Letteren en Kunst.
Rechtszaken.
Politiek Overzicht.
GEMENGD NIEUWS.
Slechte een enkel landeigenaar bezit
al de werktuigen en gereedschappen
voor het dorschen benoodigd. Voor
eerst een goed en groot kleed dat op
het veld wordt uitgespreid en vast
gesjord met pinnen in den grond
dan een groot zwaar blok, en einde
lijk vorken (gaffels), zeven en draai-1
kleed en. Wil nu een boer dorschen,
dan bespreekt hij alles met den eige
naar en betaalt daarvoor zekere huur.
Op den bepaalden dag trekken
mannen, vrouwen, jongens en meis-|
jes op lange boerenwagens het dorp
uit en naar het veld. De paarden zijn
met bloemen en groen getooid. Nie
mand, die „veerdige" leden heeft en
opgeroepen is, blijft thuis. De wagens
worden ontladen en de kleeden op|
het dorschveld uitgespreid; de dra
gers brengen op zeildoekkleeden groo-
te hoopen koolstruiken aan. Alsnu
worden deze struiken tot een cirkel
samengebracht, en weldra komt de
„koning", de bestuurder der paarden,
met zijn fraai uitgemonsterd span,
met het zware blok, om dit over den
drogen hoop struiken te laten wen
telen en rollen, waardoor de kleine
sleuijes geplet worden en de zwarte
zaadkorrels bij duizenden op het kleed
spatten. Dit wordt herhaald totdat
de gansche hoop van zaad ontdaan
is, als wanneer anderen klaar staan
de struiken weg te brengen en
nieuwe aan te voeren. Het gedorschte
zaad wordt een eind verder gezuiverd,
men doet het in zakken en laadt deze
op wagens, die allengs den oogst naar
huis en onder dak brengen.
Er zijn tentjes op het dorschveld
aangebracht, waar melk, bier of cho-
eolaad verkrijgbaar is, hetgeen voor
al het jonge volk zeer aanstaat, wat
echter niet belet dat zij zich dapper
weren met het oprapen en op hoopen
brengen van de gedorschte koolzaad
struiken. Tegen den avond wanneer
de arbeid ten einde loopt, ziet men
een paar jongelui met een reusach
tig pak struiken komen aansleepen.
Dat is „de haas" nl. een groot bos
riet tusschen de koolstruiken gesto
ken. „Dat „beest" nu is zoo zwaar
dat, indien de boer niet ferm trac-
teert en allen een handje helpen,
die vracht onmogelijk onder het blok
kan komen. Dat is de laatste, niet
de minste vracht en de boer na
dert reeds met kruik en glas om de
zwoegende helpers een hartsterking
toe te dienen en weldra laat ook
deze zware massa hare zaadkorrels
onder het blok vandaan zakken.
Alvorens naar huis te gaan, wordt
het dorschkleed sehoongeveegd en
tot dansvloer gebruikt, en menig
„patertje" wordt door de blijde boe-
renjeugd uitgevoerd. Dan naar de
boerderij, waar lange tafels in schu
ren en op delen gereed staan, en
waarop door moeder de vrouw flink
wordt opgeschept: spek, ham, meel-
pudding, „klont", (Jan in den zak);
dat is het einde van den schoonen
dag. En zoo gaat het voort tot de
velden kaal en de schuren gevuld
zijn.
Dat landelijk feest hetwelk bij
een fraaien dag weer een heerlijk
stuk landleven mag heeten dreigt
nu uit te sterven, en begint langza
merhand te ontaarden in drinkgela
gen, wat jammer is zoowei voor de
traditie als voor de deelnemers.
Zondag nacht is zekere A.
L. van Overslag, als verdacht van
poging tot moord, in zijne woning
gearresteerd en gevankelijk naar Mid
delburg overgebracht. M.- 0.)
genomen in het rechtsgeding, tus
schen de gemeente Amsterdam en
den heer F. A. Ankersmit gevoerd,
naar aanleiding van de voorgenomen
onteigening van diens perceel Spui
straat 151 aldaar.
