NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
IM III
lie Jaargang:
Zaterdag 4 November 1893.
No. 3173
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIEN:
STADSNIEUWS.
Onze Gemeentstogrooting.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het gekeele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37^.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEEEBOOM.
Hoofdagenten voor liet Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JGHN F. JONESSucc., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
De Bijvoegsels' van het blad dat
Zaterdagavond verschijntzullen bevatten
Wederzien. Haarlemmer Halletjes
CLXXIX. Binnen- en Buitenlancl-
sehe berichten. Varia. Adverten
tiën enz.
Haarlem, 3 Nov. 1893.
Wij ontvingen van de heeren G.
•de Vos Co., wijnhandelaren alhier,
■eene verbeterde uitgaven van haar
wandkaart der stad Haarlem. Deze
op flinke schaal aangelegde, op stevig
karton geplakte kaart munt uit door
duidelijkheid en fraaie afwerIcing.
Slot
Het is niet zeer waarschijnlijk, dat
•de heer Botman, die een voorstel aan
den Raad indiende tot verzekering-
van de gemeente-werklied en tegen in
validiteit en ongelukken, daarop een
gunstig antwoord krijgen zal. De kos
ten zijn tamelijk hoog, namelijk
ƒ1200 per jaar "en het is de vraag, of
.bij een zoo groot aantal personen'
men niet verstandiger doet met even-
tueele schade, uit ongeluk of invali
diteit voortvloeiende, zelf 'te betalen.
De gemeente-administratie kan waar
schijnlijk wel ten naastenbij uitreke
nen of in de laatste jaren gevallen
van invaliditeit en ongelukken onder
het personeel haar in doorsnee 1200
per jaar heeft gekost.
Deze overweging zal denkelijk twee
afdeelingen er toe gebracht hebben,
afwijzend op het adres te adviseeren.
In een der afdeelingen werd alge
meen betoogd, dat de hoofdstraten,
vooral na het sluitingsuur van de
winkels, wel wat beter mochten wor
den verlicht. In dit blad werd onlangs
de aandacht nog gevestigd op de duis
ternis, die er des avonds op Kruis
straat en Kruisweg heerscht.
De Kruisstraat van de Krocht tot
de Nieuwe Gracht en de Kruisweg
van de Nieuwe Gracht tot de Park
laan zijn er al heel slecht aan toe,
ook voor het sluitingsuur van de
winkels, om de goede reden dat in
die gedeelten weinig of geen winkels
•zijn. Wij hevelen deze punten dan
ook in de aandacht van den Raad
4ian, te meer nog omdat door eene
flinke verlichting bij de Parklaan de
ergerlijke aanwezigheid van zekere
lastige schepselen zal worden opge
heven.
Wat ons zal benieuwen is, of de
Raad het verzoek om verhooging van
subsidie aan de ambachtsschool; al
dan niet zal goedkeuren. Gaat men
na wat er voorloopig van gezegd
wordt, dan bestaat er voor de Am
bachtsschool weinig kans op succes.
Burgemeester en Wethouders zijn er
tegen en in de afdeelingen wordt,
wat nog erger is, er over gezwegen,
uitgezonderd in éene waar een enkel
lid de noodzakelijkheid van de ver
hooging betoogt.
't Is waar, de sprong van ƒ2500.
op ƒ5000. is niet gering, maar daar
tegenover staat, dat de geldmiddelen
van de school, naar verzekerd wordt,
zonder grooteren steun niet toereikend
zullen wezen. En wat dan De school
opheffen
Tot de leeraars „nu, dank je wel"
en tot cle leerlingen„het ga jelui
goed" zeggen?
Dat is het ongeluk van ambachts
scholen, dat ze altijd tobben met hare
financiën, ledereen betaalt er wat aan,
de gemeente, de provincie, het Rijk
en het publiek, maar daardoor is nie
mand er aansprakelijk voor. Komt
men bij het publiek om steun, dan
zegt dit: „vraag maar aan cle gemeente
of aan het Rijken gemeente en
Rijk wijzen het verzoek af met clen
welgemeenden, maar weinig afboen
den raad„zie dat je meer steun
krijgt van het publiek."
Dit is een kwaad ding en houdt
hen die geld vragen voor een nuttige
instelling, voortdurend in beweging
tusschen het kastje en den muur.
Voor alle stichtingen van dezen aard
zou het goed en aangenaam wezen,
wanneer eens kon worden uitgemaakt
wie er eigenlijk wel en wie er niet
aan behoeft te betalen.
