bovenburen te waarschuwendie allen langs de trap naar bulten konden vluch ten. Eea knaapje van 7 jaar was echter achtergebleven, dat intusschen door een militair bijtijds gered werd. Spoedig rukte de brandweer aan, die den brand in minder dan tien minuten met behulp van één vechtkraan bluschte. De winkel en de eerste verdieping zijn geheel uitgebrand. Het omvallen van het tafeltje, waarop de petroleumlamp was geplaatst, wordt aan de kat des heeren Inkenhaag ver weten. Men heeft ten minste het dier verbrand teruggevonden, Alles was verzekerd. De belendende perceelen hebben door den brand geladen. Hold De vaart door het Noord- hollandsch Kanaal te Purmerend tijdelijk g-stremd, Maandagmorgen on geveer 12 uur maakte de torpedoboot ld jen zich gereed, de groote schutsluis uit te stoomen, toen het vaa Nieuwe- diep komende ryksvaartuig Mercuur de sluis met flinke vaart binnenstoomde. In plaats van achteruit te werken, liep het schip met dezelfde kracht door, verbrijzelde een der zuidelijke sluis- deu en en vloog er tegelijk doorheen Onmiddellijk stroomde ook het water met een val van ruim één meter er door en stuwde de boot voort, die echter behouden en zonder eenige sc'aade aan de andere zijde kwam. Thans echter had het water van Schermerboezem vrij spel cn dreigde Waterland onder water te zetten. Met vereende krachten wist men de noordelijke sluisdeuren, niet tegenstaande den ontzettenden stroom, eenigszins naar elkander toe te draaien. Hierop vlogen de deuren, door den aan drang van het water, met kracht dicht en was het gevaar voor overstrooming geweken. Men is reeds druk bezig om een der in reserve liggende deuren in gereedheid te brengen, zoodat de vaart vermoedelijk een tweetal dagen zal zijn gestremd. Het ongeluk schijnt veroor zaakt te zijn door een plotseling gebrek aan de machine, die weigerde achteruit te slaan. De ldjen is 's avonds weder naar Amsterdam teruggestoomd. Zaterdagochtend werd uit de Zuid Willemsvaart, nabij Weert, het lijk opgehaalt van T. G., sedert 5 Maart jl. te Maastricht vermist. De veronge lukte laat eene weduwe en 5 nog jeug dige kinderen achter. Op een postkantoor in een flinke stad van Gelderland (dus niet Kampenkomt iemand in de kantoor uren om een bepaald bedrag aan post zegels; in plaats van het gevraagde te ontvangen, krijgt hij tot antwoord„de directeur is zich aan het scheren, kom dus later terug." {Artth. Cl.) Door een arbeider te Olde- berkoop is een gouden munt gevonden, zonder jaartal. Op de eene zyde staat het beeld van een man, omgeven door een stralenkrans en onder dit beeld een schild, verdeeld in drie vakken, waar omheen deze woorden„TonatNova N. Orolingas" De keerzijde vertoont een kruis, omgeven door eenige concen trische lijnen, met het randschrift „Fre- dericus. Roman. Imperator." Het stukje is dus vermoedelijk afkomstig uit den tijd der Saksische hertogen. Door een schok viel bij Amerongen de heer A. vaa Os Jr., van Langbroek, van zijn voertuig en werd daarbij zoozeer gekneusd, dat hij spoedig daarop overleed. De wachtmeester der bri gade maréchaussée te Osch is Zondag nacht, terwijl hij op surveillance was, op verraderlijke wijze doodgeschoten, Zooais bekend is, zijn in den laatste» tijd te Osch meermalen revolverschoten gelost op personen, die zich in den vroegen morgen op straat bevonden. De officier van justitie, de rechter commissaris en de substituut-griffier bij de rechtbank te Bosch, zijn Maandag ochtend naar Osch