De pleiinziaÉe zaal Letteren en Kunst. Rechtszaken. Politiek Overzicht. GEMENGrD NIEUWS. namiddag de rangeermeester Penders yan den spoorweg „Grand Central Beige" door een rangeertrein over reden en aan de gevolgen overleden. Een alleronaangenaamste ontmoeting heeft Maandag, blijkens een verhaal in het „N. v. d. D.," een ingezetene van Gorinchem te dezer stede gehad. Hij kwam dien dag in de hoofdstad om aan het Grootboek de rente van zijn kapitaal, ongeveer ƒ500, te ontvangen. Aan het Cen tra al-Station nam de man een rijtuig waarmede hij zich eerst naar het Grootboek liet brengen en daarna zich een tijdje rondtoeren liet. De weg was aan den koetsier over gelaten. Deze bracht hem langs den Amsteldijk naar de Kalfjeslaan. In die laan zoo luidt het verhaal van den eerzamen Gorinchemmer kwa men twee kerels, blijkbaar bekenden van den koetsier, bij hem in het rij tuig zitten. Hoe 't „precies" gegaan is, weet hij niet té vertellen, want bekennen moet hij, dat hij tijdens het rij toertje niet al te nuchteren was; maar dit wist hij zich nog te herinneren, dat de vrienden van den koetsier, hem op den Amstelveen- schen weg op vrij onzachte wijze uit het rijtuig gewerkt hebben en er in gezelschap van den koetsier met dit rijtuig van door zijn gegaan, hem op den weg latende staan, beroofd van alles wat hij bij zich had, waaronder zijn horloge en al zijn geld. De man heeft, tot bezinning ge komen, het geval aan de Nieuwer- Amstelsche politie medegedeeld die dadelijk een onderzoek heeft inge steld. De uitslag daarvan is nog niet bekend. Zooals blij kt uit de mede- deeling van den burgemeester van Botterdam zijn Dinsdag 2 nieuwe lijders aan cholera asiatica aangege ven. De twee gevallen deden zich voor bij eene vrouw en haar doch tertje, wonende Arnoldusgang in de Hofstraat, die naar het hulpzieken huis werden vervoerd. Eén sterfgeval kwam voor. In het geheel hebben zich nu, van het ontstaan der ziekte op 21 Au gustus af, 48 gevallen van cholera aldaar voorgedaan, waarvan 28 met doodelijken afloop, terwijl 12 lijders hersteld zijn en 8 nog in behande ling blijven. De eholeralijder in de Hamer straat te 's Gravenhage is Maandag nacht in zijne woning overleden. Een nieuw geval van cholera asiatica heeft zich voorgedaan in eene woning aan den Oliënberg te 's Gra venhage. De lijder, een man in dienst der openbare reiniging, wordt in zijne woning verpleegd. Sedert 10 September is te Leerdam geen geval van cholera aangegeven. In het geheel zijn 35 lijders aange geven, waarvan er 22 gestorven zijn. De overigen zijn hersteld. Men mag aannemen dat de ziekte thans gewe ken is. De drie patiënten te Zwolle, in de barak bij het ziekenhuis opgeno men, zijn gebleken werkelijk lijdende te zijn aan aziatische cholera. De moeder en het oudste meisje zijn nog ernstig ziek,- maar het jongste meisje is veel beter. Te Brest zijn sedert Juni in het geheel 250 personen aan cho lera gestorven en in een paar nabu rige dorpen is het nog erger geweest, waar geheele gezinnen in enkele uren bezweken. Te Bilbao zijn Zaterdag 58 nieuwe gevallen voorgekomen 19 personen overleden. Te Palermo is het weinig beteren te Livorno komen nog steeds nieuwe gevallen voor, Zaterdag 18. De Jong en zijne engelsehe vrouw zijn, zoo deelt men uit Arnhem me de, ook in het heideveld aan den rand van het bosch van Rozendaal op een heeten Julidag gezien. Twee maal zag men hem later zonder vrouw. Hij droeg toen zijn schoenen op den rug. Hij werd door mannen gevolgd, die hem onrustig vonden en nam haastig de vlucht. De Jong woonde in 1889 op eene bovenwoning aan de Crooswijksche- kade te Rotterdam en gaf zich toen uit voor O. Indisch officier. Zelfs ver toonde hij zich daar en op verschil lende andere plaatsen in uniform. Op aanwijzing van den landbou wer v. d. B. te Renkum, die vóór geruimen tijd, bij het vervoeren van varkens per as naar Arnhem, om streeks 4 uur des ochtends den straat weg bij de Kiewitsdel onder Doren- weerd passeerde, en toen uit de daar aanwezige bosschen eenen heer