NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. 5>e familie glaresfoot 10e .Jaargang:. Woensdag 19 October 1892. No. 2850, ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: STADSNIEUWS. BINNENLAND. FEUIL T O N HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Kijk, per 8 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsklad, per 3 maanden 0,30. franco per post ,,„0,37^. Bit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door •onze agenten en door alle boekbandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOI. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAZJBE Co., JOHN F. JONESSucc.Parijs 31 bis Faubourg Montmartre. Haarlem, i8 Oct. 1892. f! Op de voordracht voor hoofd der openb. school aan de Korte Lombard straat te 's Hage staan de heeren P. H. F. Bakker, hoofd der 2e Tus- schenschoolJ. B. A. Saeys, ie [onder wijzer school B, beiden alhier; S. Vel- g, hoofd eener school te Bergambacht P. Jongejan. ie onderwijzer te 's Hage. Aan den heer J. Slager, fabrikant van pelter|en en koopman alhier, Ane- gang No. 46, is vergunning verleend het wapen te voeren van H. M. de Koningin Regentes. Men meldt ons het volgende: In de September vergadering van Directeuren der Ned. Maatschappij ter bevordering van Nijverheid, gehouden onder het voorzitterschap van den heer S. J. Graaf van Limburg Stiram hebben de nieuwbenoemde directeuren, de heer H. Figee, mr. A. J. Enschedé en dr. D. de Loos zitting genomen, en is de heer mr. A. J. Enschedé benoemd tot vice-president. Volgens besluit der jong ste algemeene vergadering- zijn de vol gende onderwerpen, reeds omstandig in het Tijdschrift toegelicht, ter nadere behandeling opgedragen aan de Depar tementen to. Landbouw-crediet, naar aanleiding van een verslag van den heer Armand Sassen, die als afgevaardigde der maat schappij het internationaal landbouw- congres te 's Gravenhage in 1891 heeft bijgewoond. zo. Wenschelijkheid van staats of particuliere bemoeiing bij jde ontginning van woeste gronden, naar aanleidisg van een verslag uitgebracht door een com missie, bestaande uit de heerenmr. J. H. Schober, G. E. H. Tutein Nolthe- nius, mr. W» H. de Beaufort, prof. P. W. A. Cort van der Linden en K. Dinger. Ook is de aandacht der departemen ten gevestigd op het onderwerp Iadus- trieele Rechtspleging, naar aanleiding van een opstel deswegen in het laatste j congres ter tafel gebracht door den heer Westerouen van Meeteren. De commissie tot overweging van het j onderwerp Internationale arbeidswet- geving, bestaande uit de heeren mr. J.j Heemskerk Az., Arm. *Sassen, mr. D. J Josephus Jitta, prof. T. M. C. Asser, heeiï op zich genomen het onderwerp in overweging te blijven houden, en daaromtrent later nadere mededeelingen te doen. Tot jury van beoordeeling voor de j antwoorden, iukomende op de prijsvraag over een nieuw diploma, zijn benoemd de heeren jhr. M. V, de Stuers, A. Le Comte en E. von Saher. Een voorstel van den Voorzitter om een algemeen onderzoek te doen naar het voorbereidend onderwijs voor den ambachtsstand is besproken en zal in nadere overweging worden gebracht. Maandagavond had in het Nutsgebouw eene vergadering plaats van het depar tement Haarlem van de Nederl. Maat schappij ter bevordering der Nijverheid. Als waarnemend voorzitter fungeerde de heer J. Merens. Ingekomen is een bericht van den heer D. de Clercq, dat hij wegens uitlandigheid voor het lid maatschap van het bestuur bedankt en een brief van den heer H. Figee Jr., waarin deze mededeelt dat hij wegens noadzakelijke en herhaalde afwezigheid, zijne benoeming tot bestuurslid niet weoscht te aanvaarden. Besloten wordt de vacature-de Clercq tot December onvervuld te laten, daar toch op dat tijdstip de heer de C. volgens rooster had moeten aftreden en iemand, die thans ia zijn plaats wierd benoemd, derhalve geen twee maanden zitting hebben