GEMENGD NIEUWS.
POLITIEK OVERZICHT.
INGEZONDEN.
Welke scheel heeft Haarlem het meest noodig?
te helpen, doch te lait. Op het zelfde
oogenblik zonk Westerhuis ia elkander.
Vrouw Pietersma ,en Suzznni hielden
Brouwer nog eenige oogenblikken met
geweld vast, doch daar ook de gewonde
hare hulp vereischte, lieten zjj hem gaan,
onder de opmerking, dat hij toch vol
doende bekend was.
Weldra was de brigadier der rjjks-
veldvacht Godschalk aanwezig en reeds
een uur na den aanslag was Brouwer
in verzekerde bewaring genomen en
overgebracht naar het hnis van bewaring
te Heerenveen. Ook de ontboden ge
neesheer verscheen zoo spoedig moge
lijk en constateerde eene wond in de
zijde van jü cM. diepte en iï cM.
breedte. De steek is bovendien zoo
krachtig toegebracht, dat ook een der
ribben gebroken is. Toch moet de hoop
om den gewonde in het leven te be
houden riet uitgesloten zijn.
Lolka Brouwer, die gehuwd en vader
van verscheidene kinderen is, onder
ging denzelfden avond nog een langdu
rig verhoor. Hij trachtte te ontkennen,
doch zoowel Suzanna P., als J. W. Vos,
mede in de herberg aanwezig, verklaren
hem het mes te hebben zien trekken
Eerstgenoemde heeft bij hare poging
om haren minnaar te verdedigen, nog
eene, gelukkig onbeduidende, snede
over de hand gekregen.
Lettaren an Kunst.
Zooals door ons ia het vorig nummer
is gemeld, had in den nacht van den
18a Decemoer 11., in de zaal „Odéon"
te Amsterdam eene bijeenkomst plaats
van schilders, letterkundigen, journalis
ten, beeldhouwers, toneelspelers, musici,
kunstbeoefende studiosi, ter constituee
ring van een Amsterdamschen „Kunst
kring." Ruim 40 personen hadden aan
de uitnoodiging om tot de stichting
mede te werken, gehoor gegeven. De
vergadering was op het ongebruikelijk
uur van middernacht gesteld om aan
ieder (ook tooneelspslers) de gelegenheid
te geven haar bij te wonen. De slotsom
der lange besprekingen was, dat een
kring, waarin de beoefenaars van kunsten
en wetenschappen elkaar ontmoeten
kunnen, algemeen gewenscht geoordeeld
werd. Tot leden van het voorloopig
bestuur werden gekozen prof. Yan der
Waay, Joh. Braakensiek, M. Kreukniet,
mr. Henri Viotta, Heary van Kuijk,
N. van Harpen, Orelio, J. H. Róssing,
Justus van Maurik, H. P. Berlage, Vau
Enthoven (student), Teixeira de Mattos,
dr. H. C. Muller. Deze heeren zullen
zich allereerst bezighouden met de sa
menstelling van statuten en reglement,
waarop ten spoedigste de sanctie der
leden er traden reeds 40 toe zal
worden gevraagd. De contributie werd
vastgesteld op f 10 per jaar plus 2.50
entiée voor hen, die zich eerst na eene
maand aanmelden.
KOLONIËN-
BATAVIA, 18 November.
Aan het kort verslag der voornaamste
gebeutenissen in het gouvernement
Atjeh en Onderhoorigheden, loopende
van 25 October jl. tot en met 7 dezer,
wordt het volgende ontleend
Groot-Atjeh. Onze versterkingen te
Boekit Kararig, Katepan-Doea, Lamdja-
moe en Lamtih, alsmede de stoomtram
en de baanwerkers werden enkele malen
door den vijand beschoten, meestal op
groQte afstanden. Met het openkappen
van het voorterrein werd voortgegaan.