zag komen, gedekt met een hoogen hoed die zich snel verwijderde, en inwien hij uit een hem vertoond portret meende De Jong te herkennen, heeft Maandag door een 10tal personen, waaronder de veldwachters uit die gemeente en Dorenweerd, en den rijksveldwachter-jachtopziener gesta tioneerd op het koninklijk landgoed Oranje Nassau-Oord, een onderzoek in de bosschen aldaar en te Heelsum plaats gehad. Ofschoon een zeer uit gestrekt terrein met de meeste nauw keurigheid is onderzocht, heeft dit onderzoek nog geen resultaat opge leverd. Aangezien men blijft vermoe den, dat het lijk van Sara Anna Juett tusschen Heelsum en Ooster beek begraven is, zal het onderzoek worden voortgezet. Door eene landbouwersfamilie, woonachtig onder de gemeente Rozen- daal, wordt thans met zekerheid ver haald, dat De Jong en zijne vrouw, tijdens de heete dagen in Juli, ge zien zijn in het heideveld en nabij eene boschrijke plaats, waar men we. honderd lijken zou kunnen verstop- jen, zonder graven, wegens de hooge ïeide aldaar. Men heeft hem driemaal gezien. Den eersten dag met zijne vrouw. Hij droeg een hoogen hoed, dubbele vestketting en witte das. De twee daaropvolgende dagen zag men hem op aie afgelegene plaats andermaal, doch toen alleen en dra gende zijne schoenen op den rug. Een der mannen, toegerust met zijn werk tuig, heeft hem gevolgd, doch De Jong, telkens omziende, heeft het op een loopen gezet. De beide dagen dat hij alleen kwam, toonde hij zich zeer onrustig. Het photografisch portret van De Jong en zijne vrouw, eene der mannen voorgehouden, werd terstond en be slist herkend. Van deze bevinding werd heden bij de politie te Arnhem kennis gegeven. met een uitgever uit Zuid-Duitsch- land over de uitgaaf zijner mémoires. De uitgaaf zal kort na Bismarck's dood plaats hebben. De uitgever zou er een half rnillioen mark voor be talen. Sara Bernhardt is na een kunst reis door Zuid-Amerika te Parijs te ruggekeerd, waar zij dadelijk door vele verslaggevers geïnterviewd is. Ik heb alle groote steden van Zuid-Amerika bezocht," zeide de groo te tooneelspeelster, „ik ben daar op getreden in La Dame aux Cornelias. Le Maitre de forges, II ne faut jurer de rien, Phèdre ja ook in klas stukken juist deze trokken het meeste publiek en werden het warmst toegejuicht. Waar ik optrad, overal toejuichingen en nog eens toe juichingen. Wat de ontvangsten betreft, daar over kan ik zeer voldaan zijn; er zijn avonden geweest die 40.000, 60.000 en 72.000 frs. opbrachten. Deze reis is waarschijnlijk mijn laatste geweest. En nu zal ik gebruik maken van het aanbod van den directeur Grau, die „La Renaissance" (een der Parijsche schouwburgen) ter mijner beschikking heeft gesteld. Enkele wijzigingen zul len daar ingevoerd worden. Allereerst zal de bepaling afgeschaft worden, dat voor het vooraf bespreken der plaat sen betaald moet worden; dan zal het souffleurshok verdwijnen. Het onttrekt de voeten der spelenden aan het gezicht, dezen leeren hun rol niet en staan altijd op den voorgrond. Den souffleur zal ik tusschen de coulis sen plaatsen zooals in Engeland, Amerika en Duitschland geschiedt. Ten laatste zal de claque afgeschaft wordendat is een vernederende in stelling. „Het eerst zal in de Renaissance de Rois van Lemaitre opgevoerd wor den, dan komen Un drame sous Phi lippe II van Porte-Riche en Elisabeth van Edmond Havancourt aan de orde". „Zult gij misschien nog eens inde Comédie franyaise optreden?" „Nooit! Nooit! Het bevalt mij veel te goed vrij te zijn." rechtbank te Dordrecht en het hof 's-Gravenhage tot zes maanden gevangenisstraf, wegens verduistering van gelden welke hij in zijne bedie ning onder zich had. Bij memorie waren eenige gronden tot ondersteu ning van het beroep aangevoerd. Adv.