Deskundigen hadden de verkoop
waarde van het perceel op minder dan
|/80,000 het door ae gemeente
ageboden bedrag gewaardeerd,
doch zij waren van meening, dat den
heer A. met het oog op de gunstige
ligging van diens eigendom een scha
deloosstelling van f 100,000 behoorde
te worden toegekend.
De heer A. zelf eischte geen be
paald montant, maar het rapport der
deskundigen bestrijdende, stelde hij
een schadecijfer van pi. m. 9000 per
jaar, welk bedrag dan naar 3% pCt.
zoude moeten worden gekapitaliseerd,
derhalve een schade van pl. m.
ƒ250,000, nog te vermeerderen met 3
jaar huur van een gelijksoortig ge
kozen als het te onteigenen perceel
ad ƒ18.300.
Het O. M. kon met deze schade-
berekening, noch met het door de
gemeente aangeboden bedrag vrede
hebben. In een breedvoerig betoog
trachtte mr. Schimmelpenninck aan
nemelijk te maken, dat een vergoe
ding van ƒ100,000.voor het te
onteigenen perceel en van ƒ6,100.
voor een jaar huur gedurende den
bouw van eene nieuwe inrichting
eene billijke schadeloosstelling zoude
zijn.
De conclusie strekte dus tot ont
eigening van het perceel voor 106.100
en waar die som hooger was dan het
door het door de gemeente aangebo
den bedrag, tot veroordeeling van
haar in de proceskosten.
Op 4 December e. k. zal de recht
bank uitspraak doen.
Door het Openbaar Ministerie bij
de rechtbank te Amsterdam werd
Maandag bij monde van mr. G-. J. I groote
graaf Schimmelpenninck conclusieHolldnderinnen
In de groote zaal der Singakademie
de voornaamste concertzaal van Ber
lijn, heeft naar door de N. R. Ct.
wordt gemeld, Zondagavond een be
langrijk concert plaats gehad, waar
zich, begeleid door de bekende Ber-
lijnsche pianiste Julie von Asten,
drie jonge Hollandsche kunstenares
sen hebben doen hooren, namelijk de
dames Jeannette de ..Jong? sopraan,
Anna Oorver, mezzosopraan, en Marie
Snijders, alt. Ook is nier opgetreden
de Hollandschej violoncellist Hekking.
Indien er al viel op te merken,
dat de artistieke ontwikkeling dezer
jonge dames nog niet geheel voltooid
is, zij waren zulke frissche en vrien
delijke verschijningen en zij legden
zooveel talent aan den dag en be
schikten reeds over zóóveel goede
stem, dat zij in de volle zaal een
warm onthaal hebben gevonden, zoo
wel bij hare solo's als wanneer zij te
zamen optraden. Het program was
degelijk en bood veel verscheidenheid.
Misschien was het iets te ernstig.
Doch het had dit goede, dat het, wat
men hier zoo zelden krijgt, ook
mooie Hollandsche stukken
bevatte, o. a. een terzet Goede nacht
van De Lange, waarmede het concert
onder warm applaus is geëindigd.
Ook Hekking had veel succes.
Men merkte onder de aanwezigen de
leden der Nederlandsche ambassade
met hunne dames op.
Dinsdagavond zijn de dames De
Jong, Oorver en Snijders uitgenoo-
digd voor Keizerin Frederik te zingen,
in een door de vorstin beschermd
weldadigheidsconcert.
Een der lastigste critici, de be
kende en veel gevreesde Wilhelm
Tappert, schrijft in het Kleine Journal
aan het slot van zijne muzikale week-
kroniek in opgewondenheid van „het
succes" de drie graci'ósen
,De schoone voor
drachten van deze jeugdige damestrits,
de liederen, duetten en terzetten,
herinnerden mij aan de kostelijke
avonden van het Amsterdamsche a ca-
pella-koor in den vorigen winter.
