NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. lie Jaargang. Vrijdag 3 November 1893. No. 3172. ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIÈN: STADSNIEUWS. Arrondissements-Recbtbank BINNENLAND, FEUILLETON. 1111 HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers 0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37|. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekbandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEEEBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. DAUBE CoJGHN F. JONESSucc.Parijs Slbis Faubourg Montmartre. Haarlem2 Nov. 1898. Voor de examens in vrije-en orde- oefeningen zijn Donderdag alhier ge ëxamineerd 9 mannelijke candidaten afgewezen 2. Toegelaten werden de heerenJ. Mulder, alhierJ. G. C. van den Nieuwenhuizen, W. Nolle, beiden te Amst.; H. Oostwald, F. J. A. Paesi, beiden alhierJ. E. de Kok, J. H. B. Diks, beiden te Amst. De Haarl. Operetten vereeniging Con Amove directeur de Hr. Wiegant alhier, heeft het plan opgevat, met medewerking van een dames- en kinderkoor en solisten, tegen circa kalf December op te voeren, de opera Josephgecomponeerd door Méhul. Deze opera gebaseerd op het wel bekende Bijbelsche geschied verhaal, boewei reeds vroeger te dezer stede gedeeltelijk opgevoerd, zal thans voor bet eerst in haar geheel door ceii dilettanten-vereeniging hier ter stede worden tengehoore gebracht. Door de vereeniging worden kosten noch moeite gespaard de opvoering zoo goéd mogelijk te doen plaats bebben. Zitting van Donderdag 2 November Heden stond voor de Arrondisse- ments-Rechtbank terecht de heer J. E. H. Wilterdink, zoutzieder te Edam onder de firma Erve Claes Boes. Het bem ten laste gelegde bestaat hierin, dat tijdens het hem aangekondigde onderzoek door de commiezen van bet in zijn fabriek en pakhuizen aan wezig zout, gebleken is dat de voor ruw zout daarin voorhanden, 14,359 KG. lager was dan door den beklaagde was aangegeven en door biljetten kon worden gedekt, terwijl de voorraad geraffineerd zout 4480 KG. lager werd bevonden, dan was aangegeven. Dit onderzoek der commiezen ge schiedde naar aanleiding van een verzoek van den heer Wilterdink, om vermindering van den accijns tot 3 per 100 KG. van het in zijn fabriek aanwezige zout. De gevonden hoeveelheid was bij bet in werking komen der wet in doorloopend krediet aanwezig. Het zout is, naar de controleur mededeelt, door de werklieden der fabriek onder toezicht van de kommiezen, nagewo gen, hoewel naar deze getuige ver- blaart de beklaagde zeer zenuwachtig was, toen hij het nawegen van de hoeveelheid zont vorderde. Het verhoor van den controleur duurde, doordat deze getuige zeer breedsprakig was, zeer lang. Zijns in ziens was het verschil in den voor raad niet aan vergissing, maar be paald aan opzet te wijten. Hij vond in een der lokalen een beun onder het zout, die z. i. diende om den voorraad op het gezicht grooter te doen schijnen dan die werkelijk was, en aldus de ambtenaren er 'toe te brengen, van naweging af te zien. Evenwel blijkt dat dit beuntje er niet tijdelijk was geplaatst, maar steeds in dat lokaal zich bevond. Nn wordt nog de commies-verifica teur gehoord en deze verklaart o. m. dat de kommiezen gewogen hebben. Thans doet zich een incident voor. Het is ruim twaalf uur en de vice- president der Rechtbank kondigt de schorsing van de zitting tot éen uur aan. Hiertegen komt de verdediger energiek in verzet. Hij acht het niet gewenscht, dat de kommiezen die nog gehoord moeten worden, in de pauze kunnen praten met de beide gehoorde getuigen. Met eene belofte van dit niet te zullen doen, die de Rijksad vocaat den verdediger jnamensde bei de getuigen toezegt, is de verdediger niet te vreden. De Rechtbank gaat diensvolgens voort met haar verhoor. De vijf overige kommiezen