zou. In de plaats van den heer Figee wordt thans de heer G. A. A. Middel- berg met groote meerderheid van stem men tot bestuurslid gekozen. Het Hoofdbestuur verzoekt overwe ging vaa de navolgende onderwerpen Landbouwcrediet, industrieels rechts pleging en ontginning van woeste gron den door Staats- en particuliere be moeiingen. Op voorstel van het bestuur wordt besloten, alleen het tweede onderwerp aan te houden, daar het eerste reeds besproken is en het derde minder op den weg ligt van het departement. Hierna brengt de heer mr. Johs. Enschedé Jr. uitvoerig verslag uit van het verhandelde in de laatstgehouden algemeene vergadering der Maatschappij. Vervolgens kwam aan de orde een voorstel van het Bestuur, om aan de Ambachtsschool alhier eane subsidie te verleenen. Weliswaar zijn de financiën niet schitterend, daar een deel der vaste inkomsten, die slechts ƒ38o.bedra gen, reeds werdt verslonden o. a. door subsidien aan de Musea, maar toch stelt het Bestuur voor een jaarlijksch subsidie te geven van 50,tet we deropzegging. De heer Enschedé wilde, wanneer het met de financiën zoo treurig geschapen staat, liever ieder jaar opnieuw de sub sidie verleeneD, zoodat het departement er gemakkelijk af kan, wanneer de subsidie de krachten te boven giag. De heer J. J. van Minden Jr. wilde eenvoudig wachteo met subsidie te verieepen, tot tijd en wyle de kas in beter staat zal verkeeren. Anders dacht de heer H. J. Geyl JCz. Deze merkte op, dat deze subsidie gelijk staat met die aan de musea. Waarom de Ambachtsschool dus achter gesteld? Krijgt deze de subsidie slechts voor éen jaar, dan zal zij het eerst op den achtergrond raken en bovendien is het voor haar van zeer groot belang, dat zij weet waarop zij stellig kan rekenen. De heer Groll komt hier tegen op. De Ambachtsschool staat volstrekt niet gelyk met, de Muse?, die kinderen zijn van de Maatschappij en haar derhalve veel nader zijn. Na eenige verdere discussie wordt het voorstel van het bestuur om tot weder opzegging toe een subsidie van 50 te verleenen, aangenomen met 2 steramen tegen, die van de heeren Enschedé en Van Minden. Door den heer F. W. van Eeden wordt het denkbeeld gedaan, om door persoonlijk bezoek te trachten het le- dental van het departement (en daar- d®or ook de kas) te versterken, daar er nog zeer velen zijn die in de termen vallen om lid van het departement te worden. Het bestuur zal dit voorstel over wegen. Door den conservator van het Museum van Kunstnijverheid, den heer Ed. von Saher, was welwillend een portefeuille met teekemagen behelzende „motifs de déco- ratioDs du palais du Louvre et des Tuileries" afgestaan. Tengevolge van de ongesteldheid van den heer Von Saher moesten de aanwezigen diens toelichting daarbij ontberen. Bij vonnissen der Arrondissements Rechtbank alhier zijn in staat van fail lissement verklaard, 10. Jacob Seiners, koopman en wiakelier te Haarlemmer meer (Hoofddorp) met ingang van 14 October 1892. 20. P. J. Wiggers, bierhandelaar en koopman te Haarlem, (Jansstraat), met ingang van 10 October 1892. Ia beide faillissementen zijn benoemd: tot rechter-commissaris de rechter mr. J. de Clercq van Weel en tot curator de heer mr. F. Willekes Macdonald, advocaat en procureur alhier. Zondagnacht is te Velzen door het stoomschip European ae brug over het kanaal aangevaren. Men zegt, dat de kapitein als oorzaak aangeeft den verkeerden stand der sein lichten. Het verkeer is gestremd. Men zal zich herinneren, dat eene zelfde aanva ring plaats had den löden Oct. 1890, door het schoonerschip Elza, en dat de herstelling van de brug toen meer dan een jaar heeft geduurd. Nader wordt nog omtrent dit ongeval het volgende gemeld: Ongeveer te ruim 1 uur Zondagnacht stoomde de European naar Arasterdam. Door welke oorzaak dan ook, waande men de brug geopend en voer het schip gelukkig niet met vollen stoom tegen de