Zulk eene vereeniging van stem,
school en smaak bij elke dezer drie
zangeressen moet altijd uit den
vreemde komen! Hier gedijt zoo iets
blijkbaar niet. De schmucken HoUdn
derinnen zullen naar wij hopen, nog
eenen liederavond geven, zoodat wij
op hare schoone muziek zullen kunnen
terugkomen."
Bij den uitgever T. J. Kous
broek te Leiden is verschenen de
4de jaargang van den Almanak!der
nationale Christen-geheel-onthouders-
vereeniging.
Behalve eene opgave van de plaat
sen waar de vereeniging afdeelingen
heeft, komen in het nette boekje
versjes en verhaaltjes voor, waarin het
drankgebruik wordt bestreden. De
prijs van het boekje is tien cents.
Bij eene der laatste voorstellin
gen van Hauptmann's Hannele greep
er in het Kón. Schauspielhaus te
Berlijn eene zonderlinge scène p'
Eenige toeschouwers stonden van
hunne zitplaatsen op en protesteer
den met verontwaardiging tegen de
zenuwschokkende voorstelling op het
tooneel.
Bij de première van Paul Lindau'i
Der Andere op Zaterdagavond viel er
eene dame, geërgerd over de grieze
lige vertooning, flauw en moest uit
de zaal gedragen worden.
De Vossische Ztg. protesteert op
levendigen toon tegen de verdere op
voering van zulke stukken. Als de
politie hypnotische voorstellingen ver
biedt, dan moeten ook de schouw
burgen geen pathologische problemen
op de planken brengen, welke bij
sommige daartoe bijzonder gedispo
neerde toeschouwers soortgelijke ziek
teverschijnselen te voorschijn zouden
kunnen roepen. De schouwburgen
zijn voor kunstvoorstellingen en geene
inrichtingen voor pathologische proef
nemingen.
Het is te verwachten dat dit pro
test der Voss. Ztg. nog tot heel wat
literarisch twistgeschrijf aanleiding
zal geven.
Het Journal des D'ebats heeft ge
meld, dat prins Pietro d'Alcantara,
die door admiraal de Melio tot kei
zer van Brazilië zou zijn geprocla
meerd, de oudste zoon van den graaf
van Eu, naar St. Nazaire was ver
trokken, om zich met een gevolg van
20 personen in te schepen naar
Brazilië.
De hertog van Nemours, de groot
vader des prinsen, verklaarde aan een
interviewer dat het bericht hem twij
felachtig voorkwam, omdat zijn klein
zoon Zondag nog te Weenen was.
De prins zou zijn vertrokken met
den trein van 11.5 vm. en werd be
geleid door een gevolg van 20 perso
nen. Hij nam plaats in een salon
wagen, in gezelschap van een jongen
man en vijf dames. Als hemennings-
teeken droegen allen een ruiker
viooltjes. De pretendent, in het zwart
gekleed en met een Tyroler hoed op,
droeg een tooneelkijker aan een riem
over zijn schouder, en zag er zeer
vroolijk uit. Eenige leden der brazi-
liaansche kolonie waren bij het ver
trek tegenwoordig.
De Gaulois heeft verklaard dat
prins Pietro d'Acantara zich niet heeft
ingescheept te Saint-Nazaire. De prins
zegt het blad, is nog steeds op de
militaire school te Weenen-Neustadt,
en hij zal daar blijven, totdat de
vooruitzichten zekerder zijn en zijn
moeder hem roept om een politieke
rol te
Overigens voegt het blad er bij, is
de gravin van Eu de ertgename van
den kroon van Brazilië en denkt zij er
geenszins aan, van hare rechten af
stand te doen.
