heer J. A. Fiora, een legaat van
2000 vermaakt, ten behoeve van het
liefdegesticht v/d H. Veronioa alhier.
Heden is het ©verleden kindje van
den heer B. van het St. Elizabeths
Gasthuis uit, op de begraafplaats aan
den Schoterweg bijgezet.
De ongelukkige vader bevindt zich
nog in het Huis van Bewaring.
In den nacht van 11. Zaterdag op
Zondag zijn door de politie alhier op
de kermis aangehouden, twee Amster
dammers, die valsch geld hadden uit
gegeven. Aan het Politiebureau werden
zij in het bezit van eenige valsche gul
dens en kwartjes bevonden. De politie
fe Amsterdam die hiervan dadelijk
mededeeling werd gedaan, heeft ten
huize van een hunner een aantal voor
werpen, benevens stukken lood, soldeer
en gips gevonden en in beslag geno
men, alles blijkbair gediend hebbende
om het valsche geld te maken, terwijl
mede aldaar is gearresteerd een derde
persoon verdacht van medeplichtigheid
aan het vervaardigen van het valsche geld.
Zij zyn genaamdJohannes Josephus
Evers, oud 40 jaren, gaswerker, Wilhel
mus Johannes Julius Dres, oud 31
jaren, metaaldraaier en Bernard Eer-
nink, oud 32 jaren, los werkman. In
den laatsten tijd was door hen, zoowel te
Amsterdam als iu andere gemeenteD,
valsch geld, hoofdzakelijk kwartjes, in
omloop gebracht. Zij zijn naar het huis
van bewaring alhier overgebracht.
Wij kunnen hierover de volgende
blzonderheden mededeelea
In den nacht- van Zaterdag op Zondag
kwamen twee mannen aan een kraam
van winkelwaren op de Gedempte Oude
Gracht. Een hunner kocht een hamertje
van vijf cents en de andere betaalde
met een kwartje, zoodat hij twee dubbeljes
terug ontving.
Dadelijk ontdekte de verkoopster,
Hendrika, Antonia, Petronella, Sluijters,
echtgenoote van Joh. Hermse, woon
achtig te 4s Bosch, dat het kwartjes valsch
was. Zij volgde de twee mannen, tot
zij een tweetal politie-agenten zag Op
hare aanwijzing namen dezen de twee
mannen gevangen en brachten hen naar
het bureau van politie in de Zijlstraat.
Op het kwartje stond het jaartal 1849,
met den beeldenaar van Willem II.
Toen zij ondervraagd - werden gaven
zij op te heeten Dres en Evers (zie
bovengenoemde namen). Bij stipte vi
sitatie vond men bij Evers acht valsche
kwartjes en een valschen gulden van
1863, met den beeldenaar van Koning
Willem III. Hij kon niet opgeven, hoe
hij daaraan gekomen was.
Dadelijk werd aan de politie te Am
sterdam verzocht, huiszoeking te doen
aan het door Dres opgegeven adres
LindeDgracht 138. Inderdaad vond daar
de Amsterdamsche politie eene com-
pleete werkplaats van valsehe munters,
gereedschappen, gips, lood en fraaie
modellen. Het was er allerarmoedigst
in huis en de vrouw en kinderen van
Dres verkeerden blijkbaar in diepe
ellende.
Welhaast bekenden de twee gearres
teerden dat zij opzettelijk valsch geld
hadden uitgegeven, maar de beschuldi
ging van het te hebben gemaakt wier
pen zij op een derde, Eernink die met
hen naar Haailem gekomen, maarniet
bij hen was teen ze gearresteerd wer
den.
Uit nasporingen bleek dat deze Eer
nink denkelijk lont ruikende, des nachts
Haarlem te voet verlaten had en naar
Amsterdam was gegaan. Reeds Zondag
morgen te halfzeven werd hij door de
politie te Amsterdam opgevangen en door
de rechercheurs Rüst en Peters naar
Haarlem gebracht.
Men vond bij hem geen valsch geld
en hij ontkent dan ook elk aandeel aan
de fabricage, zoowel als aan de uitgifte.
Eernink heeft geen vaste woonplaats en
sliep veelal onder den bloofcen hemel,
soms ook bij Dres.
Alle drie werden Zondagmiddag door
den officier van justitie, Jhr. mr. A. J.
