NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Vve familie glaresfoot.
10e Jaargang.
Vrijdag 18 November 1892.
No. 2876.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADYERTENTIËN:
„Het Blaadje"
SÏADSNIEÜWS,
Arrondissements-Bechtbank.
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37^.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentién worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ.Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
B{j dit Nummer is gevoegd
het Gemeenteraadsver slag van
16 Nov.
Ondergeteekende brengt beleefdelijk
in herinnering, dat kleine Advertentién
bestemd tot plaatsing in
en in de speciale rubriek in het Zater
dagavondnummer van HAARLEM's
DAGBLAD, 5 Cts. per regel te zaraen,
uiterlijk tot Vrijdagmorgen 12 uur aan
het Bureau kunnen worden ingeleverd.
T. C. PEEREBOOM.
Haarlem, 17 Nov. 1892
Vanwege het Ministerie van Water-
ïaafc, Handel en Ny verheid werd heden
aan het gebouw van provinciaal bestuur
alhier aanbesteed
lo. Het driejarig onderhoud der duinen
op het eiland Vlieland, behoorende tot
zeowerken in Noordholland. Raming
ƒ3200 per jaar.
Ingekomen 7 biljetten waarvan dat
van C. J. Bos te Terschelling het laagst
voor 2960 per jaar.
2o. Het driejarig onderhoud van het
lagpad langs het Zuider- en langs een
gedeelte van het Noorder-Spaarne in de
provincie Noordholland. Raming ƒ600
per jaar.
Eenige inschrijver J. H. Daudey al-
bier, voor ƒ515 per jaar.
Heden (Donderdag) zyn van het alhier
houdend garnizoen vertrokken per spoor
trein van 6 uur 24 min. v. m. twee de
tachementen, tot bewaking van besmette
hoeven alwaar mond- en klauwzeer onder
het vee is uitgebroken. Het eene ter
sterkte van 16 man onder bevel van een
korporaal naar Kethel moet dienon tot
versterking van een zich daar bevindend
detachement.
Het ander ter sterkte van 4 man onder
commando van een sergeant vertrok naar
Katwijk-binnen tot zelfstandig detache
ment en om 11 uur 28 min., een deta
chement sterk 1 sergeant en 16 man
naar Stompwyk ten einde als zelfstandig
detachement dienst te doen als hulpma-
[rechaus&éü.
Zaterdag a. s. geeit een transch too-
heelgezehchap (zie advertentie in ons
korig nummer) het drama Thé.èse Ra-
quia van Ernile Zola, ia onzen schouw-
prg.
Ia Brussel werd hunne vertolking van
dit stuk zeer geprezen en men beweert,
„Ie spectacle peut être vu, rnerae par
les jeune8 fines'1.
De voorstelling bestaat voorts uit eene
conférence causerie van den heer Mil-
liaud en uit eene voordracht van mo
derne en oude liederen door Mme
Noelly.
De lezirgen, die dezen winter in
Teyler's Stichting zullen worden ge
houden, werden Woensdagavond ge
opend door dr. T. C. Winkler. Reeds
bij het binnenkomen in de gehoorzaal
bleek het, uit een negental groote
teekeningen van dierengeraamten, die
aan den wand waren opgehangen, dat
de spreker van plan was een paleon
tologisch onderwerp te behandelen. Dr.
Winkler begoa met te zeggen, dat hij
in het vorige jaar ia Teyier een voor
dracht had gehouden over fossielen uit
Oeningen in Zwitserlanddat hij toen
evenwel, omdat de hem toegestane tijd
verloopen was, zij a onderwerp niet vol
ledig had kunnen behandelen, en daarom
nu wenschte nog een woord te spreken
over de visschen van Oeningen.
Om dit ev> nwel goed te kunnen doen,
moest hij iets uit zijn eigen levensge
schiedenis vertellen, wsurby hij dan
tevens gelegenheid zou hebbea zijn
onderzoekingen mede te deelen over
een thans »og levenden visch, namelijk
over den PietermaD, Trachinus dr»co,
eea visch die hier te Haarlem dagelijks
ter markt wordt gebracht. Na dit met
behulp van een fraaie teekening van
dien visch en zijn vinnen enz. te hebben
gedaan, en vervolgens aangetoond te
hebben waarom hij aan een paar fos
siele visschen van Oeninge» de namen
had gegeven van Cobitis Teyleri en
Cobitis Bredaï, ging de spieker over
tot een geheel ander onderwerp, name
ly k een beschrijving van een achttal
nieuwe fossiele diere» uit Amerika;
dieren die voor zijn hoorders volkomen
nieuw mochten heetea. Dit waren 4
reptielen Bronlosaurus excel sus, S le
gosaurus .ungulatus, Triceraiops prorsus
enj 1 guano don bernisiartensis 2 zoog
dieren Bronlops robuslus en li in la
therium mirabilcon twee vogels
Hesperornis regalis en Ichthyornis
dxspar. Deze beschrijvingen werden af
gewisseld met vele geologische, anato
mische en historische bizonderheden.