De World heeft van den 14en een
telegram uit Rio de Janeiro ontvan
gen, naar luid waarvan te Nictheroy
door het bombardement 300 huizen
zijn vernield en vele honderden an
dere beschadigd. Verscheidene hon
derden inwoners zijn gedood. Van de
37,000 inwoners hebben 30,000 de stad
verlaten.
De radicale partij in Servië heeft
met algemeene stemmen een adres
goedgekeurd, dat eigenlijk slechts
eene omschrijving van de troonrede
is. Omtrent de financien wordt op
gemerkt, dat de Skuptchina zeer goed
inziet, met hoe groote moeilijkheden
de regeering te kampen heeft om
het evenwicht te herstellenzij ver
trouwt evenwel, dat er eene verbe
tering in den toestand zal komen. Dan
betuigt de Skuptchina nog hare vreug
de over het met Rusland gesloten
verdrag.
De correspondent van de Köln. Zeit.
te Belgrado waarschuwt tegen een
geringschatting van Servië's financi-
eele moeilijkheden. De soldaten, de
officieren en de ambtenaren, verzekert
hij, hebben geruimen tijd geen trak
tement ontvangen. De broodleveran
ciers van het leger leveren niets meer.
De uitrusting en de bewapening der
soldaten verkeert in treurigen toe
stand. Vele Serviërs verhuizen naar
Rumenië.
De madridsche pers dringt er nog
steeds op aan, dat de Spanjaarden
de Kabylen moeten verslaan, alvorens
de inmenging van den sultan van
Marokko te dulden.
Zaterdag openden de Kabylen het
vuur op een spaansche verkennings
troep tusschen de forten en de kust,
tengevolge waarvan 4 Spanjaarden
werden gewond. De Kabylen moes
ten ten slotte aftrekken.
De Times verneemt uit Boeloe-
wayo dat de Engelschen eene vlie
gende kolonne met vier maxim-ka-
nonnen uitrusten tegen den zich
schuilhoudenden Lobengoeladie de
meerderheid der natie nog op zijne
hand heeft. Het is kenschetsend, dat
zich alhier reeds eene „Buluwayo
Syndicate limited" gevormd heeft, om
landerijen, concessiën enz., aan Rho
des' huurlingen als buit toegezegd,
op te koopen.
DecommissievoordeBrus-
selsche tentoonstelling in 1895 heeft
besloten tot 1896 de tento ons teling
uit te stellen.
U it Londen heeft men den
mantel, dien de zeereiziger Cook van
de Sandwichseilanden medebracht,
aan het gemeentemuseum te 'sGra-
venhage te koop aangeboden. De
mantel is samengesteld uit zeer kleine
veertjes, gele en roode, van twee in-
landsche vogels, en behoort thans
aan een Londenaar, die bereid is hem
tot elk redelijk bod af te staan, en
daarom de aandacht er op zoekt te
vestigen van belangstellenden en di
recteuren van Musea. Hij is zelfs
bereid hem ter bezichtiging te zenden.
De mantel is zeer groot en wijd en
uiterst smaakvol en kunstig bewerkt.
Het plan wordt geopperd,
om de fabrikanten van dynamiet te
verplichten hunne patronen te doo-
pen in een onwelriekende stof, op
dat ieder zal kunnen rieken dat er
zoo iets in de buurt is.
Naar het schijnt bestaat er een
chemisch product, dat o. a. benzine
inhoudt en zoo geweldig onwelrie-
kend is, dat zelfs de meest verkon
den menseh er alleronaangenaam;,
h°°ft wrdt aanf?edaan. Deze S
heeft het voordeel, dat ze no* nieuw
sen onbekend. De neus van de
li tie zou dus geen moeite hebben"
dadelijk te ontdekken dat het ni»t
zuiver is m den omtreket
Engeland*erover hetWteKan^
en 2 visseherssehuitende beman.
vi«?t,Vaa u ?toombooten en die der
visseherssehuitenj werden gered - die
van de 3e stoomboot, de Cynthia
is omgekomen op één mau na
Overal vielen schoorsteenen en
dakpannen. Te Corvan Head werden
3 voorbijgangers gedood enögewoS
door een vallenden schoorsteen. Te Li-
verpool werden 2 personen begraven
oncfer een stuk van een gevel S
bekwamen ernstige verwondingen. ïi
fcehXW6rden Wle Wn ZTOr b*
Latere berichten melden meer
ongelukken. De schoener Favorite ia
by Swansea met man en muis ven
gaan. De Fransche brik Hortense is te
bwansea bmnengeloopen met 4 leden
bem.anmQg van de Quano
20 anderen zijn ongekomen.