vertrokken, tot het instellen van een onderzoek. Maandagochtend werd een persoon gearresteerd en in verhoor genomen, die tegen den opzichter van de boter- fabriek der firma Jurgens, op wlenook reeds eenmaal Is geschoten, zou gezegd hebben„dien weg ga jij ook op, net als de wachtmeester'1. Zondagvoormiddag, terwyi de ouder* naar de kerk waren, is te Breda een achtjarig meisje, dat met haar jonger zusje alleen tehuis was, bij het spelen met lucifers in brand geraakt en deerlijk gebraad, zoodat zij, toen hulp kwam opdagen, reeds was bezweken. Omtrent de toedracht van de sluiting van den „Oorsprong" by Oostarbeek meldt men het voSgende Sedert een 13 tal jaren is jbr. A. W. van Borssele, burgemeester vaa Ede, in het bezit van de landgoederen #Oor- sprong" en „Wolfheeze." Steeds had hy het voornemen den ^Oorsprong" zelf te gaan bewonen, en al die jarea he«ft hy veel laten werken tot verbetering van wegen, gebouwen, enz. Ook aan de bossc en liet hy, niet tegenstaande de iage noutpryzeo, veel doen. Zoo werden ook op de „Woif- hseze" een aantal hectaren heideveld ontgonnen, door bezaaiing en aan plan- ting. Aangezien de heer van Borssele aan eea werkzaam leven gewoon was, zag hy er tegea op, zyn betrekking al» burg. .van eea der grootste gea.eenten van Gelderland prys te geven, te meer omdat hij in Ede steeds genegenheid heeft ondervonden. Daarom bleet de „Oorsprong" al die jaren onbewoond. Toen echter de heer J. van Erabden ontslag vroeg als burgemeester van Ren- kum, meende jhr. van Borssele de gele genheid te moeten aangrijpen om op zijn landgoed te gaau wonen, entevens werk zaam te blijven. Hij meende met zijn gezond en krachtig gestel de werkzaam heden in de veel kleinere gemeente Renkum zeer gemakkelijk te kuanea waarnemenimmers Ede heeft eene oppervlakte van 32000 HA. tegen Ren kum slechts 3ooo. Een burgemeester van Ede behoeft er dus niet tegen op te zien, burgemeester van Renkum te worden. Velen hadden dus ook niet anders gedacht, dan dat jhr. van Borssele de aangewezen man voor burgemeester te Renkum was, en toch werd hy tegen gewerkt. Er werd eene geheime bijeen komst belegd te Oosterbeek in het raad huis; eenige voorname ingezetenen en raadsleden werden samengeroepen door een wethouder, en in die bijeenkomst werd besloten, alle pogingen in het werk te stellen, te Arnhem en bij de regeering te 's-Graveahage verzoek schriften te richten, om jhr. van Borssele niet te benoemen. Wat de reden van die tegenwerking washebben velen niet begrepen. Jhr. van B. toch heeft steeds de be langen van O oaterbeek voorgestaanalle wandelingen ter grootte van 400H.A.wer den vrijgelaten en aan de „Vereeniging ter bevordering van het vreemdelingen' verkeer" vergund, tot wederopzeggens bankeu, handwijzers, enz. te plaatsen. De hooge ambtenaren hebben blijkbaar te weinig onderzocht, ïn hoeverre de z. g. a. stemmen, werkelijk stemmen uit de gemeente waren, want nu blijkt, dat het stemmen waren van enkele heeren. Daar is Ojsterbeek nu het Blachtoffer van. De belanghebbenden moeten dat nu eigenlijk niet verhalen op den gegriefden persoon, doch meer op 't bestuur der gemeente 't welk oorzaak is, dat Ojsterbeek deze schade en onaangenaamheden treffen. Gek, zegt men, dat één man het dui zenden onaangenaam kan maken met een booze bui, maar veel gekker is het, dat men zulk een man, die steeds ge toond heeft zyn macht ten nutte te geven van het publiek, beleedigt. Die man is blijkbaar niet zoozeer boos, omdat hij