-gen. Patijn concludeert tot ver werping. Uitspraak 6 November. Ook dezen winter hoopt de heer Willem van Zuylen weder in ver schillende plaatsen van ons land voor drachten te houden. Zijn programma heeft ditmaal de aantrekkelijkheid van geheel oorspronkelijk te zijn en bestaat uit monologen, voor hem ge schreven door Marcellus Emants, Ro sier Faassen, Johan Gram, Is. van Rennes, J. Boontje en den heer Van Zuylen zelf, terwijl als numero één op de lijst zal prijken „Oude Vrij sters" van den ouden heer Smits. Ook de heer Lode wijk Mulder heeft den heer Van Zuylen eenen monoloog toe- De Frankf. Ztg. verzekert uit goede bron te hebben vernomen, dat Bismarck een verdrag heeft gesloten Mr. F. K. van Lennep uit Amster dam trad Dinsdag voor den Hoogen Raad als pleiter op in de zaak van iemand, die door het Hof te Am sterdam veroordeeld werd wegens het doen van eene belofte aan eenen veldwachter, teneinde dien ambte naar te bewegen om in strijd met zijnen plicht iets na te laten. Requi- rant zou nl., toen hij zich met een ander persoon in het jachtveld be vond en die andere persoon een eend schoot, wat verboden was, aan een inmiddels toegesnelden veldwachter, die tegen beide personen proces-ver- baal wilde opmaken, eenen gulden hebben beloofd indien hij geen pro ces-verbaal opmaakte. Pleiter nu meende dat, waar requirant gerech tigd was zich met geweer in het jachtveld te bevinden, en hij zelf zich niet schuldig maakte aan het schieten van wild dat niet geschoten mocht worden, terwijl hij dan ook deswege niet is vervolgdhij zich niet kan hebben schuldig gemaakt aan het misdrijf van het doen van eene belofte aan eenen ambtenaar om dezen te bewegen in strijd met zijnen plicht iets na te laten, daar immers de veldwachter geen recht had tegen hem te verbaliseeren en dus door niet te verbaliseeren ook niet handelde in strijd met zijnen plicht. Het O. M. zal op 16 dezer conclusie nemen. Behandeld werd voorts nog de voorziening van J. A. R., gewezen gemeenteontvanger te Alblasserdam, zijn veroordeeling door de Dinsdag is te Londen eene groote vergadering van mijneigenaren houden. Er is eene motie aangeno men, waarin de vergadering verklaart te betreuren, dat het besluit van het mijnwerkerscongres te Chesterfield louter eene herhaling is van het reeds geweigerde voorstel. De eigenaars ver klaren dat er geen regeling is te tref fen die niet eene loonsvermindering in zich sluit; daar de vertegenwoor digers der mijnwerkers weigeren over eene loonsvermindering te beraadsla gen. maken zij het onmogelijk, de quaestie op conferenties van beide partijen te regelen. De groote eigenaars der steenkolen- mij nen hechten weinig waarde aan de partieele heropening der mijnen, omdat hare productie onbeduidend is. Eenige der eerstgenoemden Warwickshire trachten te heropenen, met eene loonsvermindering van 5 pc., en vreemd werkvolk te werven, maar de werkstakers nemen daarte genover eene dreigende houding rond om de schachten aan. Onlusten schij nen onvermijdelijk, bijaldien uitvoe ring gegeven wordt aan het plan der mijneigenaars. In Frankrijk ziet de regeering met bezorgdheid de werkstaking in de departementen Nord en Pas de Calais. Naar het schijnt zal zij den afgevaar digden Basly beletten, voort te gaan met zijne opruiing van de mijnwer kers. In België is de grève ongeveer sta- tionnair. In de Borinage is geen verandering, het aantal werkstakers nam toe te Cuesmes en Flénur doch nam af te Quaregnon en Boussu. De loonquaestie is nog lang niet geregeld en er begint gebrek onder de stakers te heerschen. Toch schijnt hun plan vol te houden, tot hunne eischen zijn ingewilligd. Tal van Mooren vielen Maandag ochtend de forten rondom Melila aan. Het verlies der Marokkanen bij Melila was aanzienlijk. Van Spaan- sche zijde zijn 3 officieren gekwetst. Men gelooft dat de sultan van Marokko een leger zal zenden om de Kabylen te tuchtigen. In Argentinië schijnt alles rustig. Dr. Aleni is te Rosario gearresteerd. Niet zoo kalm is het in Brazilië, Rio de Janeiro en Santos worden nog steeds belegerd. Eerstgenoemde stad werd Zondag opnieuw door, de opstandelingen ge bombardeerd, maar president Peixoto schijnt vast besloten, weerstand te blijven bieden. zich over het (geheele, veertig meter lange gebouw, ondanks alle pogingen om het te