De kracht van den storm was zoo
groot, dat de trein naar St. Yves tot
stilstand gebracht werd.
„De kusten van Frankrijk en Spanje
door een hevigen storm
geteisterd, die weldra in kringstorm
overging. Bij Barneville is de Engel-
sche schoener Three Janes gestrand
de opvarenden zijn gered. Te Chen
bourg zijn een brik, eeu kotter, een
schoener en een driemaster op het
strand geworpende bemanningen der
schepen zijn gered.
Nabij Duinkerken is een onbekend
gebleven schip vergaanerzijn lijken
aangespoeld. Te Havre is een lJods
met zijn boot verongelukt. Bij kaap
Levi, tusschen Vrasville en Retoville.
is een groot stoomschip gestrand. Te
Fécamps zijn de dakei van de hui-
Afgeslagende schepen in de
"on" H»e«Wamenubelangrijke averij,
up de Spaansche kusten zijn ook
nige schepen vergaan. De telegraaf
werkt echter moeielijk, zoodat bijzon
derheden nog ontbreken.
Op 6 mijlen van Penzance (Coru-
k rS-.eeii 8root stoomschip, waar-
vany de 22 HamP.shire> gezonken;
van de 22 opvarenden zou slechts 1
zijn.
Bijna overal ging de storm verge
zeld van hevige regenvlagen en
sneeuwstormen.
Ie Parijs en omstreken is eveneens
sneeuw gevallen.
i e Cransac is de eerste sneeuw Za
terdag m dichte vlokken gevallen.
De bei gen om Perpignan zijn met een
dik sneeuwkleed bedekt
De golf van Lyon is onbevaarbaar
J!I S^?pe? zocbt<® een wijkplaats
,01. endres Le Mans ziet er uit
alsof de stad uitgestorven is, niemand
waagt zich op straat. De meeste boo-
men zijn ontworteld of hebben hun
takken verloren, vele schoorsteenen
zijn neergewaaid, zonder evenwel per
soonlijke ongelukken te veroorzaken.
Er is veel sneeuw gevallen.
ei Engeland hebben niet minder
dan 134 personen het leven verloren
ten gevolge van ongelukken, veroor
zaakt door den storm. Het totaal
aantal personen, die bij de verschil
lende schipbreuken op de Engelsche
kust omkwamen, is nog niet met
geschat maar w°rdt op 200
T" Grieksche stoomboot Pares-
tem Fssepoulo, van Rotterdam naar
en honger. Nu en dan moest hij tegen een lantaarnpaal
leunen om niet te vallen. Een agent van politie die voorbij
kwam zag hem in het licht wantrouwig aan.
„Zal ik een onderkomen vragen aan het bureau?" mom
pelde de man. „'tls er hard, maar tenminste niet zoo koud
als hier." Hij dacht na en schudde toen het hoofd. „Neen,
't is te gevaarlijk. Ik weet dat ze zoeken naar den man van
de inbraak in de Rue du Bac en wanneer ik er binnenga,
zou het wel eens kunnen wezen dat ze me er niet weer lieten
uitgaan. En toch kan ik hier niet sterven! Alles is me ont
vallen. Loup Garou naar het buitenland, Fifi achter de tralies
voor zes maanden, het logies van den ouden Dcsiré door de
politie gesloten! Niemand die mij een stu ij rood geeft. Kon
ik het maar stelen
Hij was nu voor een grooten bak'- rswinkel gekomen. De
blanke brooden lagen uitlokkc.; voor de breede vensters.