niet benoemd is, maar hij is alleen verstoord over de wijze, waarop zyne benoeming is tegengewerkt. Men schrijft ons uitFln- sterwolde In het oosten der provincie Gronin gen verrijzen telkeus meer afdeeliügêö van den „Bond v. Orde door hervor ming". De atdeeliugen te Finsterwolde, Winschoten, Scheemda, Bdliugwolde enz. waren de eerste, thans i3 eene op gericht te Pekela, Wilder vaak en Stads- nuna&i. Vele ervan tellen een aanzien lijk ledental. Elke afdeeliag zal trachten te verkrijgen Eene commissie tot aankoop van bouwgrond om deze (in perceelen) af te staan aan de arbeiders voor den kostenden prijs Hulpkassen (voorschotbanken) tot het verstrekken van voorschotten aan so lide personen; Eene commissie tot het bouwen van geschikte arbsiderwoniugen. Voorts zal elke afdeeling aandrin gen op: 1. Eea vasten Iconstanda^rd, rustende op het beginsel, dat het loon in over eenstemming zij met de behoeften van hem, ai-2 het werk verricht; 2. Alle eigen, vooral kleine industrie, te steunen, door b. v. de werken in üe verschillende plaatsen zooveel mogelijk door ingezetenen te doen verrichten 3. Krachtig aandringen op ver meer dering van het aantal vaste arbeiders en voorts op zoodanige verdecling van werkzaamheden, dat elke boer Voor zijne arbeiders 5 ot/6 weken werk hebbe op den dorschvioer 4. Op zoodanige regeling in het wer ken met dorschmachine en stroopsrs, dat den arbeider langer werk ver ze kerd zij 5. Op zoodanige behandeling van de dienstbaren, dat er zorg en belangstel ling in hun tegenwoordig en toekomstig lot uit spreekt; 6. Op getrouw schoolbezoek; 7. Krachtig tegengaan van misbruik van sterken drank en allen, niet nood- zakelyken, arbeid op Zondag 8. Ambachts- en herhaliagsonderwija en nuttige handwerken te bevorderen Dean en no. 3 „Concerning Oliver verordening" is een vage uitdrukking Knox^ door G. Colmore. die in onze tegenwoordige Btrafwetgc^ Indien deze onderneming behoorly- ving niet meer past en geene positieve ken tijd wordt voortgezet, zal de prijs der Engelsche romAns moeten dalen, zal het publiek, tot zoo lagen prijs, boeken koopen in plaats van ze te huren en zal de auteur rekening heb ben te houden met den smaak van het publiek en niet gedwongen werden, zich te vervoegen naar den verouderden en ultra-behoudenden smaak van een paar leesbibliotheekhouders. Gaat dit do©r dan z&l veel van de oude lectuur worden verdrongen door voortbrengselen van meer moderne kunst en zal de toestand van den schrij ver iu Engeland verbeteren. Ock de arme zal zijne werken kunnen uitge geven kiijgen, daar het aantal koopers steeds toenemen moei. Letteren en Lunst. De Portefeuille meldt: Een Engelseae rom*n van 2 deelen kost 12 en een van 3 deelen 18 l Dat is aldus in den raad der goden besloten 1 De auteur, die het kan wagen, geeft een roman voor eigen rekening ui. en wordt in den regel vreeselijk afgezet, nog daargelaten, dat, wanneer Mudie en William3, de grootste leesbibliotheek houders, zien niet bereid verklaren 250 k 500 exemplaren te koopen tegea 50 pet. van den prijs voor het publiek.de uitgever de zaak nog maar zeiden be giat. Men heeft de allergoedkoopste uitga ven van oude romans, men heeft de proef genomen met novellen, maar wie op het continent woonde kon alleen goedkoop Engelsche romans koopen, eerst in de Tauchnitz-editie en later ook bij Asher. Maar in Engeland ea de Britsche koloniën w&s de invoer ver boden! In Amerika worden de Engel sche romans dagelijk nagedrukt en