NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. 10e Jaargang. Dinsdag 18 April 1893. No 3003, ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: STADSNIEUWS. Herstel der Kermis. Sen vorstelijk geiouvr. FEUILLETON TWEE GESLACHTEN' HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door liet geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37J. Bit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. JDAUBE CoJOHN F. JONESSucc.Parijs 31&is Faubourg Montmartre. Haarlem, i7 April 1893. B. en W. adviseeren gunBtig op een verzoek van |de coöperatieve bouwver- eeoiging Concordia en den heer J. H. Krela&e, om bestrating en rioleeriag. De kosten zijn /1700, waarvan adres- saoten alzoo f 1275 zullen hebben te betalen, Goedkeurend wordt eveneens gead viseerd op een verzoek van den heer B. Lasschuit, betredende overname van grond aas den Heerensingai, met eene kleine wijziging. Voordracht voor onderwijzer 3» kl. aan de eerste opleidingachool voor jon gens, W. J. Jong, Leiden; G. van Dora- tea, Loch em cm M. J. Vrolijk, Oude- water. Aan |de universiteit van Amsterdam toegelaten als privaat docent in de zuivere wiskunde dr. J. de Vries, leeraar aan de hoogere burgerschool alhier. Zooals men zich zal herinneren, richtte onlangs de Vereen. van Industrieelen en Koopiieden betredende Bouwkunde en aanverwante vakken zich tot den Raad, met het verzoek om terug te komen op het Raadsbesluit tot inkrim ping der kermis, ten einde des werk lieden den vas ouds bes taanden laatstee Kerraismaandag niet te ontnemen en althans de kermis te bepalen van Maan dag tot Maandag. Ruim 200 personen, winkeliers en neringdoenden, richtten zich tot den Raad met verzoek de kermis op den ouden voet te herstellen. Burgemeester en Wethouders zyn van oordeel, dat er geene aanleiding bestaat om reeds nu terug te komen op een maatregel, die werd genomen na rijp beraad en nadat de zaak gedurende de ïaatste jaren herhaaldelijk een punt van ernstige overweging in de Raadsverga dering heeft uitgemaakt. Derhalve stellen B. en W. voor, af wijzend te beschikken. De heer J. A. G. van der Steur, bouwkundig ingenieur alhier heeft on langs aan den Raad het verzoek ge daan namens zijne lastgeelster Mevrouw de Petit, om te mogen koopen de drie $og onbebouwde terreinen bestemd voor villa's, gelegen in het Florapark alhier met cie daarachter gelegen voor stallen bestemde gronden, ten einde daarop eene villa te bouwen van eenige uitge breidheid. Burgemeester en Wethouders, gehoord de Commissie voor het Florapark en die voor den Hout en de Plantsoenen, adviseeren daarop gunstig. Alleen ver schillen B. en W. in zooverre van den aanvrager,dat zij ook voor den voor stallen bestemden grond den prijs van 8 per M2 verlangen, terwijl de heer van der Steur daarvoor f 4 aanbiedt. HET DOUCHEBA.D. In de Raadsvergadering van 16 April 1890 (alzoo precies drie jaar geleden) werd door den Gemeenteraad met n 10 stemmen besloten, dat aan de koite- looze school aan de Schoterstraat, die destijds nog moest worden gebouwd, eene inrichting voor school-douchebade» zou worden verbonden. Deze zaak was destyds nog zulk een nieuwigheid, dat de beslissing van den Raad niet weinig opzien verwekte. Evenwel, tot uitvoering is het nooit gekomen. Reeds den 24'Ren September van datzelfde jaar kwam de Raad op zijn besluit terug ea bepaalde, dat al thans voorloopig voor de zaak geene gelden zouden worden beschikbaar ge steld. De kosten vam inrichting toch waren tegengevallen. Ze bedroegen 2680. Bovendien meenden sommigen, dat de taak op voordeellger wijze kon wor den totstand gebracht, dan met het zoogenaamde Grijs er-systeem, door den gemeente-architect aanbevolen. Er werd onderzocht, of de inrichting niet aan de school in de Bakkerstraat zou kunnen worden verbonden, maar eilacie, nu blijkt dat het, op andere maaier ingericht, nog dnurder zou