gesloten brug aan. Hierdoor werd de brugverschassing over een groot deel verbrijzeld. Zoowel aan de zijde naar Beverwijk als naar Velzen, werden de sluitingen verbroken, zoodat de brug met een sterken zwaai zich van zelf opende en met het eene gedeelte zoo hevig tegen de boot sloeg, dat zij haren opzet verloor, waarnaar men te vergeefs tot Maandagmiddag in het kanaal gezcGht heeft. De brug zelf kreeg eene kromming van 57 centimeter. Van een der stoelen werd een ijzeren kopstuk stuk geslagen en van den pijler een stuk graniet van circa 1 meter in het vierkant. Verscheidene ijzeren dwarsliggers on der aan de brug waren afgeknapt. Ongeveer half tien Maandagmorgen slaagde men er met veel moeite in, de brug te sluiten, die toen ra;t domme krachten aan de zijde, waar de opzet verloren ging, werd gesteund. De herstelling zal veel geld kosten de pijler bleet echter gespaard. Het verkeer werd spaedig hersteld en onder vindt bij het openen en sluiten weinig meer vertraging dan gewoenlijk. De ingenieur Bekaar was spoedig ter plaatse om de aangerichte schade ©p te nemen. Behalve de reeds besmette stal van J. Parlevliet te Haarlemmermeer, zijn wegens mond en klauwzeer in die na bijheid nog 3 stallen in observatie. Het gemeentebestuur heeft eene coupé- clarence gekocn'c om daarin eventueele choleralijders te vervoeren. De minister van binnenland- sche zaken brengt in de Staatscourant ter algemeene kennis, dat volgens bij hem ingekomen ambtsberichten in de afgeloopen week als aan aziatische cho lera overleden zijn aangegeven in Gelderlandte Appeltem 1 per soonte Maurik, x persoon; teVarik, 1 persoon; in Zuidholland te Alfen, 2 personen te Charlois, 1 persoon; te Gcriachem, i persoonte Gouda, 2 personen te Goudswaard, 1 persoonte Hendrik- Ido-Ambacht, 1 persoonte Krimpen aan den IJsel, 1 oersoonte Maassluis, 1 persoon te Puttershock,* 1 persoon; te Rotterdam, 1 persoonte Zuid- Beierland, 1 persoon in Noord-Hollandte Amsterdam, 2 perssnen in Utrechtte Jutfaas, 2 personen te Utrecht, 9 personente IJselstein 3 personen in Oveiijsel: te Diepenveen, 3 per sonen. Graaf Van Bylandt, Neder- landsch gezant te Londen, is van Parijs weder naar Den Haag vertrokken. In de November-vergade- ring der Prov. Staten van Noord- Holland zullen o. a. worden behandeld Voordracht van Ged. Staten tot be noeming van een griffier Rapport van Ged. Staten op subsidie aanvragen van s io. Museum en school voor kunst nijverheid te Haarlem, strekkende om voor vijf jaar f 2500 toe te staan. 20. Matrozen-Instituut te Amsterdam, strekkende om voor drie jaar 500 toe te staan. 30. Bewaarschool te Wieringen, strek kende om voor drie jaar 100 toe te staan. 40. Bewaar- en handwsrkschool op Terschelling ora voor drie jaar ƒ125 toe te staan. 50. Ambachtsschool te Alkmaar, strekkende om voor drie jaar ƒ2000 toe te staan. 60. Schoolmuseum te Amsterdam, strekkende om afwijzend te 'beschikken. 70. Pare-Vaccina^ ène te Aiosterdam, strekkende om voor dit jaar 500 toe te staan. 80. Nederlandsche Opera te Amster dam, strekkende om afwijzend te be schikken. Verder wordt behandeld: Voordracht van Ged. Staten tot het opnieuw toekennen van een subsidie ten behoeve van een cursus in hoef beslag. Id. tot wijziging der prov. bïgrooting voor 1893. Id. om voor het maken van toegangs wegen naar de terreinen der haven beoosten het Oude Schild op Tessel toe te staan een subsidie, ten bedrage van der kosten tot een maximum van 534. Id. tot aanstelling van drië opzichters over de duingrondeu, op een jaarwedde van 750 tot f 1000. Id. tot wijziging van het bizonder reglement van bestuur voor het hoogr heemraadschap Waterland. Id. tot wijziging van het regi. van bestuur voor de Monnikenmeer. Adres van het bestuur van den Stormmeerpolder en wijziging van het reglement voor dien polder. Subsidie-aanvraag voor een stoomtram 40) HOOFDSTUK V. 1,Maar gij moet