DERDE BLAD BEHOOKENDE BIJ HAARLEM'S DAGBLAD. TAN Maandag 16 Oct. 1893. BINNENLAND. Donderdagnacht heeft de groote bruine landheer in„Ar.tis" weten door te dringen in het hok van zijne buurvrouw, eene nog grootere witte ijsbeer. Er moet tusschen beide dieren zonderling genoeg, zonder dat de nachtwakers in den tuin het bemerkten een verwoed gevecht hebben plaats gevonden, aangezien men Vrijdagochtend, aan deze hokken komende, de ijsbeer dood en den landheer erg toegetakeld vond. In de Leicester Daily Post kwam onlangs een artikel voor, waarin op zeer waardeerende wijze over Holland werd gesproken. Met de nieuwe reisgelegenheid der „Great Eastern Railway Company", over Harwich en den Hoek van Hol land (een oord dat zelfs Baedeker nog niet vermeldt) komt de schrijfster te Rotterdam. Het eerste wat zij zooals alle vreemdelingen opmerkt, is de zindelijkheid der Rotte-stad. „Op iederen muur. brug, pilaar of! poort wordt van overheidswege in herinnering gebracht, dat water en melk, vóór .t gebruik, „gekookt moe ten worden" en zoo er gevallen van aziatische cholera voorgekomen zijn, dan nog moet de overheid van schuld worden .vrijgesproken, want ze heeft goed haar plicht gedaan en steeds een wakend oog gehouden. De aardige bouworde der huizen en hunue weerkaatsing in het water heeft de schrijfster menige mooie impressie bezorgd. Wat goede manieren, hoffelijkheid jegens landgenooten en vreemdelin gen, of groote verdraagzaamheid ten opzichte .van den smaak of 't voor oordeel van anderen aangaat, nemen de „modern Dutch" eene eerste plaats onder de europeesche volkeren in. De fransche beleefdheid, zegt de schrijf ster, heeft opgehouden méér te zijn dan eene overlevering. Die goede manieren schrijft zij hoofdzakelijk toe aan de uitstekende opvoering, „die in Nederland eer- regel dan (uitzondering is." Toevallig viel dit bezoek samen met den 13en verjaardag van onze Koningin. De schrijfster was aange naam getroffen door de feesten, die overdag en 's avonds in Den Haag zoo opgewekt en vroolijk gevierd werden. Van ons Vorstenhuis wordt gezegd „De overleden Koning had hetzelfde geluk als wijlen de hertog van Al bany, nl. de. opvoeding van zijn erf genaam te kunnen overlaten aan eene moeder van buitengewone beminne lijkheid en bekwaamheid. „De Koningin-Regentes van Hol land heeft datzelfde liefelijke en in nemende, waardoor hare zuster de hertogin van Albany zich zoo bemind maakt". Te Uitgeest ontstond Don derdagavond 11% uur een hevige brand in het huis van den bloemist K. Vooren, dat door twee gezinnen be woond werd. Door den aanwezigen vooraad bol len vonden de vlammen terstond zooveel voedsel, dat het huis spoedig in lichte laaie vlam stond en in een uur tijds tot den grond was afgebrand. Een groote berg hooi werd ook eene prooi der vlammen en brandde nog tot laat in den nacht voort. In het huis was ook een winkel van glas- en aardewerkook deze vooraad werd door den brand vernield. Beide gezinnen zijn tegen brand schade verzekerd. Als curiositeit wordtaan de A7. R. Ct. het adres eener te Rot terdam ontvangen briefkaart mede gedeeld An Apotheke von Hérrn M. Burgerlijk in Armbestuur (Holland) bei Rotterdam. Bemengd Nieuws. De sneltrein van Heidel- berg naar Frankfort heeft bij Bens- heini 65' schapen overreden, die los gebroken en den spoordijk opgeloo- pen waren. De rum e en sche politie heeft een rooverbende van meer dan 50 man gevangen genomen, die reeds eenige jaren de Staatsspoorweg stel selmatig bestal. Edison doet nog steeds veel van zich spreken. Hij is er in geslaagd zeer goedkoop kunstmatige saffieren en robijnen te vervaardigen. De g oote uitvinder is eindelijk in handen gevallen van een intervieu- wer, tegenover wien hij zich beklaag de over de amerikaansche octrooi- wetten van zijn 30 of 40 octrooien bezat hij er nog slechts twee. Het is eenigszins vreemd dezen meester in het uitvinden te hooren verklaren, „dat het uitvinden toch maar een zaak is, die niet veel oplevert," De meeste engelsche electriciens wachten met belangstelling het tijd stip, waarop Edison's octrooien af- geloopen zullen zijn. Binnen zeer korten tijd is dit het geval. Men verwacht met het oog op den groo- ten vooruitgang bij het electrische licht en de aanzienlijke vraag daar naar, dat een flinke daling van den prijs het electrisch licht de eerste piaats zal verschaffen onder het kunstlicht. Een amerikaansch bruids- paar is in het groote rad op de ten toonstelling van Chicago getrouwd. Bruid, bruidegom, bloedverwanten en geestelijke namen in een der af- deelingen plaats. Toen het rad zijne omwenteling begon, begon