verklaren allen, op de vraag van den verdediger, dat zij hebben gewogen. De kommies Straeten verklaart o. m. dat de be klaagde heeft gezegd „wanneer alles moet worden gewogen ben ik geruï neerd!" De beer Wilterdink evenwel merkt op, dat hij gesproken heeft' v n belemmering van zijn bedrijf, die noodwendig zou geschieden als alles moest worden nagewogen. De laatste getuige Riesebos deelt aan de Rechtbank mede, dat de meesterknecht van beklaagde tot hem gezegd heeft, terwijl hij aan het we gen was: „schrijf maar een paar streepjes meer op," (elk streepje is 50 kilo) en dat hij daarbij iets in zijn hand heeft laten blinken, dat geleek opeen portemonnaie. Blijkens de verklaring van den be klaagde, schrijft hij de reden der ver volging toe aan het verlangen van den controleur, om de zoutkeet nu eens ferm aan te pakken. Het wegen van het ruwe zont ge schiedde in manden en het blijkt, dat die na een poos een tej hoog tarra vertoonden. De kommiezen heb ben echter het verschil geschat en verrekend- De heer Wilterdink, desgevraagd, antwoordt het verschil in de voor handen hoeveelheid niet te kunnen verklaren. Hij is echter overtuigd van de goede trouw, waarmede de opgave is gedaan. Nu erlangt de Rijksadvocaat het woord en merkt op, dat de zoutzieder in het algemeen door het accijnsver- schil belang had bij eene hooge aan gifte van den voorraad. Aanmerking op de weging is niet gemaakt, even min herweging gevraagd. Op die weging mag dus geene aanmerking meer worden gemaakt. Spreker houdt de verkeerde aan gifte gedaan voor willens en wetens, doch zal het minimum van de boete eischen op grond van de financieele omstandigheden van den beklaagde. Die boete bedraagt toch nog een som van 3767.80, tot welker veroordee- ling spreker requireert, De subs. off. van just., conclu deer ende tot toewijzing van dezen eisch, requireert bij niet betaling de veroordeeling van beklaagde tot minstens een dag en hoogstens een jaar hechtenis. Hierna krijgt Mr. de Kan ter het woord en vestigt allereerst de aan dacht op de persoon van den be klaagde, die zeer gunstig is. De bepaling voorgeschreven door den Minister d. d. 7 April, wijst op een wet die 1 Mei in werking trad en er in April dus nog niet _was. Vandaar, dat de geheele zaak eigen lijk al onmogelijk is. Maar bovendien is niet de vóór weging geschied volgens den eisch der wet. De ambtenaren hebben ge wogen, de werklieden niet. Herwe ging is niet gevraagd en kon dat ook niet worden, omdat de wet de vóorweging eischt, waarbij de zout zieder zelf de cijfers opgeeft onder contröle der administratie. In dat systeem der wet komt herweging niet te pas. Vervolgens vestigt spreker de aan dacht op de bascule waarmee gewo gen is, een werktuig dat de admini stratie liever niet had, omdat de ge ringste afwijking dadelijk groote on juistheden geeft, terwijl de manden waarin gewogen werd, voortdurend een verschillende tarra aanduiden. De juistheid der weging is dan ook alles behalve vast. Spreker requireert vrijspraak of ont slag van rechtsvervolging. Nadat de Rijksadvocaat heeft ge repliceerd, wordt de uitspraak bepaald op heden over veertien dagen. Men meldt ons uit Zandvoort: Heden nacht strandde 5 palen ten zuiden van Zandvoort een Noorsehe schoener, geladen met hout. De red dingboot van Zandvoort was spoedig ter plaatse. Het bleek echter, dat het schip door de bemanning verlaten was. Door de hooge zee kon men den naam van het schip niet lezen. Bij de Kamer verkiezin g te Roermond waren Woensdag van de 1987 kiezers opgekomen 1067. Inge leverd werden 99 blanco briefjes. De volstrekte meerderheid bedroeg alzoo 485 stemmen, Gekozen is dr. Everts met 882 stemmen. Op zijn zilveren feest als journalist is den heerP. A.Haaxmanjr., redacteur van het Haagsche Dagblad Woensdag warme hulde