Den 24a October werden bericht ont
vangen dat Toekoe Mat Amin met 60
gewapende volgelingen zich ophield in
de aan het zeestrand op ongeveer 1200
meter ten westen van Lampagger ge
legene kampong Lambaroe, welke kam
pong daarop door Hr. Ms. „Bali* on
der vuur werd genomen, met het gevolg
dat veel volk overhaast en het vee
voor zich uitdrijvende naar buiten trok,
terwijl volgens ingekomen berichten de
vijand bij deze gelegenheid twee doo-
den en éen gewonde zoude hebben be
komen.
Twee dagen later werd genoemde
kampong opnieuw door Hr. Ms. „Bali"
met granaatvuur getuchtigd, nadat ver
nomen was dat Toekoe Mat Amin er
was teruggekeerd.
Onderhoorigheden. Noordkust. Op
den an November werd door Toekoe
Tjihik Pasangan schriftelijk atstand ge
daan van het door hem beoosten de
Panjoë op de radja's van Kbempang
Doea, Sawang, Nizam en Tjoenda ver
overde gebied en dit onder het hijschen
der Nederlandsche vlag en het Baluut
het geschut van drie oorlogssche
pen door den resident Scherer namens
het goevernement aan genoemde radja's
teruggegeven.
Te Telok Semawé, waar de rust niet
verstoord werd, vorderde de bouw van
het tijdelijk kampement goed.
Onze versterking te Segli werd slechts
een enkele maal beschoten.
Den 3m October werden twee Kiin-
galeezen en eenige Pediieezen op weg
naar Pakan Pedir door kwaadwilligen
beschoten, met het gevolg dat zy een
goed heenkomen zochten, en goederen
die zij met zich voerden achterlatende,
zoodat deze in handen vielen van
hunne aanvallers, die echter door de
spoedig toegeschoten hulp gedwongen
werden op hunne beurt de wijk te ne
men.
Het voorgevallene was intusschen ia
onzen post te Segli niet onopgemerkt
gebleven en zoodra de prauw, waarme
de de roovers op hun terugweg de
Segli-rivier wilden oversteken, in het
zicht kwam, werd op hen gevuurd, met
het resultaat dat de opvarenden te wa
ter sprongen ea op die wijze naar Triëag
wisten te ontkomen. De militaire com
mandant besloot daarop de prauw buit
te maken, als zij de rivier kwam aidt ij
ven, waar twee detachementen werden
uitgezonden, die echter, nabij de loop
graven van Kota Triëng gekomen, van
daaruit zoodanig werden beschoten, dat
tot een aanval op gemelde versterking
moest worden overgegaan, welke aan
val, nadat van uit onzen post nog eeni
ge manschappen waren gezonden, met
succes werd bekroond. Drie gedurende
den aanval door den vyand verlaten
bentings werden genomen en de hui
zen verbrand, nadat de garoofde goede
ren waren teruggevonden, terwijl ver
volgens de prauw werd in bezit geno
men.
Aan onze zijde werd 1 mindere licht
gewond.
Westkust. Te Melaboeh viel niets
bizoaders voor. Op Poeloe Raja werd
het emplacement voor de ontworpen
nederzetting schoongekapt, met welken
arbeid medio October een aanvang was
gemaakt, nadat de kostelooze afstand
van het eiland door de daarop recht
hebbenden aan het goevernement zijn
beslag had gekregen.
Het weder was over het algemeen
regenachtig en koel, in de laatste dagen
echter droog en warm.
De gezondheidstoestand was over het
algemeen ongunstiger.
Het gemiddelde ziektecijfer bedroeg
per dag 21 tegen 19 en dat van de
beri-beri 8 tegen 9 gedurende den vo-
rigen verslagtijd. Het sterftecijfer was
lager.
Koning Humbert vau Italië heeft
Maandag de deputation ontvangen uit
de beide Kamers met het adres van
antwoord. Hij sprak zijn hoop uit, dat
hetgeen in den Senaat was voorgevallen,
op verstandige wijze zal worden ge
schikt.
Alsof het Panama-schandaal al niet
erg genoeg is en niet reeds genoeg op
schudding heeft teweeg gebracht, komt
nu uit Rome het bericht, dat er onre
gelmatigheden zouden hebben plaats
gevonden bij eenige circulatiebanken,
waaruit men een groot schandaal voor
ziet, daar er regeeringspersonen in be
trokken moeten zijn.