ook de geestelijke met de plechtigheid en juist toen het gezelschap het hoogste punt bereikt had, legde hij de handen van bruid en bruidegom in elkaar, 'tls te hopen, dat het rad der fortuin hen even hoog zal bren gen als het wiel van Chicago. Koning Lobengula staat, volgens de jongste telegrammen uit Johannesburg, met 5000 man zijner keurtroepen aan de Shadgani-rivier, 80 mijlen benoorden zijne hoofdstad Boeloewayo. Daar wacht hij de En- gelschen af. Bij wijze van voorzorg heeft hij al zijn vee, of het vee van zijne onderdanen (wat voor hem het zelfde is), naar de Zambesi doen drij ven en zelfs moet hij, met het oog op zekere niet onwaarschijnlijke ge beurlijkheden, aan den oever van dien stroom een aantal vaartuigen gereed houden, ten einde zoo noodig zichzel- ven aan den overkant in veiligheid te kunnen stellen. Alle berichten stemmen hierin overeen, dat de troe pen der Zuid-Afrikaansche Compagnie voortreflelijk uitgerust zijn en dat hunne sterkte tegenover den barbaar- schen vijand in alle deele toereikend is. Sir Cecil Rhodes vertrouwt dan ook dat de gansche veldtocht binnen eene maand zal zijn afgeloopen. VAR \A~~ Een diplomatiek antwoord. Een oostersch potentaat vroeg eens aan een groepje hovelingen, wien zij grooter vorst achtten, zijn vader of hem. Men wist zoo spoedig niet, wat op deze eigenaardige vraag te ant woorden en allen luisterden ook aan-1 dachtig toe, toen een bejaard hove- j ling hernam „Uw vader was een grooter vorst dan uwe majesteit, sire, want ofschoon gij in alle andere opzichten met hem j gelijk staat, zoo was hij op een punt uw meerdere hij bezat nameliju een flinker, grooter zoon dan uwe majes teit." Gedurende de laatste ziekte van Dr. Cibrae, een beroemd Fransch genees heer, kreeg deze een aanval van ijl hoofdigheid. Toen hij weer tot bezin ning kwam, voelde hij zijn eigen pols, in de meening dat hij de pols van een zijner patiënten tusschen de vin gers hield. Waarom ben ik niet vroeger geroepen? vroeg hij. Het is te laat. Is dat heer gelaten geworden Zijn oppasser antwoordde ontken nend. Dan is hij een verloren man, antwoordde Cibrachij leeft geen zes uur meer. En zijn voorzegging kwam uit. Baron Rothschild wilde eens op een keer, verstrooid als hij was, uit de tram stappen en vergat te betalen. De conducteur hield hem tegen en vroeg om zijn geld. Rothschild voelde in zijn zakken, maar hij had geen cent bij zich. De conducteur maakte zich daar erg woedend over. Wat doe je er dan in, als je niet betalen kunt Je wist heel goed, dat je geen geldt hadt. Die kunstjes kennen wij wel. Ik ben baron Rothschild, riep de kapitalist uit, hier is mijn kaartje. De conducteur gooide het kaartje op straat. Ik heb niets met je kaartje te maken, zeide hij. Mijn geld moet ik hebben, mijn geld! De bankier had haast. Ik heb niets ulan een chèqpe van vijftig-duizend francs bij mij, zeide hij. Wissel die dan maar. De conducteur stond versteld en de andere passagiers barstten in een hartelijk gelach uit. Juist kwam er een vriend van den baron Am or bij, van wien deze de zes sous leende, die hij den conducteur verschuldigd was. StedelingWat is het hier op het land toch heerlijk, veel frisscherdan in de stad." BoerJa dat is het. Dat heb ik wel eens tegen mijne vrouw ook> gezegd. Ik begrijp maar niet, waarom' niet alle groote steden buiten op het land Avorden gebouwd." Een muisje, toonde onlangs groote tegenAA'oordigheid van geest toen zij in een diepe kom met room Avas ge vallen. Zij zAvom maar steeds zoo snel mogelijk in de room rond totdat deze tot boter Avas gekarnd, en zij op die manier uit de kom kon Aduchten. Natuurlijk Avas het een amerikaan sche muis Een a- erstrooid professor zat op een avond aan zijne schrijftafel, toen een zijner kinderen binnentrad. „Wat moet je? Ik kan nu niet gestoord worden." „Ik Avilde u alleen goeden nacht wenschen," „Nu heb ik geen gelegenheid. Doe dat morgenochtend maar." „Ik dacht, dat gij vegetariër Avaart, en nu zie ik u lamsvleesch eten „Ja, maar indirect vegetariër. Ik eet slechts vleeseh van plantenetende dieren." In een blad werd gemeld, dat een man en zijne echtgenoote op denzelf den dag werden geboren, oarerleden en begraven Averden. Die man en vrouw moeten dan Avel vreeselijk jong zijn geAveest. Zijn wraak. Hij„En dat is dus uw laatste antwoord. Gij wilt niet de mijne zijn?" Zij„Neen, rooit. Maar jaag uals 't u blieft geen kogel door de hersens." Hij: „Dat zou mij onmogelijk zijn. De menschen hebben mij gezegd dat als ik hersens bezat, ik u nooit ten huwelijk zou vragen."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 9