gebracht. Vleiende brieven van het'hoofdbe stuur van den Ned. Journalistenkring en de Haagsche Journalistenvereeni- ging mocht hij ontvangen. Feestelijk werd hij ontvangen aan de bureelen van het Dagblad met een toespraak van den hoofdredacteur, een feestgave van commissarisen, en een geschenk van de leden der redactie. Een groote zilveren medaille der Mij. tot bevord. van Nijverheid, keurige geschenken van de schilders en van oud-collega's en Haagsche journalisten, bloemge- schenken en andere huldeblijken ge tuigden allen van de groote waar deering die Haaxman verworven heeft als mensch en journalist. De beschei den man dankte in den kring dei- zijnen diep getroffen voor al dit hul debetoon. Volgens den te Rock an je geplaatsten regenmeter viel er in de afgeloopen maand 75.1 mM. regen, tegen 144-.3 mM. in October 1892. 15 dagen bleef de barometerstand onder 0 tot 7, de overige dagen boven 0 totpl.4%.De thermometer varieerde van 42° tot 60° Fahr. 's morgens te 8 uur. Volgens den regenmeter te Stave- nisse viel er in de laatste maand 71 mM. regen (in 13 aftappingen), tegen 115 in 189248.5 in 1891 en 147 in 1890. De hoogste barometerstand in October 11. was 776, de laagste 742 mM. Bij de Woensdag gehouden schilderij-veiling te Amsterdam deelde de kunsthandelaar Roos mede, dat te Londen een Rembrandt gestolen was. De politie in de hoofdstad ont ving hiervan bericht. Het is een echte Rembrandt, eer portret van zijn vrouw, elliptisch van vorm, gemerkt R. 1640, tegen over het hoofd. Het is geschilderd op een houten paneelop de achter zijde is een oud stuk perkament vast gehecht, waarop in het Fransch een beschrijving gedrukt van de een of andere tentoonstelling, jaren geleden in Frankrijk gehouden. De schilderij wordt geschat op een waarde van ƒ60.000 en is ongeveer 75 jaar in het bezit geweest van de familie des eigenaars. Van den dief van het schilderij, wordt het volgende signalent gegeven: „De dief heeft eene lengte van 5 voet 10% duim (Engelsche maat), is ongeveer 30 h 35 jaar oud, weegt on geveer 180 Eng. ponden, vrij dik, breedgeschouwerd, vol gelaat, licht grijze oogen, rossen, vollen baard, die bijna in een punt uitloopt, het haar geknipt in den stijl-Frans I. De man spreekt met een vreemd accent, als een Duitscher, en in uiter lijk, manieren, bierdrinken en in spraak heeft hij veel weg van een Duitscher; hij rookt cigaretten,loopt pedant, droeg een zwarte portefeuille met aquarellen onder den arm, die hij zelf geschilderd had, zooals hij beweerde, en alle geteekend waren met A. Z. of A. Zohns en thans ver meerderd met den gestolen Rem brandt hij zeidedat hij ook in Turkije, Duitschland, Denemarken, Griekenland en Zwitserland heeft gereisd en dat hij ook in de overige landen van Europa geen onbeken de is". In den voorgevel van het huis, dat C. van Rheenen, te Hilver sum, nabij den Trompenberg aldaar voor zich heeft gebouwd, is een ge denksteen aangebracht met het vol gende opschrift: 8 October 1892. Van Rheenen's moed en vlijt, Gezegend door Gods hand, Heeft Tilburgs weer bevrijd, Bedolven onder 't zand; Men gaf hem voor deez' daad Dit huis, dat voor u staat. 8 October 1893. Aan de jongste Fa br ie ks- bode is het volgende ontleend Donderdag 26 dezer vergaderde ten huize van den heer Van Marken de dames en heeren juryleden ter beoor deeling der ingekomen antwoorden op de prijsvraag„Het gebruik van Delftsche Slaolie in de keuken," uit geschreven door de directie der Ne- landsche oliefabriek. De volgende prijzen werden door de jury toegekend Afdeeling I. Voor huismoeders en voor vrouwen die aan het hoofd van een gezin of eene instelling de keu- 49 Naar het engelsch FLORENCE WARDEN. HOOFDSTUK XIX. „Ik geef niet veel om deze muziek," antwoordde Pamela* „Misschien wil mama wel eens luisteren; ik zal het haar gaan