Zondag heeft het inwijden van een
protestamsche kerk te Madrid door den
anglikaanschen aartsbisschop te Dublin
aanleiding gegeven tot woelige betoo
gingen.
Volgens de dagbladen te Madrid
wordt graaf Mazo benoemd tot gezant
te Londen, graaf Rascon als zoodanig
bij het Quirinaal, Mendez Vigo te Ber
lijn en Aguera te Brussel. Merry del'
Val zou gezant te Weenen blyven.
De Qaceta deelt een besluit mede,
waarbij 48 nieuwe prefecten worden
benoemd.
Naar aanleiding van het bericht, dat
tc Petersburg het antwoord van Duitsch-
laud op de jongste russische uitlating
over de duitsch-russische onderhande
lingen zou ingekomen zijn, wordt van
goed onderrichte zijde gemeld, dat er
tot dusverre van het ter sprake brengen
van den materieelea inhoud der jongste
russische voorstellen niets bekend is.
De bulgaarsche Sobranje heeft nage
noeg eenparig (slechts 13 stemmen tegen)
eene wijziging in de grondwet aange
nomen betreffende het belijden van den
orthodoxen godsdienst door den erfge
naam der kroon.
De zwitschersche Bondsraad maakt
eene aanvullende Boodschap aan de
Bondsvergadering gereed over de Fransch
Zwitserscfte handelsovereenkomst.
Niet Paulo Queroz, maar Pau'o Souza
in Brazilië tot minister van buitenl.
zaken benoemd.
Olympio Abreu is daar benoemd tot
minister van buitenlandsche zaken.
Er is besloten tot samensmelting der
braziliaansche bank met de bank der
Vereenigde Staten van Brazilië,
Sir Cecil Rhodes is Maandag uit Lon
den naar Egypte vertrokken, ten einde
de medewerking der egyptische regee
ring te verkrygen voor zijn plan tot het
voltooien van eene trans-afrikaamche
telegraaflijn tusscben Kaapstad en
Alexandrie.
De Times vernam uit Kalco, dat
Osman Digna opgetrokken is naar Kas*
sala, waar hij versterkingen afwacht.
Maandag is door de fransche Kamer
de wet op de sterke dranken met eene
kleine meerderheid van stemmen aan
genomen. Tevens heeft de Senaat aan
genomen het wetsontwerp op de seheids-
rechtelijke uitspraken tusschen patroons
en werklieden.
Er heeft zich te Londen
eene commissie gevormd tot eene geld
inzameling ten bate van de slachtoffers
der bankroete Liberator-bouwvereeni-
ging en van aanverwante instellingen,
waardoor een verlies geleden is van
7,000,000. De commissie bestempelt
deze ramp, die hoofdzakelijk de kleine
burgery trof, als eene ware volksramp.
Richard Owen, de beroem
de natuuronderzoeker, is Zondag te
Londen overleden.
De heer Dresch, de par ij-
sche commissaris van politie die Rava-
chol in hechtenis nam en niet dan na
zeer veel moeite een onderkomen vond
niemand wilde zulk een dynamiet
magneet in huis hebben staat nu
weer op straat. De ontploffing der Rue
des Bons Enfants heeft den huisheer
des heeren Dresch schrik aangejaagd
en hij zeide zijnen huurder de huur op.
Een fransch houthakker te
Luneville is even over de grens op
duitsch gebied door een duitsch hout
vester een viertal sabelslagen toege
bracht. |De| justitie heeft |een onderzoek
geopend.
Uit M o n 11 u 9 0 n wordt ge-
meld, dat een dynamietontploffing
Maandagochtend omstreeks 3 uur heeft
plaats gehad te Commenhy in het kan
toor der mijnmaatschappij van „Com-
mentry" en *Fourcharaboult". De bom
was geplaatst in den linkervleugel van
het gebouw, waar de kas staat. Deze
werd geheel vernield. Dembot gewezen
politieagent, werd onder het puin be
dolven maar bevrijd. Hij had geen let
sel bekomen. De officier van justitie is
aangekomen. Men hoopt de daders te
vinden.