uit komen dan volgens het systeem van den architect. Op dien grond stellen B. ea W. aan den Raad voor, het besluit van 24 Sept. 1890 tehandhaven. Dit voorstel nu is ons niet recht dui delijk. Weliswaar zijn er sedert het be sluit van 1890 nog andere groaden, vol gens welke men tot dezelfde beslissing komen kan, maar in het algemeen schijnt het ons overbodig, den Raad uit te noodigea een vroeger genomen besluit te handhaven. Zooals bekend is geeft „Haarlemsch Gemengd Koor" alhier Donderdag a. s. hare eerste uitvoering onder leiding van haren rLuwen directeur, den heer Chr. P. W. Krinns, o. m. zullen worden ten ge- hoore gebracht „Sieben Worie desErlö- aers" van Haydn en „Schöa Ellen* van Max Bruch. Als solisten zullen optreden mej. Jeanne Landsen de heer G. Ph. Z.beiden alhier. Zondag 16 dezer trad in café Brink- mann de eerste afdeering van den inter nationalen wedstrijd van kegelclubs, uitgeschreven door de haarlemsche ke gelclub „De Phoenix* in het strijdperk. Van de 24 ingeschreven clubs traden er 7 niet op ei wel„T. O. G. I. D. O.*, „Bombatdia*, „Rood en Wit" van Am sterdam „Er op of er ai*, van Haar lem; „Zou er kans zyn", van Rotter dam; „B. A. L." en „Unie* van Alk maar. De uitslag voor de 17 clubs was als volgt 1. „Recht naar 't doel" 255 p. Rotter dam 2. „Hard gaat ie" 250 p. Haar lem 3. „Raak of mis" 240 p. Haar lem 4. „Regiment" 239 p. Rotterdam 5. „Gooi raak" 233 p. Haarlem 6. „M. O. M." 227 p. Haarlem 7. „Het smalle pad" 212 p. Haarlem; 8. „De groote Vauxhal" 206 p. Haarlem; 9. „Linksin die gaase" 204 p. 's Graveahage10. „Unknown" 203 p. Rotterdam; 11. „Laat 'm maar los" 202 p. 's Bosch 12. „Door oefeaing sterk" 201 p. Lei den 13. „Aroicitia II" 182 p. Amster dam14. „Haarlem" 136 p. Haarlem; IS- „'t Spaarae" I36 p. Haarlem16. „Eendracht" 109 p. Haarlem 17. „On der ons" 104 p. Amsterdam. Een onzer medewerkers schrijft ons De operette-vereeaiging „Cos Amore" alhier, directeur de heer W. Wiegant, vergastte ons Vrijdag 11. in de groote zaal der sociëteit „de Kroon" op eene uitvoering van twee zeer interessante operetten, getoonzet door den gunstig beknaden componist H. Kipper, met wiens muzikale produkten wij reeds vroeger moch tea kennismaken. Ditmaal werden van zijne werken op gevoerd „Het Jachtslot" en „De Won- derkuur". Naar wij vermoeden, met het oog op de langjniet gemakkelijke solo's in de laatste operette, die dus des te beter kunnen worden voorgedragen naarmate de stem nog frisch en onver moeid is, werd deze het eerst uitge voerd. Diatelvisch zaakwaarnemer, te vens 'n soort ongepatenteerd medicijn meester, begroette ons met 'e solo, waarin hij vol voordracht, begaafd met 'n flink ontwikkeld basgeluid zich be klaagt over de lasten des menschelijken levens. Ia sommige passages zong hij met veel talent en blijkbaar had onze practizljn zijn partij flink ingestudeerd. Slechts óéa enkele maal scheen D. zich niet op z'n gemak te gevoelen. Te midden van zijne verzuchtingen komt zekere Stramberger, koetsier van beroep, hem raad vragen voor z'n doofheid, zoo lastig ia zijn vak. S. zingt niet kwaad, hier en daar voortreffelijk, zeer duide lijk en zuiver, doch oas scheen het toe, dat zijn stem niet krachtig genoeg is, om in 'n duet met D. te kunnen tre den. De koetsier vertrekt, de deuren van het tooneel openen zich ten tweede male en met 'n overschoon, „myn waarde heer commissioanair" verschijnt Flstel- meyer onder daverend arplaus voor het voetlicht. F. is 'n kranige tooneel- figuur, grillig uitgedoscht in zijn opera- zangerscostuum. Fistelmcyer behoort tot de beste krachten ,der Yereeniging, zijn geluid klinkt voortreffelijk schoon en zuiver, van begin tot 't einde krachtvol. Vele toejuichingen viele® den dilettant ten deel en hij verdiende ze ten volle. Fis telmeyer ontvangt medicijn voor z'n kranke luchtpijp en vertrekt daarna, om plaats te maken voor Fanghuber, een