Daarna vertoonde dr. Winkler, door
middel van projectie met kalklicht, een
aastal fossiele dieren i« gerestaurCerden
toestand, zooals zij nog nooit aan zijn
hoorders waren vertoond, en gaf hij
telkens bij elk dier eea kort overzicht
vaa wat het belangrijk maakte yoor de
wetenschap der palaeontologie.
Spreker besloot zijn voordracht met
te zeggen, dat hij hoopte, in een vol
gende samenkomst, ook de bovenge
noemde nieuwe amerikaansche diervor
men in gerestaureerden toestand aan
zijne hoorders te kunnen vertoonen.
Heden stond o. a. terecht een Rus,
zekere Herman Britzmanowitz, kleer
maker alhier, die beschuldigd wordt
van een stokslag te hebben gegeven
aan den Italiaan Giovanni Antonio
Coraaita, schoorsteenveger te Haarlem
in het koffiehuis van den Duitscher
Johaun Friedach Köcke in de Dam
straat, hier ter stede.
Het is zeker een zeldzaamheid, dat
zulk een internationaal geding moet
worden berecht door den nederland-
schen rechter.
Alle drie spreken evenwel onze taal,
zooéat geen tolk noodig was. De zaak
betreft een betalingskwcstie. Beklaagde
wilde slechts eene partij biljart betalen,
terwijl de eigenaar van het koffiehuis
twee partijen meende te vorderen te
hebben; en daarbij Comaita als getuige
riep. Daarop ontstond de twist en dat
deze viij hevig was, blijkt uit de ver
klaring van gden koffiehuishouder, dat
de straat stroomde van bloed. Britz
manowitz had zijn dikken rietstok op
het hoofd van Comaita stukgeslagen en
de substituut officier van justitie
requireert zijne veroordeeling tot ge
vangenisstraf van 3 weken.
Over 8 dagen is de uitspraak.
Naar wij vernemen, zal dit geval
geen aanleiding geven tot diploma
tieke verwikkeÜDgea tusschen Rusland,
Duitschland en Italië met Nederland.
Twee jeugdige boosdoeners stonden
terecht. Het zyn H. S. Tames, 12 jaar
en Fraociscus Moerkerk 11 jaar oud,
die 's avonds van een metselaar iD de
Bakkerstraat, Hoogerbpets, vier duiven
hebben gestolen en die in een zak mee-
gertomen.
Terwyl Tames op een ton de wacht
hield, ging Moerkerk het erf van den
metselaar op en kaapte de duiven, die
by aan Tames overgaf, om ze in den
zak te doen.
Wanneer de president vraagt wat zy
met die duiven wilden doen, antwoordt
Tames, dat zy die den volgenden dag
wilden verkoopen aan den poelier. Zy
hadden den heeleu nacht op straat
willen blyven. Gelukkig nam een agent
van politie, die hen des nachts te halfeen
in de Koekamp vond, hen en de gestolen
duiven mede naar het politiebureau.
Uit hunne verklaring blijkt, dat de
jongens meer zoo rondzwerven. Dien
dag waren ze reeds van den morgeD af
op straat geweest en zooals vaker ge
beurde, niet naar school geweest. De
jongens gingen natuurlyk op de school
in de Bakkerstraat.
De ambtenaar van het O. M. requi
reert, hen toerekenbaar achtende, hnnne
veroordeeling tot een gevangenisstraf voor
elk van 2 dagen.
Uitspraak over 8 dagen.
Verder werden eenige zaakjes van
luttel beteekenis berecht.
Ernstiger was de strafzaak tegen Jaco
bus Johannes van Nimwegen los werkman
te Haarlem, die op den i3den Septem
ber jl. zijn vrouw een slag heeft ge
geven met een bijl van gewone af
metingen.
Van Nimwegen was reeds 24 jaar
met deze vrouw getrouwd.
Als eerste getuige treedt de vrouw
zelf op, dcch volgens de wet kan haar
geen eed worden afgenomen.
Het feit geschiedde in de herberg
van Van der Steen, waar beklaagde
haar had heengebracht om tegenover
een oom die hem belasterde, hem
Bchoon te vegen.