Is het de plicht en het belang van
den Staat? Goed, laat clan de Staat
alleen er voor zorgen. Is het meer
het belang van gemeente en provin
cie? Welnu, laat dan nit deze beide
kassen cle ambachtsschool betalen
En meent men, dat geen dezer licha
men er mee te maken heeft, laat
dan het publiek alleen er voor zorgen.
Zóoals het nu gaat, bevredigt het
niemand.
Over de politie, worclt weinig ge
zegd. Reeds nn werd ons gezegd dat
B. en W. niet gunstig denken over
het voorstel van den Commissaris,
om minstens 20 agenten van politie
meer aan te stellen en twee hulp
bureaus op te richten, een aan de
Leidschevaart en een in het Rozen-
prieel. 't Is waar, de kosten zijn weer
groot en wij kunnen ons levendig
begrijpen, dat het Gemeentebestuur
in deze moeilijke tijden zooveel doen
lijk alle vermeerdering van uitgaven
tegengaat, maar de vraag is of deze
vermeerdering hier gevoeglijk kan
worden vermeden. Waarlijk;, men
klaagt dikwijls over de hooge belas
ting maar wie de zaken maar eenigs-
zins van nabij kent, weet dat bestu
ren duur is, vooral van een gemeente
die zich als Haarlem in weinige ja
ren zóo snel heeft uitgebreid.
Wat de politie betreft, zij zou veel
meer kunnen doen voor cle gemeente,
wanneer zij niet zoo dikwijls, name
lijk wat cle inspecteurs en adjuncten
betreft, gerequireercl werd door de
justitie, clus door het Rijk. Maar nu
cle nood aan clen man is, laat het
Rijk de gemeente de kastanjes uit
het vuur halen en houdt zelf de hand
op den zak.
zaal verspreidde.
Ten slotte kunnen wij nog vermel
den dat het spel van mej. van Biene
en mevr. Ellenberger, respect, als de
dochter van Wellstadt en Webers
moeder zeer goed, en dat van clen heer
Blauw als graaf van Erlenstein nog
al houterig was.
Van wege het Ministerie van Wa
terstaat, Handel en Nijverheid werd
Donderdag aan het gebouw van het
provinciaal bestuur alhier aanbesteed
Het driejarig onderhoud van cle
bodemdiepte in de Spoorweghaven te
Enkhuizen.
Raming 5000 per jaar.
Van de 10 ingekomen inschrijvings-
biljetten was dat van M. de Brum
te Amsterdam het laagst voor de
som van 3647.per jaar.
„De Fabrieksmid," een sociaal le
vensbeeld uit het hoogcluitsch van
Franz Gottscheicl, belangrijk doordat
in dit stuk cle in dezen tijd vooral
zoo ingrijpende sociale kwestie worclt
behandeld, werdDonclerdagavond door
het gezelschap van Van Lier in onzen
schouwburg opgevoerd. De intrigue
van dit stuk, dat door de woorden wel
ke eenigen spelers inden mond zijn ge
legd, in hooge kringen in Duitschlancl
nog al aanstoot heeft gegeven, is boei
end, endekarakterteekeningvan eeni-
ge hoofdpersonen «eer goed. De heer
Potharst vervulde lofwaardig de rol
van clen flinken werkman Weber, den
clegelijken arbeider, die door zijne^ont-
wikkeling en scherpzinnigheid meer
zijnde dan zijne medearbeiders, juist
daarom cloor velen worclt gehaat,alhoe
wel hij hun toch een warm hart
toedraagt. Zijn spel was goed in clen
strijd, dien hij voerde met zijne echt-
genoote, de hartelooze lichtzinnige
vrouw, die zeer goed werd voorge
steld door mevr. PotharstGrades.
De heer Veltman vertolkte met het
hem eigen talent cle rol van den
hebzuchtigen, gewetenloozen industri
eel, hoewel hij nu en dan minder
goed verstaanbaar was. In het eerste
bedrijf werd dit evenwel veroorzaakt
door het decoratief. De achtergrond
stelde namelijk voor een in werking
zijnde machine van een fabriek, en het
gerucht dat deze machine heette te
maken, was oorzaak, clat de spelers
in het eerste bedrijf minder goed
verstaanbaar waren, ten minste achter
in de zaal. Het decoratief was in dit
bedrijf, dat op het erf van een ijzer
fabriek werd gespeeld, eene zeer goede
nabootsing, en zoo getrouw en natuur
lijk, dat het wel scheen of cle lucht
van de machine-olie zich door de
Voor cle Donderdag alhier gehouden
examens in de vrije- en orde-oefenin
gen zijn geëxamineerd 12 mannel.
canclidaten. Afgewezen 2. Toegelaten
de heeren P. M. de Pee, P. Pieters,
P. Plas, D. Pronk, R. J. Roodenboog
en C. Smit, alle alhier; A. A. van
der Ploeg, R. Rappold, M. Ringers
en J. cle Rijke, alle van Amsterdam.