BI ij keus de opgaven van
het laatste bulletin van het Kats. Ge-
Qundheilsamt in Berlijn blijft de cholera
nog voortdurend in Aziatisch en Euro-
peesch Rusland, Klein-Azië en Perzlë
heerschen, en vertoonde zij zich ook
nog in deze loopeade maand in Hon
garije. Gallicië, het Balkaa-schiereiland,
Duitschland, Frankrijk en België.
Zoo kwamen 0. a. gevallen voor te
Budapest en verschillende gemeenten in
Gallicië, te Warschau, te Hamburg en
te Altoaa, te Nantes, Lorient en Basse
Indre, te Brugge en omstreken en te
Ostende.
Met het oog op devoorge
nomen verdubbeling der bierbelasting
in Dnitschland heeft de vereeniging
van brouwers van Berliju en omstreken
aan den Rijksdag eene memorie aange
boden. Daarin wordt 0. a. aangetoond
dat, na invoering der belasting, deBer
lijners circa 3,258,000 Mk, meer zouden
moeten opbrengen. Dus zouden zij
hoewel ze in naam slechts 4,2 pCt, van
de belastingbetalenden uitmaken, 11,6
pCt te dragen hebben.
Van 1888 tot 1891 is het bierverbruik
per hoofd verminderd van 194 tot 187
L. Het eenige middel tot herstel kas,
volgens de brouwers, gezocht worden in
den verkoop van bier op flesschen. Deze
is nog steeds zeer aanzienlijk. In het
afgeloopen jaar zijn door 18 brouwerijen
niet minder dan .74.846,655 ffesschen
bier verkocat, vertegenwoordigende eene
hoeveelheid van 284,261 HL.
Maar als de Berlyners meer dan
3000,000 Mk. aan bier belasting moeten
Detalen, dan is er voor de brouwers
geen toekomst meer.
Te Rome heeft de arrestatie
plaats gehad van een jongmensch, tot
eene geachte familie behoorende ea die
secretaris was van het cabinet-Finochiario
Aprile, minister der posterijen ea tele
graphic.
Dit jongmensch had een postmandaat
van frs. 5,25 vervalscht, door het op
handige wijze in frs. 525 te veranderen
en waarop hij van een „gaigon* frs. 50
had weten te leenea. Bij het aanbieden
van het mandaat door den koffiehuis-
jongen werd de daad ontdekt, en had
de arrestatie van den vervalacher openlijk
plaats.
De jongste berichten uit
Tongkin luiden ver van bemoedigend.
Van alle kanten komen berichten over
aanvallen van roovers en van Chineezen.
De eersten schijnen er gewone men-
schenjachten op na te houden; althans
een bende roovers wilde een aantal
vrouwen ea kinderen wegvoeren. Een
Fransch detachement, dat den toeleg
bemerkte, had het geluk eenige gevan
genen te bevrijden.
Op eene andere plaats werden vrouwen
en kinderen, die in een grot waren ge
vlucht, genoodzaakt deze schuilplaats
te verlaten, daar de menschenjagers hun
het verblijf in de grot onmogelijk
maakten, door aan den ingang stroo-
vuren te ontdekken.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
redactie zich niet aansprakelijk).
Mijnheer de Redacteur,
Winneet, xooals thans, een vraagstuk
van eenig belang aan de orde gesteld
is, dan voelen lich velen geroepen, om
naar de pen te grijpen en een woordje
mee te spreken. Dat heelt zijne goede
zijde, want daardoor schokken de mee-
uingen, waaruit immers, volgens het
spreekwoord, de waarheid te voorschijn
komt. Doch ,dan moeten die meeaingeu
ook scherp gesteld zijn, en zoo begrensd
en nauwkeurig mogelijk opgeven wat
men eigenlijk wil, anders schokken ze
niet genoeg, en weet men ten slotte
niet, wnt men er aan heeft.