Rethaan Macaré en door den rechter
commissaris Jhr. mr. A. G. van Lintelo
de Geer in het verhoor genomen. Toen
viel Dres door de mand en verklaarde,
dat hij, door armoede gedreven, begon
nen was met valsch geld te naakeD, zijn
materiaal was lood en tin van lepels en
een tinnen peperbus. Den 7n van deze
maand was hij daarmee begonnen en
werd in de uitgifte bijgestaan door Evers
en Eernink. Evers bekende dat, doch
Eernink bleef ontkennen.
Na dit verhoor werden de drie gear
resteerden tusschen zes en halfzeven in
den celwagen naar het Huis van Be
waring overgebracht.
In den loop van den dag waren door
eenige ingezetenen valsche kwartjes aan
het bureau van politie gebracht. Dres
heeft bij het verhoor erkend dat hij
bij het opbrengen door de politie naar
het bureau, in ©f voor Café Brinkmania
een portemonnaie met 12 valsche gul
dens en 30 valsche kwartjes tersluiks
heeft weggeworpen.
De politie h<»elt naar die portemonnaie
gezocht, doch haar niet gevonden. Het
vermoeden ligt dus voor de hand dat
iemand die gevonden en mee genomen
heeft. Hem zij geraden, het geld niet
uit te geven, doch met portemonnaie
den inhoud terug te brengen btf de
politie. Voor de betere behandeling
der zaak wordt ieder, die hier
over inlichting kan geveD, ver
zocht zich bij de politie of bij de jus
titie te vervoegen.
De politie heeft hier een belangrijke
vangst gedaan en zich uitstekend van
haar plicht gekweten.
Aan onze ingezetenen raden wij aan,
voorzichtig te zijn met valsche guldens
en kwartjes die allicht nog in omloop
zullen zijn en die in geen geval verder
uit te geven, doch aan het bureau van
politie te deponeereD.
Naar wij vernemen zal morgen Dins
dag, in de sociëteit „de Kroon" alhier
optreden een huidmensch, genaamd
„Monsieur Pierre," die zooeven in Hol
land is aangekomen, en wat betreft de
elasticiteit van zijn opperhuid de verwon
derlijkste dingen laat zien. Zooals uit
achterstaande advertentie blijkt is de
toegangsprijs gesteld op slechts 25 cents.
HaarlemZandvoort Spoorweg-Maat
schappij. Gedurende de maand April
1892.
Opbrengst reizigers 1517.38
idem goederen 335-38
idem diversen 70.35
Te zamen 1923.11
Per dag en per kilometer 7,54.
Zondagnamiddag is in de tent der
Somnambule staande op de kermis aan
de Groote Markt alhier, ongeveer 20
uit een gesloten bus gestolen, waarvan
wordt verdacht de knecht, zekere Van
der Jacht, oud 17 jaren, woonachtig te
Amsterdam, die in stilte is vertrokken.
Overigens is alles kalm afgeloopen.
Vechtpartijtjes hadden niet plaats, de
sluiting van de koffiehuizen lokte gee
nerlei meeielijkheid uit.
Alleen kwamen bij de politie klach
ten in over vermiste (gestolen of ver
loren) portemonnaies en kwam een man
aaDgifte doen, dat hem zijn horloge was
gerold. Men moet echter weten dat dit
geschied is, terwijl de man 'in den Hout
lag te slapen.
Zaterdagnacht is nabij; het voormalige
station Zandvoort, hij het Staten Bolwerk
alhier een rangeermachine tegen een
stilstaande goederentrein geloopen waar
door die machine is ontspoord en be
langrijke schade is aangericht. De daar
door ontstane wegversperring was eerst
gisteren (Zondag) namiddag ten half 3
ure weder in orde gebracht. Persoon
lijke ongelukken hebben daarbij niet
plaats gehad.
Zondagvoormiddag is een z'ijarig kind
spelende in de Heerensingel geloopen
en daaruit met moeite gered door Jacob
Hoogkamer, oud 16 jaren, wonende
Teylerstraat, die daartoe gekleed te
water was gesprongen.
Gisteren laatste kermis-Zondag zijn
alleen uit Amsterdam per spoor 6938
personen aangevoerd.
De Hollandsche IJzeren
Spoorweg maatschappij heeft, op verzoek
vau den Raad van toezicht op de spoor-
29)
HOOFDSTUK XX.
„Nu, er was immers niemand anders in huis. Er kon ook nie
mand zijn."
„Dat blijft nog te bewijzen over," zeide ik.
Het was Zondagmorgen een warme, prachtige iüorgen.
Zoodra ik mijn reisgezel in betrekkelijke veiligheid had ach
tergelaten, ging ik mijn ouden vriend Leon Dubert opzoeken.