Toen zy dat niet spoedig genoeg deed,
verklaart hij, „dat hy geen grond meer
gevoelde en naar zyn byl greep."
Wat er verder is geschied, weet be
klaagde niet meer. Later begreep hy het
en is zichzelven by de politie gaan aan
geven.
Beklaagde droeg altijd den byl bij zich,
niet voor zyn beroep, maar als wapen.
Van Nimwegen is iemand van een
driftige natuur en nu doet hij allerlei
verwarde verhalen, die niets ter zake
doen en wanneer Van der Steen ver
klaart de beleedigende woorden van den
oom niet to hebben gehoord, roept Van
Nimwegen hem toe „JudasDat is
myn belooDing, hé?//
De president maant hem tot kalmte
aan.
De subs. ofi. van justitie deelt mede,
dat beklaagde zich na de daad heeft
willen verdrinken. Zijn huwelijksdag
heeft hem geen paradijs op aarde ge
bracht, want het huwelijk was Diet ge
lukkig. De wonde was zoo weicig
ernstig, dat opname in het gasthuis
zelfs niet noodig was.
Spreker qualificeert het misdrijf als
mishandeling gepleegd tegen de echt-
genoote en requireert de veroordeeling
van beklaagde tot gevangenisstraf voor
den tijd van 3 maanden.
Thans deed zich een incident voor.
By de gebruikelijke vraag ot hy nog
iets te zeggen had, antwoordde At be
klaagde „Ik heb het verdiend. Maar
de man, voor wien ik nu het boevenpak
moet aantrekken.die lage fielt.
en in razende woede haalt hy een doosje
nit den zak en keert zich naar de ge
tuigen, roepende „waar is hy zeg,
ken je dit nog, hé ken je dat wel F"
en uit allerlei onsamenhangende woor
den.
In de zaal heerechte ontsteltenis. De
deurwaarder en de concierge zyn opge
sprongen, .ook de subsistnut-officier staat
voor de tafel. Met onverstoorbare kalmte
zegt de president„deurwaarder, waar
is toch de brigadier?" en deze, die by
het publiek de orde bewaarde snelt toe
en brengt den man de zaal uit.
Het geheimzinnige doosje bevatte
slechts gouden voorwerpen.
Zeker was dit incident de beste
illustratie van 's mans karakter.
By de heden gehouden aanbesteding voor
de levering gedurende drie jaar van
dienstkleedingstukken voor de Mij. tot
Expl. v. Staatssp. waren van de 11 me-
dedingenden de minste inschryverr onze
stadgenooten de firma Benj. Davidson
Co., voor de somma van 139493,85.
Zaterdag a. s. vertrekt per
stoomschip Prinses Sophie naar Batavia,
een detachement aanvulliDgstrcepen, ter
sterkte van 4 onderofficieren en 70 min
deren, onder bevel van den van verlof
terugkeerenden kapt, der inf. vtn het
O.-I. leger J. A. Willems en onder
medegeleide van de voor het leger be
stemde 2e lnits. der inf. G. H. de Wilde
en J. L. Doerleben.
Met dat stoomschip vertrekken voorts
de le luit. der art. H. C. Kronouer,
gedetacheerd geweest by de Hoogere
Krygsscbool, de 2e luit. der artillerie
H. L. F. Vanger, gedetacheerd geweest
by de constructie-werkplaats te Delft,
de 2e luits. der genie P. J. A. Geesink
en L. A. van 't Sant, de 2e lnit. der inf.
H. W. Roeby en de adspirant-adm. der
marine J. H. Ruygrok, T. H. Bodde en
D. Peereboom Voller.
Te Weesp deed zich Woens
dag het eerste geval van cholera asiatica
voor met doodelyken afloop. Het was
een zoontje van een boerenarbeider, oud
7 jareD, dat Dinsdagmorgen, klagende
over krampen, toch naar school werd
gestuurd en waarbij Woensdag morgen
te 7 oren geneeskundige hulp werd ge
vraagd, te laat om van dienst te kunnen
zyn.
Zekere De G. te Leiden had
Dinsdagnamiddag het gelnk een bank
biljet te vinden van /25. Toen hij hoor
de van wien het was, gaf hy het bereid*
willig weder terug, tot belooning ont
vangende 25 sigaren Daarop te kennen
gevende dat hy niet rookte, kreeg hy.
niets. (Z. D.)
Te Maasdam is Maandag-
<•64'!
HOOFDSTUK XVIII.
,f. Hij stond nu in do keuken en zocht by het zwakke schijnsel
van den lucifer naar de deur. Toen hij die zag, ging hy er dade
lijk heen en opende die. Hy kwam nu in een smalle gaDg met
een deur aan het einde en vermoedde terecht, dat deze de toegang
was naar het midden van het gebouw, waar de kamers door den
heer des huizes bewoond, zich bevonden.