ook goedkoop verkocht. Nu komt de heer T. Fisher Unwin (11 Paternoster Buildings, London E. C.) tof het moedig besluit, een nieuwe en grootsche onderneming te stichten jyUiiWla's Novel Series," waarin tot den prijs van is. 6d., dus nog minder dan Tauchuiiz, nieuwe oorspronkelijke En gelsche romans zullen verschijnen, for maat, letter en aantal regels p. bladz, als bij Tanchnitz, maar de helft meer in omvang. Het eerste no. „GHdis Fane" by T. Wemyss Reid werd ons gazonden met het bericht, dat no. 2 zal zijn „Isaac Eller's Monev" door mrs. Andrew RECHTSZAKEN- Ia het Paleis van Justitie fs opge nomen dc beschikking van de recht bank te Zwolle in de zaak van het so cialistisch congres te Zwolle, die doo: het hooger college vernietigd werd. Zij laidt aldus „Overwegende dat deelneming aan eene vereeniging eerst dan strafbaar is volgens de wet (art. 140 al. 1 en 2 Sr.), waaneer die Yerceniging tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven (al. 1) of bij de wet verboden is (al. 2) dat de Vereeniging zich noemende de sociaal-democratische bond, die de be wuste motie aannam, beoogt, dat is tot oogmerk heeft zooals daarin „ipsis verbis" wordt verklaard de omver werping vaa de bestaande maatschap pelijke orde, zij het ook zoo noodig door onwettige middelen dat de omverwerping van de be staande .maatschappelijke orde niet is eene bepaald omschreven handeling (of verzuim) die (of dat) by de wet met straf wordt bedreigd en dus geen misdrijf, maar eigenlijk een begrip of samenstel van niet omschreven hande ling; dat zelfs indien men aanneemt, dat het oogmerk in casu zoude zijn het aanwenden van onwettige middelen om tot dien toestand, het einddoel, te ge raken, ook dan nog zulk aanwenden bij geen wettelijke strafbepaling is ver boden en dus geen misdrijf ople vert; overwegende voorts dat deelne ming aan eene verboden vereeniging, strafbaar is (art. 140 Str. al. 2) en de wet van 22 April 1855 (Stbl. no. 32) in art. 2 eene Vereeniging verboden ver klaart, indien zy strijdt met de open bare orde dat evenwel het begrip van strijd met de openbare o*de wordt omschre ven in en dus begrensd door de be paling, daarvan in artikel 3 dier wet gegeven, welke bepaling zegt, dat met de openbare orde strijdig wordt geacht elke Vereeniging, welke tot doel heeft 1. ongehoorzaamheid aan of overtre ding vaa de wet of eea wettelijke ver ordening 2. aanranding of bederf der goede zeden 3. stoornis in de uitoefening der rechten, van wie het ook zy dat door de aanneming der meerge noemde motie de sociaal-democrati sche bond niet gezegd kan worden tot doei te hebben no. 2 of 3, waarvan daarin geen sprake is, al zou misschien stoornis in de uitoefening van rechten het verwijderd gevolg van de middelen tot bereiking vau het doel dier Ver eeniging kunnen zijn of daarmede ge paard kunnen gaan, zoodat alleen de rede kan zijn van het doel in no. 1 omschreven Overwegende daaromtrent dat „ongehoorzaamheid aan of over treding van de wet of een wettelijke handeling uitdrukt; dat daarbij toch nergens gehoorzaam-1 heid aan de wet of aaa de bestaande! maatschappelijke orde geboden of oa>| gehoorzaamheid daaraan of overtreding! daarvan verboden wordt, maar alleen! bepaald omschreven handeliag (positief I of negatief) strafbaar worden gesteld;! dat men nu wel door een abstracte! redeneering tot de gevolgtrekking zou! kunnen komen, dat, door zich tot doel I te stellen de bestaande maatschappelijke orde, zelfs door onwettige