Den hongerigen zwerveling kwam het water in den mond.
De uitstalling was vlak bij de straatdeur. Als hij die open
wierp en dan gauw een ,rood wegpakte, zou het in enkele
seconden gedaan wezen en hij weg zijn voor men er nog aan
dacht hem te vervolgen.
Snel beraden sloop hij voorzichtig naar de deur, maar
vóórdat hij den knop vatte, keek de man nog even om zich
heen. Teleurgesteld deinsde hij een paar schreden achteruit.
Recht op hem aan kwam de agent van politie, die hem
daareven zoo achterdochtig had aangekeken.
„Wat doe je daar?" vroeg de agent barsch.
„Niets," antwoordde de man stug.
„Niets goeds, geloof ik. Ga daar weg, versta je en on
middellijk
„Waarom? Doe ik hier kwaad?"
„Geen praatjes of ik laat je even naar het bureau brengen.
Allons
Aldus ook van hier verjaagd verwijderde de man zich
brommend, nog een laatsten blik werpende op de uitlokkende
brooden. Terwijl de politie-agent hem scherp nazag verwij
derde hij zich langzaam, weggedoken in zijne lompen, waar
door de scherpe wind zijn lichaam striemde ais met geesel-
slagen. Hij kon bijna niet meer voort en toen hij zeker was
dat de agent hem niet meer zien kon, leunde hij weer tegen
een winkel aan. Het was een banketbakkerswinkel en door
den rooster steeg van uit de werkplaats een warmte op, die
den man goed deed.
Allengs verzonk hij in een halven dommel. Zijne oogen
sloten zich en eenige oogenblikken vergat hij kou en honger
en ellende in den slaap, totdat een kloeke stap hem deed
opschrikken. Langs hem ging een kleine man, die een slap
pen hoed met breeden rand droeg en een dikke das om den
hals. Hij bleef een paar huizen verder voor de étalage van
een goudsmid staan en verdiepte zich in de beschouwing
van al de schitterende kostbaarheden, die daar lagen.
Een dolzinnig en misdadig denkbeeld kwam bij den man
op, die naar hem keek. De nieuw aangekomene droeg een
korte winterjas, die lang niet aan de knieën reikte. Zou
hij hem de portemonnaie niet uit den zak kunnen [nemen
Het was een onmogelijk plan, maar de wanhoop van den
man was nu zóo groot geworden, dat hij niet meer redenee
ren kon. Zacht als een kat en zich zoo klein makende als
hij kon, sloop hij op de bloote voeten achter den man om,
die in zijn das gedoken steeds tuurde naar de gouden en
zilveren voorwerpen, en achter {hem gekomen zóo dat hij
hem raken kon stak hij de hand langzaam en voorzichtig
in den zak van den man.
Op hetzelfde oogenblik draaide deze zich evenwel om en
riep verschrikt„Houd den dief!" De ander deinsde achter
uit en wilde de vlucht nemen, toen de man met de korte
jas uitriep„Ben jij het, Charpentier
„Loup-Garou?" riep de havelooze man uit en hij wildeer
nog iets bijvoegen, toen de ander den vinger op de lippen
legde. Om den hoek van de straat kwam de agent van politie
die Charpentier zooeven van voor den bakkerswinkel had
weggejaagd, en op hem toetredende zei hij tot den man die
Loup-Garou was genoemd „Wie riep hierhoudt den dief ?u
„Dat was ik," zei Loup-Garou snel, „deze man legde opeens
de hand op mijn schouder en toen dacht ik, dat hij mij
kwaad wilde doen. Maar 't is een voormalige knecht van
mij, die nu in de ellende schijnt te zijn geraakt. Ziet hij er
niet uit om medelijden op te wekken?"
(Wordt vervolgd