vragen." „O het is beter om haar nu niet te storen," zeide Alfred haastig. „Zij is in gesprek met onzen „lion", den eenigen, dien wij hier hebben kunnen krijgen; hij is een zendeling uit Nieuw-Zeeland, die nog juist bijtijds terug is gekomen, daar hij anders gekookt zou worden in den grooten soepketel van zijne parochianen, die hem hadden willen opeten." „Op Nieuw-Zeeland worden de zendelingen niet opgegeten," merkte Pamela op. „Niet? Zij zouden het toch gaarne willen doen." Pamela wilde hem echter niet grappig vinden, en nog maals verontschuldigde zij zich om weg te komen. Het was e venwel tevergeefs. Alfred volgde haar als haar schaduw, en scheen niet vatbaar voor hare bitse antwoorden. Hij putte zich uit om haar van dienst te zijn, bracht haar naar de tent met ververschingen en vervolgens naar het lawn-tennisveld, waar eenige groote liefhebbers aan het spelen waren. Ver scheidene malen roerde hij het onderwerp aan, dat zij wilde vermijden; telkens viel zij hem plotseling in de rede, waarin hij zich met kalme onverstoorbaarheid schikte. Ten slotte kwam de gedachte bij haar op, dat het maar beter zou zijn om hem maar te laten spreken en er dan een einde aan te maken; beslist zou zij zijn aanzoek afslaan, waarna hij haar met rust zon laten. Nadat zij dit evenwel had besloten scheen het haar toe alsof Alfreds geestdrift was bekoeld, tenminste hij liet een paar gelegenheden voorbijgaan, die hem zoo uit stekend er toe hadden geleid zijn aanzoek te doen. Toen zij dus ten laatste zijne nabijheid verliet onder voorwendsel, dat zij lady Acol eens moest toespreken, eene oude dame, aan wie men zich slechts verstaanbaar kon maken door middel van een spreekbuis, had Alfred nog geen liefdesverklaring afgestoken en was hij dus ook nog niet afgewezen. In dien tnsschentijd had Jane ook reeds pijnlijke oogen- blikken doorgebracht. Na geruimen tijd het gevaar te hebben kunnen vermijden, wist Branson zich bij haar te voegen, die meer vastberaden en haastiger te werk ging dan Alfred. Men zou gedacht hebben, dat hij wel meer op Salternes Court was geweest, daar hij die paden koos, welke naar de meest afgelegen plekjes van het landgoed leidden en dat, terwijl hij blijkbaar zoozeer verdiept was in het gesprek, dat hij niet precies wist waar hij liep. Zij liepen in de richting van de grensscheiding tusschen het landgoed en St. Dom® neva's Priory. „Wat een prachtig landgoed heeft mijnheer Fitzjocelyn," begon hij, terwijl hij haar vol bewondering aankeek en zeer trotsch was bij het besef, dat hij met een meisje wandelde bij wie, baar eigen zuster uitgezonderd, allen van het gezel schap in schoonheid moesten achterstaan, en zelfs Pamela, meende Branson, had niet die bevalligheid en fierheid, welke Jane kenmerkten. „Ja, het is zeer goed aangelegd," zeide Jane onverschillig. Wanneer zij wat opgewekter gestemd ware geweest, dan zov zij ongetwijfeld met meer geestdrift zijne opmerking be antwoord hebben, want de tuin en de wandelpaden van dit landgoed waren de schoonste uit den omtrek en beroemd in dat gedeelte van het graafschap. „Zullen wij de broeikassen eens gaan zien," zeide hij. Jane begreep, dat het onmogelijk zon zijn om het gevaar, dat haar dreigde te ontloopen, en stemde onverschillig toe, waarna zij het gebouw binnentraden, gevuld met de schoonst® palmen, waarover zij zelfs vol bewondering sprak. „Als gij ze zoo mooi vindt, dan zal ik een broeikas voor palmen laten bouwen," zeide Branson stoutmoedig. Jane liep door en deed alsof zij niets had gehoord. Zij kwamen nu aan de afdeeling der varens, waarvan som mige soorten ook hare bewondering wekten. „Welke soorten vindt gij de mooiste?" zeide de volhardende Branson, terwijl hij een notitieboekje en een potlood te voor-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 1