(Zie vervolg Stadsnieuws 3e pa-gi na.)
Het lijk dezer dagen opgehaald uit
een sloot onder de gemeente Schoten
is herkend als dat van een melkboer
uit Amsterdam, sedert eenige dagen
vermist.
Op de vrije veemarkt te Sloten
waren aangevoerd 250 koeien en 48
kokkelingen bij vluggen handel lie
pen de prijzen van 100 tot 220
van 30 tot 70.
Men meldt ons uit Zandvoort, dd.
2 October.
Het heden nacht alhier gestrande
schip is clen noorsche schoener Skulda,
reeds een paar dagen op de Noordzee
onbeheersd heeft gedreven. Bij een he
den gehouden onderzoek bleek, dat alle
goederen van de bemanning, alsmede
cle scheepsjournalen en verdere pa
pieren behalve een paar boeken met
aanteekeningen niet meer aanwezig-
waren. Het schip is geladen met
hout. Het zit hoog op het strand en
zal vermoedelijk verloren zijn. De
achtersteven is zeer gehavendhet
roer geheel verbrijzeld. Masten en
tuigage zijn gedeeltelijk vernield.
Door de strandvonderij wordt cle
lading geborgen.
Maden, werden de villa's gelegen aan
den Hoogeweg te Zandvoort, en toe-
behoorende aan J. en H. van der
Meij Lzn. respectievelijk verkocht
voor ƒ2500., kooper cle heer J. Groen
en voor ƒ3900. kooper cle heer W»
van der Werff alhier.
Bij de heden gehouden veiling, ten
overstaan van den notaris van der
Graan- en Zaadmarkt gehouden te
PIoofcldorpHaarlemmermeer 2 Novem
ber 1893.
Roode wintertarwe f 0.a 0.
Jarige tarwe f5,75, a f'6.Witte
tarwe f5.80, a f 6.50, Zomer ristarwe
0.a f 0.Rogge f4.50, a f4.80,
Haver f8.25, a 0.Chevaliergerst
f 0.a f 0.—, Wint er gersf f0,a
0.Zomergerst f0.a f0.Dui
ven boenen f6.25, a f6.50, Paarden-
boonen f 5.60, a f 6.Bruine boo-
nen f'O.a f0.Groene erwten
f5.75, a f7.50, Grauwe erwten f0.
a f0.Cap.ucijners f0.a 10.
Kanariezaad f 6.50, a f7.Kar wei
zaad f 14.50 a f 14.75.
Bekend is het, clatdepen-
sioenen van hen, die in Indië hooge
betrekkingen hebben bekleed, zeer
aanzienlijk zijn. Het maximum pen
sioen bedraagt ƒ12.000 en staat dus
gelijk met de wedde eens ministers.
Wie twee jaren lid van den Raad van
Indië jis en 23 jaren diensttijd heeft,
ontvangt een pensioen van 8280,
terwijl cle wedde van den vice-presi
dent van den Raad van State 8000
bedraagt. De directeuren der depar
tementen, cle algemeene secretaris, de
president van het Hooggerechtshof
hebben na slechts 20jarigen diensttijd
indien zij twee jaren in hunne laatste
betrekking hebben gediend, een pen
sioen van 6000, dat is meer clan het be
drag der wedde van de leden van den
Raad van State en van cle Nederland-
sche Rekenkamer, en bij elk jaar
langeren dienst stijgt hun pensioen
met f 300 tot een maximun van f 9000.
Residenten le klasse hebben voorts
een pensioen van 14500 tot f6750.
De pensioenen worden berekend
naar cle wedde, in de laatste twee
jaren genoten. De hoogere wedde,
over die twee jaren ontvangen, heeft
dus stijging van het voor hetgehee-
le leven verleend pensioen ten ge
volge. Worclt bijv. een ambtenaar,
die bij 20jarigen- diensttijd aanspraak
heeft op een pensioen van 4500, lid
van den Raad van Indië, dan stijgt
zijn pensioen na twee jaren dien st
vervulling tot ƒ7920.