stuiten. De paarden kon den bijtijds gered worden, maar van het gebouw bleef niets over dan de muren. Omtrent de oorzaak van den brand is niets bekend. In vele ijzer- en staalfa brieken in Zuid-Staffordshire en Zuid- Wales hebben de werklieden het werk hervat, nu ook in vele mijnen de werkstaking geëindigd is. In de overige districten komt geen veran dering in den toestand. In Schotland is weinig vraag naar gegoten ijzer, er wordt ook weinig vervaardigd, daar slechts 39 hoog ovens werken tegen 78 in het vorige jaar omstreeks dezen tijd. De prijs, die tegenwoordig voor ijzer en staal betaald wordt, is laag en de steen- kolenprijzen zijn zoo hoog, dat er bij na geen winst gemaakt kan worden. Van de scheepstimmerwerven aan de Clyde werden enkele goede bestellin gen ontvangen. Er werd veel steen kool uitgehouwen, maar het grootste gedeelte werd naar het zuiden, naar Lancashire en elders verzonden. Te Middlesborough zijn vele fabrie ken weder in werkinger is evenwel een scherpe mededinging voor nieu we bestellingen en de prijzen waren laag. Te Burron en in Cumberland komt geen verbetering in den ijzer- en staalhandel. De handel in blik van Zuid-Wales met de Ver. Staten staat bijna geheel stil; men verwacht, dat hij niet le vendiger zal worden voordat de zil ver- en de tarievenkwestie opgelost zijn in het Congres. Door de werkstaking in het noorden is in Frankrijk de invoer van Belgische steenkolen zeer toege nomen. Alleen langs het station Er- quelines worden dagelijks 1200 wag gons kolen uit het bekken van Char- .eroi ingevoerdlangs het station Tourcoing ongeveer 150 per dag. Sinds het begin der werkstaking zijn te Roubaix 2260 wagens kolen uit het buitenland aangevoerd. De mijnwerkers in het departement Loire hebben op eene vergadering, te Saint-Etienne gehouden, met 274 tegen 31 stemmen besloten tot eene werkstaking over te gaan, ingeval de mijnwerkers in de departementen Pas-de-Calais en Nord bepaald den strijd willen voortzetten. Omtrent den datum, waarop cle strike zou beginnen, is geen beslissing genomen. Daar de 175.000 f r., die |het Fransche drukperscomité' aan vrij willige inschrijvingen ontvangen heeft voor de feesten ter eere der Russen bij lange niet voldoende zijn om de kosten te bestrijden van al wat voor de feestviering ontworpen is, zoo heeft het comité opnieuw de drin gende uitnoodiging tot het publiek openbaar gemaakt om de milde hand te openen. Toulon, Parijs, Lyon en Marseille, men weet het, zullen als in een roes van feesten verkeer en tijdens de aan wezigheid der Russen aldaar. Doch tal van plaatsen, wien het voorrecht niet te beurt valt de Russen van aangezicht tot aangezicht te aan schouwen, willen toch hunne aan wezigheid in het land vieren en feesten ter gedachtenis aan de De belgische ministervan binnenlandsche zaken, De Burlet, is Maandag op straat te Nijvel aan een groot gevaar ontsnapt. Op het St. Paulsplein zag hij plotseling, dat een man een revolver op hem richtte. De minister, die met groote lichaams- j aanrichten 0 kracht begaafd is, wierp zich op den groote gebeurtenis. In beweging zal aanrander en diende dezen eenige slagen toe, zoodat de kerel voor dood bleef liggen. Toen de heer De Burlet eenige minuten later met politie-agen- ten terugkeerde, had hij zich evenwel uit de voeten weten te maken. Zondagavond is de lan- cierskazerne te Luik verwoest door een brand, die in het fourage-maga- zijn boven de stallen was ontstaan. In korten tijd verbreidde het vuur eigenlijk geheel Frankrijk zijn. Als zeker wordt nu gemeld, dat de russische gezant zich niet naar Toulon zal begeven bij de komst der russi sche schepen aldaar. In den revolutionair-socialistischen gemeenteraad van Saint-Denis kwam het in de jongste zitting tot een gewel digen storm naar aanleiding van een voorstel van een der leden, om 200 fr. bij te dragen voor de feestelijke ont- heid om hem, dien zij nog geen zes maanden ^ende, zoo in woorden aan te moedigen, trad verschrikt op zij. „O, herinner u uwe belofte," fluisterde zij. Met