Ik weet niet hoe het anderen gegaan
is, maar mij heeft een gevoel van on
voldaanheid vervuld bij het lezen vau
de gevoerde polemiek naar aanleiding
van het voorstel-Lidewijks. Allereerst
hinderde mij dar bekltgeiyk gejam
mer over het mogelijk lot van betrok
ken personen, alsof die nu maar zoo
in eens aan den dijk zouden worden
gezet. Alsot daar nu, bij mogelijke aan
naming van ingrijpende voorstellen,
niets aan te doen was, alsof het, in
één woord, niet mogelijk ware, de toe
standen te wijzigen zonde- opoffering
personen. Vóór alle dingen moest
VARIA.
Beeldspraak in de knnstcritiek van
een sprankellievend blad:
„Het blijft een slap grog jede moeite
van het vertalen niet waard."
iedereen, die over deze dingen wat
zegt of schrijft, deze persoonlijke consi-
deratiën geheel niet noemen, of althans
op den achtergrond dringen. Ik heb
zelfs reden te gelooven dat de betrok
ken leeraars het in deze gëheel met mij
eens zijn. Daartoe dringt my het ge
loof In de eerlijkheid van die hee
ren. In het algemeen gesprokenwan
neer eene inrichting van onderwijs niet
deugt, of niet aan de verwachting vol
doet, dan zou het eene onverge.fl.jkc
fout zijn, haar toch te laten voortbe
staan in on veranderden vorm, ter will^
van hen, die er in werkzaam zijn ilc
geloof, dat de dagen voorby zijn, wawiii
men in ons lieve vaderland zoo han
delde. Daartoe leven wij in een te ra
dicalen tijdmen wil in onzen tijd waar
voor zijn geld hebbenen de oppositie
die men tegenwoordig tegen het on
derwijs voert, is niet anders dan eene
consequentie van dien radicalen geest
die willens of onwillens, zich in onzi
dagen baan breekt, en zich, dikwijls noj
eer wy het zelf willen of weten, vai
ons meester maakt.
In de tweede plaats laat mij èn he
voorstel zelf èn de oppositie daartegen ge
voerd, onbevredigd wegens het weinij
afdoende van een en ander. Wat zot
het baten, of men éen inrichting vu
onderwijs ophief, om daar een andere
volgens sommige raadgevers, twee, dri
andere voor in de plaats te geven, in
dien alle overige toestanden dezelfdi
bleven. Niet de naam of de soort vu
de school, maar wèl wat er gedwi
wordt, en hoe dat gedaan wordt, bc
slist over hare waarde. In dit opzicht
onderscheiden zich de andere in Har
lem béstaande scholen niet genoeg vat
de school voor H. en N. om het be
sluit tot opheffing van juist deze, ge
noegzaam te wettigen. Mag wellicht in
deze het eene leervak wat minder tol
zijn recht komen dan in eene andere
school, met een ander leervak is mis
schien het omgekeerde het gevalen he
resultaat is overal, dat de leerlingen bi
het verlaten der school lang niet practise
genoeg ontwikkeld zijn. Ik schrijf m
dit niet persoonlijk toe aan directeu
A„ of leeraar B., of docent C., neen
het is eene fout van het stelsel, nle
bepaald van personen. Wel kau ik nie
goed begrijpen, waarom zij, die tod
als specialiteiten geroepen zijn, om ec
stelsel uit te voeren, niet zelf het aller
hotel Pohitonoff ter harer beschikking. Haar eerstvolgende brief
aan Warrie, aan wien zy geregeld iedere week schreef, bevatte
de volgende karakteristieke beschrijving
11 Het doet my denken aan vroegere tyden, toen vader nog
geen tegenspoed had gehad. Myne kamers zyn verschrikkelyk
chic, prachtig ingericht, dat verzeker ik u, en ik heb eene
kamenier alleen voor myzelf. Ik moet dikwyls inwendig
lachen, wanneer ik myne schitterende omgeving beschouw,
en denk aan myn kamertje van voorheen en de pakkisten
En als ik aan tafel de bedienden in hunne prachtigs liverei,
heen en weer zie loopen, dan denk ik bij mijzelf//Ik zou
wel eens willen weten, wat deze deftige mannen zouden zeg
gen, als zy eens wisten, dat zij iemand bedienden, die aard
appelen geschild en schalen en borden heeft gewasschen
om niet te spreken van de pannen en potten in een keu
ken op de vyfde verdieping.
