STADSNIEUWS.
Letteren en Kunst.
POLITIEK OVERZICHT.
GEMENGD NIEUWS.
Zaterdag 26 November zal alhier in
het gebouw van 't Nut de 17ejaarlijk-
sche algemeene vergadering worden ge
houden van de Vereeniging voor Lijk
verbranding-
Op deze vergadering zullen o. a. de
volgende punten worden behandeld:
Voorstel van het Hoofdbestuur om,
overeenkomstig art. 36c. der Statuten,
het voordeelig saldo der Algemeene kas
over het jaar 4891bedragende ƒ171.95
te storten in het Fonds voor Lijkovens.
Voorstel van het Hoofdbestuur om
ook voor het jaar 1893 de beide in art.
61 van het Alg. Regl. bedoelde kredie
ten (dienende om het Dagelijksch Be
stuur bevoegdheid te geven tot het ver-
leenen van tegemoetkomingen in de
kosten van het vervoer van lijken naar
lijkovens) te bepalen op ƒ200 ieder.
Verkiezing van zes leden ven het
hoofdbestuur. Voorstel van het hoofd
bestuur om ook voor hen die zich daar
toe in het jaar 1893 aanmelden, het
bedrag der stortingen in het fonds voor
lijkovens, die {recht geven op crematie
voor rekening der vereeniging te doen
geschieden naar een tarief volgens eene
verdeeling in 10 klassen, le klasse leef
tijd hoogstens 30 jaar 100, telkens op
klimmende voor iedere vijf jaar met 25,
zoodat de 9e klasse boven 70 jaar is
ƒ300, 10e klasse storting na overlij
den ƒ350.
Volgens het verslag van het hoofd
bestuur over 1891 was het ledental na
het einde van dat jaar 766, zijnde 32
minder dan het vorige jaar. Het aantal
der plaatselijke afdeelingen is 10.
De vereeniging voor Lijkverbranding
heeft, na een 17-jarig bestaan, besloten
over te gaan tot een daad, nl. het doen
bouwen van een lijkoven, waarvoor zij
in Hilversum daartoe geschikten grond
kan koopen. Om dit plan ten uitvoer
te brengen ontbreekt nog een som van
ƒ20,000. Dit bedrag hoopt men bij el
kaar te krijgen door vrijwillige bijdragen,
en door het uitgeven van heele en halve
aandeelen, resp. van ƒ100 en ƒ50.
Inhoud van „Sempervirens", Vrijdag
28 Oct. Renanthera Lowii. Galanthus.
Sneeuwklokje. Vastenavondzotje, met
een afbeelding. Cissus mexicana.
Mededeelingen van Java. Nepenthes (een
weêrbarstige). Brieven uit Californië.
Een tafel-decoratie. Derde natio
nale Chrysanthemum-Tentoonstelling.
Boekaankondiging. Weeknieuws.
Verschillende mededeelingen.Ontvan
gen Prijs couranten. Weersgesteld
heid. Inhoud van het Nederlandsch
Tuinbouwblad.
Vrijdagavond is te Carmaux eene ver
gadering gehouden, waarin bij acclama
tie tot voortzetting der werkstaking is
besloten.
De Deensche minister van oorlog heeft
de leger- en marine-kommandanten ver
zocht, niet meer nog voor den dienst ge
schikte officieren voor ontslag voor te
dragen, daar Noorwegen nog geen pen
sioenwet bezit met een ouderdomsgrens.
Naar het heet is er zulk een wet in
bewerking.
De admiraal Brin, minister van bui-
tenlandsche zaken in Italië, heeft te Turijn
eene rede gehouden. Hij roemde de
weldaden van het drievoudig verbond
en herinnerde aan de feesten te Genua
die eene afspiegeling zijn van het ver
leden. Italië is vredelievend, maar het
kan wegens de militaire toerustingen
zijner naburen niet tot ontwapening over
gaan. Eene sterke legermacht is de beste
steun voor een volk.
De minister verklaarde verder, dat
de aandacht der regeering voortdurend
gericht is op het herstel van 's lands
financien, zonder de noodzakelijkheid
van de militaire organisatie, die voor het
behoud des vredes een vereisclite is,
uit het oog te verliezen.
Het ministerie is tegen de overdreven
richting der protectionisten, en het ver
werpt eene nieuwe verhooging der in
voerrechten als maatregel van protectie.