middelen I omver te werpen, met andere woorden het beoogen van revolutie, implicite on- gehoorzaamheid aan of overtreding van I de wet in het algemeen wordt bedoeld I doch dat een strafwet strikt behoort I te worden uitgelegd en bij de toepas sing daarvan abstracte redeneeriagen of gevolgtrekkingen moeten worden ter I zijde gesteld, terwijl toch in elk geval I de wet zou moeten worden aangewezen, waaraan ongehoorzaamheid of waarvan I overtreding wordt bedoeld, hetgeen in casu niet mogelijk ia. Overwegende alzoo dat evenmin ge zegd ka*, worden, dat de sociaal-demo-1 cratische boud door aatsnemiag dier mo-1 tie is geworden een Vereenigiug die I tot doei heeft ongehoorzaamheid aaa of overtreding van de wet of een wette lijke verordening Overwegende dat dus niet blijkt, dit I de sociaal-democratische bond daardoor ia geworden een Vereeniging die tot oogmerk heeft het plegen van misdrij ven of een verboden Vereeaigiog, en I deelneming aan die Vereeniging alzoo geen strafbaar feit oplevert en daarte gen noch bij art. 140 vara het Wetboek I van Strafrecht, noch bij eenige straf- rcchtelyke bepaling is voorzien dat derhalve ter zake van het geïm- puteerde feit geen recht tot strafvervol ging aanwezig is en de gevraagde rechts ingang behoort te worden geweigerd en I de verdachten bulten vervolging behoo» ren te worden gesteld; Gezien artikel 83 van het wetboek van strafvordering Weigert den ge vraagden rechtsingang I en stelt de verdachten buiten vervol-1 ging" risLITIEK OYEBZICBT. Maandag is tot voorzitter van den fraaschen Senaat gekozen de heer Chal- lemel-Lacour met 172 stemmen. Constans verkreeg niet meer dan 15 en Magnin 3 stemmen. Algemeen is men van oordeel, dat door Otto Brandes, correspondent ln Frankryk van het „Berliner Tageblatt" te verbannen, het gouvernement zeer onvoorzichtig en overijld heeft gehan deld, vooral nu algemeen gebleken Is, dat hy zelf het bericht over Carnots zoon niet heeft gemeld. De enquêtecommissie heeft besloten eene rappocteur-generaal te benoemen voor het onderzoek van zaken vaa par lementairen aard. Iu eene vergadering vaa liberalen onder presidium van Gladstone gehou den, heeft deze eene rede gehouden over de middelen welke zouden zijn aan te wenden om in het Lagerhuis meer tijd dan waarover de regeering thans beschikt te winnen voor de weg bereiding aaa de ministerieels plannen. Gladstone klaagde over de cbstructio- ni8tische taktiek der oppositie, die ge tracht heeft de plannen der regeeiiag te ondermijneD. Eindigend zcide Glad* stone dat sedert laag het nadeel was te gevoelen, hetwelk er voor de liberale partij in gelegen is, dat zij geleid wordt door iemand van zijnen leeftyd. Hij blyft echter alleen op zijn post tenge volge van de even toewijdende als kundige medewerking welke hij van zijne collega's ondervindt. Hy voelde nen laten merkte de generaal op. «Neen 1" antwoordde Agar met eene beslistheid, die, naar het den ander toescheen, alle verdere besprekingen over dit pust nntteloos zonden doen zyn. Bovendien vermeed de generaal in stinctmatig om naar den naam van die derde persoon te vragen. Generaal Mitchell achtte het geraden om dit onderwerp verder te laten rnsten, en van zyne zitplaats op het veldbed opstaande, zeide hy yKom, wij moeten aan het werk. Ik ben van plan om mor genochtend by het aanbreken van den dag den terugtocht aan te nemen." Met hun beiden verlieten zy de tent en gaven hunne bevelen aan de bedrijvige manschappen. Er