Ik gevoel my hier evenwel volstrekt niet misplaatst Warrie.
Men gewent zoo spoedig weer aan de positie, in welke men
is geboren, en ik zou my best kunnen voorstellen, dat ik
slechts heb meegespeeld in het een of andere tooneelstuk.
De graaf is zeer vriendelijk en vol attenties, en schynt er
altyd op uit om ons genoegen te doen. lederen morgen als
het mooi weer is maakt hy met my een rytoertje en des
namiddags ryden wij gezamenlijk uit. Je moest eens zien hoe
zorgzaam hjj voor Isabel is Hy schynt al hare verlangens te
kunnen voorkomen. Ik heb nooit zulk een liefhebbend echt
genoot ontmoet. Het doet my genoegen, dat je het nog al
kunt volhouden, beste jongen. Het is vreeselyk wat je hebt
geschreven over je enormen groei. Wat zult je een aardige
lengte krygen als je zoo doorgaat. Maar denk er om, dat je
ook voor je breedte zorgt en vergeet Nell niet, die op je
wacht."
Nell bleef de gast van graaf en gravin Pohitonoff tot de ge
boorte van hun zoon en stamhouder, wat in Juni plaats had. De
verrukking van de oude gravin, die voor deze gewichtige gebeur
tenis naar Parijs overkwam, was grenzeloos. Nu was vervuld,
hetgeen zy zoo vurig had gehoopt. Er was geen gevaar, meende
zy, dat de titel en de groote schatten overgingeE op een tak der
familie, dien zij verfoeide. Het kind werd gedoopt Fédor Alexander
Leslie. Vladimirs gezondheid was op dat tijdstip zeer bevredigend.
In den tyd van zes maanden had hy nog maar slechts een van
die zenuwaandoeningen gehad.
Byna werd hy opgewekt. En hoe aanbad hij het kleine schep
seltje, dat op het tooneel des levens was verschenen I Toch als hy
soms de zuigeling aanzag, verspreidde zich een pynlyke, angstige
trek, vol diepe smart, over zyn gelaat. Eens zag Isabel deze uit
drukking en deze verontrustte haar. Zy vroeg hem of hij pyn had.
z/Een plotselinge steek lieveling," was het antwoord. //Nu is het
voorbij; het had niets te beduiden."
z/Waar voeldet ge de pyn?"
z/In mijn hart. Het is alsof dan myn hart door een dolksteek
wordt doorboord. Koskavitch zegt evenwel, dat het niets ernstigs is."
z/Het moet dan toch wel pynlyk zijn te oordeelen naar de uit-
drukking van uw gelaat," zeide zyn vrouw op angstigen toon.
Toen zij dien avond voor het diner in de ontvangkamer 0
hem wachtte, bracht een kamerdienaar haar een briefje van de
dokter.
//Mevrouw de gravin, Tot mijn spyt moet ik u mede
deelen, dat uw echtgenoot ongesteld is, en hedenavond nie
by u kan komen.
füw dienstwillige dienaar,
z/Panl Koskavitch."
Toen het middagmaal geëindigd was begaf Isabel zich met
vastberadens in hare manieren naar de kamers van den graaf
had tot dusverre dit nooit gewaagd. Toen zy belde deed de do.
zelf de deur van de antichambre open en toen hij de gravin zag
was er verwondering en misnoegen op zijn gelaat te lezen,
z/Ik ben hier gekomen om myn echtgenoot te zien," zeide ij
vastberaden en deed eenige schreden voorwaarts.
/,Dat is onmogelyk madame la comtesse,
de dokter en plaatste zich met beslistheid voor den ingang
het salon, dat uitkwam in het slaapvertrek.
z/Gy zegt dat hij ziek is. Ik ben zijne vroHw en heb het red
om by hem te zijn," drong zy aan. »Ga als 't u blieft op zfl e
laat mij door."
Wordt venol.fd.)