Er was bijna een week verloopen sedert ik hem had gesproken.
Hoeveel was er in dien tijd gebeurd
Ik vond hem op zijn bureau, want het was bijna tien uur toen
daar kwam. Natuurlijk was h\j verrukt mij weer te zien.
Franschen zijn altijd verrukt u te zien, al hebben zij ook de
bij zich gedragen tt nooit te zallen weerzien. Niettemin
ik stellig, dat hij gaarne had gewild, dat ik volstrekt geen
meer had gemaakt van het treurspel betreffende den
zwarten koffer. Ik geloof dat hij van meeniag was, dat ik
tandelde als iemand, die niet tot het beroep behoorde.
„Wel mijn beste mijnheer Dubert," zeide ik, „hoe staat gij
er mee? Hebt gij den moordenaar reeds beet?"
„Het is mijn zaak niet," gaf hij fier ten antwoord. „Het is
beter, dat gij het Francois vraagt. Uwe landsgenooten zijn reeds
druk bezig, en zijn geloof ik van raeening, dat zij verwonderlijk
slim zijn."
„Nationale naijver," zeide ik bij mijzelf. „Des te beter voor
Harvey."
Door bemiddeling van Francois Dubert kreeg ik vergunning
om den zwarten koffer nog eens te mogen zien. Ik vertelde hem
openhartig, dat ik meende een belangrijke ontdekking te hebben
gedaan. Ik beefde van' opgewondenheid toen de commissaris
bezig was de deur van de kamer, waaiin de koffer zich bevond
te ontsluiten. Veronderstel eens, dat ik mij had vergist? Ver
onderstel eens, ik had ongetwijfeld de copie getrouw nagebootst,
dat de nabootsing niet getrouw genoeg was geweest om zulk
een klein verschil in het oog te doen vallen Het was zulk een
gering verschil. Zoodra de deur geopend was snelde ik voor
waarts. Daar stond de noodlottige koffer, zwart en glimmend,
welke een zoo afschuwelijke misdaad had verborgen. Gelukkig
had niemand hem aangeraakt, en was de koffer slechts gephoto-
grafeerd. Het biljet „Greenwich-Stuthend" zag ik voor mij, en
onderzocht het nauwkeurig. Alhoewel de met potlood geschre
ven letters er flauw opstonden, kon ik mij in hun vorm niet
vergissen. Oorspronkelijk waren zij er met een zacht potlood
duidelijk opgeteekend. Ik had ze zeer getrouw gecopieerd.
Met de uiterste nauwgezetheid onderzocht ik den koffer nog
maals, en ontdekte niets van eenig belang. Nu ik hem echter
bü helder, zonnig daglicht beschouwde, vond ik een plek, waarop
een ander biljet wellicht niet goed was opgeplakt, en daardoor
losgeraakt of er afgescheurd was. Toen ik mijn vinger vochtig
maakte, voelde ik, dat op dat plekje een kleefstof zat. Dat be
vestigde mijne ontdekking. Te Southend was er een bagagebiljet
opgeplakt, Dit had losgelaten of was er voor Parijs afgescheurd.
Naar alle waarschijnlijkheid was het er afgescheurd. Wanneer dit
het geval was geweest, dan was het ongetwijfeld gebeurd alvorens
de koffer Londen verliet.
Een van de redenen, die ik had om dat te vermoeden, was
de volgende. Ik geef ze, voor wat ze is.
De kruier, die het biljet „LondenParijs" er op had aange
bracht, had daarmee netjes het oude biljet „GreenwichSouthend"
beplakt. Hy was dus een zeer buitengewoon beambte, die op
dit punt zeer net en accuraat was. Wanneer de koffer van nog
een ander oud biljet was vaorzien geweest, dan zou hij dat on
getwijfeld ook bedekt hebben, inplaats van het biljet met die
groote „P" op het leer zelf te plakken. Ik maakte hieruit de
gevolgtrekking, dat er geen andere biljetten op den koffer waren
geplakt. Het argument beteekende niet veel. Mijne beschouwing
daarover was echter geheel anders. Het was uit den aard zeer
waarschijnlijk, dat het biljet er was afgescheurd alvorens dekoi?
fer Londen verliet.
Ik had een biljet gevonden gemerkt „SouthendLonden" op
gerold in een der zakken van Austin. Dat was het onbekende
biljet
Austin Harvey had tot aan het station Charing Cross de
anderen vergezeld en daar afscheid van hen genomen. Had h