De Politizische Correspondenz te Wee-
nen bericht uit Belgrado, dat de Ser
vische regeering tot dusver nog geen
officieele aanvraag heeft gedaan tot ver
lenging van het handelstractaat met
Oostenrjjk-Hongarije.
Te Parjjs is een telegram ontvangen
van Kolonel Dodds, gedagteekend 2-4
Oct., waarin hij meldt, dat het provi
andeeren en het aanvullen van de ge
leden verliezen uit de garnizoenen aan
de kust is afgeloopen. De kolonne was
gereed om onder zeer gunstige omstan
digheden de aanvallende beweging te
hervatten.
De Donderdag verspreide geruchten
over geschillen in het engelsche Kabi
net worden tegengesproken.
Lord Salisbury heeft een brief het
licht doen zien, waarin hg verklaart dat
zijne regeering nooit het voornemen ge
had heeft om Oeganda te verlaten.
De speciale commissie voor het scheep
vaartkanaal van Manchester, door het
stedelijk bestuur benoemd, jheeft haar
rapport vastgesteld, waarin zij voorstelt
dat het stedelijk bestuur van Manchester
gemachtigd worde tot een nieuw voor
schot van 2 millioen aan de Kanaal
maatschappij, mits de stad het recht
krijge, nog 5 leden in het kanaalbe-
stuur te kiezen, met een overwegend
stemrecht in de algemeene vergade-
ringen.
D epart. corresp. van de IV. R. CU
te Berlijn vermeldt het volgende inter
view met den ex-kanselier. Sedert kor
ten tijd verschgnt hier een nieuw week
blad, die Zukunft, welks redacteur,
"Maximilian Harden, heden een laDg en
belangwekkend onderhoud met prins
Bismarck te Varzin openbaar maakt over
den politieken toestand en het militaire
wetsontwerp.
Het gesprek kwam na een bespre
king van de cholera te Hamburg op de
bovenmate vriendelijke politiek voor de
Polen van de tegenwoordige regeering
te Berlijn, waarin Bismarck een zeer
groot gevaar ziet wegens de mogelijk
heid van twist met Rusland. De Pool-
sche adel, de geestelijkheid en vrouwen
intrigeeren te zamen naar zjjne meening,
om een oorlog met Rusland uit te lok
ken, op welks nederlaag zij hopen om
dan een Poolschen staat, met anti-Duit-
sche en anti-protestantsche neigingen,
weder op te richten. Daarom zet onze
nieuwste Poolsche Wirtlischaftook
in Rusland zooveel kwaad, omdat daar
terstond de meening opgang vindt, dat
wij op een opstand der Russische Polen
speculeeren.
„Bij onsging Bismarck voort, schijnt
men van dit alles volstrekt niets te mer
ken. Men gelooft dat wij in de beste
aller werelden leven. Er ontbreekt kracht
(Bismarck zeideRückgrat) en ook detail
kennis. Men laat zich thans door de
kalmte bedriegen, maar in zulke toe
standen moet ik altijd denken aan de
geschiedenis van dat bataljon, dat in
het revolutiejaar 1848 met de barricade-
mannen /Ach verbroederde. Groote ver
bazing y Plotse]^* werd den comman
dant fn ieriehfi geacht en terstond
heetb? hef^~u j jongens, hebben wij
weer patronen, nu gaat het er op los!"
Ook Rusland kan niet eerder aan eene
actieve politiek in grooten stijl denken,
tot het geld en het juiste wapen heeft.
Maar de ontstemming is er, en juist nu
ware zij zoo gemakkelijk te vermijden
geweest.
Rusland heeft de natuurlijke behoefte
zich door vriendelijkheden over de groote
moeilijkheden in het binnenland weg
te zetten; wij echter geven het daartoe
geen aanleiding. Daarom is het vrien
delijk tegen Italië, tegen Oostenrijk, te
gen den Paus en misschien zelfs wel
wat al te veel tegen Rumemë, en het
eoquetteert met Frankrijk als|DonJuan
met eene nieuwe schoone jonkvrouw.