gendarme, die aan maagpijn lijdt. De voordracht van den man der wet kon oas bevredigen. Na eenige zeer ver makelijke momenten, waarin Dimelvisch eenige angsten heeft uitgestaan, omdat hy de pillen verwisseld heeft, sluit de voorstelling met 'a kwartet, dat over weldigend schoon klonk met 'n kracht ontwikkeling, die ons verbaasde. Soms waanden wij 'n koor te hoorea. Een enkele opmerking echter houde men ons ten goede n.l. dat de kracht der stem men bij de vorming van 'n kwartet niet mag gebroken worden door ongelijk klankvolume. Dit neemt echter niet weg, dat de finale ons in verrukking bracht, 't was 'n glansrijk oogenblik in de gan- Bche operette Maakte de opvoering van de Wonder- kuur op oas 'a goeden indruk, die van het Jachtslot vonden wij schooner. De handeling is er levendiger, meer afwis selenden geschakeerd. Het zou ons te ver voeren alle bizonderheden te bespreken, daarom wenschen wij ons slechts bij 't voornaamste te bepalen. In de eerste plaats 'a woord van den hoogsten lof aan de koristen, die voor geen beroep zangers behoeven onder te staan. Het schoone Woudlied voerde ons onwille keurig op is de reine sferen der kunst, waar geen rauwe dissonanten des mensche lijken levens den geest in onaangename stemming brengen. Brausewenzel, die ons heeft bevredigd, mag trotsch zyn op z'a flinke garde, waarmede hij voor den dag kan komen en Beulenschlager, de directeur bezit 'n tooverkracht in zijn dirigeerstok, die den zang van de kleine, maar zeer geoefende schare goed regelt. Het Woudlied werd voor.reffriijk ge zongen, fijn geaccentueerd en correct in de maat! Beulenschlager zelf scheen minder wel gedisponeerd, in het hooge register scheen hij zich niet staande ie kunnen houden, vooral wanneer hij zich forceerde. De vorst, dic'n overigens goed tenorgeluid bezit, was evenmin op z'n dreef. Wellicht waren dezangrollen voor de respectievelijke personen te zwaar. Hier hadden de pillen van Dintelvisch 'n goeden dienst kunnen bewijze;?. Beulensch. zij vooral niet te theatraal, te gemaakt in zijn dirigeer- bewegingen. Kalm en bedaard be- heersche hy de uitgelezen schare, die op hem 'toog gericht houdt. De solist der aubade was zeer gelukkig in zijn voordracht. De aubade, 'n compositie van onzen stadgenoot den hees N. H. Andriessea is reeds bekend. Hem komt 't applaus toe dat deze muzikale schep ping ten deel viel. Het duet van Jean Jacques, even eens het Negerlied van oen laatste werden ^zeer kostelijk voorge ragen. De bewegelyke, lenige Neger zingt niet kwaad, de zwarte heeit 'c zuivere stem, waarop menige blanke trotsch mocht zija. De leuke Schnurritski, de Ver- eesrigingsdienaar, die „het vade;land zoo vele jaren met de naald heeft gediend" is 'n echte tooneelspeler en zijn „slechts over mijn lyk zullen zy binnenbeden*, krachtig ea helder uitgesproken was de schoonste openbaring van gehoorzaam heid aan den meester. Ten slotte 'b woord van lof ass den regisseur voor zijn arrangeeren. De costumeering liet aiets te weuschen over, in de beide operetten voldeed zij ten volle. Degri- meering was evenzeer voortreffelijk. Wij kunnen deze causerie Diet ein digen zonder Ta woord van hulde te bren gen aan den directem der operette- vereeDiging, den heer W. Wiegant, op wiens schouders voorzeker geen gemak kelijke taak rustte. Dirigeeren en tege- lykertyd den zaDg begeleiden is 'n zware arbeid. Doch de heer W. schijnt voor deren moeilyken arbeid ten volle berekend te zijn, daarom hem des te meer oüze hulde toegebracht. Wij heb ben genoten, zijn bevredigd huiswaarts gekeerd en ook wij roepen hier „Con Amore" toe: Vaarwel, vaarwel o zangersliên, Vaarwel, vaarwel 1 tot wederzien 1 De groote zaal in de „Vereeniging" bood Zaterdagavond een fraaien aan bliktalrijke fraai uitgedoste dames en heeren in allerlei fantastische kostuums wandelden in bonte mengeling door elkaar. Ook de zaal