teleurgestelden blik liet Jim zijn arm weer zakken. „Het is goed!" zeide hij kortaf. Zonder verder een woord met hem te wisselen had zij zich willen verwijderen, maar Jim volgde haar, zoodat zij verplicht was eenige schreden verder weer te blijven stilstaan. „Laat u nu toch niét bepraten om dien man tot echtge noot te nemen!" zeide hij fluisterend. „Werkelijk, ik zou mij daarin niet kunnen schikkenOmdat dat van zooeven gij weet wel ofschoon het niet telt, niet door mij vergeten wordt." „Zeker niet!" zeide Jane haastig en keek met gloeiende wangen naar links en rechts, alsof zij bang was, dat zelfs de zwaluwen onder de kroonlijsten der huizen de toespeling op den onvoorzichtigen kus zouden hooren. Nogmaals hield hij haar terug toen zij hem wilde verlaten. Wat hij haar nu wilde zeggen, moest zoo fluisterend gespro ken worden, dat hij het noodig oordeelde om zijne lippen dicht bij haar oor te brengen. „En en gij zult het niet toestaan, dat een ander u kust en door u wordt gezegd, dat het niet telt?" „Natuurlijk niet!" zeide Jane verontwaardigd, en geen acht meer slaande op zijne verdere pogingen om haar tegen te houden, snelde zij ten slotte weg en begaf zich alleen naar huis. Natuurlijk zagen de tweelingen, voor wie Jane nu het ge wichtigste lid der familie was, naar haar terugkeer uit. Zij wisten, dat zij naar Londen was gegaan om papa te spreken, en zij verlangden er zeer naar iets van hem te hooren en van de aanleiding van Jane's onverwachte reis naar Londen. Jane verliet hen spoedig om boven Pamela op te zoeken, die zich kleedde voor het diner. Er bestond meer ware vriend schap tusschen hen dan gewoonlijk met zusters het geval is, die meestal aan eene vrouwelijke vriendin buiten den familiekring de voorkeur geven, wat betreft het toevertrouwen van de onbeteekenende en losse opwellingen en gevoelens, die zij hunne innerlijke gedachten noemen. Pamela sprong op, terwijl zij brandde van nieuwsgierigheid. „Wel, wat heeft papa gezegd?" Door hetgeen er gebeurd was na het onderhoud met haar vader had Jane hem bijna vergeten. Door de herinnering aan hare bittere teleurstelling, overtoog nu een wolk haar gelaat. „O Pamela," riep zij uit, „vraag mij niet, wat hij gezegd heeft! Het heeft mij geschokt, zooals het ook u geschokt zal hebben. Wij hebben altijd zijne partij opgenomen, maar ik kan het nu niet meer doen!" Pamela, die hare zuster met kritischen blik had gadege slagen, glimlachte op eigenaardige manier. „Om u de waarheid te zeggen, ik ben niet zoo verwonderd als ik twee maanden geleden geweest zou zijn. Wat Edward zich over papa heeft laten ontvallen, heeft mij de oogen geopend. Hij heeft u natuuriijk geraden om met Branson te huwen?" „Geraden! O Pamela, nog veel erger! Ik zal u eens ver tellen wat hij vandaag heeft gedaan." En zij deed hare zuster een volledig verslag van het gebeurde, zonder zelfs de ge schiedenis van de kus te verzwijgen. Pamela wiens aandacht en belangstelling waren verdubbeld toen Jim St. Rhadegunds naam werd genoemd, hield haar adem in, toen het spannende oogenblik in haar verhaal was bereikt. „Hebt gij dat gedaan Hebt gij u door hem laten kussen I" vroeg zij, en Jane antwoordde op hare vragen slechts met een knik. „Wel Jane, dat had ik nooit gedaan „Ik begrijp het zelf niet," zeide Jane openhartig. Ik weet niet hoe het eigenlijk gebeurde. Hij was echter zoo vrien delijk en men had mij eerst zoo gekweld; hij is de eenige persoon, die Branson evenzeer verafschuwt als ik „Nu," zeide Pamela met gevatheid, „als gij zooveel van hem houdt, dat gij u door hem laat kussen, dan houdt gij ongetwijfeld ook genoeg van hem, om u met hem te verloven I Dan zou er een einde zijn aan de moeielijkheden." „Dat heeft hij ook gezegd. Maar ik wil dat niet zoo haas tig doen. Dat vind ik niet betamelijk." „O Jane, wat zijt gij toch een eigenaardig meisje. Het is veel betamelijker dan u door mama, Edward en de twee lingen voortdurend te laten kwellen. Wordt vervolgd 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 2