Eene agressieve politiek in Europa en
in Azie is stellig niet in den geest en
naar de bedoeling van den Czaar, die
een kalm en bezadigd man is, die zich
in het familie-geluk zeer behagelijk ge
voelt; maar als hij van Duitschlands
zijde eene onvriendelijke stemming en
eene versterking van het Polendom
meent waar te nemen, dan kan hij al
licht ten slotte in een stoot de beste
parade zien. "Voor de zuiver Duitsche
belangen kan het in den grond volko
men onverschillig zijn, of Rusland op
een goeden dag den sleutel der Darda-
nellen in den zak steekt en de Sultan
zijne veiligheid en zijn serail waarborgt
en dan afwacht of Europa het den oor
log verklaart. Ik weet niet of Frankrijk
deze proef wel doorstaan zou, want in
het Oosten heeft het ook zoo zijn eigene
liefhebberijen. Mgne politiek zou {he
den nog dezelfde zijn {als tijdens den
Krimoorlog; ik zou zeggen: laat mij
met uwe zaken met rust, ze gaan mij
niet aan en ik wil er ook niets mede
te maken hebben. Ik ben er altijd
voor, zich niet er in te mengen
dan loopt de een den ander na.
Maar bij ons zou men nu het j liefst
overal de hand in het spel en vooral
niet alleen blijven. Dat herinnert mij
aan een kamermeisje, dat mijn vrouw
eens den dienst opzeide om deze reden
aan alles kan ik wennen, alleen niet
aan de eenzaamheid.
„Het ergste intusschen is, dat de te
genwoordige regeering gelooft dat zij
op den rechten weg is, omdat zij steun
vindt. Maar wie steunt haar dan'? In de
allereerste plaats de partijen, die onte
vreden zijn met de langs historisclien
weg gevormde toestanden! Wij zullen
dat waarschijnlijk weer bij het leger-
ontwerp beleven. De conservatieven ver
zekeren dat volkomen
van het centrum zijn, maar zg zullen
voor den druk der regeering zwichten,
en de regeering zal zich door het cen
trum laten leiden, dat met zijne Pool
sche en Welfische aanhangsels gaarne
elke impopulariteit zich getroost, indien
deze impopulariteit maar in de eerste,
plaats ook de bestaande rijks instellin
gen treft. Trouwens, de regeering weet
ook zeer goed dat zij het centrum noodig
heeft. Tot zuivering van den toestand
zullen, gelijk de bladen zeggen, immers
de militaire en belastingszaken wel iets
bijdragen.
„Ik zal slechts in het parlement ver
schijnen, als het onvermijdelijk noodig
is. Berlijn is eene garnizoensstad, en ik
zou als de esnige in 's Konings rok naar
plicht en geweten oppositie moeten maken
tegen Zijner Majesteits regeering. Dat
is eene fatale rol voor mij, en ik hel
een weerzin daartegen, gelijk vroeger,
toen ik nog in openbare bassins zwom.
als ik op de springplank stond. Ook zon
de pers natuurlijk alles verminken va'
ik zeg; dit is zoo gemakkelijk zondei
vervalsehing, slechts door iets weg t*
laten en door te halen. Ik heb mij zei
ook eens aan dat vak gewaagd, toei
ik redacteur was der dépêche van Ems
waarmede de sociaal-democraten
reeds 20 jaren voortdurend uit vissehe:
gaan, welke Benedetti den oude:
"Wilhelm in 1870 te Ems overhandigdr
en waarop de oorlog volgde. De Konin
zond ze mij met de opdracht, ze gehei
of slechts gedeeltelijk openhaar te makei
en toen ik ze nu door doorhalingen e
verkortingen geredigeerd had, riep Mol
ke, die bij mij was: eerst was het een
charade, nu is het eene fanfare.
„Bovenal echter maakt ééne zaak ft
het optreden in het parlement buitei
gewoon moeilijkde persoonlijkheid d
tegenwoordige ministers is te dun;1
dekkende schijf, welke zij voor den aai
val biedenis zoo doorzichtig, dat1
persoon van den monarch er altijd doe
schijnt. Ik zie er voor de toekomst A
monarchale idee een gevaar in, also1
vorst, zij het ook met de beste bedoelt
genal te vaak zich in het openba
vertoont zonder ministerieele kleedin
stukken, en daar mij dit gevaar nal
schijnt en een strijd met stroomanm
mij niet aantrekt, daarom zeg ik; f'
mich hal die Situation heïn Schvw'
Men kan er staat op maken dat dt
ontboezemingen van Bismarck weer It
wat beweging veroorzaken zuilen.