zelve was door hare fraaie versiering gehrel in over eenstemming met het feestelijk karakter, dat dc aanblik op deze deer elkaar warrelende kostuums droeg. Dien avond werd door de alhier zoo goed bekend staande Gymna3tiek- Vereeniging „Kracht door Volharding* ter eere van de herdenking van haar tienjarig bestaan een bal-ma squé ge geven. Dat de Vereenigbg geen kosten heeft gespaard om aldus op waardige wijze deze herdenking te vieren, zal on getwijfeld dank en waardeering hebben 27) HOOFDSTUK XXX. Alleen Op dat oogenblik kwam mevrouw Glynde terug en kort daarop verliet Dora de kamer. De rector las niet in het boek, dat hij opengeslagen ep zyn knie had liggen, maar hy staarde onafge- jbsoken op het karpet. In deze kalme huishouding had eene verandering plaats ge grepen. Dora was all kind weggegaan en als vrouw teruggekeerd, jvoDrzien van die kennis des levens, welke meestal tusachen de twintig- en dertigjarigen leeftyd wordt geboren. Hierover dacht de rector na. Hy gevoelde de verandering, die met Dora had plaatsgegrepen. Zy was nog zyne dochter, maar niet langer een kind. Z(jne voornaamste zorgen waren nog steeds op haar gericht, maar hy kon haar slechts nu en dan helpen, want de afhankelijkheid der jeugd had plaats gemaakt voor het h®ef dat zy zelve haar weg door het leven moest banen. In haar eigen kamer stond Dora met vermoeide oogen by het venster naar buiten te staren, en mompelde in zich zelf: «Ik zou wel eens willen weten, of ik het kan uithouden tegen hen allen HOOFDSTUK XX. Het geheim verraden f,Dat juist kan ik niet doen. Ik kan niet langer wachten." Arthur Agar bewoog zyn netgeschoeid klein voetje, en leunde achterover in den lagen, gemakkelyken leuningstool, die steeds in de salon op Stagholme door hem werd gebruikt. Moeder en zoon waren alleen in het ruime eenigszins sombere vertrek. Arthur was een zestal uren thuis en Dora was natuurlyk het onderwerp van het gesprek. Cecilia was niet aanwezig, slechts ter wille van een zeer dui delijke zinspeling in een van Arthurs laatste brieven aan zyne moeder. «Nog maar voor korten tyd," smeekte mevrouw Agar. «Natuurlijk lieveling, komt alles terecht. Daarvan ben ik over tuigd. Gy moet echter niet vergeten, dat meisjes in zulke ge wichtige aangelegenheden niet te overyld willen handelen. Ik ben er zeker van, dat zij van u houdt; gy moet haar echter wat tyd geven." «Maar* dat kan ik niet/ herhaalde hij angstig. «Waarom niet? vroeg mevrouw Agar. «Gij zyt beiden nog jong genoeg." «O ja, wy zyn nog jong genoeg." «Waarom zoudt gy dan nog niet wat kunnen wachten Arthur zweeghy zag er klein en tenger, zelfs kinderlyk uit in zyn met zyde omboord avondjasje. In zyn geheele uiterlyk vertoonde hy den verwenden zoon. «Arthur," aeide mevrouw Agar, «gy houdt iets voor "my ver borgen." Hy schudde flauwtjes het hoofd. «Ja, ik weet, dat gy het doet. Wat is het?" Hare liefde voor Arthur, gepaard aan een wantrouwen, dat steeds in verband staat met list, had haar op het goede spoor gebracht. «Vertel het my," zeide zy, «ik sta er op om het te weten," Nog hield hij zich kalm, maar het was de kalmte van don zwakke. «Welnu dan," riep zy uit, «vraag my dan niet om ujte helpen Dora voor u te winnen I" Er kwam een oogenblik van stilte, en te midden van de stilte in het groote huis, huilde de wind zachtjes. Hij liet steeds een kla gend geluid hooren in de salon by stil weer of by een storm, wat zijn oorzaak voud in een ventilator boven in de zoldering aan gebracht. «Ik denk nu en dan," zeide Arthur ten laatste, met angst in zyn stem, «dat Jem niet dood is." «Niet dood! Arthur hoe kunt gij zoo dom zyn?" Zy was volstrekt niet ontroerd. Haar meer oppervlakkige natuur was bestand tegen de stilte en den huilenden wind. Zyn gelaat bracht haar echter in verwarring. Plotseling wierp by zich in zijn

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 1