Inderdaad bereikte hy door deze deur den hoofdcorridor, waarop
al de vertrekken van George uitkwamen. Het was zeer gemak
kelijk om de rechte kamer te vinden, daar onder de deur een
lichtschijnsel viel van de brandende lamp. Reeds had John Bel
lamy dan ook de hand aan den deurknoptoen plotseling
de gedachte by hem opkwam of ook wellicht Caresfoot aan de
deur een geweer of revolver had verbonden, die bij iemands bin
nentreden van zelf zou afgaan. Toen glimlachte hy echter over
sijn dwaze angst en trad, voorzichtig de deur openende, de kamer
binceD.
Hoog brandde de groote lamp en verspreidde een licht zoo fel,
dat de aan duisternis gewende oogen van den inbreker, het ter
nauwernood konden verdragen. Het was hem, alsof die lamp eeni
groot stralend oog was, dat hem aanzag en door hem heen, tot
in de diepste diepten van zijn hart. Vreesachtig keek hy rond,
maar zag verder niets, dat hem augst behoefde aan te jagen. De
gewone meubelen stonden op hunne gewoDe plaatsen en lord John
keek Daar den stoel van George, als verwachtte by ieder oogen-
blik Caresfoot zeiven er uit te zien opryzen. Op de tafel stond
een half gevulde flesch cognao met een wynglas er naast en daar
ook de kurketrekker op de tafel lag, concludeerde sir John, met
vry groote gewisheid, dat Caresfoot voor hy op zyn nachtelijken
tocht uitging, een stevig glas sterken drank had gebruikt, om
moed te krygen.
„De onderneming is dan zeker wel gevaarlyk," mompelde Bel
lamy. „Des te beter, wanneer hy dronken is, zal bij de brieven
de eerste uren niet missen."
Toch werd het hem in de hel verlichte kamer, alleen in het
donkere gebouw, eenigszicB aDgstig te moede en er kwam een
aandraDg by hem op, om er spoedig een einde aan te maken. Hy
trad op de brandkast toe, die in den gewonen hoek stond en, den
sleutel uit den zak halende, zette hy dien zacht en voorzichtig in
het slot en draaide behoedzaam naar links, zooals hij Caresfoot
eens had zien doen.
De deur ging open. Bellamy beefde van vreugde. In de kast,
die zeer eenvoudig was geconstrueerd, wareo, dat wist hy, geen
geheime bergplaatsen. De ruimte was slechts door een ijzeren
plankje in tweeën gescheiden en Bellamy zag niets, dan eenige
stapeltjes papieren. Haastig greep hij die een voor een uit de
kast en bekeek ze. Op het bovenste plankje vond hy niets dan
wat koopacten, brieven van den notaris en klachten van pachters.
Nu bleef de benedenste helft nog te onderzoeken over.
Zyn wangen gloeiden als vuur, bij de gedachte dat by nu ten
laatste den triomf zou behalen, waarnaar bjj reeds zoo vaak had
verlangd. Waar waren ze, de gehate brieven! Koortsachtig wierp
hy de papieren, die in het onderste gedeelte van de kast lagen,
door elkander. Een stapeltje rekeningen, een bundeltje kwitantiën,
wat circulaires en aanbiedingen, anders was er niets 1
Met verwilderde oogen staarde de inbreker naar den papieren-
hoop, die hy in zyn koortsachtige haast totaal dooreen had ge-
worpen. Hy dwong zich tot kalmte. Komaan, dat was toch niet
mogelyk. De brieven moesten er zijn, hy wist immers'dat ze er
waren. Hy had ze stellig over het hoofd gezien.
En langzaam, maar met bevende vingers, nam hy de papieren
een voor een op en keek ze in. Wat hy gezien had, legde hy
weer in de kast. Ten slotte lag alles weer netjes in de brandkast
zooals hij het gevonden had, maar de brieven wares
er n i e 11
Toen schoot hem in eens een denkbeeld door het brein, dat
hem het bloed naar het hoofd joeg. Caresfoot moest ze hebben
weggenomen, uit overmaat van voorzichtigheid, ze weggenomen
hebben voordat hy met lady Bellamy op de nachtelijke expeditie
uitging. John Bellamy voelde een ziedenden toorn in zich op
bruisen. „O, de slimme schurk, de slimme schurkschreeuwde
hij luid en in den langen gang gaf de echo een doffen klank weer,
waarvan hyzelf schrikte.