ook nog weten, dat myn vader den ganschen dag zich opsluit, zoodat gy u met niemaDd anders kont onder houden dan met mij." «O, dat doet er niet toe" aanmoedigend. „Ik ben er zeker van, dat wij het met elkaar wel zullen vinden." „Welnu, als gy dan in weerwil van dit alles, en van nog veel meer, dat ik u nu niet kan vertelIeD, toch wilt komen, dan zal ik mijn best doen om het u naar uw genoegen te maken. In ieder geval kunnen wy samen lezen, dat zal goschikt kunnen, als gij mij tenminste niet te onnoozel vindt. Gy moet niet uit het oog verliezen, dat ik een geheel aparte opvoeding heb genpten en nooit een inrichting van onderwys heb bezocht zoeals gy. Het zal my zeer veel genoegen deen als ik weer eens in de gelegenheid ben om de oude talen meer te beetudeerec; in dan laatsten tijd heb ik ze nog al verwaarloosd, en in Aristophanes vond ik gisteren eene duistere passage, die ik u zal verzoeken voor my te verklaren." Dat was al genoeg voor Arthur, wiens kennis van de klassieke talen niet verder ging dan die van de meeste studenten; met be wonderenswaardige vlugheid wist hij dan ook aan het gesprek eene andere wending te geven. //Zeg my nu eens," zeide hy, haar in het gelaat ziende, „zyt gij verheugd, dat ik kom?" De grijze oogen werden een oogenblik neergeslagen voor den doordringenden blik, maar zy antwoordde aarzelend „Ja, wat mijzelf betreft, verheug ik er mij over, maar ik vrees, dat gy het zoo vervelend zult vinden." „Kom, Angela, wij moeten gaan, kwartier voor zessen wilde ik thuis zijn," zeide Philip op dat oogenblik. Zy stond dadelijk op en reikte Arthur de hand, terwyl zij mom pelde: „Vaarwel, tot morgenochtend," waarna zij afscheid nam van lady Bellamy. Met bizonderen aandrang had George intusschen haar vader trachten te bewegen om te blyven dineeren, en toen deze dit af sloeg, kondigde hij zyn voornemen aan, hem den volgenden dag te komen bezoeken. Eindelyk kon hij vertrekken, maar niet eerder dan nadat lady Bellamy een schijnbaar hartelijk afscheid van hem had genomen. „Gy moet met uwe bekoorlyke dochter mij eens op Rewtham House komen bezoeken, wanneer wij daar wonen. Wat, hebt gy niet gehoord, dat sir John het heeft gekocht van de testament- executeurs van de arme Maria Lee Philip werd doodsbleek en snelde do kamer uit. „Het is wel eens goed," dacht lady Bellamy bij zichzelf, toen zy zag wat hare opmerking uitwerkte, „hem te laten weten, dat k niets vergeten ben." Zelfs toen haar vader was heengegaan, werd Angela nog den weg afgesneden. „Watl" zeide George, die in een beminnelyke bui was, hoewel voor anderen verre van beminnelyk, „wilt gy ook maar zoo stil wegloopen, schoone nicht Gy zult dan toch eerst het tolgeld moeten betalen, hoewel niet veel." En hij sloeg zyn langen arm om haar middel en wilde haar eens recht vertrouwelijk om helzen. Eerst begreep Angela, aan dergelijke grappen niet gewend, niet, welke zijne bedoelingen wareD, maar zoodra besefte zy het, of zy voorkwam hem Jiierin, en daar zij een krachtig meisje was, wierp zy hem met een enkelen duw van zich af, zoodat hij doordat hy zoo plotseling achteruitstoof, over een voetbankje struikelde, en rechtuit op den grond viel. Toen Angela zag wat zy had gedaan, keerde zy zich om en snelde haar vader achterna. Voor Arthur was dit taf reel te veel voor zyne lachspieren, en hy safeaterdo het dan ook by na uit, terwijl lady Bellamy zelfs met hem instemde. Bleek van woede stond George op. „Ik zie niet in, mijnheer Heigham, waarom men moet lachen, als iemand een ongeluk heeft." „Vindt gij antwoordde Arthur. „Ik ben van een andere meening, want ik heb nog nooit zulk een potsierlijke scène ge zien." Gtorge koerde zich om en mompelde iets binnensmonds, dat door zyn gast gelukkig niet werd gehoord, waarna hij zijn aanval richtte op lady Bellamy.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1892 | | pagina 1