bestond een eigenaardig ver schil in de wyze, waarop de beide hoofdofHcieren werden begroet* Waar Agar ook kwam, overal ontvingen de Goorkhas hem met een glimlaoh of een gryns van genoegen op het beweeglyk, zwarte gelaat; ging generaal Mitohell voorby, dan namen hunne gelaats trekken plotseling een sombere strakheid aan. Zij hadden den eerste lief en vreesden hem, omdat zij gevoelden, dat er iets in hem was, dat zy niet konden begrijpen; zy vreesden en haatten den ander, omdat zyn karakter meer voor hen geopend lag, en zy beseften welken dnivelschen geest er in huisde. Den volgenden morgen nam generaal Mitchell met zyn troep de terugtocht aan en was majoor James Edward Makerstone Agar, tot groote verbazing van zyne krijgsmakkers, verdwenen. HOOFDSTUK X. Arthur Agar, Op de eerste verdieping in New Court, Trinity College te Cambridge, bewoonde Arthur Agar op het tijdstip, waarvan wij sprekeD, zyne kamers. De jonge man behoorde tot diegenen, die slechts schynen fe zyn geboren om geld te verteren. In deze kamers verleende hy eene algemeene gastvrijheid, die hem een zekere populariteit bezorgde. Er zyn altyd mannen genoeg te vinden, (en ook vrouwen), bereid om een ander in de hoogte te steken, mits zy voor hunne moeite worden beloond met wyn, champagne of iets anderszins. Degenen, die Arthur Agar op zyne kamers bezochten, namen hunne vrien den mee, wier aantal in den regel nogal groot was en wel daar men er zeker van was by hem op heerlijke koffie en fijne ciga- retten te worden vergaat. fAan hunne kamers zal men hen kennen." Dit kan zeer zeker beweerd worden ten opzichte van de studenten. Arthur Agars kamers waren eene afspiegeling van zyn karakter. Zelfs op het kleine, steenen trapportaal was de odeur van patchouli of van een ander reukwerk duidelijk waarneembaar. In de kamor stonden eenige kleine pronktafeltjes, overladen met kleine snuisterijen. Verder bevonden er zich lage, gemakkelijke stoelen en voetbankjes, terwijl de wanden waren versierd met allerlei vreemde voorwerpen. Nergens was een pyp, een rakket, of zelfs een paar laarsea te zien nergens een oricket-bal of het een of ander sportblad, achteloos neergelegd. Ia het midden van deze omgeving zat de tydelyke eigenaar van deze kamers aan een schrijftafel met zijn gelaat tusschen zyne armen verborgen te schreien. De buitendeur was gesloten. Arthur Agar had er voor gezorgd niet te worden gestoord, niet omdat hy wilde werken, maar om te schreien. Het gebeurt wel eens, dat mannen aldus tranen storten, zelfs wel met Engelsohen te Cambridge. Bovendien pleitte het zeer voor Arthur Agar, dat hy zyn gelaat verborg achter den mouw van zyn jas, die hem zoo uitstekend paste, en aldus snikte, want hy schreide (kalm en geheel voor zich) over de aanwinst van een jaarlyksch inkomen van drie duizend pond. By zyn elleboog lag een telegram, van den volgenden inhoud: «Jem gesneuveld in Indiö; kom dadelijk thuis. Agar." Eere wien eere toekomt. De eenige gewaarwording van Arthur Agar was geweest eene plotselinge ontsteltenis. Hy had het tele gram tweemaal overgelezen alvorens de buitendeur te sluiten. Daarna was hy aan tafel gaan zitten om als eene vrouw te schreien. Ter zyner eer moet worden vermeld, dat hij geen oogenblik dacht aan Stagholme, dat nu hem toebehoorde. HQ dacht alleen aan Jem die nu dood was Jem, de milde, oudste broedert die veel kon verdragen en weinig zeide. Wordt vervolgd,)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 2