50)
Naar het engelseh
van
FLORENCE WARDEN.
HOOFDSTUK XIX.
Jane was van nature niet moediggroote inspanning kostte
het haar te blijven staan, maar zij begreep, dat in het belang
van iedereen en ondanks het gevaar, dat zij zelve liep, zij
met hem moest spreken en haar best doen om te trachten
hem te bewegen zich te verwijderen, zonder dat iemand behalve
zijzelve hem had gezien.
„Edward 1" herhaalde zij.
De bladen van een laurierboom werden plotseling terug
geslagen en daar verscheen een gelaat zoo afschuwelijk in
zijne woestheid en door zijn lijkkleur met uitpuilende oogen
en opgetrokken lippen, die op elkaar geklemde tanden lieten
zien,, dat zij als vastgeworteld bleef staan op de plek, waar
zij zich bevond, te zeer ontsteld om zelfs maar te durven
schreeuwen.
Het was Eclward; de gestalte, die nn nit het kreupelhout
sloop met de langzame bewegingen van een kat, met gebo
gen rug en cle handen dicht hij zijn gelaat, terwijl de vin
gers gekromd waren en een klauw vormden. Haar broeder
was ongetwijfeld krankzinnig krankzinnig en gevaarlijk,
want hij trad op haar toe met slechte zoo niet moorddadige
bedoelingen, snel ademhalende als een verwoed roofdier, dat
zich tot den sprong gereed maakt. Nn durfde zij zich echter
niet bewegen. Terecht of ten onrechte voelde zij, dat wanneer
zij hare oogen van hem afwendde en zich omkeerde om te
vluchten, hij haar dan bespringen en op den grond werpen
zou. Verstijfd van schrik staarde zij hem dus aan; naar zij
meende wel een uur lang, toen plotseling hare scherpluiste-
rende ooren het geluid van voetstappen opvingen. Zij wist,
dat Branson terugkeerde met een kop thee in zijne hand.
Nooit had zij zijne komst met zooveel vreugde tegemoet ge
zien. Zij wist, dat hij een hoek moest omslaan en Edward
nog niet in het oog had. Zij begreep dat zij haar blik steeds
op den waanzinnige gevestigd moest honden, tot haar redder
in den vorm van den tot dusverre gehaten Branson, haar
had bereikt.
Nog een oogenblik en hij stond naast haar.
„Ben ik lang weggebleven miss Jane?" fluisterde hij haar
met honigzoete stem in het oor.
Eindelijk durfde Jane zich bewegen en keerde met eene
haastige beweging om.
„Ol" klonk het als een vreugdekreet van hare lippen.
Branson was helaas geheel onvoorbereid. Ware hem een
halve minuut gegeven, wellicht had hij al zijne moed kun
nen verzamelen en door eene stoutmoedige daad haar voor
zich gewonnen hebben. Helaas, die halve minuut werd hem
niet gegeven. Zoodra hij Edward in het oog kreeg en zag ho
diens woeste blik vol haat en wraakzucht zich van Jane op
hem vestigde, liet Branson de kop vallen, maar bleef werk
tuigelijk het schoteltje in zijne hand honden, en snelde zon
der een woord te zeggen weg.
HOOFDSTUK XX.
Op het oogenblik dat haar waanzinnige zoon in een hoek
van den tuin te voorschijn kwam om zijne zuster aan te
vallen, moest de arme mevrouw Hoad-Blean van lady Con-
stantia een verhaal aanhooren, dat haar met afschuw ver
vulde. Alhoewel zij het zichzelve niet wilde bekennen hield
lady Constantia er van om lasterpraatjes, die zij opgevangen
had over te vertellen. Zoo ook had zij nu iets gehoord, daft
zij mevrouw Hoad-Blean moest vertellen.
„Ik heb met verlangen op de gelegenheid gewacht om n.
eens te kunnen spreken," aldus begon zij. „Wanneer ik heft
niet zoo druk had gehad met de toebereidselen voor dezen
middag, dan was ik vanmorgen of gisteravond wel bij uge*>
komen om het n te vertellen. Ik heb iets gehoord van die
afschuwelijke buren, dat n belang zal inboezemen, Gij hebt
mij immers verteld, dat uwe dochters geheel onverschillig
zijn voor die jongens van St. Rhadegund?"